• No results found

Ontwikkelingen 2019 en 2020

In document Analyse kosten en gebruik Jeugdhulp (pagina 5-0)

Bij de aanbevelingen 2018 hebben we aangegeven welke maatregelen in 2019 en 2020 zijn ingezet.

Daarnaast zijn nog een aantal andere maatregelen ingezet die we hieronder toelichten.

 Inzet praktijkondersteuners Jeugd; veel van de verwijzingen naar tweedelijns aanbieders gaan via de huisarts. De POH- vangt 70% van de verwijzingen van de huisarts zelf af en biedt afdoende ondersteuning. Anders zouden deze kinderen door de huisarts naar de 2e lijn zijn verwezen. De resterende 30% krijgt een gerichte verwijzing naar de 2e lijn.

In 2020 is naast de POH-Jeugd in Ruinen en Ruinerwold ook praktijk Zuidwolde voorzien van een POH-Jeugd.

 Aanstelling toezichthouder jeugd per januari 2020. Het is van belang dat de gemeente voor jeugdhulp ook de controle op de rechtmatigheid ontwikkelt om misbruik te voorkomen en cliënten hiertegen te beschermen. Daarnaast kan onrechtmatig gebruik van jeugdhulp teruggevorderd worden. Ook constateren we dat onrechtmatigheid en onvoldoende kwaliteit ook vaak samengaat. De toezichthouder heeft dan ook een kort lijntje met de Inspectie.

 Handle With Care is een samenwerking tussen de gemeente, de politie, het onderwijs, Veilig Thuis Drenthe en de welzijnsorganisatie. Als de politie op een huiselijk geweld melding af is gegaan en er zijn kinderen aangetroffen, wordt er gevraagd op welke school betreffende kinderen zitten. De school wordt bij voorkeur voor 8:00, maar in elk geval zo snel mogelijk verteld dat het kind iets heftigs heeft meegemaakt. Vanwege privacy wordt er verder geen informatie gegeven. Wel kan de school nu extra aandacht en zorg voor het kind hebben en signaleren wat het kind nodig heeft.

 ‘Eerder erbij bij huiselijk geweld’ is daar een ‘verlengde’ van. Dit betreft een samenwerking tussen de welzijnsorganisatie, de politie en team Veilig Opgroeien (CJG De Wolden

Hoogeveen). Dit programma streeft ernaar om met de politie af te spreken dat meldingen over huiselijk geweld binnen 24 uur bij het CJG onder de aandacht worden gebracht. Een medewerker van de welzijnsorganisatie (een schoolmaatschappelijk werker of een algemeen maatschappelijk werker) gaat op huisbezoek om hulp te bieden aan het gezin, de collega van Veilig Opgroeien gaat mee in het kader van ‘meedenken, meedoen’, om veiligheidsafspraken te maken. Dit betekent niet dat de zaak al wordt opgeschaald naar inzet van Veilig

Opgroeien; het gaat om meedenken, expertise benutten aan de voorkant van een zaak, in plaats van aan het eind als de situatie drastisch is verergerd. Wetenschappelijk onderzoek wijst uit dat hulp bij huiselijk geweld het meest effectief is, als het binnen 24 uur geboden wordt, door mensen met de juiste expertise. We willen deze manier van werken uitproberen om te kijken of het de kans op recidive verkleint, er minder zaken opgeschaald worden naar Veilig Opgroeien en of we geweld eerder kunnen doen stoppen in gezinnen.

Met deze initiatieven leveren we een bijdrage om het geweld snel en duurzaam te stoppen.

 Met ingang van 1 januari 2020 zijn de beleidsregels aangepast waardoor de toegang meer handvatten heeft om te kunnen sturen.

We gaan niet meer uit van gebruikelijke zorg, maar van maatwerk en draagkracht/draaglast.

Door de aanpassing in de beleidsregels indiceren we alleen wat nodig is om bepaalde doelen te bereiken. Jeugdhulp is bedoeld om kinderen en hun ouders te helpen zo snel als mogelijk weer op eigen benen te staan. Ook de inzet van een PGB is hiervoor bedoeld, dit betreft geen inkomensvoorziening c.q. compensatie. Bij PGB is tevens het uitgangspunt dat een ouder in principe geen hulpverlener kan zijn voor zijn/haar eigen kind.

