• No results found

Hoofdstuk 6 – Heeft het begrip ‘ongelukkige samenloop van omstandigheden’ een

6.4 Heeft het begrip ‘ongelukkige samenloop van omstandigheden’ een toegevoegde

6.4.3 Ongelukkige samenloop van omstandigheden: een toegevoegde waarde?

Ik ben tot de conclusie gekomen dat het begrip ‘ongelukkige samenloop van omstandigheden’ slechts een etiket is dat berust is op andere beoordelingscriteria. Verder ben ik tot de conclusie gekomen dat het begrip ‘ongelukkige samenloop van omstandigheden’ in situaties ten aanzien van professionele partijen in hun verhouding tot particulieren leidt tot uitkomsten die niet in overeenstemming zijn met het overige onrechtmatige daad-recht. Hieraan wil ik nog

toevoegen dat het begrip ‘ongelukkige samenloop van omstandigheden’ rechtsonzekerheid teweegbrengt omdat niet geheel duidelijk is in welke context het begrip aangenomen kan worden. De categorie huis-, tuin- en keukensituaties schept nog enigszins duidelijkheid. Doordat het begrip ook aangenomen kan worden in variërende situaties ten aanzien van professionele partijen in hun verhouding tot particulieren, is het naar mijn mening niet helder in welke context het begrip nog meer aangenomen kan worden. Hierbij trek ik de vergelijking met sport- en spelsituaties waarin juist vrijwel altijd duidelijk is of een situatie hier wel of niet onder geschaard kan worden. Alles overziend ben ik van oordeel dat het begrip louter

43 ‘ongelukkige samenloop van omstandigheden’ geen toegevoegde waarde heeft voor het onrechtmatige daad-recht.

6.5 Conclusie

Het begrip ‘ongelukkige samenloop van omstandigheden’ fungeert mijns inziens niet als criterium om te beoordelen of een onrechtmatige daad is gepleegd. De Kelderluikfactoren ‘de kans dat als gevolg van de gedraging een ongeval ontstaat’ en ‘de mate van bezwaarlijkheid van de te nemen voorzorgsmaatregelen’ zijn in mijn ogen de bijzondere gezichtspunten die wél de criteria vormen inzake situaties die worden aangemerkt als een ‘ongelukkige

samenloop van omstandigheden’. Het begrip ‘ongelukkige samenloop van omstandigheden’ verhult deze échte bijzondere gezichtspunten en is zodoende slechts een etiket dat berust op andere beoordelingscriteria. Het etiket ‘ongelukkige samenloop van omstandigheden’ leidt naar mijn mening inzake situaties ten aanzien van professionele partijen in hun verhouding tot particulieren tot uitkomsten die niet in overeenstemming zijn met het overige onrechtmatige daad-recht. Verder ben ik tot de conclusie gekomen dat het begrip ‘ongelukkige samenloop van omstandigheden’ tot rechtsonzekerheid leidt omdat niet geheel duidelijk is in welke context zij aangenomen kan worden. Op grond van deze bevindingen ben ik tot de conclusie gekomen dat het begrip 'ongelukkige samenloop van omstandigheden’ geen toegevoegde waarde heeft voor het onrechtmatige daad-recht.

44

Conclusies

Hierbij zullen de belangrijkste constateringen en bevindingen op een rij worden gezet en wordt nogmaals een antwoord gegeven op de probleemstelling:

‘Heeft het begrip ‘ongelukkige samenloop van omstandigheden’ een toegevoegde waarde in het onrechtmatige daad-recht?’

Een onrechtmatige gedraging kan worden aangenomen indien een persoon zich schuldig maakt aan een inbreuk op een recht, strijd met een wettelijke plicht of strijd met de maatschappelijke betamelijkheid. Onder laatstgenoemde categorie worden door de rechterlijke macht ook gevaarzettende situaties geschaard. Deze worden beoordeeld met behulp van de Kelderluikfactoren, waarvan de voorzienbaarheid van gevaar het belangrijkste gezichtspunt is. De voorzienbaarheid van gevaar kan worden geïdentificeerd met de

Kelderluikfactor ‘de kans dat als gevolg van de gedraging een ongeval ontstaat’. Indien er sprake is van een gevaarzettende situaties in sport- en spelsituaties of een situatie wordt aangemerkt als een ‘ongelukkige samenloop van omstandigheden’ geldt een verhoogde drempel voor aansprakelijkheid. Kennelijk vindt de beoordeling hiervan tevens plaats met behulp van bijzondere gezichtspunten. De Kelderluikfactoren ‘de kans dat als gevolg van de gedraging een ongeval ontstaat’ en ‘de mate van bezwaarlijkheid van de te nemen

voorzorgsmaatregelen’ zijn in mijn opinie de bijzondere gezichtspunten die de criteria vormen inzake situaties die worden aangemerkt als een ‘ongelukkige samenloop van

omstandigheden’.

