• No results found

Motieven van katvangers

In document Vastgoed & fout (pagina 73-77)

5 Oplichting van de overheid

5.2.2 Motieven van katvangers

Het herhaaldelijke gebruik van volmachten bij de vastgoedtransacties manifesteert zich in meerdere strafzaken omtrent huisjesmelkerij, ook in strafzaken waarbij de betrokken notarissen niet als verdachten worden aangemerkt. De katvangers die de volmachten hebben afgegeven, zijn voor de vastgoedhandelaren van essentieel belang voor het verdoezelen van behaalde winsten en voor het ontdoen van enige aansprakelijkheid. Uit de strafdossiers blijkt dat de katvangers in deze zaken meestal niet met een torenhoge schuld blijven zitten, ze dienen immers als tussenstation en de woning wordt weer doorverkocht. Maar ze gaan er in financieel opzicht ook niet op vooruit. Het afgeven van een volmacht blijkt niet te worden ingegeven door financieel gewin. Maar wat zijn dan de motieven van de katvangers om een volmacht af te geven?

74 Vastgoed & fout

Allereerst lijkt sprake te zijn van naïviteit.’Hij zei dat het was voor goede dingen’ zegt bijvoorbeeld een Surinaamse vrouw die ooit bij een notaris in Paramaribo een volmacht heeft getekend en daar nu door de politie mee wordt geconfronteerd. Ze zegt nooit een cent gezien te hebben van de € 53.000 transactiewinst die inmiddels formeel op haar naam staat. De naïviteit gaat meestal gepaard met loyaliteit, die sterk samen lijkt te hangen met familiebanden en met een gedeelde etnische achtergrond. In de strafdossiers komt althans naar voren dat de volmachten in hoofdzaak worden afgegeven door mensen die dezelfde etnische achtergrond hebben als de hoofdverdachten. Vaak betreft het ook familieleden.

Daarnaast zien we dat katvangers soms worden overgehaald door het aanbod om op kosten van de vastgoedhandelaar naar Nederland te komen:

De in Suriname wonende Gandikh krijgt een uitnodiging van de vastgoedhan-delaar H. (Gandikh is de vader van de zwager van H.), om voor familiebezoek naar Nederland te komen. Vastgoedhandelaar H. biedt aan het vliegticket te betalen. Eenmaal in Nederland ‘leent’ H. het paspoort van Gandikh, om een ziektekostenverzekering af te sluiten, zo zegt hij. Gandikh ondertekent tijdens zijn verblijf verschillende documenten, maar hij kan niet lezen en weet dus eigenlijk niet precies waarom hij ze tekent. Vastgoedhandelaar H. zegt dat het is voor de verzekering, voor het geval hem iets overkomt. Later blijkt dat in Nederland negen panden op naam van Gandikh zijn verhandeld, waar hij niets van wist.

De katvanger uit bovenstaande casus is niet bekend bij het bevolkings-register in Nederland en evenmin bij de Belastingdienst.

Tot slot zien we een enkele keer dat katvangers onder dwang een volmacht hebben getekend. Zo verklaart een van de katvangers later bij de politie dat hij zijn paspoort in Suriname heeft afgegeven aan een achteroom – een vastgoedhandelaar – en dat hij die pas weer terug kreeg nadat hij een machtiging had ondertekend bij een notaris in Paramaribo. Sindsdien zijn – in vijf jaar tijd – 27 woningen op zijn naam aangekocht en verkocht. De betreffende achteroom beheert ook de bankrekening van de katvanger. In deze strafzaken, maar ook in andere zaken die in dit en voorgaande hoofdstukken zijn besproken, blijkt dat katvangers soms ook door leiding-gevenden worden ingezet bij andere werkzaamheden. De afhankelijke positie van katvangers kan ertoe leiden dat ze in een chantabele positie terechtkomen en ook voor allerlei andere hand- en spandiensten worden ingezet. Telkens hangt hen daarbij de dreiging van een niet te overziene financiële schuld bij de bank boven het hoofd, omdat ze ooit een volmacht of een koopcontract hebben getekend. In hoofdstuk 3 zagen we bijvoor-beeld een katvanger die zeven dagen in de week in het café van de leiding-gevende van een illegaal netwerk werkt, om tegemoet te komen aan de

75

Oplichting van de overheid

hypothecaire maandlasten die niet meer door de leidinggevenden van het netwerk worden afgelost. We zagen in hoofdstuk 4 het voorbeeld van een katvanger die door de vastgoedhandelaar wordt gevraagd mensen te ronselen die huizen op hun naam willen zetten en kunnen worden opge-licht.6 En in de hierbovengenoemde strafzaak komt een katvanger naar voren die betrokken is geweest bij de aan- en verkoop van 27 woningen, waarbij telkens een vastgoedhandelaar of een medewerker van het nota-riskantoor als gemachtigde optrad. Deze laatste katvanger verblijft nu en dan in Nederland en woont dan in een kamertje bij de leidinggevende vastgoedhandelaar in huis. De katvanger verklaart hier later over bij de politie:

‘Ik moet de hele dag voor hem dweilen en alles voor hem doen, zoals kleren wassen en strijken. Ik ben net een slaaf. Die tijd is toch voorbij?’

Op de vraag van de politieverbalisant of hij kenbaar heeft gemaakt dat hij dat niet wil, antwoordt de katvanger:

‘Ja, maar ik moet van X., anders krijg ik klappen. Ik moet ook de tuin schrob-ben en onkruid weghalen. Ik zit vast bij die man. Ik moet eten koken (…) Ik heb een bedje bij X., achterin het huis, en daar moet ik slapen.’7

De illegale praktijken in de woonsector lijken in het laatste geval gepaard te gaan met uitbuiting en moderne vormen van mensenhandel. In het volgende hoofdstuk gaan we nader in op de aard van de illegale netwer-ken, op de wijze waarop hiërarchische verhoudingen zich in de netwerken manifesteren en op de relatie tussen legale en illegale actoren.

6 Als hij niet meewerkt, zal de vastgoedhandelaar de maandelijkse hypotheeklasten niet meer betalen van de woningen die op naam staan van zijn vrouw. Zie ook paragraaf 4.1.

7 In het betreffende strafdossier komt naar voren dat de vastgoedhandelaar ook andere katvangers uit Suriname tijdelijk in huis neemt, als deze overkomen om documenten bij de notaris te tekenen.

In document Vastgoed & fout (pagina 73-77)