• No results found

6= mee eens, 7= zeer mee eens)

1 2 3 4 5 6 7

50. Ik ben vriendelijk voor mezelf. ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐

51. Ik ervaar dat ik veel dingen tege- ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ lijkertijd aan kan.

52. Ik ben een vastberaden iemand. ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐

53. Ik kom goed door moeilijke perio- ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ den heen, omdat ik eerder lastige

tijden heb meegemaakt.

54. Ik heb zelfdiscipline. ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐

55. Ik blijf altijd geïnteresseerd in ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ dingen.

56. Normaal gesproken vind ik altijd ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐

iets om over te lachen.

57. Mijn geloof in mijzelf helpt mij ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐

door moeilijke perioden heen.

58. In noodsituaties ben ik iemand op ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ wie men kan rekenen.

59. Mijn leven heeft betekenis. ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐

60. Wanneer ik me bevind in een ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐

lastige situatie, weet ik daar door- gaans weer uit te komen.

Onderstaande stellingen hebben betrekking op uw leven in het algemeen. Wij vragen u deze stellingen door te nemen en het antwoord aan te geven dat het beste overeenkomt met uw visie / gedachten. Uw antwoord is dan ook niet goed of fout; het gaat hier immers om uw beleving. Denkt u niet te lang na over een antwoord, maar geef weer wat als eerste bij u opkomt.

(1= zeer mee oneens, 2= mee oneens, 3= neutraal, 4= mee eens, 5= zeer mee eens)

1 2 3 4 5

61. Ik voel me op mijn gemak in relaties waarin ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ sprake is van een emotionele verbondenheid.

62. Ik vind het gemakkelijk om een hechte band met ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ anderen aan te gaan.

63. Ik wil graag open zijn naar anderen, maar ik ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ merk dat ik anderen niet kan vertrouwen.

(1= zeer mee oneens, 2= mee oneens, 3= neutraal, 4= mee eens, 5= zeer mee eens)

64. Ik heb het gevoel dat ik anderen meestal aardiger ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ vind dan die anderen mij vinden.

65. Ik ben bang in de steek gelaten te worden. ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ 66. Ik heb het liefst dat anderen onafhankelijk zijn ☐ ☐ ☐ ☐ ☐

van mij en dat ik onafhankelijk ben van anderen.

67. Ik vermijd nauwe banden. ☐ ☐ ☐ ☐ ☐

68. Ik vertrouw andere mensen en vind het fijn ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ wanneer anderen op mij kunnen rekenen.

69. Ik voel me ongemakkelijk wanneer de relatie met ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ anderen hecht wordt.

70. Ik vertrouw erop dat anderen er zijn wanneer ik ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ze nodig heb.

71. Ik maak me er geen zorgen over of anderen me ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ aardig vinden.

72. Ik voel me op mijn gemak in vertrouwelijke ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ relaties.

73. Ik houd ervan mezelf te kunnen redden. ☐ ☐ ☐ ☐ ☐

74. Ik wil graag hechte banden met anderen, maar ik ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ vind het moeilijk anderen volledig te vertrouwen.

75. Ik vind anderen meestal interessanter dan mezelf. ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ 76. Ik maak me geen zorgen over alleen zijn: ik heb ☐ ☐ ☐ ☐ ☐

niet zo snel iemand nodig.

77. Ik durf niet zo goed hechte relaties aan te gaan, ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ omdat ik bang ben gekwetst te worden.

78. Ik vind het belangrijk dat mensen op elkaar ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ kunnen rekenen.

79. Ik ben bang dat ik bedrogen uitkom wanneer ik ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ te hecht word met anderen.

80. Ik voel me prettig zonder hechte banden met ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ anderen.

81. Ik vind het belangrijk dat anderen mij aardig ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ vinden.

82. Ik ben vaak bang dat anderen me niet mogen. ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ 83. Het is belangrijk voor mij om onafhankelijk te ☐ ☐ ☐ ☐ ☐

zijn

84. Ik vraag mij vaak af of anderen mij wel aardig ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ vinden.

Onderstaande stellingen hebben betrekking op situaties op uw werk. Wij vragen u deze stellingen door te nemen en het antwoord aan te geven dat het beste overeenkomt met uw visie / gedachten. Uw antwoord is dan ook niet goed of fout; het gaat hier immers om uw beleving. Denkt u niet te lang na over een antwoord, maar geef weer wat als eerste bij u opkomt.