 Inzet Thuiscoach bij multiprobleem huishoudens c.q. gezinnen

Doel van deze inzet om in deze situatie een strakke casusregie te hanteren, hulpverlening af te stemmen en waar mogelijk af te bouwen. Uiteindelijke doel is dat cliënten zelf weer zicht en regie hebben op hun situatie.

2.3 Aanbevelingen uit deze analyse

 Doe een verdiepingsonderzoek naar de (meest opvallende) stijgende en dalende kosten per interventieniveau. Doel hiervan is te achterhalen of bijvoorbeeld de doorlooptijd van de voorziening langer is of de zorg intensiever wordt ingezet en wat is hier dan de reden van.

 Bouwsteen 43A19 Verblijf met behandeling specialistisch betreft een dure bouwsteen. Het aantal voorzieningen is gedaald van 17 in 2018 naar 6 in 2019. Doe een

verdiepingsonderzoek naar deze ontwikkeling.

 Monitor de voortgang na het afgeven van beschikkingen door contact met de cliënt te onderhouden inzake de voortgang en de inzet van de aanbieder.

 Richt het proces t.a.v. cliëntgebonden overeenkomsten aan de voorkant strakker in en beperk bij meerzorg de duur van de toekenning.

 Maak afspraken met aanbieders inzake het aanleveren van evaluatieverslagen. Ontwikkel hier een format voor. De kwaliteit van deze verslagen is veelal niet optimaal.

 Onderzoek in hoeverre cliënten, wiens verzoek (deels) wordt afgewezen door de gemeente, alsnog jeugdzorg ontvangen via een verwijzing van de huisarts.

 Doe verdiepingsonderzoek naar de cliënten die een afwijzing hebben gekregen en wat hiervan de achterliggende redenen zijn. Doel hiervan is om aan te tonen dat niet elke hulpvraag één op één wordt omgezet in jeugdhulp. Neem het aantal afwijzingen standaard mee in de analyse.

 Onderzoek of het mogelijk is om een verdiepingsanalyse te maken op wijkniveau.

 Creëer intern nog meer kostenbewustzijn.

2.4 Uitgevoerde acties n.a.v. aanbevelingen 2018

BMC heeft een onderzoek gedaan naar het functioneren en positioneren van het PMT. In 2019 is er een gesprek geweest met het PMT. Naar aanleiding van dit gesprek is als input voor het onderzoek van BMC de behoefte meegenomen, om gegevens in Zuid Drenthe met elkaar te delen en te analyseren op deze schaal. Hiervoor is in juni 2020 een vacature geplaatst om deze functie in te vullen. We willen met deze specialist de analyse door ontwikkelen. Mogelijk kunnen we daarmee de analyse eerder in het jaar opleveren. Op dit moment kan de analyse pas opgesteld worden na afronding van de jaarrekening. In de analyse van de zorgkosten jeugdhulp 2015-2018 zijn een aantal concrete aanbevelingen gedaan. We zullen hier een korte toelichting geven over de ontwikkelingen met betrekking tot deze aanbevelingen.

- Aanbeveling

Ga in gesprek met de aanbieders met de grootste omzet in gemeente De Wolden en de aanbieders die het hardst in omzet stijgen. Een aantal van deze aanbieders laten een

duidelijk kostenstijging zien in zwaardere bouwstenen. Insteek van het gesprek moet zijn om de oorzaak van de stijging te achterhalen en mogelijkheden te zoeken deze te beperken.

 Actie

In 2019 heeft een aanbesteding plaatsgevonden voor de nieuwe contracten jeugdzorg 2020-2028 (vanuit de jeugdhulpregio). Met de 12 grootste zorgaanbieders (verantwoordelijk voor circa 50% van de totale kosten) is een omzetbegrenzing afgesproken.

 Daarnaast was er bij het prestatiemanagementteam geen ruimte voor specifieke afspraken over ontwikkeling cijfers. Wel heeft er een afspraak plaatsgevonden met accountmanager Coevorden. Dat heeft ertoe geleid dat in het verbetertraject prestatiemanagementteam afspraken zijn gemaakt over het delen van gegevens t.b.v. analyse en wordt er een data-specialist aangesteld.

- Aanbeveling

Doe dossier inhoudelijk onderzoek om de oorzaak te achterhalen voor de toename in het aantal cliënten met zorgkosten van €75.000,- of hoger.

