• No results found

De waarderingen die over de onderzochte indicatoren zijn gegeven, staan vermeld in de onderstaande tabellen. Iedere tabel wordt gevolgd door een toelichting op deze waarderingen van de inspectie. De nummering in de tabellen verwijst naar het volledige waarderingskader primair onderwijs.

In de waardering op de indicatoren is tot uitdrukking gebracht in welke mate deze bijdragen aan de kwaliteit van het desbetreffende kwaliteitsaspect:

1. draagt niet of nauwelijks bij;

2. draagt onvoldoende bij;

3. draagt voldoende bij;

4. draagt in hoge mate bij;

5. niet te beoordelen (alleen bij Resultaten en Ontwikkeling van leerlingen).

Deze waardering is gegeven indien de school geen betrouwbare en valide gegevens over haar opbrengsten beschikbaar heeft.

basisschool 'Willem van Oranje' Kwaliteitszorg

1 2 3 4

1.1 De school heeft inzicht in de verschillen in

onderwijsbehoeften van haar leerlingenpopulatie. l

1.2 De school evalueert jaarlijks systematisch de kwaliteit van

haar opbrengsten. l

1.3 De school evalueert regelmatig het leren en onderwijzen. l 1.4 De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten. l 1.5 De school borgt de kwaliteit van het leren en onderwijzen. l 1.6 De school rapporteert aan belanghebbenden inzichtelijk over

de gerealiseerde kwaliteit van het onderwijs. l

1.7 De school waarborgt de sociale veiligheid voor leerlingen en

personeel. l

1.8 De school draagt zorg voor de kwaliteit van het onderwijs gericht op bevordering van sociale integratie en actief

burgerschap, met inbegrip van het overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit in de samenleving.

l

Toelichting:

Het jaarlijks onderzoek geeft geen aanleiding de beoordeling van de

kwaliteitszorg zoals deze in het PKO is gegeven, te herzien. Herkenbaar is dat de school zich inspant om de conclusies van dat PKO op een positieve manier aan te grijpen voor verbetering van het onderwijs. Vrijwel alle geconstateerde tekortkomingen komen op een of andere manier in de planning aan bod.

Het plan van aanpak is in die zin ambitieus dat op deze wijze binnen het tijdsbestek van iets meer dan een jaar een groot aantal verbeteronderwerpen ter hand wordt genomen. Of die verbeteringen in de praktijk kunnen worden gerealiseerd, wordt echter uit het plan onvoldoende duidelijk. De uitwerking van de verschillende verbeteronderwerpen is daarvoor te summier. In de meeste gevallen is wel duidelijk wanneer voorgenomen activiteiten moeten zijn afgerond. Welke activiteiten daarvoor moeten worden ondernomen en tot welke resultaten of effecten die moeten leiden, wordt echter uit het plan niet steeds duidelijk. Op onderdelen zijn wel nadere uitwerkingen beschikbaar. Zo is er een specifiek plan voor de versterking van het onderwijs in de

kleutergroepen en wordt een audit van het pedagogisch klimaat voorbereid.

Rapport jaarlijks onderzoek basisschool 'Willem van Oranje' - 9 januari 2007 10 De inspectie geeft de school nadrukkelijk in overweging om - tegen de

achtergrond van de omstandigheden zoals deze zijn beschreven in hoofdstuk 2 - voor de komende periode een beperkt aantal prioriteiten te kiezen en voor deze verbeteronderwerpen in teamverband vast te stellen welke concrete producten de aanpak op moet leveren en welke effecten bereikt moeten worden. Het is noodzakelijk daarbij tevens aan te geven op welke wijze te zijner tijd beoordeeld kan worden in hoeverre de gewenste resultaten daadwerkelijk zijn bereikt.

Zo zou de school bijvoorbeeld in het kader van het beleid om de sociale veiligheid te waarborgen niet alleen na moeten gaan of de nieuw opgestelde regels voor leerlingen en de afspraken in het team in de praktijk worden

nageleefd, maar ook of deze maatregelen bij de leerlingen als effect hebben dat zij zich daadwerkelijk veilig voelen. Op dit moment mist de inspectie in de aanpak van de school deze samenhang tussen beleidsmaatregelen, uitvoering van beleid en conclusies over de effectiviteit daarvan.

