• No results found

Moral injury – na een missie

In document Remember - Re-membering (pagina 35-38)

Hoofdstuk 2 Onderzoek naar de impact van de wereldoorlogen op de · latere generaties

2.2 De impact van wereldoorlogen op de latere generaties

2.2.5 Moral injury – na een missie

2.2.5.1 Moral injury

Sommige veteranen kampen bij hun thuiskomst niet met nachtmerries, herbelevingen of PTSD… maar toch is hun leven ontwricht. De oorlog woekert verder in hun hoofd. De kern van de worsteling omvat wat de veteraan van dichtbij heeft meegemaakt, gezien hoe een ander mishandeld werd en zichzelf de vraag stelt waarom hij niet heeft ingegrepen (Heres & Steinfort,

2019). De morele emoties zijn allang erkend en zijn gerelateerd aan trauma’s en zijn een bekend jong complex concept (Molendijk et al., 2018).

‘Moral injury’ is dus geen stoornis, maar de ziel van de militair is beschadigd, verwond maar zijn gevoelens zijn als ‘gepast’. Militairen bevonden zich een lange tijd in een oorlogsgebied, waren getuige van armoede, leed, vluchtelingen en geweld. Die omstandigheden hebben een morele impact op de basiswaarden van de militairen. Zij kampen met schuldgevoelens, schaamte en blijven zich de vraag stellen of zij al dan niet meer hadden kunnen doen, of zij tekortgeschoten zijn, … De vraag of zij de kwetsbare burgers en kinderen niet hadden kunnen redden, indien ze anders hadden gehandeld, blijft rondspoken in hun hoofd (Heres & Steinfort, 2019).

Bij thuiskomst na een missie worden militairen als ‘helden’ onthaald door hun omgeving en de media, terwijl ze zichzelf helemaal geen helden voelen. Geestelijke verzorgers bij de Krijgsmacht, die zelf actief participeren, lopen zelf ‘Moral injury’ op en begrijpen de betekenis van ‘de beschadigde moraal’: “We weten hoe het is […] om uitgezonden te zijn. We spreken de taal – en we begrijpen de stiltes waar woorden ontbreken” (Vos, 2019).

‘Moral injury’ dreigde gepathologiseerd te worden, maar een goede aanpak en een religieuze ruggensteun kunnen bekrachtigend werken om te komen tot zelfvergeving en een manier om met die ‘wonden’ verder te leven: “Forgiveness and repair is possible in all cases” (Vos, 2019).

Foto 13: War and moral injury (Foreign Policy in Focus, 2018)

De beste benadering van dit probleem is de militairen erkenning geven door hun verhaal met expressie te vertellen en samen met de geestelijke verzorger te zoeken naar hoe zij het gebeurde kunnen overstijgen. Op die manier kan een alternatieve betekenis gegeven worden aan het ‘waarom’. Er kan een mogelijk antwoord gegeven worden op de vraag naar de zin van ‘zijn’ bestaan. Zo voelen de militairen zich in hun zoektocht gesteund, zodat zij nieuwe levensmogelijkheden kunnen ontwikkelen. Het is belangrijk de levensvragen met iemand te kunnen delen die onvoorwaardelijk te vertrouwen is, tijd schept en verbindingen aanvoelt. Het uiteindelijk doel is om preventief de morele weerbaarheid te versterken (Vos, 2019).

De lezing van Johannes 20, 19-28 handelt over de werkelijkheid zien, haar aan te raken en de wonden te erkennen, te helen, zodat het leven hervonden wordt. De militairen zijn bovendien, door wat ze meemaken, personen geworden met een diepgewortelde weerstand tegen doden en geweld. Daarom is het ook goed en gezond hun wonden open te houden, een open wond de

herinnering aan hun strijd en ervaring, schuldgevoel en lijden in de oorlog levend te houden (Vos, 2019).

2.2.5.2 Veteranen na een missie

Na zijn missies in Srebrenica leefde de 45-jarige Ronald jaren als een kluizenaar. Zijn remedie voor zijn pijn was simpel: keihard werken zou zijn pijn in goede en kwade dagen verdoven. Dat lukte vrij goed, tot hij door een reorganisatie op het werk plots ontslagen werd. Hij kon niet langer vluchten in het werk en de herinneringen uit zijn missie overvielen hem, tot hij brak. Om beter te kunnen slapen verdoofde hij zichzelf voortaan met drank, en dreef zijn dochter en partner door zijn gedrag van hem weg. Hulp inroepen kende hij niet, in praten en gevoelens uiten was hij niet erg goed. Hij ging door waar anderen stoppen, was een tikkende tijdbom. Tot hij in 2015 in behandeling ging (Heres & Steinfort, 2019).

Veteranen maken soms verschrikkelijke situaties en gebeurtenissen mee en dat levert de ziel bij sommigen een onherstelbaar litteken. Uitgezonden militairen hebben het soms moeilijk om zich aan te passen als ze weer thuis zijn en denken soms aan verloren maten,

Foto 14: De meerwaarde van rituelen bij Moral injury (WO2, z.d.).

burgers en kinderen die in dozen leefden of verhongerden. Als de militair na een missie thuis komt en iemand doet zijn beklag stelt de militair zichzelf de vraag: ”rot toch op met al je gezeur” (Heres & Steinfort, 2019).

2.2.5.3 De impact van ‘Moral injury’ na wereldoorlogen bij nageslachten

Een getuigenis in de survey schreef: “Zij hadden één grote schrik: de gruwel van de Groote Oorlog nooit meer meemaken: verkrachtingen, plunderingen, moorden, huizen afbranden, gebruik van moordend gas in de loopgraven…de burgers werden toen zeer beestachtig aangepakt confer Le Massacre de Dinant. Bij de nieuwsberichten tijdens de twintiger jaren en begin de dertiger jaren van vorige eeuw zijn er substantieel meer zelfmoorden geweest uit schrik voor de nakende tweede wereldoorlog… dat wilden ze nooit meer meemaken! Men wilde ook geen loteling meer zijn”(survey, 2019).

Foto 16: Franse en Belgische soldaten, gevangen tijdens de Slag om Frankrijk (Histoire Militaire, 2008).

Een opgegroeid kleinkind beleefde haar erfenis als: “Ik ben kleinkind en opgegroeid met horrorverhalen, maar grootvader, die zelf krijgsgevangene was wou er liever niet over praten, al droeg hij levenslang de gevolgen van die ontberingen in het kamp… maar als hij er één enkele keer toch wou over praten, dan zag je de tranen blinken in zijn ogen… dan keerde hij terug in de tijd en zelfs wij, hoe jong we ook waren, werden dan stil, vroegen niet verder omdat we zijn pijn zagen… Hij had zijn verhaal mijn vader en moeder die als jonge kinderen ook van dichtbij meemaakten hebben hun verhaal en dat is onze streek ook niet mooi geweest… van jongs af aan werden we dus regelmatig met de neus op de feiten gedrukt… als het slecht ging begon men te hamsteren, potten soep, blikken met groenten, suiker, zout … het was anders denken, altijd met dat éne in het achterhoofd ….”(survey, 2019). Nabestaanden blijven achter met een onverwerkt verleden.

In document Remember - Re-membering (pagina 35-38)