 Actie

Op het niveau van de SWO is dossieronderzoek gedaan bij 4 dossiers. Hierbij zijn een aantal constateringen gedaan die we meenemen in de doorontwikkeling sociaal domein. We hebben onder andere geconstateerd dat we de ondersteuning niet in samenhang aanbieden.

De processen worden los van elkaar ingezet en niet afgestemd.

- Aanbeveling

Ga in gesprek met de gecertificeerde instelling JB Noord om de oorzaak voor de toename in het aantal ondertoezichtstellingen (OTS) langer dan 1 jaar te achterhalen.

 Actie

In gemeente De Wolden is het aantal OTS-en laag. Een stijging is percentueel dan relatief hoog. Bij navraag bleek dit om één gezin te gaan met vier kinderen. Een OTS telt per kind en niet per gezin.

- Aanbeveling

De bouwsteen ‘Gezond zijn: verblijf specialistisch’ laat in 2017 en 2018 een groei zien in het aantal verblijfsdagen. Doe dossier inhoudelijk onderzoek om de oorzaak hiervan te

achterhalen.

 Actie

Mede doordat 2019 een jaar was waar de inzet van contractmanagers vooral heeft gelegen op de inkoop van jeugdzorg, is hier niets mee gedaan. Voorstel is om een vervolgonderzoek te doen ten aanzien van duur en doorlooptijd.

- Aanbeveling

Scherp de beleidsregels aan waardoor de toegang een beter instrumentarium krijgt om aanvragen wel of niet te honoreren.

 Actie

Dit is gerealiseerd en effectief per 1 januari 2020.

- Aanbeveling

Daarnaast is het van belang om intervisie organiseren met vertegenwoordigers van gemeenten in Zuid-Drenthe uit de toegang t.b.v. een eenduidig gebruik van de het inkoopmodel. Dit bevordert de kwaliteit van de toegang

 Actie

Dit is meegenomen in het PMT en staat in de planning voor 2020.

3 Ontwikkelingen kosten jeugdhulp

De afgelopen jaren zijn er verschillende uitgaven en inkomsten geweest binnen de jeugdhulp. Om na te gaan wat de ontwikkeling in de afgelopen jaren is geweest van deze geldstromen worden deze hieronder in hoofdlijnen in kaart gebracht.

De uitgaven voor de jeugdhulp zijn onder te verdelen in zes verschillende categorieën over de jaren 2017- 2019. Deze kosten zijn uitgesplitst in:

1. Zorgkosten ZIN/PGB 2. Lokale uitvoeringskosten 3. Regionale uitvoeringskosten 4. Voorliggende veld/subsidies 5. Veilig Thuis Drenthe

6. Overig

3.1 Zorgkosten ZIN/PGB

Verreweg het grootste deel van het budget wordt besteed aan de zorgkosten voor zorg in natura (ZIN) en persoonsgebonden budget (PGB). Ten opzichte van 2017 zijn de zorgkosten in 2019 met 37%

toegenomen. In de cijfers zie je een daling in de zorgkosten PGB, dit betreft grotendeels een verschuiving naar de zorgkosten ZIN. De stijging in de zorgkosten ZIN kan de gemeente gedeeltelijk beïnvloeden. De gemeente verwijst zelf cliënten door naar de tweede lijn, maar er zijn ook andere kanalen, waaronder de huisarts, die personen doorverwijst naar jeugdzorg waarop de gemeente geen directe invloed op uit kan oefenen.

Voor verwijzingen GI’s wordt per medio 2020 een zorgmakelaar ingezet teneinde een beter stuur te hebben en kwalitatief goede en concrete verwijzingen te realiseren.

Onderstaande cijfers komen uit de productiegegevens, (eventuele) effecten van solidariteit of budgetplafonds zijn hier niet in meegenomen.

De zorgkosten ZIN (boven)regionaal dalen in 2018 en 2019. In 2017 werden de kosten van pleegzorg nog gezamenlijk ingekocht. Inzet pleegzorg is nu structureel tot 21 jaar, tenzij cliënt aangeeft dit niet te willen. In 2018 en 2019 betaalt de gemeente deze kosten zelf aan de zorgaanbieders en zijn deze verwerkt in de zorgkosten ZIN. De zorgkosten regionaal in 2019 betreffen voornamelijk Spoed voor Jeugd en Jeugdhulp+.

