• No results found

Methodologische kanttekeningen

In document Een diagnostische markeerder (pagina 31-39)

4. Discussie

4.5 Methodologische kanttekeningen

De kinderen met een primaire taalontwikkelingsstoornis zijn niet gescreend op sensorische integratieproblemen. Kinderen met sensorische integratieproblemen laten weinig reactie zien in zintuigprikkels, hebben een lage concentratie of nemen de informatie moeilijk op. Het is realiseerbaar dat deze problemen de resultaten hebben beïnvloed. Een voorbeeld hiervan is dat het toetsenbord van de laptop met getallen en cijfers visuele prikkels veroorzaken waardoor het kind zichzelf niet kan reguleren. Het kind wordt dan afgeleid waardoor hij/zij geen gerichte antwoord of correcte antwoord geeft. Kinderen met een primaire taalontwikkelingsstoornis vallen binnen een heterogene groep, die uit verschillende taalprofielen bestaan (Zink & Breuls, 2012). Kinderen met een primaire taalontwikkelingsstoornis die vertraagde of afwijkende fonologische ontwikkeling laten zien behoren bij één van deze taalprofielen. De fonologische vereenvoudigingsprocessen zijn deels te verklaren vanuit de normale taalverwerving en deels vanuit een afwijkende taalontwikkeling (Goorhuis & Schaerlaekens, 2000). Het fonologisch bewustzijn is een cruciaal aspect van een goede verbale taalontwikkeling en heeft invloed op de geletterdheid.

Er is geen informatie verzameld die een fonologische stoornis uitsluit. Gezien het onderzoek van Bishop, Adam en Norbury (2006) heeft de fonologische lus in het korte termijn geheugen geen invloed op de werkwoordsvervoegingen. De taak van een fonologische lus is om auditieve informatie op te slaan, zoals klanken en woorden. Alle tweetalige kinderen in dit onderzoek zijn simultaan tweetalig opgevoed. Goorhuis en Schaerlaekens (2000) geven aan dat het taalaanbod van beide talen het grootste probleem is van een taalachterstand bij tweetalige kinderen. Uit de praktijk blijkt dat de opvoeders moeite hebben met het consequent aanbieden van één taal. De tweede taal kan dominanter worden als de eerste taal onvoldoende aangeboden wordt (Schaerlaekens, 1998). Verhoeven (1987) toont aan dat bij tweetalige kinderen in Nederland de Nederlandse taal uiteindelijk de dominante taal wordt. Wanneer de opvoeders inconsequent de twee talen aanbieden, kan er aangenomen worden dat deze kinderen weinig kennis beschikken over de regels van de Nederlandse grammatica. De opvoeders moeten de Nederlandse taal en de andere taal voldoende beheersen, zodat hun kinderen correcte kennis aangeboden krijgen van beide talen. Uit de praktijk blijkt dat opvoeders vaak zowel de Nederlandse als de moedertaal onvoldoende beheersen, waardoor het kind geen correcte kennis meekrijgt. Het onderzoek van Jong, Orgassa en Çavuş (2007) geeft aan dat de aangeboden talen invloed hebben op elkaar, waardoor kinderen soortgelijke fouten maken.

32 Een taal met een rijke morfologie heeft invloed op het toepassen van de werkwoordsvervoegingen. De kinderen met een primaire taalontwikkelingsstoornis produceren de juiste werkwoordsvervoegingen dankzij een rijke morfologische moedertaal (Jong, Orgassa & Çavuş, 2007). Er zijn geen gegevens wat betreft de dominante taal van de tweetalige kinderen die aan dit onderhavige onderzoek hebben deelgenomen. Het is mogelijk dat tweetalige kinderen met een rijke morfologische moedertaal een hoger score hebben behaald op de werkwoordsvervoegingen in vergelijking met de tweetalige kinderen die geen rijke morfologische moedertaal beheersen.

33 Referenties

• Aitchison, J. (2003). Words in the mind: An introduction to the mental lexicon. Down Syndrome Research and Practice, 11 (1), 1-8.

• Alloway, T.P., Gathercole, S.E., Willis, C., & Adams, A. (2004). A structural analysis of working memory and related cognitive skills in young children. Journal of Experimental Child Psychology, 82 (2), 85-106.

• Baird, G., Simonoff, E., Pickles, A., Chandler, S., Loucas, T., Meldrum, D., et at. (2006). Prevalence of disorders of the autism spectrum in a population cohort of children in South Thames: The special needs and autism project (SNAP). Lancet, 368, 210-15.

• Bastiaanse, R., & Bol, G. (2001). Verb inflection and verb diversity in three populations: Agrammatic speakers, normally developing children, and children with specific language impairment (SLI). Brain and Language, 77, 274–282.

Bialystok, E. (2001). Bilingualism in development: Language, literacy, and cognition. Cambridge: Cambridge University Press.

• Bishop, D.V.M. (2002). The role of genes in the etiology of specific language impairment. Journal of Communication Disorders, 35, 311–328.

