• No results found

De onderwijs-en opleidingssystemen in de drie landen verschillen vaak van die in de landen van herkomst. Om de Europese systemen te begrijpen en zo de opleiding goed te kunnen

volgen, wordt een workshop aangeboden. Verder worden methodieken en technieken aangereikt om een eigen manier van leren te ontwikkelen om de opleiding succesvol te volgen.

Basispakket

Deze informatie moet in alle 3 landen deel uitmaken van het onderdeel van het voortraject.

1. Overzicht schoolsysteem in het desbetreffende land.

2. Overzicht systeem voor verdere opleidingen.

3. Ondersteuning en inzicht krijgen in hoe leerstof gestructureerd te verwerken.

4. Methodieken die helpen om samenvattingen te maken.

Aanvullende modulaire opties

Deze informatie heeft een meerwaarde, maar hoeft niet in alle 3 de landen deel van het voortraject uit te maken.

5. Aanvullende informatie over schoolsysteem/opleidingssysteem.

6. Meer methodieken en praktische oefeningen.

Resultaten Nederland

In Nederland​ wordt in het kader van ‘leren-leren’ in het schakeltraject vooral aandacht besteed aan ‘hoe je het best kunt leren; hoe leerstof gestructureerd te verwerken’. Hierbij komen zaken als mindmapping, markeren, prioriteiten stellen en agenda bijhouden voorbij. ​22 kandidaten​​namen reeds deel aan het schakeltraject, nog eens ​24 kandidaten​ stromen in maart 2021 in. Het Nederlandse schoolsysteem en haar (on)mogelijkheden wordt al in een eerder stadium met de statushouder besproken.

Belemmeringen

Leerlingen hebben 2 e-mailadressen waarmee ze op 3 of 4 verschillende omgevingen moeten inloggen; dat werkt verwarrend.

Succesfactoren

Het online schoolsysteem maakte het in coronatijd mogelijk met de leerstof door te gaan.

Gedane aanpassingen

De onderwijsinstelling (Gilde) neemt een nieuw systeem, Compentent, in gebruik. Hierin worden alle examens opgeslagen. Zowel de opleider als de zorgorganisatie heeft hierin inzage, waardoor er makkelijk gecommuniceerd kan worden. Evaluaties zijn snel bijgewerkt.

Resultaten België

In België​ werd, na het screeninggesprek, aan ​33 kandidaten​ een (maatwerk)traject voorgelegd. Dit traject was afhankelijk van de interesses, doeljob en mogelijkheden van de kandidaat. Wanneer een regulier opleidingstraject tot de mogelijkheden behoorde, voorzag de projectmedewerker van Familiehulp de kandidaat zowel mondeling als schriftelijk van informatie over dit traject. Deze informatie werd de

kandidaat op begrijpelijke wijze op zijn/haar niveau aangereikt. Daarnaast begeleidde de projectwerker een aantal kandidaten naar een infomoment over zorgopleidingen in Belgisch Limburg.

Resultaten Duitsland

In Duitsland​ hebben ​42 kandidaten​ deelgenomen aan de basiscursus waarin het thema leren leren tijdens veel onderdelen behandeld werd. Werk- en leermethoden waren onderwerp in de taalcursus en tijdens de theorielessen werden ze zo nodig in een persoonlijk gesprek besproken. Daarnaast is er aandacht besteed aan doorstroming naar opleiding middels een concreet aanbod voor bijscholing (‘Gezondheidswerker en verzorger‘) te volgen bij de ‘​Computrain en advies​’ (verplegingsschool). Indien nodig was er persoonlijke begeleiding bij de aanvraag van de onderwijscheque.

Belemmeringen

Een aantal deelnemers meldde zich te laat aan bij de verplegingsschool of bij het verkeerde adviescentrum.

In enkele gevallen vond de casusadviseur van de deelnemer niet de juiste training voor de deelnemer.

Succesfactoren

De deelnemers waren zeer gemotiveerd om in een opleiding in de zorg in te stromen. De

projectcoördinatoren beschikten over een goed netwerk en persoonlijke kennis van besluitvormers.