(1= zeer mee oneens, 2= mee oneens, 3= enigszins mee oneens, 4= neutraal, 5= enigszins mee eens, 6= mee eens, 7= zeer mee eens)

1 2 3 4 5 6 7

85. Wanneer ik meer positieve emoties ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ wil ervaren (zoals blijdschap of ge-

not), verander ik waar ik aan denk.

86. Ik houd mijn emoties voor mijzelf. ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐

87. Wanneer ik minder negatieve emo- ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐

tie wil ervaren (zoals verdriet of boosheid), verander ik waar ik aan denk.

88. Wanneer ik positieve emoties er ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐

vaar zorg ik ervoor dat ik daar geen uitdrukking aan geef.

89. Wanneer ik geconfronteerd word ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐

met een stressvolle situatie, zorg ik ervoor dat ik erover denk op een manier die me helpt kalm te blijven.

90. Ik houd controle over mijn emoties ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ door er geen uitdrukking aan te

geven.

91. Wanneer ik meer positieve emotie ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐

wil ervaren, verander ik de manier waarop ik denk over de situatie.

92. Ik houd controle over mijn emoties ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ door de manier waarop ik denk over

de situatie waarin ik me bevind te veranderen.

93. Wanneer ik negatieve emoties er- ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐

vaar, zorg ik ervoor dat ik daar geen uitdrukking aan geef.

94. Wanneer ik minder negatieve emo- ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐

tie wil ervaren, verander ik de ma- nier waarop ik denk over de situatie.

95. Wanneer ik minder negatieve emo- ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐

tie wil ervaren, zorg ik ervoor dat ik andere dingen ga doen ter afleiding.

Onderstaande stellingen hebben betrekking op situaties buiten het werk om. Wij vragen u deze stellingen door te nemen en het antwoord aan te geven dat het beste overeenkomt met uw visie / gedachten. Uw antwoord is dan ook niet goed of fout; het gaat hier immers om uw beleving. Denkt u niet te lang na over een antwoord, maar geef weer wat als eerste bij u opkomt.

(1= zeer mee oneens, 2= mee oneens, 3= enigszins mee oneens, 4= neutraal, 5= enigszins mee eens, 6= mee eens, 7= zeer mee eens)

1 2 3 4 5 6 7

96. Wanneer ik meer positieve emoties ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ wil ervaren (zoals blijdschap of ge-

not), verander ik waar ik aan denk.

97. Ik houd mijn emoties voor mijzelf. ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐

98. Wanneer ik minder negatieve emo- ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐

tie wil ervaren (zoals verdriet of boosheid), verander ik waar ik aan denk.

99. Wanneer ik positieve emoties er ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐

vaar zorg ik ervoor dat ik daar geen uitdrukking aan geef.

100. Wanneer ik geconfronteerd word ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐

met een stressvolle situatie, zorg ik ervoor dat ik erover denk op een manier die me helpt kalm te blijven.

101. Ik houd controle over mijn emoties ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ door er geen uitdrukking aan te

geven.

102. Wanneer ik meer positieve emotie ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ wil ervaren, verander ik de manier

waarop ik denk over de situatie.

103. Ik houd controle over mijn emoties ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ door de manier waarop ik denk over

de situatie waarin ik me bevind te veranderen.

104. Wanneer ik negatieve emoties er- ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ vaar, zorg ik ervoor dat ik daar geen

uitdrukking aan geef.

105. Wanneer ik minder negatieve emo- ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ tie wil ervaren, verander ik de ma-

nier waarop ik denk over de situatie.

106. Wanneer ik minder negatieve emo- ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ tie wil ervaren, zorg ik ervoor dat ik

Wilt u een terugkoppeling van de resultaten van dit onderzoek ontvangen? ☐ Nee, bedankt

☐ Ja, graag op het volgende e-mailadres……(digitaal in te vullen in tekstvak) Als u tot slot nog iets kwijt wilt, dan kunt u het veld hieronder invullen. Een antwoord is niet verplicht.

………...(digitaal in te vullen in tekstvak)

Dit is het einde van de vragenlijst. Zeer hartelijk dank voor uw deelname. Klik hieronder op 'Voltooien' om uw antwoorden te verzenden en de vragenlijst te sluiten.

De onderzoeksgegevens zijn vertrouwelijk en worden strikt anoniem verwerkt. Het wordt niet bekend of u de vragenlijst wel of niet heeft ingevuld. Ook kan niet worden achterhaald welke antwoorden u heeft gegeven