• No results found

Persoonlijkheidskenmerken internal auditors

Hoofdstuk 4 Discussie

4.2 Persoonlijkheidskenmerken internal auditors

Op basis van de onderzochte literatuur werd verwacht dat vrouwelijke internal auditors significant hoger scoren op Extraversie, Mildheid en Ordelijkheid dan mannelijke internal auditors en

mannelijke internal auditors significant hoger scoren op Emotionele stabiliteit. Op Openheid voor ervaring werden op basis van de literatuurstudie geen significante genderverschillen verwacht (Costa e.a., 2001; Feingold, 1994; Lippa, 1995; Schmitt e.a, 2008; Vianello e.a., 2013).

Er zijn meer verschillen tussen mannelijke en vrouwelijke internal auditors verwacht dan wat uiteindelijk in dit onderzoek is gebleken. Alleen in de persoonlijkheidskenmerken Ordelijkheid en Emotionele stabiliteit zijn significante verschillen geconstateerd. De onderzoeksresultaten van vrouwelijke en mannelijke internal auditors op Emotionele stabiliteit, Openheid voor ervaring en Ordelijkheid sluiten aan op de uitkomsten van de voorgaande onderzoeken. In tegenstelling tot de uitkomsten op Extraversie en Mildheid. Vrouwelijke internal auditors scoren volgens de

onderzoeksresultaten niet significant hoger dan mannelijke internal auditors op Extraversie en Mildheid.

Op basis van de sociale identiteitstheorie kan worden verklaard waarom de verschillen in

persoonlijkheidskenmerken tussen mannelijke en vrouwelijke internal auditors beperkt zijn. Internal auditors werken op basis van de sociale identiteitstheorie eerder samen met internal auditors met dezelfde persoonlijkheidskenmerken als zijzelf(Campbell, 1958; Turner & Oakes, 1986). Mensen zijn geneigd de eigen groep te bevoordelen of hun eigen groep beter te vinden dan relevante

vergelijkingsgroepen (Turner & Oakes, 1986). Bij aanname van een nieuwe collega-auditor, worden Onderzoeksresultaat

H2-a Mannelijke internal auditors scoren significant hoger op persoonlijkheidskenmerk

Emotionele stabiliteit dan vrouwelijke internal auditors

H2-b Vrouwelijke internal auditors scoren niet significant hoger op persoonlijkheidskenmerk

Extraversie dan mannelijke internal auditors

H2-c Verschil in persoonlijkheidskenmerk Openheid tussen mannelijke en vrouwelijke internal auditors is niet significant.

H2-d Vrouwelijke internal auditors scoren niet significant hoger op persoonlijkheidskenmerk

Mildheid dan mannelijke internal auditors

H2-e Vrouwelijke internal auditors scoren significant hoger op persoonlijkheidskenmerk

47 auditors met gelijke persoonlijkheidskenmerken eerder aangenomen op een internal auditafdeling omdat deze auditor tot de eigen groep behoord. Anderzijds zullen internal auditors met “afwijkende” persoonlijkheidskenmerken de groep eerder verlaten. Door (on-)bewuste selectie kan het er toe leiden dat er op een internal auditafdeling meer internal auditors werken met homogene

persoonlijkheidskenmerken ongeacht het geslacht (zie sectie 2.4.2).

Uit de onderzoeksresultaten waarbij mannelijke en vrouwelijke internal auditors vergeleken worden met eigen sekse in de Nederlandse beroepsbevolking, blijken zowel mannelijke internal auditors als vrouwelijke internal auditors significant hoger te scoren op Emotionele stabiliteit, Extraversie (verschil alleen bij vrouwen geconstateerd), Openheid voor ervaring, Mildheid (verschil alleen bij mannen geconstateerd) en Ordelijkheid (zie sectie 3.5). Bij de selectieprocedure van internal auditors kan men internal auditors selecteren die hoger scoren op de Big 5 ten opzichte van de Nederlandse beroepsbevolking. Zie ook sectie 3.3.