In deze tabel hebben we de werkelijke zorg- en uitvoeringskosten 2019 afgezet tegen de begrote zorg- en uitvoeringskosten 2019.

3.2 Lokale kosten, uitvoeringskosten en overige kosten

De overig benoemde categorieën laten het onderstaande kostenverloop zien in de periode vanaf 2017 tot en met 2019.

De lokale uitvoeringskosten zijn de kosten voor de medewerkers team aanvragen en bureaudienst en voor de medewerkers van het team veilig opgroeien. Dit laatste team komt in actie wanneer er een risico is voor de veiligheid van het kind. Dit betreft een wettelijke taak en raakt altijd complexe problematiek. Onderdeel hiervan is de voorbereiding op een traject richting gedwongen kader indien nodig.

Verder bestaan de lokale uitvoeringskosten uit de kosten voor telefonische bereikbaarheid, zorgadministratie, factuurafhandeling en de leidinggevende taken binnen het team Jeugd &

Bijzondere Zorg. De overige kosten (w.o. contractmanagement, financieel advies, beleid) zijn niet meegenomen in deze uitvoeringskosten.

De lokale uitvoeringskosten zijn toegenomen met € 34.000. Dit betreft een interne doorbelasting vanuit de Samenwerkingsorganisatie. Door hoge werkdruk en zware problematiek kregen we te maken met ziekte. Om de continuïteit van de dienstverlening te borgen is tijdelijk de formatie uitgebreid.

Onder de regionale uitvoeringskosten vallen de kosten voor de regionale uitvoering (penvoerder/

coördinerende gemeente) en het team PMT. De taken voor inkoop en contractmanagement en inhoudelijke regie zijn verdeeld over de coördinerende gemeenten, de sub-regio’s en de afzonderlijke gemeenten.

Onder de kosten voor de algemene voorzieningen vallen de subsidies voor het versterken van het voorliggend veld (preventieve hulp) zoals: budget schoolmaatschappelijk werk, JGZ en Yorneo en budget cliënt ervaring onderzoek. Er worden daarnaast nog meer activiteiten uitgevoerd op het preventieve vlak zoals het consultatiebureau, maar deze vallen in de begroting onder een ander programma c.q. kostenplaats.

In 2019 zijn de uitvoeringskosten toegenomen met circa € 80.000. Deze toename bestaat voor € 59.000 uit Veilig Thuis Drenthe. De kosten Veilig Thuis Drenthe worden door GGD Drenthe in rekening gebracht en de gemeente heeft hierop geen invloed. De verklaring van de kostenstijging is de herverdeling van deze kosten over 18+ en 18-.

3.3 Zorgvolume

In dit hoofdstuk wordt ingezoomd op de ontwikkeling van het zorgvolume. Hierbij wordt zowel gekeken naar de ontwikkeling van het aantal voorzieningen als de zorgkosten voor de verschillende interventieniveaus. Verder wordt er gekeken naar de ontwikkeling van verschillende bouwstenen.

De algemene trend laat een stabilisatie zien voor zowel het aantal voorzieningen (zowel ZIN als PGB) als het aantal cliënten. Zie onderstaande grafiek. Het aantal cliënten is in de periode 2017-2018 gestegen en in de periode 2018-2019 is een kleine daling te zien. In de volgende paragrafen wordt deze trend nader onderzocht.

3.4 Interventieniveau

Binnen Drenthe wordt gewerkt met interventieniveaus (IV). Zij hieronder:

Toelichting per interventieniveau:

In de overgang van 2017 naar 2018 is een duidelijk stijging zichtbaar in het aantal voorzieningen op IV5, IV6, IV7 en IV8. In de overgang van 2018 naar 2019 is een stabilisatie te zien.

0 100 200 300 400 500 600

2017 2018 2019

IV4 IV5 IV6 IV7 IV8 CGO

Aantal voorzieningen per IV

In deze tabel zie je de ontwikkeling van de totale kosten per interventieniveau. In de overgang van 2017 naar 2018 is , conform het aantal voorzieningen, een duidelijke stijging te zien in de kosten van IV5, IV6, IV7 en IV 8.