In de literatuur wordt de gedachte gedeeld dat het wellicht de bedoeling is van de Hoge Raad om situaties waarin sprake is van een ‘ongelukkige samenloop van omstandigheden’ onder één grote groep te scharen, vergelijkbaar met een aanduiding als ongelukjes of pechgevallen. Naar mijn mening is deze opvatting een logische gedachte die meteen verklaart waarom het begrip geen vast kader bevat van situaties die hieronder kunnen vallen. In talloze contexten kan er namelijk sprake zijn van een ongeluk of pech. Verder wordt in de literatuur gezegd dat het begrip niet als criterium beschouwd moet worden. Op grond van de jurisprudentie ben ik tot de conclusie gekomen dat het begrip ‘ongelukkige samenloop van omstandigheden’ inderdaad niet fungeert als criterium om te beoordelen of een onrechtmatige daad is gepleegd, maar slechts een conclusie van de rechterlijke macht is na het afwegen van alle

45 omstandigheden van het geval. Het begrip ‘ongelukkige samenloop van omstandigheden’ verhult de hierboven genoemde échte bijzondere gezichtspunten en is zodoende slechts een etiket dat berust op andere beoordelingscriteria.

Vervolgens heb ik mij afgevraagd of het etiket ‘ongelukkige samenloop van omstandigheden’ ook daadwerkelijk past op huis-, tuin- en keukensituaties en situaties ten aanzien van

professionele partijen in hun verhouding tot particulieren, of dat het leidt tot uitkomsten die niet in overeenstemming zijn met het overige onrechtmatige daad-recht. Het etiket houdt namelijk in dat de bijzondere gezichtspunten zijn gehanteerd en daarmee een verhoogde aansprakelijkheidsnorm is toegepast. In huis-, tuin- en keukensituaties is het mijns inziens terecht dat de rechterlijke macht een verhoogde aansprakelijkheidsnorm aanneemt. De jurisprudentie zijn naar mijn mening allen gevallen waarin sprake is geweest van een situatie waar niemand expliciet verantwoordelijk voor kon worden gehouden. Hierom ben ik tot de conclusie gekomen dat het etiket ‘ongelukkige samenloop van omstandigheden’ uitstekend past op deze situaties omdat het louter leidt tot uitkomsten die in overeenstemming zijn met het overige onrechtmatige daad-recht.

Een verhoogde drempel voor aansprakelijkheid ten aanzien van professionele partijen in hun verhouding met particulieren zint mij daarentegen niet. Gezien het overige onrechtmatige daad-recht is het naar mijn mening namelijk onjuist dat de schade in deze situaties op de particulier wordt afgewenteld. In het overige onrechtmatige daad-recht leidt schade in deze verhouding er immers toe dat de particuliere partij zich in een voordelige positie bevindt ten opzichte van de professionele partij. Zodoende past het etiket ‘ongelukkige samenloop van omstandigheden’ naar mijn mening niet op situaties ten aanzien van professionele partijen in hun verhouding tot particulieren omdat het leidt tot uitkomsten die niet in overeenstemming zijn met het overige onrechtmatige daad-recht.

Ten slotte ben ik tot de conclusie gekomen dat het begrip ‘ongelukkige samenloop van omstandigheden’ rechtsonzekerheid teweegbrengt omdat niet geheel duidelijk is in welke context zij aangenomen kan worden. De categorie huis-, tuin- en keukensituaties schept naar mijn mening nog enigszins duidelijkheid. Maar doordat het begrip ook aangenomen kan worden in variërende situaties ten aanzien van professionele partijen in hun verhouding tot particulieren, is het naar mijn mening niet helder in welke context het begrip nog meer aangenomen kan worden.

46 Bovenstaande opmerkingen brengen mij tot het beantwoorden van de probleemstelling. Het is voor mij onduidelijk waarom de rechterlijke macht het etiket ‘ongelukkige samenloop van omstandigheden’ op bepaalde situaties plakt. Het etiket leidt in situaties ten aanzien van professionele partijen in hun verhouding tot particulieren tot uitkomsten die in strijd zijn met het overige onrechtmatige daad-recht. Tevens zorgt het begrip voor rechtsonzekerheid omdat niet geheel duidelijk is in welke context zij aangenomen kan worden. Alles overziend ben ik van mening dat het begrip louter negatieve effecten met zich meebrengt. Hierom ben ik tot de conclusie gekomen dat het begrip ‘ongelukkige samenloop van omstandigheden’ geen

47

Literatuurlijst

Literatuur Van Dam 2001

C.C. van Dam, ‘Het zinledige osvo-‘criterium’. Pleidooi tegen het gebruik van de

terminologie ’ongelukkige samenloop van omstandigheden’’, VR 2001, afl. 5, p. 139-142.

Van Dunné 2001

J.M. van Dunné, ‘Ongelukkige samenloop van omstandigheden: vriendendienst en aansprakelijkheid’, Ars Aequi 2001, afl. 10, p. 795-805.

