• No results found

Onderbouwende specifieke competenties

In document LEERPLAN TWEEDE GRAAD (pagina 25-28)

2. Systematiek en opbouw van het leerplan

3.1. Elektromechanische technieken

3.1.10. Onderbouwende specifieke competenties

BK nr. LPD Leerplandoelen Beheersings-

niveau Concretisering Werken in een

teamverband (organisatiecultuur, communicatie, procedures)

EM23 De leerlingen wisselen efficiënt informatie uit met

medeleerlingen en leerkrachten. toepassen

zoals technisch-technologisch informatie mondeling omschrijven en doorgeven

EM24 De leerlingen volgen de aanwijzingen van de leerkracht

op. toepassen zoals aangereikte

werkvolgorde volgen

EM25 De leerlingen rapporteren mondeling en schriftelijk. toepassen zoals schriftelijk onder de vorm van een verslag

Kwaliteitsbewust handelen

EM26 De leerlingen evalueren de eigen werkzaamheden kwalitatief en

kwantitatief. evalueren

zoals evalueren van werktempo, werkproces, hoeveelheden

zelfevaluatie

EM27 De leerling evalueren de kwaliteit van het eindproduct. evalueren

zoals volgens kwaliteitscriteria aangepast aan de opdracht

EM28 De leerlingen sturen de eigen werkzaamheden bij. evalueren

zoals afwerkingsgraad verhogen, fouten wegwerken, werktempo verhogen, voorstellen formuleren om proces te optimaliseren

Economisch en duurzaam handelen

EM29 De leerlingen gaan zuinig en zorgzaam om met materialen en

gereedschappen. toepassen

zoals zuinig werken, verspilling van materiaal vermijden, recycleren waar kan

EM30 De leerlingen sorteren afval. toepassen zoals sorteren volgens de correcte afvalstroom, recycleren waar mogelijk

EM31 De leerlingen realiseren een opdracht binnen de aangegeven

tijd. toepassen

Veilig, ergonomisch en hygiënisch handelen

EM32 De leerlingen handelen volgens de veiligheidsvoorschriften en

instructies. toepassen

zoals

veiligheidsinstructies, veiligheidsinformatie- bladen, veiligheids- pictogrammen, wetgeving (AREI) en noodprocedures

EM33 De leerlingen werken ergonomisch. toepassen

zoals toepassen van hef- en tiltechnieken en correcte lichaamshouding tijdens het werk

EM34

De leerlingen gebruiken persoonlijke en collectieve

beschermingsmiddelen aangepast aan de werkomstandigheden.

toepassen

EM35 De leerlingen handelen volgens de hygiënerichtlijnen. toepassen zoals handen wassen na het werk, niet eten en drinken op de werkplek

4. Minimale materiële vereisten 4.1. Algemene uitrusting

De minimale vereisten verwijzen naar de basisuitrusting die tijdens elke les beschikbaar moet zijn om de leerplandoelstellingen te kunnen realiseren. De basisuitrusting bestaat uit een leslokaal of lesruimte en het nodige didactisch materiaal.

Om de leerplandoelen te realiseren dient de school de infrastructuur, materiële en didactische uitrusting ter beschikking te stellen die beantwoordt aan de reglementaire eisen op het vlak van veiligheid, gezondheid, hygiëne, ergonomie en milieu.

De school wordt daarbij geadviseerd om de grootte van de klasgroepen af te stemmen op de beschikbare ruimte en infrastructuur.

Het integreren van recente of innovatieve technologieën, machines, software, databanken is belangrijk om de opleidingen up-to-date te houden.

Materialen en benodigdheden kunnen occasioneel ook geleend worden. Je kan ook gebruik maken van infrastructuur van externe organisaties zoals andere scholen, bedrijven of opleidingscentra.

4.2. Veiligheid

De volgende wetgeving is van toepassing: Codex, ARAB, AREI en Vlarem.

Deze wetgeving omschrijft de technische voorschriften die in acht moeten worden genomen bij de inrichting en uitrusting van lokalen en bij aankoop (aankoopdossier) en gebruik van toestellen, machines, materialen en gereedschappen.

Voor toestellen, machines en gereedschappen moet er bijkomend een Nederlandstalige handleiding en een technisch dossier aanwezig zijn op school.