Hierdoor verliep bemiddeling en persoonlijke ondersteuning bij het aanvragen van de onderwijsbonnen door de deelnemer in vele gevallen positief. ​12 deelnemers​​zijn doorgestroomd naar een opleiding of training in de zorg.

Evaluatie

Na het doorlopen van het voortraject wordt beoordeeld of en met welk leer- en/of werktraject de deelnemer kan starten.

Basispakket

Deze informatie moet in alle 3 landen deel uitmaken van het onderdeel van het voortraject.

1. Reflectiegesprek met begeleider over ervaringen in de voortrajecten.

2. Toetsen kennis na cursus Taal in de zorg.

3. Toetsen competenties voor gewenst beroep.

4. Toetsen reëel beeld van de zorg.

Aanvullende modulaire opties

Deze informatie heeft een meerwaarde, maar hoeft niet in alle 3 de landen deel van het voortraject uit te maken.

5. Aanvullende modules volgen.

Resultaten Nederland

In Nederland​ is de screeningslijst voor 1​e​ BBL-traject, dat als pilot een vliegende start kende, niet afgenomen. Daarom is het voortraject ook niet helemaal doorlopen. In aanloop naar het schakeltraject voor het 1​e​ BBL traject hebben ​44 kandidaten​ een selectie, in de vorm van een selectiegesprek, een NOA toets en oriënterende stage, doorlopen.22​​van deze 44 ​kandidaten ​werden geselecteerd​om met het schakeltraject te starten. Voor de aan het eind van het schakeltraject te nemen beslissing of en op welk niveau een kandidaat met een BBL-opleiding kan starten werd gekeken of opdrachten met een voldoende zijn afgerond en of de kandidaat op het vereiste niveau is. Gilde Opleidingen heeft, in overleg met

Zuyderland, het niveau van de BBL-opleiding van betreffende kandidaat bepaald. ​18 van de 22 ​kandidaten zijn doorgestroomd naar een BBL-opleiding niveau 2, 3 of 4.

De screeningslijst en daarmee ook het voortraject zijn wel ingezet bij de ​70 kandidaten​ met wie een

selectiegesprek voor het 2​e​ MBO leer-werktraject werd gevoerd. De stand van zaken van de onderdelen van het voortraject maakte deel uit van de selectiecriteria.

Gedane aanpassingen

In de selectie voor het 2​e BBL traject is de NOA toets niet afgenomen; deze bleek geen meerwaarde te hebben. In het schakeltraject is er een tussentijdse evaluatie gepland; na 9 weken les vindt er een evaluatie plaats. De kandidaat heeft daarna 9 tot 10 weken om met het gemaakte (verbeter)plan van aanpak aan de slag te zijn voordat het definitieve niveau bepaald wordt.

Resultaten België

In België wordt niet met een voortraject gewerkt,

Resultaten Duitsland

In Duitsland​ werd de basiscursus afgesloten met een mondelinge toets per onderdeel. De deelnemers ontvingen, bij goed gevolg, een certificaat. Taal in de zorg, competenties voor en reëel beeld over de zorg werd samen met een van de projectcoördinatoren mondeling en praktisch getoetst door de docent in overeenstemming met het onderzoek ‘Health Care and Caregiver’. Elke deelnemer kreeg een 20 - 30 toets over een specifiek onderwerp zoals dementie, dicubitusprofylaxe, voeding, bedrust, lichaamsverzorging, beroerte, tromboseprofylaxe, lichaamsexcreties. Dit gaf een goede indruk van de kennis en vaardigheden van elke deelnemer. De deelnemers zijn na afronden van de basiscursus opgenomen in het bestaande

beroepsopleidingsstelsel, zetten hun studie voort aan een taalschool, werken in een ongeschoold beroep of nemen deel aan andere activiteiten van het arbeidsbureau.

Belemmeringen

Het taalniveau van veel kandidaten was te laag.

Succesfactoren

Om examenstress weg te nemen werden de belangrijkste onderwerpen in de laatste week herhaald.