Op basis van de theorie over diversiteit wordt toegelicht waarom het gunstig is om een Internal auditafdeling en een auditteam te hebben met diverse persoonlijkheidskenmerken. Volgens het

Information/ decision-making perspective model presteren heterogene groepen juist effectiever en

efficiënter dan homogene groepen (Van Knippenberg e.a, 2004). Voor de werkzaamheden in alle auditfasen is een mix van vaardigheden benodigd. Ieder persoon is uniek en ieder persoon heeft een eigen persoonlijkheid met verschillende kenmerken, die weer invloed hebben op de vaardigheden. Zowel hoge scores als lage scores op de Big 5 persoonlijkheidskenmerken hebben positieve en negatieve invloed op de werkprestatie in alle auditfasen. Heterogeniteit in

persoonlijkheidskenmerken binnen het auditteam en afdeling IA kan bijdragen aan een effectiever en efficiëntere werkprestaties in de verschillende auditfasen, mits er een open diversiteitsklimaat is (zie sectie 2.4.1).

4.2.1 Emotionele stabiliteit en Audit

Uit het onderzoek blijkt dat mannelijke internal auditors significant hoger scoren op Emotionele stabiliteit dan vrouwelijke internal auditors. Een hogere score op Emotionele stabiliteit betekent dat mannelijke internal auditors in vergelijking met vrouwelijke internal auditors beter om kunnen gaan met emotioneel geladen en stressvolle situaties. Vrouwelijke internal auditors zijn vergeleken met mannelijke internal auditors eerder sensitief, reactief en emotioneel ingesteld. Ze maken zich eerder ongerust dan mannelijke internal auditors. Ze piekeren regelmatiger over problemen die ze op het werk tegenkomen en kunnen die moeilijker loslaten. Een keerzijde op een hogere score op

Emotionele stabiliteit kan zijn dat mannelijke internal auditors eerder bagatelliseren, het gevaar of moeilijkheden niet op tijd zien en ongevoelig over kunnen komen. Internal auditors, die lager scoren op Emotionele stabiliteit, hebben meer inlevingsvermogen en zijn meer alert. Zowel hogere en lagere scores op Emotionele stabiliteit kunnen positieve als negatieve invloed heeft op de werkprestatie in verschillende auditfasen (zie sectie 2.5.1).

4.2.2 Ordelijkheid en Audit

Een hogere score op Ordelijkheid betekent dat vrouwelijke internal auditor in vergelijking met mannelijke internal auditors meer methodisch, meer ordelijk en planmatiger te werk gaan.

48 Vrouwelijke internal auditors weten zichzelf beter te motiveren en bij te sturen om hun doelen te bereiken en verplichtingen na te komen. Ze zijn doorgaans beter voorbereid en worden minder verrast door opduikende onvoorziene problemen. Mannelijke internal auditors plannen daarentegen minder dan vrouwelijke internal auditors en hechten minder belang aan orde en een strakke timing. De hogere score op Ordelijkheid sluit grotendeels aan met het verschil op de gerelateerde

persoonlijkheidstrekken Planmatigheid & Organisatie, Zelfdiscipline, Beheersing en

Prestatieoriëntatie. Waarbij vrouwelijke internal auditors hoger op scoren op Planmatigheid & Organisatie, Zelfdiscipline, en Prestatieoriëntatie dan mannelijke internal auditors. Er is één

afwijking geconstateerd, waarbij mannelijke internal auditors tegen de verwachting in hoger scoren op Beheersing wat positief correleert met Ordelijkheid. Dit betekent dat mannelijke internal auditors betere controle hebben over hun impulsen en zich beter kunnen concentreren dan vrouwelijke internal auditors. Een keerzijde van een hogere score op Ordelijkheid is dat vrouwelijke internal auditors minder goed kunnen presteren in een minder gestructureerde omgeving. In alle auditfasen kunnen situaties voorkomen die van tevoren niet gepland kunnen worden en sommige

auditopdrachten vragen gezien de aard (standaard) om meer flexibiliteit (zie sectie 2.5.5).