De stijging in kosten worden deels veroorzaakt door een stijging in het aantal voorzieningen.

Daarnaast stijgen de gemiddelde zorgkosten per voorziening voor sommige interventieniveaus. Naast de jaarlijkse indexering van de tarieven hebben er geen prijsstijgingen plaatsgevonden wat betekent dat de gemiddelde zorgvraag is toegenomen. In onderstaande tabel zie je de gemiddelde kosten per voorziening per interventieniveau.

3.5 Bouwstenen

In deze paragraaf wordt gekeken naar de bouwstenen met de meeste kosten voor de jaren 2017, 2018 en 2019. Vervolgens wordt gekeken naar de grootste stijgers en dalers wat betreft kosten. Zie voor een volledig overzicht van de kosten en voorzieningen per bouwsteen het overzicht in bijlage 2.

In deze tabel zijn de bouwstenen weergegeven met de hoogste kosten in 2019.

De bouwstenen 45A34, 41B06 en 43A19 behoorden in 2017 en 2018 ook tot de bouwstenen met de hoogste kosten. In 2019 is bouwsteen 45A37 nieuw en de kosten van bouwsteen 41B05 laat een jaarlijkse groei zien.

45A37 behandeling individueel IV 5

Dit is een nieuwe bouwsteen voor Gezond Zijn Plus behandeling specialistisch (alleen Accare, GGZ Drenthe en Lentis bieden deze bouwsteen aan). De lagere kosten bij bouwsteen 45A34 Gezond zijn midden behandeling staan tegenover de kosten van bouwsteen 45A37. Dit betreft een omzetting.

41B05 MOC (Medisch Orthopedagogisch Centrum)

Deze stijging is volledig afkomstig van zorgaanbieder Yorneo. Het aantal voorzieningen laat ook een stijgende lijn zien van 5 in 2017 naar 11 in 2018 naar 13 in 2019.

41B06 Kinderdienstencentrum

De kosten van deze bouwsteen betreffen 1 zorgaanbieder (Cosis voorheen Promens Care). In 2018 nemen de kosten toe en in 2019 vervolgens weer af. Het aantal voorzieningen stijgt in 2019 nog wel en gaat van 15 in 2017 naar 19 in 2018 naar 20 in 2019.

43A19 Verblijf met behandeling

De kosten van deze bouwsteen stijgen in 2018 en dalen in 2019. De totale kosten van

interventieniveau 8 blijven nagenoeg gelijk in 2019. De daling op deze bouwsteen betreft geleverde zorg door Yorneo. Tegenover deze daling staat onder andere een stijging op bouwsteen 43B19.

Top stijgers

Onderstaand overzicht geeft bouwstenen weer met de grootste kostenstijging in de periode 2018- 2019. Onder de tabel wordt elke bouwsteen kort toegelicht.

Wat opvalt in bovenstaande tabel is dat de top 5 stijgers bestaat uit 3 bouwstenen met interventieniveau 8. Dit verklaart een deel van de stijging in kosten op totaalniveau.

45A22 Ambulante gezinsbehandeling, IV 5

De stijging in bouwsteen 45A22 Gezond zijn opgroeien opvoedingsproblematiek A betreft enkel volumegroei. In 2018 waren er 7 voorzieningen met deze bouwsteen en in 2019 waren dit er 21.

43B16 Pilot bouwsteen (verblijf met behandeling)

De stijging in bouwsteen 43B16 Gezond zijn pilot bouwsteen is verblijf met behandeling betreft volumegroei. In 2018 waren er 4 voorzieningen met deze bouwsteen en in 2019 waren dit er 11.

Deze zorg is enkel geleverd door zorgaanbieder Accare.

43B19 Verblijf met zeer specialistische behandeling

Er zijn 2 voorzieningen met bouwsteen 43B19 Intramurale behandeling zeer specialistisch. De kosten hebben nagenoeg volledig betrekking op 1 voorziening. Deze voorziening is in september 2018 gestart waardoor de kosten in dat jaar nog aanzienlijk lager waren dan in 2019.

43A18 Verblijf met behandeling

Er zijn 2 voorzieningen met bouwsteen 43A18 Gezond zijn verblijf basis. 1 voorziening is gestart in maart 2018 en 1 voorziening is gestart in juli 2019. Wanneer deze voorzieningen door blijven lopen, zullen deze kosten in 2020 nog verder oplopen.