Daarnaast kreeg elke deelnemer kreeg twee concrete onderwerpen en voorbeeldvragen waarvoor hij/zij zich moest voorbereiden. Alle deelnemers kregen een goed beeld van de zorg, alle deelnemers slaagden voor de toets.

Aanpassingen

In de 3e cursus moesten vanwege het coronahygiëneprotocol delen van de opleiding waarbij nauw contact met het lichaam plaatsvond worden weggelaten.

Introductietraject

Ondersteunende strategieën en middelen voor een succesvol start in een baan of stage.

Basispakket

Deze informatie moet in alle 3 landen deel uitmaken van het onderdeel van het voortraject.

1. Aanbevelingen voor het introduceren van een nieuwe medewerker op de werkvloer.

2. Kennismaking begeleiders en collega’s.

3. Verwelkomen nieuwe medewerker binnen de organisatie via een introductiemoment nieuwe medewerkers.

4. Kennismaking met de organisatie; medewerker ondersteunen en informeren om goed te kunnen functioneren.

5. Introductie arbeidsvoorwaarden.

6. Introductie in werkcontext.

7. Meter/peter/mentor; persoon die aanspreekpunt is voor vragen; meeloopstage met meter/peter/mentor.

8. Samen met de collega op de werkvloer aan de slag op het eerste werkmoment.

9. Bespreking werkplanning.

10. Administratie & praktische werkregeling.

11. Invullen van alle administratieve verplichtingen.

Aanvullende modulaire opties

Deze informatie heeft een meerwaarde, maar hoeft niet in alle 3 de landen deel van het voortraject uit te maken.

12. Presentatie cultuur (vanuit de vluchteling en werkgever); elkaar leren begrijpen.

13. Taalondersteuning; communicatietraining.

14. Systemen en procedures, bijvoorbeeld ziekmeldingsprotocol werkgever.

15. Communicatie en feedback.

16. Coaching.

Resultaten Nederland

In Nederland ​is het introductietraject ingezet dat bij Zuyderland standaard bij iedere nieuwe leerling gebruikt wordt. ​22 Kandidaten​ hebben een breed georganiseerde welkomstbijeenkomst gehad waarbij ze worden rondgeleid en kennis kunnen maken met begeleiders en collega’s. De nodige systemen worden uitgelegd. Daarnaast wordt er een zogenaamde ‘introductielijst’ gemaakt waarbij een afgeronde actie afgestreept wordt. Alle acties t.a.v. het introductietraject zijn uitgevoerd door middel van workshops en trainingen. Coaching is aangevuld met een jobcoach van de gemeente en een projectcoördinator van Zuyderland. Hulp bij formulieren is veelal uitgevoerd door de begeleiders. Zowel een presentatie van de kandidaat over eigen land van herkomst als ‘communicatie’ zijn onderdeel van de examens. In maart 2021 wordt het introductietraject aan ​24 kandidaten ​aangeboden.

Belemmeringen

Het ziek melden via het systeem van Zuyderland bleek lastig voor de kandidaten. Het kwam regelmatig voor dat de werkvloer niet wist dat de leerling ziek was, omdat hij/zij bijvoorbeeld had gebeld in plaats van dit in het systeem in te voeren. Meer tips en tricks en (betaalde) begeleiding op de werkvloer is gewenst. Het is lastig voor kandidaten dat er veel dialect wordt gesproken op de werkvloer.

Succesfactoren

De leerlingen voelden zich snel thuis en goed begeleid (ze hebben gemiddeld 3 begeleiders). Er wordt gezien dat er veel aandacht en energie in deze doelgroep wordt gestoken, dat wordt als prettig ervaren.

Gedane aanpassingen

De informatie omtrent ziek melden en arbodiensten word met een hand-out nogmaals uitgelegd en meegegeven, zodat er stap-voor-stap naar teruggekeken kan worden. Meerdere hand-outs voor systemen en procedures worden ontwikkeld. Er wordt ingezet op structurele taalondersteuning en

communicatietraining op de werkvloer.

