• No results found

Opdracht 1: causale vragen – het beste antwoord herkennen

Hieronder zie je drie causale vragen met antwoorden. Kies bij elke vraag het beste antwoord. Leg ook uit waarom je dit het beste antwoord vindt. Kijk daarna nog eens kritisch naar de twee minder goede antwoorden en schrijf op waarom deze minder goed zijn.

Vraag 1

In 1562 werd de eerste druk uitgegeven van de protestantse ‘deux-asesbijbel’. Deze Nederlandstalige bijbel werd gedrukt in Emden, in Noord-Duitsland. Dat de bijbel in Emden kon worden gedrukt, was het gevolg van de afspraak van de godsdienstpolitiek uit 1555 die Karel V maakte met de Duitse vorsten.

Noem deze afspraak en geef aan waardoor het drukken van deze bijbel daardoor wel mogelijk werd in Emden, maar niet in de Nederlanden.

A. Dit komt door de afspraak die gemaakt was bij de Vrede van Augsburg in 1555 dat elke vorst in zijn eigen gebied mocht bepalen wat het geloof was (protestants of katholiek). Dit noemen we cuius regio, eius religio. Dit

verklaart waarom het drukken van de bijbel in Emden wel mogelijk was, maar in de Nederlanden niet.

B. De afspraak uit 1555 was dat de vorst in zijn eigen gebied de godsdienst mocht bepalen (cuius regio, eius religio). De drukkers in Emden konden de bijbel wel drukken omdat de vorst het protestantisme toestond. In de

Nederlanden kon dit niet omdat Filips II het protestantisme verboden had. C. Dit komt door de afspraak cuius regio, eius religio. Omdat in de Nederlanden

een katholiek aan de macht was, kon daar geen protestantse bijbel worden gedrukt. Dit kon wel bij de protestantse koning in Emden.

Het beste antwoord is … omdat ….

Antwoord … zou beter zijn als…

Leerlingen herkennen juiste antwoorden: 15 Leerlingen herkennen juiste antwoord niet: 3 Argumentatie juiste antwoord:

 Alles wordt beantwoord, er is een uitleg en een conclusie  De omschrijvingen zijn goed en concreet

 Alle informatie zit er in

 Er wordt een duidelijke definitie gegeven

 Er wordt gezegd wat de afspraak inhield en waarom het boek niet in de Nederlanden gedrukt kon worden

 Het is uitgebreider dan de andere antwoorden en er wordt een definitie gegeven  Hier wordt uitgelegd welke afspraak werd gemaakt en wat die inhield. Ook wordt

er uitgelegd wat de afspraak te maken heeft met het drukken van de Bijbel.  De afspraak wordt goed uitgelegd

 Cuius regio, eius religio is uitgelegd en de reden waarom het niet mogelijk is om de bijbel in Nederland te drukken is duidelijk

 Het is concreet. Het begrip wordt uitgelegd en er wordt antwoord gegeven op de vraag.

 De uitleg wordt concreet gegeven van cuius regio, eius religio en de situatie in Nl wordt benoemd

 Het is volledig, oorzaak en gevolg is duidelijk gegeven

Andere antwoorden zouden beter zijn als:  Er een conclusie was gegeven

 Er ook iets werd gezegd over dat het protestantisme was verboden  Er concreter was opgeschreven hoe en wat, dit is te globaal

 De situatie in Nederland werd omschreven  Filips werd genoemd

 Er duidelijkere antwoorden werden gegeven

 Er omschreven was wat de afspraak cuius regio, eius religio inhield

 Er omschreven was waarom er in de Nederlanden niet mogelijk was dat er een protestantse bijbel gedrukt kon worden

 Er werd uitgelegd wat de Vrede van Augsburg was  Er werd uitgelegd wat cuius regio, eius religio is

 Er ook zou worden uitgelegd wat cuius regio, eius religio te maken heeft met het drukken van de bijbel

 Er werd uitgelegd wat ciuis regio, eius religio is en wat dat te maken heeft met het drukken van de bijbel

 Er werd uitgelegd waarom het niet mogelijk was om in Nederland protestantse bijbel te drukken

 Er werd gezegd wat cuius regio, eius religio betekent. Het is te kort door de bocht.

 De afspraak werd uitgelegd.

 Er een concrete situatie van NL in die tijd werd gegeven  De beide begrippen werden uitgelegd.

 Je verklaart waarom in NL niet, want nu zou je denken dat de vorst zijn eigen gebied niet mag bepalen

Vraag 2

Leg uit dat vanuit het verlichtingsdenken Europese volken werden gezien als superieur aan andere volken.

A. In de verlichting werd er vanuit gegaan dat geschiedenis een proces is van vooruitgang, waarbij Europese volken verder waren dan primitieve volken elders. Hierdoor zagen Europeanen zichzelf als superieur aan andere volken.