Alle leraren en leerlingen kennen de veiligheidsinstructies en onderhoudsvoorschriften bij gebruik van toestellen en gereedschappen.

De persoonlijke beschermingsmiddelen moeten gedragen worden, daar waar de wetgeving, de preventieadviseur of de interne richtlijnen van de school het vereisen.

4.3. Algemene basisuitrusting vaklokalen

Een leslokaal of ruimte is minimaal uitgerust met:

- multimedia-apparatuur met de nodige actuele programma’s en/of apps om de leerplandoelen te realiseren met een voldoende snelle internetverbinding;

4.4. Basisuitrusting voor elektromechanische technieken

Basisuitrusting voor het vaklokaal en labo fysica bestaande uit:

- voldoende labotafels waar de leerlingen experimenten kunnen uitvoeren;

- een demonstratietafel met toevoer van water, elektriciteit en gas;

- een aantal veelgebruikte sensoren (temperatuur, spanning, magnetische veldsterkte, kracht, beweging), de daarbij horende software voor analyse;

- bewegingssensoren en dynamometers (krachtsensoren), toestellen uit de bewegingsleer, balans en massa’s;

- hellend vlak met wagentje (te meten met triller of bewegingssensor).

Basisuitrusting vaklokaal en labo elektromechanische technieken

Een voldoende ruim labo dat voldoet aan de veiligheidsvoorschriften minimaal uitgerust met:

- voldoende tafels waar de leerlingen experimenten kunnen uitvoeren;

- voldoende en veilige opbergmogelijkheden voor materiaal en gereedschappen;

- didactisch materiaal om de lesinhoud toe te lichten;

- de mogelijkheid om digitale metingen uit te voeren en de meetresultaten hiervan te projecteren/exporteren;

- universeel plug-in systeem met plug-in componenten, weerstanden, spoelen en condensatoren;

- meet- en controlegereedschappen zoals multimeter, ampèretang, isolatiemeter, drukmeter, schuifmaat, schroefmaat (micrometer), koppelmeter, temperatuurmeter, meetkaliber, diagnoseapparatuur;

- regelbare, beveiligde voeding, een LF-functiegenerator en een LF-oscilloscoop;

- diverse kernen, spoelen en kompasnaaldjes voor leerlingenproeven rond elektromagnetisme;

- microprocessoren zoals Arduino, PLC;

- diverse schakelmateriaal voor rechtstreeks (schakelaars, drukknoppen) en onrechtstreeks schakelen (elektromagnetische en elektromechanische schakelaars);

- diverse sensoren, limietschakelaars met spanningsvrije contacten;

- diverse actuatoren, bv. kleine elektromotoren;

- handgereedschappen zoals set schroevendraaiers, set tangen, verschillende sets sleutels (steek-, ring-, inbussleutels), montage- en demontagegereedschap, set metaalboren;

- pneumatische componenten;

- onderdelen van technische installaties voor monteren/demonteren zoals verwarming, zonnepaneel, domotica-installatie, verluchting, sanitair, motoren;

- onderdelen van technische installaties voor het monteren en plaatsen van leidingen, buizen, kanalisaties en opbouwdozen zoals verwarming, zonnepaneel, domotica-installatie, verluchting, sanitair, motoren;

- materiaal voor toepassen van borg-, verbindings-, montage- en demontagetechnieken zoals lijmen, bouten, moeren, pennen, dichtingen;

- een soldeerset;

- materiaal voor datacommunicatie en netwerkverbindingen;

- materiaal voor het uitzetten van leidingstracés zoals kabelgoten, DIN-rails;

- materiaal voor het plaatsen van een aardingsysteem;

- bij voorkeur een EHBO-set;

- een brandblusapparaat, een oogdouche en een branddeken.

Basisuitrusting voor de leerlingen Bestaande uit:

- elke leerling heeft minstens gedurende 2 lesuren per week een computer of mobiel apparaat ter beschikking tijdens de les, met de nodige software of apps (CAD) en kwaliteitsvolle internetverbinding om de leerplandoelen te realiseren;

- toegang tot digitale bibliotheek en instructiefiches;

- toegang tot een kleedkamer met lockers en voldoende wasbakken;

- veiligheidskledij (schoenen en werkpak);

- persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen in functie van de risicoanalyse (oogbescherming, gehoorbescherming, handschoenen).

In document LEERPLAN TWEEDE GRAAD (pagina 25-28)