Voor personen die werken voor en een aanmerkelijk belang hebben in uw vennootschap of coöperatie, geldt de gebruikelijkloonregeling. Soms geldt voor hen ook een fictief loon.
Aanmerkelijkbelanghouder
Iemand is aandeelhouder met een aanmerkelijk belang als hij, eventueel met zijn fiscale partner:
- 5% of meer van de aandelen heeft in een vennootschap
- rechten heeft om voor 5% of meer aandelen in een vennootschap te kopen
- winstbewijzen heeft om 5% of meer van de jaarwinst – of van een uitkering bij liquidatie – van de vennootschap te krijgen
- voor 5% of meer stemrecht heeft in de algemene vergadering van een coöperatie of een vereniging op coöperatieve grondslag
Voor een aanmerkelijkbelanghouder geldt de gebruikelijkloonregeling. Voor deze regeling is de fiscale partner van de aanmerkelijkbelanghouder:
- de echtgenoot of geregistreerd partner
Zij moeten dan bovendien aan 1 van de volgende voorwaarden voldoen:
- De aanmerkelijkbelanghouder en zijn partner hebben samen een notarieel samenlevingscontract.
Beiden moeten dan meerderjarig zijn.
- De aanmerkelijkbelanghouder en zijn partner hebben samen een kind.
- De aanmerkelijkbelanghouder of zijn partner heeft een kind en de ander heeft dit kind erkend.
- De aanmerkelijkbelanghouder en zijn partner zijn meerderjarig en 1 van beiden heeft een minderjarig kind dat op hetzelfde adres staat ingeschreven. Maar als de aanmerkelijkbelanghouder en zijn partner een zakelijke huurovereenkomst hebben, zijn ze in dit geval geen fiscaal partners.
- De aanmerkelijkbelanghouder en zijn partner staan als partners geregistreerd bij een pensioenfonds.
- De aanmerkelijkbelanghouder en zijn partner zijn beiden eigenaar van de woning die hun hoofdverblijf is.
- De aanmerkelijkbelanghouder en zijn partner waren in 2015 al fiscale partners.
Voldoen de aanmerkelijkbelanghouder en zijn partner slechts een deel van het jaar aan de voorwaarden? Dan kunnen zij kiezen om het hele jaar fiscale partners te zijn. Staan zij het hele jaar samen in de Basisregistratie Personen (BRP) ingeschreven? Dan kunnen zij niet kiezen: zij zijn dan het hele jaar fiscale partners.
Gebruikelijkloonregeling
De gebruikelijkloonregeling bepaalt hoe hoog het loon van de aanmerkelijkbelanghouder minimaal moet zijn.
Voor de berekening van dat loon zijn de begrippen 'meest vergelijkbare dienstbetrekking' en 'verbonden vennootschap' van belang.
Meest vergelijkbare dienstbetrekking
Voor de berekening van het loon mag u een vergelijking maken met de 'meest vergelijkbare
dienstbetrekking'. U kunt dus een vergelijking maken met het loon van werknemers die niet precies hetzelfde werk doen. Daardoor is het bijvoorbeeld mogelijk om het loon van een orthodontist vast te stellen op basis van het loon van een tandarts in loondienst.
Verbonden vennootschap
Een met u verbonden vennootschap is:
- een vennootschap waarin u voor ten minste 1/3 gedeelte belang hebt - een vennootschap die voor ten minste 1/3 gedeelte belang heeft in u
- een vennootschap waarin een derde partij voor ten minste 1/3 gedeelte belang heeft, terwijl deze derde partij ook voor minimaal 1/3 gedeelte belang heeft in u
Berekening gebruikelijk loon
We gaan ervan uit dat de aanmerkelijkbelanghouder een loon krijgt dat gebruikelijk is voor het niveau en de duur van zijn werk. Dit loon is het hoogste van de volgende bedragen:
- 75% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking
- het loon van de meestverdienende werknemer van u of van een verbonden vennootschap - € 44.000
U mag het loon in de volgende gevallen op een lager bedrag vaststellen:
- U maakt aannemelijk dat het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking lager is dan € 44.000. U stelt dan het loon op 100% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking.
- U maakt aannemelijk dat 75% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking lager is dan het loon van de meestverdienende werknemer van u of van een verbonden lichaam. U stelt het loon op 75%
van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking met een minimum van € 44.000.
Voorbeeld
Het loon van de meestverdienende werknemer is € 50.000. U maakt aannemelijk dat een andere dienstbetrekking meer vergelijkbaar is met de dienstbetrekking van de aanmerkelijkbelanghouder.
Het loon van de meest vergelijkbare dienstbetrekking is € 40.000. Dat is lager dan € 44.000. U stelt
het loon van de aanmerkelijkbelanghouder daarom vast op € 40.000 (100% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking).
Als wij vinden dat een hoger loon aannemelijk is, kunnen wij eventueel tegenbewijs leveren.
Gebruikelijk loon € 5.000 of lager
Krijgt een aanmerkelijkbelanghouder geen loon voor zijn werkzaamheden en is zijn gebruikelijk loon niet hoger dan € 5.000? Dan hoeft u geen loonheffingen over dat gebruikelijke loon te betalen. De grens van € 5.000 wordt niet per onderneming getoetst, maar geldt voor alle werkzaamheden van de aanmerkelijkbelanghouder.
Betaalt u wel loon – ook al is dat lager dan € 5.000 – dan moet u wel loonheffingen betalen. De grens van € 5.000 wordt niet per onderneming getoetst, maar geldt voor alle werkzaamheden van de aanmerkelijkbelanghouder.
Partner en kinderen aanmerkelijkbelanghouder
Voor de partner of het kind van de aanmerkelijkbelanghouder die vermogen beschikbaar stelt en werkt voor de vennootschap, geldt de gebruikelijkloonregeling op dezelfde manier.