B. In de verlichting werd er vanuit gegaan dat geschiedenis een proces is van vooruitgang, waarbij Europese volken verder waren dan primitieve volken elders. C. Omdat volken in de geschiedenis vooruitgaan (oorzaak) vonden Europeanen

zichzelf beter dan andere volken (gevolg).

Het beste antwoord is … omdat ….

Antwoord … zou beter zijn als…

Antwoord … zou beter zijn als…

Aantal leerlingen dat juiste antwoord kiest: 17 Aantal leerlingen dat onjuiste antwoord kiest: 1 Antwoord is goed omdat…

 Er wordt uitgelegd wat de verlichting is  invloed  conclusie  Het is concreet, geeft een oorzaak en gevolg

 Het begrip wordt uitgelegd en er wordt antwoord gegeven op de vraag.  Begrip wordt uitgelegd, stukje van de vraag is herhaald. Er wordt een gevolg

genoemd.

 Antwoord is concreter want er wordt meer uitgelegd qua begrippen etc  Er duidelijk wordt gezegd wat de oorzaak en het gevolg is.

 Het antwoord is compleet.

 De punten die je zou moeten weten, zijn hier uitgelegd en beschreven.  De verlichting wordt uitgelegd, daarna wordt een conclusie getrokken

Ander antwoord zou beter zijn als…  Er een gevolg wordt gegeven  Er een conclusie bij wordt gegeven

 Er bij gezet was waarom Europeanen zich meer superieur voelden dan andere volken, in plaats van alleen maar dat ze zich zo voelden

 Het antwoord is te globaal, het woord verlichting zit er niet eens in

 Er een concreet antwoord op de vraag wordt gegeven en een conclusie wordt gegeven

 Er een uitleg van een begrip en een concreet antwoord wordt gegeven  Er een stuk van de vraag herhaald werd in het antwoord

 Er ook een conclusie zou worden gegeven

 Er wordt niet uitgelegd waarom Europeanen zich nou superieur voelen  Het is wel een goed antwoord maar het is niet zo concreet. Geen conclusie  Want er wordt niet uitgelegd hoe volken in de geschiedenis vooruitgegaan  Er werd gezegd waarom Europese volken beter waren

 Er werd uitgelegd wat de verlichting is  Er moet uitgebreider worden geantwoord

 Het uitgebreider werd verteld en dus ook over de Europese volken

 Het uitgebreider werd verteld, dus ook over de geschiedenis van verlichting en het proces

 Er een conclusie werd getrokken  Er een gevolg wordt genoemd  Er wordt een eindantwoord gegeven

Vraag 3

Leg uit dat de kerk in Pruissen ontevreden was met de hervormingen van Frederik van Pruisen.

A. Frederik van Pruissen was een verlicht vorst, hij legde de ideeën van de verlichting van bovenaf op, zo werden oude voorrechten afgeschaft.

B. De kerk verloor veel van haar macht. Hier waren ze natuurlijk niet blij mee. De kerk moest belasting gaan betalen en ook kwam er vrijheid van geloof.

C. De hervormingen van Frederik van Pruissen hielden onder meer in dat de kerk als elke andere organisatie werd behandeld: zo kwam er geloofsvrijheid en moest de kerk belasting gaan betalen. De kerk verloor dus een aantal voorrechten en hier was de kerk niet blij mee.

Het beste antwoord is … omdat ….

Antwoord … zou beter zijn als…

Antwoord … zou beter zijn als…

Aantal leerlingen dat juiste antwoord kiest: 15 Aantal leerlingen dat onjuiste antwoord kiest: Antwoord is goed omdat…

 Het erg concreet is

 Begrippen worden uitgelegd en er wordt antwoord gegeven op de vraag + conclusie wordt getrokken en er wordt een signaalwoord gebruikt

 Er wordt beschreven wat Frederik heeft gedaan en daarna geven ze aan dat met wat Frederik heeft gedaan dat de kerk er niet tevreden mee was

 Er wordt gezegd waarom de kerk er niet blij mee was en dat er geloofsvrijheid kwam

 Er duidelijk is wat de hervorming is en waarom de kerk daar niet blij mee is  Alle informatie aanwezig is

 Hier worden de punten uitgelegd die je zou moeten weten  Er signaalwoorden worden gebruikt

Ander antwoord zou beter zijn als…

 Er concreet werd verteld wat de hervormingen van Frederik inhielden

 Het begrip werd uitgelegd en er een verband tussen oorzaak en gevolg werd gegeven

 Er bij b ook een verband werd gelegd tussen de politiek en de kerk  Er werd gezegd wat de hervormingen van Frederik inhielden

 Er werd gezegd welke oude voorrechten werden afgeschaft. Er wordt geen verband gelegd met de kerk

 Er werd gezegd welke voorrechten werden afgeschaft  Er werd gezegd wat de hervormingen zijn

 Het stukje over de kerk ook werd uitgelegd

Bijlage 5: Opdracht 2: Causaal redeneren – zelf aan de slag met kaartjes en