• Bishop, D.V.M. (2006). What causes specific language impairment in children? Association for Psychological Science, 15 (5),217-221.

• Bishop, D.V.M., Adams, C.V., & Norbury, C.F. (2006). Distinct genetic influences on grammar and phonological short-term memory deficits: Evidence from 6-year-old twins. Genes, Brain and Behavior, 5, 158–169.

• Blom, E., de Jong J., Orgassa, A., Baker, A., & Weerman, F. (2013). Verb inflection in monolingual Dutch and sequential bilingual Turkish- Dutch children with and without SLI. International Journal Language Communication Disorders, 48 (4), 382- 393.

• Blomert L., (2006). Onderzoek en verantwoording behorend bij protocol diagnostiek en behandeling dyslexie: een onderzoek in opdracht van het CVZ. Maastricht: Universiteit Maastricht.

• Burger, E., & Rijpma G., (1998). Taalvaardigheidsonderzoek bij taalgestoorde leerlingen in het Voortgezet Onderwijs. In Benjamins, J. (red). Toegepaste Taalwetenschap in Artikelen 60: taal (leer) problemen (pp 29-38). Publishing Company.

• Burger, E., van de Wetering M., & van Weerdenburg, M. (2012). Kinderen met specifieke taalontwikkelingsstoornissen. Leuven België: Uitgeverij Acco.

• Centraal Bureau voor de Statistiek. Jaarraport Integratie 2010, 33

• Cummins, J. (2000). Language, power and pedagogy: Bilingual children in the crossfire. Clevedon, UK: Mutlilangual Matters.

• Diaz, M. R., & Hakuta, K. (1985). The relationship between degree of bilingualism andcognitive ability: A critical discussion and some new longitudinal data. Childeren’s Language,5, 320-343

• Dungen, L. Van den, & Boon, N. den. (2001). Beginnende communicatie: therapieprogramma voor communicatieve functies in de preverbale en vroegverbale fase. Lisse: Swets & Zeitlinger

• Dungen L., van den (2007). Taaltherapie voor kinderen met taalontwikkelingsstoornissen. Bussum: Coutinho.

• Fisher, S. E. (2005). Dissection of molecular mechanisms underlying speech and language disorders. Applied Psycholinguistics, 26, 111–128.

• Fishman, A. J. (1977). The social science perspective. Keynote: Bilingual Education Current Perspectives. Social Science, 1-49. Washington D.C.; Center for Applied Linguistics.

• Elman, J. L. (2004). An alternative view of the mental lexicon. Trends in Cognitve Sciences, 8 (7), 301-306.

34 • Goorhuis, & Schaerlaekens, (2000). Handboek taalontwikkeling, taalpathologie en

taaltherapie bij Nederlandssprekende kinderen. De Tijdstroom Uitgeverij, Utrecht. • Jong J. de (1999). Specific language impairment in Dutch: inflectional morphology and

argument structure. Proefschrift Rijksuniversiteit Groningen.

• Jong, J. de, Orgassa, A., & Cavus, N. (2007). Werkwoordscongruentie bij bilinguale kinderen met een taalontwikkelingsstoornis. Stem-, Spraak- en Taalpathologie, 15 (2), 143-158. • Juscyzk, P.W. (1997). The discovery of spoken language. Cambridge: MIT Press.

• Kanis, H., & Luit, H., van (2004). Woordvindingsproblemen bij kinderen met ernstige spraak- en/of taalmoeilijkheden. Van horen Zeggen, 45(2),4-10.

• King, G., & Fletcher, P. (1993). Grammatical problems in school age children with SLI. Clinical linguistics and fonetics, 7(4), 339- 352.

• Koster, J. (1975). Dutch as an SOV language. Linguistic Analysis, 1, 111–136. • Leonard, L. (2000). Specific language impairment in children: causes characteristics,

intervention and outcome. Hove, UK: Psychology Press Ltd.

• Mägiste, E. (1979). The competing language systems of the multilingual

• MacAndrew, A. FOXP2 and the Evolution of Language. Molecular Biology. Retrieved mart 23,2016, from http://www.evolutionpages.com/FOXP2_language.htm

• Magimairaj, B., Montgomery, J., Marinellie, S., & McCarthy, J. (2009). Relations of three mechanisms of working memory to children’s complex span performance. International Journal of Behavioral Development, 33, 460-469

• Nicoladis, E., & Genesee, F. (1997). Langauge development in preschool bilingual children. Journal of Child, Speech, Language Pathology and Audiology, 21, 258-270

• Nippold, M.A. (2007). Later language development: School age children, adolescents and young adults. Austin, Texas: Pro- Ed.

• Orgassa, A. (2010). Het ontwarren van tweetaligheid en een primaire

taalontwikkelingsstoornis (SLI) is geen makkelijke klus. Vakblad Horen Zeggen, 51, 10 - 18. • Orgassa, A. (2009). Specific language impairment in a bilingual context: The acquisition of

Dutch inflection by Turkish-Dutch learners. Utrecht: LOT dissertation series 220.

