• No results found

Onderzoeksopdracht

In document Archeologienota Antwerpen - Kastelweg (pagina 10-14)

2 Verslag resultaten bureauonderzoek

2.3 Onderzoeksopdracht

2.3.1 Vraagstelling en randvoorwaarden

Naar aanleiding van de geplande verkaveling werd een archeologisch bureauonderzoek uitgevoerd.

Hierbij staat de vraag centraal wat de impact zal zijn van de geplande werken op het archeologisch bodemarchief. Op basis daarvan wordt een afweging gemaakt of verder archeologisch onderzoek met ingreep in de bodem nodig is.

Volgende onderzoeksvragen worden behandeld:

- Welke aanwijzingen bevatten de bestaande bronnen over het archeologisch potentieel van het terrein?

- Wat is de landschapshistoriek en de gebruiksevolutie van het terrein?

- Wat is de impact van de geplande werken?

Randvoorwaarden: er zijn geen randvoorwaarden van toepassing.

2.3.2 Beschrijving geplande werken

Op het terrein wordt een installatie gerealiseerd voor het reinigen van containers (Figuur 5). De nieuwe vloerplaat kent twee niveaus. De hoogst gelegen vloerplaat is 3860 m² groot en bevindt zich rondom de site. De centraal gelegen vloerplaat is 4720 m² groot en ligt 7 cm lager dan de andere vloerplaat. Voor de aanleg zal eerst het terrein zuiver gemaakt worden. Dit omvat het wegnemen van het gras, het opbreken van de oude betonplaat en het wegnemen van de weegbrug. De bovenste laag grond van 50 cm wordt afgegraven, ter plaatse vermengd met cement en teruggelegd in functie van grondstabilsatie. Momenteel is over het volledige terrein een laag van ca. 30 cm steenpuin aanwezig. Bijgevolg zal de bodem over het volledige terrein met ca. 20 cm verstoord worden. Het geheel wordt genivelleerd en aangewalst. Daarbovenop wordt 30 cm cementgebonden betonpuin gelegd. In de hoger gelegen zone wordt 7 cm betonpuin gelegd. Daarbovenop wordt 30 cm beton gelegd.

Een groot deel van het terrein zal gebruikt worden voor de opslag van containers. Dit zal gebeuren op het niveau van het toekomstige maaiveld, dus bovenop het gewapend beton. In het kader hiervan zijn geen bijkomende bodemingrepen gepland. De burelen die ter hoogte van de Kastelweg voorzien worden, bestaan uit geprefabriceerde units met een oppervlakte van 108 m². Ze worden op sokkels van ca. 25 cm hoog geplaatst, die bovenop de betonplaat worden gezet. Ze betekenen bijgevolg geen bodemingreep. De burelen bevinden zich ter hoogte van een weg, die voorziet in een inrit en een uitrit met aansluiting op de Kastelweg. Deze weg is vandaag de dag aanwezig op het terrein en wordt herbruikt. Hier vinden geen bodemingrepen plaats.

Op twee locaties, de zone voor het reinigen van de containers en de werkzone polishing en technisch lokaal worden twee industriebouwen voorzien. De reinigingshal kent een oppervlakte van 180 m² en wordt voorzien van een luifel van 90 m². De herstellingshal kent een oppervlakte van 70,40 m² en wordt voorzien van een luifel van 193,60 m². De industriebouwen worden gebouwd op de betonplaat. De betonplaat dient als fundering. Er komen dus geen funderingen onder de betonplaat.

Er is bijgevolg geen sprake van een bodemingreep.

Figuur 5: Ontwerpplan (SL architecten bvba) met aanduiding van de begrenzing tussen de centraal gelegen vloerplaat en de vloerplaat rondom de site

Figuur 6: Detail doorsnedetekeningen vetvang (SL architecten bvba)

Figuur 7: Ontwerpplan met aanduiding van de te plaatsen vetvang, regenwaterputten en riolering (stippellijnen)

Ter hoogte van een vetvang installatie (Figuur 6) en de plaatsen waar regenwaterputten geplaatst zullen worden (Figuur 7), zal een diepere bodemingreep plaatsvinden. De vetvang zal een verstoringsdiepte hebben van ca. 1,15 m onder het huidige maaiveld en een oppervlakte van ca. 88 m². De regenwaterputten worden tot op ca. 2,45 m onder het huidige maaiveld aangelegd. Ze betekenen een verstoring over een oppervlakte van ca. 110 m². Ook de aanleg van riolering zal een diepere verstoring betekenen. Op zijn diepste punt, ter hoogte van de aansluiting op de Kastelweg, zal de riolering 2,00 à 2,50 m diep gelegd worden. De rioleringsbuis is 20 cm dik en wordt aangelegd in een sleuf van 60 cm breed.

2.3.3 Werkwijze

Het bureauonderzoek heeft betrekking op een zone die gekenmerkt wordt door een lage densiteit aan bebouwing in het verleden. Daarom wordt bijzondere aandacht besteed aan de landschappelijke opbouw en het landgebruik van het gebied.

Voor het bureauonderzoek zijn de aardkundige gegevens online opgezocht via www.dov.vlaanderen en www.geopunt.be. De geomorfologische kaart en de bodemerosiekaart zijn niet beschikbaar voor het onderzoeksgebied. Het historisch kaartmateriaal is gegeorefereerd geraadpleegd op www.geopunt.be.

Het belangrijkste beschikbare historisch kaartmateriaal werd geraadpleegd om de gebruiksgeschiedenis van het onderzoeksgebied van de laatste eeuwen zo goed mogelijk te kennen.

Met de Kabinetskaart van de Oostenrijkse Nederlanden en de Atlas der Buurtwegen worden twee momentopnames bekeken, namelijk 1771-1778 en 1841, voorafgaand aan de stafkaarten. De informatie afkomstig uit historisch kaartmateriaal kan een impact hebben op de inschatting van de kwaliteit van het eventueel aanwezige oudere bodemarchief.

Beschikbare stafkaarten en luchtfoto's van het onderzoeksterrein werden geraadpleegd op www.geopunt.be en op www.cartesius.be. Ze worden enkel weergegeven in voorliggende studie wanneer ze een relevante bijdrage kunnen leveren aan de onderzoeksvragen met betrekking tot de landschapshistoriek, de gebruiksgeschiedenis van het terrein of de evolutie van de historische bebouwing.

In het kader van de vraagstelling rond het archeologisch potentieel van het terrein werden de Centrale Archeologische Inventaris en de landschapsatlas geraadpleegd. De Centrale Archeologische Inventaris is een inventaris van tot nog toe gekende archeologische vindplaatsen. Vanwege het specifieke karakter van het archeologisch erfgoed dat voor ons verborgen zit in de ondergrond, is het onmogelijk om op basis van de Centrale Archeologische Inventaris met zekerheid uitspraken te doen over de aan- of afwezigheid van archeologische sporen. De aan- of afwezigheid van archeologische sporen dient met verder archeologisch onderzoek vastgesteld te worden.

In document Archeologienota Antwerpen - Kastelweg (pagina 10-14)

GERELATEERDE DOCUMENTEN