Afspraken over de gebruikelijkloonregeling
Het kan zijn dat wij met u een afspraak hebben gemaakt over de toepassing van de gebruikelijkloonregeling.
Als u op basis van deze afspraak een loon in aanmerking moest nemen van meer dan € 44.000, dan is deze afspraak per 1 januari 2015 vervallen.
Maar u mag de afspraak blijven toepassen, als u het te genieten loon verhoogt tot 75/70 van het loon dat u volgens de afspraak hebt berekend. Deze toezegging geldt tot het moment waarop de afspraak zou aflopen of als wij u eerder meedelen dat deze toezegging niet meer geldt. Dat kan bijvoorbeeld het geval zijn als wij een nieuwe afspraak met u willen maken. U kunt ook besluiten om de nieuwe regels toe te passen of om ons te benaderen voor het maken van een nieuwe afspraak.
Let op!
- Het gebruikelijk loon is het 'loon voor de loonbelasting/volksverzekeringen' (kolom 14 van de loonstaat). Dit loon is dus inclusief de bijtelling van het voordeel van een ter beschikking gestelde auto (zie ook paragraaf 21.3 en 21.4) en ná toepassing van de wettelijke vrijstellingen, zoals de vrijstelling van pensioenpremie. Deelname aan een pensioenregeling kan dus gevolgen hebben voor de toepassing van de gebruikelijkloonregeling (zie ook paragraaf 19.4). Ook gerichte vrijstellingen hebben gevolgen voor het gebruikelijk loon (zie paragraaf 20.1).
- Een aandeelhouder met een aanmerkelijk belang is niet altijd verzekerd voor de werknemersverzekeringen. Bijvoorbeeld: een directeur-grootaandeelhouder is wel een
aandeelhouder met een aanmerkelijk belang, maar is niet verzekerd (zie paragraaf 16.1.1). Als de aandeelhouder met een aanmerkelijk belang wél verzekerd is, geldt de gebruikelijkloonregeling ook voor de premies werknemersverzekeringen.
Fictief loon
Bij de gebruikelijkloonregeling gaan wij ervan uit dat de aanmerkelijkbelanghouder een loon krijgt dat gebruikelijk is voor zijn werk. Als u wel loon uitbetaalt, maar minder dan het gebruikelijke loon, moet u het verschil als loon in uw administratie verwerken en daarover loonheffingen berekenen. Dat verschil is het zogenoemde fictieve loon: u betaalt het niet werkelijk uit.
Als u helemaal geen loon uitbetaalt, behandelt u het gebruikelijke loon volledig als fictief loon.
16.1.1 Directeur-grootaandeelhouder
Een directeur-grootaandeelhouder is voor de loonbelasting/premie volksverzekeringen en de Zvw in dienst bij zijn eigen onderneming. Een directeur-grootaandeelhouder is niet verzekerd voor de
werknemersverzekeringen. In die gevallen betaalt u over zijn loon geen premies werknemersverzekeringen en houdt u verder 5,50% bijdrage Zvw in (zie paragraaf 6.2.2). Het gaat om de volgende directeuren-grootaandeelhouders:
- de bestuurder die zelf, of samen met zijn echtgenoot, op grond van de statuten over zijn ontslag kan beslissen of niet tegen zijn wil ontslagen kan worden
- de bestuurder die zelf, of samen met zijn echtgenoot en met zijn (aangetrouwde) familieleden tot en met de 3e graad, aandelen heeft die ten minste 2/3 deel van de stemmen vertegenwoordigen, zodat hij (samen met zijn familieleden) over zijn ontslag kan beslissen of niet tegen zijn wil ontslagen kan worden - bestuurders die samen alle aandelen in de vennootschap hebben en allemaal een gelijk of bijna gelijk
deel van het kapitaal in handen hebben.
- de bestuurder die via een rechtspersoon waarvan hij de bestuurder is, of via een vennootschap waarin hij aandelen houdt, zoveel invloed in de vennootschap heeft dat hij over zijn ontslag kan beslissen of niet tegen zijn wil ontslagen kan worden
Voor al deze situaties geldt dat de bestuurder zelf direct of indirect aandelen in de vennootschap moet hebben.
Met 'bestuurder' wordt in deze regeling de statutair bestuurder bedoeld. Is de statutair bestuurder een rechtspersoon, dan wordt degene die het bestuurswerk doet, ook als bestuurder gezien.
Echtgenoot
Voor deze regeling is een echtgenoot ook:
- de geregistreerde partner
- de ongehuwde meerderjarige die met de bestuurder een gezamenlijke huishouding voert, met uitzondering van bloedverwanten van de bestuurder in de 1e graad
16.1.2 Doorbetaaldloonregeling
Een directeur-grootaandeelhouder kan onder voorwaarden gebruikmaken van de doorbetaaldloonregeling (zie paragraaf 4.14).
16.2 Aannemers van werk en hun hulpen
Aannemers van werk en hun hulpen zijn bij u in fictieve dienstbetrekking als zij werken op grond van een aannemingsovereenkomst. Met een aannemingsovereenkomst verplicht de aannemer zich om voor u een bepaald werk van stoffelijke aard uit te voeren, voor een bepaalde prijs. Onder werken van stoffelijke aard vallen onder andere bouwwerken, wegenaanleg, landbewerking, herstelwerkzaamheden en het maken van kleding.
Deze fictieve dienstbetrekking geldt niet in de volgende situaties:
- De aannemer voert het werk uit in de persoonlijke of huishoudelijke sfeer (zie paragraaf 16.13).
- Een zelfstandig ondernemer of thuiswerker neemt het werk aan (zie paragraaf 16.17).