Resultaten België

In België​ wordt er voor elke medewerker van Familiehulp een introductietraject gestart waarbij de 11 benoemde punten worden behandeld. Voor de ​7 kandidaten​ van het project werd dit traject aangepast op de punten: 4, 5, 6, 7, 8, 9,10 en 11. Waar deze aspecten normaliter in een 4 uur durende presentatie door een medewerker medewerkersbeleid wordt besproken, werd de materie voor kandidaten van het project aangeboden in een aantal behapbare sessies in aanwezigheid van hun persoonlijke coach. Dit vanwege de hoge taaldrempel en de constatering dat de kandidaten extra ondersteuning nodig hadden bij

administratieve en praktische verplichtingen. De meeloopstage werd voor verschillende kandidaten verlengd en uitgebreid waardoor ze meer tijd kregen om zich een beeld te vormen van het werk. Ten behoeve van het mentorschap, dat al langer bestaat bij Familiehulp, is het aantal meters/peters uitgebreid met medewerkers die zich, na de dialoogtafels (een stap in het perceptietraject), verder wilden engageren om iemand met een vluchtelingenstatus te begeleiden. Er zijn, door het project, ​120 extra meters

beschikbaar gekomen om een meeloopstage van een statushouder te begeleiden.

Elke nieuwe gestarte projectkandidaat ontving bij Familiehulp coaching op de werkvloer door een interne coach. In een latere fase van het project werd, via een samenwerking met Stebo vzw, onder de koepel van de werkplekarchitecten, coaching op maat aangeboden aan de kandidaat. Een coach plant minimaal 20 uur individuele coaching met de nieuwe medewerker en geeft begeleiding op elk van de punten van het gehanteerde 7E-model​14​. De vraag naar de coaching oversteeg het aantal gestarte statushouders.

Familiehulp zegde de coaching ook toe aan nieuwe medewerkers met een migratieachtergrond.

Belemmeringen

Het betreft een arbeids- en tijdsintensief traject waarbij het belangrijk is dat de medewerkers van de organisatie extra inspanningen willen leveren voor mensen met een vluchtelingenstatus. De organisatie moet dan ook mee worden genomen het in het verhaal door het perceptietraject. Het werkterrein in erg groot; dit betekent veel verplaatsingen tot bij de kandidaten op de werkvloer. Vanwege corona was er geen face-to-face coaching mogelijk waardoor het leerproces voor de coachee erg vertraagd is.

succesfactoren

Het stapsgewijze perceptietraject is goed en doordacht. De taalcoaching wordt op de werkvloer georganiseerd en is sterk afgestemd op de werkcontext.

Resultaten Duitsland

In Duitsland ​hebben​ 37 deelnemers​​hun stage en daarmee de basiscursus succesvol afgerond. Er is tussen de deelnemer en het stagebureau een deelnemingscontract​15 af​gesloten. In dit contract worden het doel en de doelstellingen van de stage uiteengezet. De deelnemer verbindt zich ertoe de instructies van de

werkgever op te volgen. De onderwerpen van de basismodule liggen bij de toezichthouder van de zorginstelling en worden besproken in de theoriecursus ‘Verpleging’. Onderwerpen van de aanvullende module zijn onderdeel van de stage, de begeleider en de verpleeginrichting.

14 Beschrijving en verantwoording 7E-model: ​zie Rapport Werkpakket 2

15https://www.idz-udz.eu/de/das-projekt

Belemmeringen

Mede vanwege taalbarrières kwamen regelmatig misverstanden voor. Soms werd de deelnemer slechts ingezet op eenvoudige werkzaamheden of verondersteld overwegend zware en onaangename taken uit te voeren. Hierdoor wilde de deelnemer graag naar een andere zorginstelling.

Succesfactoren

De taken waren duidelijk omschreven en er was veel tijd ingeruimd voor vragen. De projectcoördinator hielp eventuele conflicten op te lossen, De deelnemers toonden veel eigen initiatief en de collega’s waren open en behulpzaam.

Gedane aanpassingen

De deelnemers zijn gemotiveerd en ondersteunt om op de stageplaats naar andere taken te vragen.