99999 Cliëntgebonden overeenkomst

Bouwsteen 99999 betreft cliëntgebonden overeenkomsten. Het aantal voorzieningen met een cliëntgebonden overeenkomst is gedaald. Er zijn echter twee nieuwe voorzieningen in 2019 die per stuk circa € 60.000 kosten waardoor de totale kosten hiervan fors groeien. In 2020 gaan we starten met het volgen van de CGO’s met als doel de trend beter te begrijpen en om daarbij goed te bepalen voor welke termijn een beschikking wordt afgegeven, veelal een wat korter tijdsbestek.

Top dalers

Onderstaand overzicht geeft bouwstenen weer met de grootste kostendaling in de periode 2018- 2019. Onder de tabel wordt elke bouwsteen kort toegelicht.

43B11 Verblijf met behandeling Ambiq

In 2018 waren er 4 jeugdigen uit 2 gezinnen die gebruik hebben gemaakt van de bouwsteen gezond zijn gezinsbehandeling. In 2019 is er geen enkele voorziening met deze bouwsteen afgegeven waardoor deze kosten in 2019 nihil zijn.

41A20 Dagbesteding basis

In 2018 waren er 4 voorzieningen met bouwsteen dagbesteding basis intensief en in 2019 waren er 0 waardoor deze kosten in 2019 nihil zijn.

41A21 Dagbesteding specialistisch

In 2018 waren er 10 voorzieningen met bouwsteen dagbesteding licht specialistisch en in 2019 8. Dit

43A19 Verblijf met behandeling specialistisch

Het aantal voorzieningen met bouwsteen gezond zijn verblijf specialistisch is van 17 in 2018 gedaald naar 6 in 2019. Deze ontwikkeling nemen we mee in de aanbevelingen om nader te onderzoeken.

45A35 Individuele behandeling IV 6

Het aantal voorzieningen met bouwsteen gezond zijn zwaar behandeling is van 97 in 2018 gedaald naar 42 in 2019. In 2019 is bouwsteen 45A44 gezond zijn plus IV6 een nieuwe bouwsteen. De daling in kosten op bouwsteen 45A35 is nagenoeg gelijk aan de kosten en voorzieningen stijging van 45A44.

3.6 Cliënten

Waar we in 2018 nog een stijging zagen van het aantal cliënten ZIN, zijn deze in 2019 op 4 na gelijk aan 2018. De gemiddelde kosten per cliënt zijn wel toegenomen. De totale kosten ZIN met

betrekking tot 2018 waren € 3.427.947 en met betrekking tot 2019 € 3.801.938. Dit is een toename van de gemiddelde kosten per cliënt van € 6.024 naar € 6.670. Hiermee zit gemeente De Wolden onder het gemiddelde voor gemeenten van gelijke omvang. 1

In 2019 hebben 570 cliënten jeugdzorg ontvangen. 190 cliënten hiervan hebben in 2017 en 2018 geen jeugdzorg ontvangen.

1 cliënt kan meerdere voorzieningen hebben. Het aantal voorzieningen is in 2019 (1.004 voorzieningen) nagenoeg gelijk gebleven aan 2018 (1.012 voorzieningen). Wel zien we een

verschuiving van het aantal cliënten met 1 voorziening naar het aantal cliënten met 2 voorzieningen.

Met de inkoop is ervoor gekozen om met bouwstenen c.q. modules te werken, zodat op maat een passend aanbod kan worden samengesteld. In onderstaande tabel zijn de cijfers gebaseerd op een heel kalenderjaar. Soms worden voorzieningen tijdelijk toegekend bijvoorbeeld ter overbrugging van een periode tot de gewenste ondersteuning beschikbaar is.

Noot: Bovenstaande tabel is op basis van het aantal voorzieningen in het systeem. Wanneer een cliënt bijvoorbeeld een herindicatie heeft in de loop van het jaar en de zorg wordt uniform doorgezet

Noot: Bovenstaande tabel is op basis van het aantal voorzieningen in het systeem. Wanneer een cliënt bijvoorbeeld een herindicatie heeft in de loop van het jaar en de zorg wordt uniform doorgezet

In document Analyse kosten en gebruik Jeugdhulp (pagina 5-0)

GERELATEERDE DOCUMENTEN