Ten aanzien van het kleuteronderwijs heeft de school wel inzichtelijk gemaakt welke ontwikkelingsstappen al gezet zijn en wat de verdere voornemens inhouden. Bij het periodiek kwaliteitsonderzoek in 2008 zal de inspectie nagaan of deze beleidsontwikkelingen ook in de praktijk voldoende herkenbaar zijn.

De inspectie wijst er voorts met nadruk op dat de wijze waarop de verbeteractiviteiten rond de leerlingenzorg in het plan van aanpak zijn

beschreven, onvoldoende houvast bieden om tot de noodzakelijke kwalitatieve verbetering te komen. Van belang is om in teamverband vast te stellen welke kwaliteitsstandaarden binnen de school gehanteerd moeten gaan worden om op een traceerbare manier de hulpvraag van zorgleerlingen vast te stellen en deze te vertalen in een adequate handelingsplanning. De huidige

doelomschrijvingen bieden daarop nog geen zicht.

In het kader van dit jaarlijks onderzoek is indicator 1.8 voor het eerst

onderzocht. De inspectie stelt vast dat de school nog geen expliciete visie op haar bijdrage aan de ontwikkeling van actief burgerschap en sociale cohesie heeft ontwikkeld. Duidelijk is wel dat de school zich rekenschap geeft van risico's en daarop inspeelt. Zo zijn er bijvoorbeeld afspraken gemaakt over structureel gebruik van de methode voor de sociaal-emotionele ontwikkeling.

Bij eventuele incidenten reageert de school ad hoc, maar adequaat. Om die reden beoordeelt de inspectie indicator 1.8 vooralsnog als voldoende. Van een integrale en planmatige uitwerking op dit thema is echter nog geen sprake. Op termijn verwacht de inspectie dat scholen wel tot een dergelijke uitwerking komen en zal zij daar in het toezicht ook een zwaarder accent aan toekennen.

Resultaten

1 2 3 4 5

12.1 De resultaten van de leerlingen aan het eind van de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht.

l 12.2 De sociale vaardigheden van de leerlingen liggen op

een niveau dat mag worden verwacht. l

Toelichting:

De opbrengsten aan het eind van de basisschoolperiode zijn in het kader van dit onderzoek niet opnieuw beoordeeld. Sinds het PKO van maart 2006 zijn hierover geen nieuwe gegevens beschikbaar gekomen. De inspectie handhaaft dus het oordeel zoals dat bij het laatste onderzoek is vastgesteld.

Rapport jaarlijks onderzoek basisschool 'Willem van Oranje' - 9 januari 2007 11 Ontwikkeling van leerlingen

1 2 3 4 5

13.1 De resultaten van de leerlingen voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde tijdens de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht.

l 13.3 De leerlingen doorlopen in beginsel de school binnen de

verwachte periode van 8 jaar. l

Toelichting:

De resultaten op tussenliggende momenten tijdens de basisschoolperiode zijn voldoende. De inspectie baseert dit oordeel op de laatst afgenomen landelijk genormeerde toetsen voor technisch lezen in groep 3 en groep 4, voor rekenen en wiskunde in groep 4 en groep 6 en voor begrijpend lezen in groep 6. De uitslagen van de toetsen die aan het eind van het schooljaar 2005/2006 zijn afgenomen bevestigen het beeld dat tijdens het PKO is gevormd op basis van de toetsen eerder in datzelfde schooljaar. De resultaten voor rekenen en wiskunde en begrijpend lezen lagen in de genoemde groepen op het verwachte niveau. Bij technisch lezen voldoen de resultaten van groep 3 niet aan de verwachting. In groep 4 is dat wel het geval. Met name de zwakke prestaties voor technisch lezen van de huidige groep 3 vragen naar het oordeel van de inspectie specifieke aandacht van de school. Daarbij zou zeker de aanpak van de ontluikende geletterdheid in de eerste twee schooljaren moeten worden betrokken.

Het aantal leerlingen dat op basisschool 'Willem van Oranje' blijft zitten ligt net boven het landelijke gemiddelde. Van een significante afwijking is evenwel geen sprake. Het aantal leerlingen dat aan het eind van de basisschoolperiode uitstroomt naar het leerwegondersteunend onderwijs ligt echter duidelijk boven het landelijk gemiddelde.

Rapport jaarlijks onderzoek basisschool 'Willem van Oranje' - 9 januari 2007 13

GERELATEERDE DOCUMENTEN