Verheij 2003

A.J. Verheij, ‘Ongelukkige samenloop van omstandigheden: aansprakelijkheid voor letselschade bij vriendendienst’, AV&S 2003, afl. 6, p. 187-197.

Dommering 2004

E.J. Dommering, ‘Een ongelukkige samenloop van omstandigheden’, NTBR 2004, afl. 2, p. 72-79.

Tjong Tjin Tai 2005

T.F.E. Tjong Tjin Tai, ‘Gevaarzetting en risicoverhoging’, WPNR 2005/6620, p. 364-374.

Visscher 2006

L.T. Visscher, Een rechtseconomische analyse van het Nederlandse onrechtmatige

daadsrecht, Den Haag: Boom Juridische uitgevers 2006.

Abas 2007

P. Abas, ‘Een ongelukkige samenloop van omstandigheden; een afzonderlijk rechtsfiguur?’,

48 Jansen 2012

K.J.O. Jansen, Informatieplichten: over kennis en verantwoordelijkheid in contractenrecht en

buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht (diss. Universiteit Leiden), Deventer: Wolters

Kluwer 2012, p. 397-404.

Verheij 2015

A.J. Verheij, Onrechtmatige daad, Deventer: Wolters Kluwer 2015.

Asser/Hartkamp en Sieburgh 2015

A.S. Hartkamp en C.H. Sieburgh, De verbintenis uit de wet, Deventer: Wolters Kluwer 2015.

Spier e.a. 2015

J. Spier e.a., Verbintenissen uit de wet en schadevergoeding, Deventer: Wolters Kluwer 2015.

Jurisprudentie

HR 31 januari 1919, ECLI:NL:HR:1919:AG1776 (Lindenbaum/Cohen).

HR 5 november 1965, ECLI:NL:HR:1965:AB7079 (Kelderluik). HR 8 januari 1982, ECLI:NL:HR:1982:AG4306 (Dorpshuis Kamerik). HR 20 juni 1986, ECLI:NL:HR:1986:AC9426 (Speelse duw).

HR 11 december 1987, ECLI:HR:1987:AC2266 (Bushalte). HR 27 mei 1988, ECLI:NL:HR:1988:AD0344 (Veenbroei).

HR 23 juni 1989, ECLI:NL:HR:1989:AJ6863 (concl. A-G W.D.A. Asser) (Surfplank). HR 19 oktober 1990, ECLI:NL:HR:1990:AD1456 (Tennisbal).

HR 28 juni 1991, ECLI:NL:HR:1991:ZC0300 (Natrap). HR 25 juni 1993, ECLI:NL:HR:1993:AD1907 (Asbestose). HR 22 april 1994, ECLI:NL:HR:1994:ZC1347 (Taxusstruik). HR 11 november 1994, ECLI:NL:HR:1994:ZC1533 (Judoworp).

HR 9 december 1994, ECLI:NL:HR:1994:ZC1576, m.nt. C.J.H. Brunner (Zwiepende tak). HR 13 januari 1995, ECLI:NL:HR:1995:ZC1611 (Ziekenhuis De Heel/Korver).

HR 12 mei 2000, ECLI:NL:HR:2000:AA5784, m.nt. J. Hijma (Verhuizende zussen). HR 29 november 2002, ECLI:NL:HR:2002:AE5162 (Legionella).

HR 28 maart 2003, ECLI:NL:HR:2003:AF2679 (Hindernisbaan). HR 28 maart 2003, ECLI:NL:HR:2003:AF2680 (Schaatsongeval).

49 HR 20 februari 2004, ECLI:NL:HR:2004:AO1239 (Midgetgolf).

HR 28 mei 2004, ECLI:NL:HR:2004:AO4224 (Jetblast).

HR 25 november 2005, ECLI:NL:HR:2005:AU4042 (Skeelerongeval). HR 5 juni 2009, ECLI:NL:HR:2009:BH9290 (Eiser/ProRail).

HR 9 juli 2010, ECLI:NL:HR:2010:BL3262 (Verzekeraars Grolsch/Staat). HR 29 april 2011, ECLI:NL:HR:2011:BP0567 (Paardenhaar).

Hof ’s-Hertogenbosch 2 oktober 2001, ECLI:NL:GHSHE:2001:AK4579. Hof ’s-Gravenhage, 20 augustus 2003, ECLI:NL:GHSGR:2003:AQ5923. Hof Leeuwarden 23 juli 2003, ECLI:NL:GHLEE:2003:AI0394.

Hof Amsterdam 10 maart 2005, ECLI:NL:GHAMS:2005:AT9458. Hof ‘s-Hertogenbosch 5 februari 2008, ECLI:NL:GHSHE:2008:BC4964. Hof Amsterdam 26 januari 2010, ECLI:NL:GHAMS:2010:BO7591. Hof ’s-Hertogenbosch 3 november 2015, ECLI:NL:GHSHE:2015:4434.