• Paradis, J., Crago, M., Genesee, F., & Rice, M. (2003). French – English bilingual children with SLI: How do they compare to their monolingual peers. Journal of Speech, Language and Hearing Research, 46, 1-15.

• Paradis, J., Emmerzael, K., & Sorenson Duncan, T. (2010). Assessment of English language learners: Using parent report on first language development. Journal of Communication Disorders, 43, 474-497.

• Pronk , A.(2007). Specific Language Impairment (SLI) in older children: Morphosyntactic and lexical symptoms and assessment. Master thesis General Linguistics, Universiteit Amsterdam.

• Reynolds, A. (1990). The cognitive consequences of bilingualism. In A. Reynolds (eds), Bilingualism, mutliculturalism, and second language learning (pp. 145 – 182). The McGill conference in honor of Wallace E. Lambert & Erlbaum Hillsdale, N.J.

• Rice, M. (2000). Grammatical symptoms of specific language impairment. In D.V.M. Bishop & L.B. Leonard (Eds.), Speech and language impairments in children: Causes,

characteristics, and outcome (pp. 17-34). Hove, UK: Psychology press Ltd.

• Rice, M., Wexler, K., & Cleave, P. (1995). Specific language impairment as a period of extended optional infinitive. Journal of Speech and Hearing Research, 38, 850–863. • Romaine, S. (1995). Bilingualism. Oxford: Blackwell.

• Ronjat, J. (1913). Le developpement du langage observe chez un enfant bilingue. Paris: Champion.

• Schaerlaekens, A. M. (1998). Bilingualism in children: an introduction. Psychologica Belgica, 38 (3/4), 129-148.

• Schlichting, L. (1996). Discovering syntax: an empirical study in Dutch language acquisition. Nijmegen: Nijmegen University Press.

35 • Schlichting, J. E. P. T., & Lutje Spelberg, H. C. (2002). Lexilijst Nederland: een instrument

om de taalontwikkeling te onderzoeken bij Nederlandstalige kinderen van 15-27 maanden in het kader van de vroegonderkenning. Lisse: Swets & Zeitlinger

• Schwartz, R. G. (2009). Handbook of Child Language Disorders. New York: Psychology Press.

• Sheng, L., & McGregor, K. K. (2010). Lexical semantic organization in children with specific language impairment. Journal of Speech, Language and Hearing Research, 40, 273 - 285. • Steenge, J. (2006). Bilingual children with sepcific language impairment: Additionally

disadvantaged. Proefschrift Radboud Universiteit Nijmegen.

• Stokes, S. F. & Fletcher, P. (2000). Lexical diversity and productivity in Cantonese- speaking children with specific language impairment. International Journal of Language and

Communication Disorder, 35, 527-541.

• Tomblin, J. B., Records, N.L., Buckwalter, P., Zhang, X., Smith, E., & O’Brien, M. (1997). Prevalence of specific language impairment in kindergarten children. Journal of Speech, Language, and Hearing Research, 40 (6), 1245-60

• Umbel V. M., Pearson B. Z., Fernández M. C., & Oller, D.K. (1992). Measuring Bilingual Children's Receptive Vocabularies. Child Development, 63 (4). 1012-1020

• Verhoeven, L. (1987). Lexical development in ethnic minority children. Belgian Journal of Linguistics, 2, 75-91.

• Wijnen, F., & Bol., G. (1993). The escape from the optional infinitve stage. In A. de Boer, J. de Jong & R. Landeweerd (eds.), Language and Cognition 3. Groningen: Rijksuniversiteit Groningen.

• Weerdenburg, M., van & Verhoeven, L. (2007). Classificatie van ernstige spraak- en/of taalmoeilijkheden. Stem-, Spraak- en Taalpathologie, 1, 3-17

• Wexler, K., Schaeffer, J., & Bol, G. (2004). Verbal syntax and morphology in typically developing Dutch children and children with SLI: How developmental data can play an important role in morphological theory. Syntax, 7 (2), 148- 198

• Wexler, K. (1990). Optional infinitives, head movement and the economy of derivation in child grammar. Paper presented at the annual meeting of the Society of Cognitive Science, MIT, Cambridge, Mass.

• Worrall Ianco, A. D. (1972). Bilingualism and cognitive development. Child Development, 43 (4), 1390-1400

• Zink, I. & Breuls, M. (2012). Ontwikkelingsdysfagie. Antwerpen

• Zwitserlood, R. (2007). Morpho- syntactic development and verb argument structure in narratives of Dutch school-age children with SLI. Master Thesis Linguistics, Utrecht University.

36 Bijlage 1 De werkwoordenlijst Werkwoord Frequentie 1. Wassen 5366.85 2. Zitten 4664.28 3. Geven 2481.79 4. Kijken 1737.61 5. Eten 1239.81 6. Schieten 1110.83 7. Liggen 968.6 8. Spelen 741.26 9. Pakkken 663.58 10. Slapen 645.36 11. Drinken 515.68 12. Rijden 482.52 13. Trekken 369.09 14. Lezen 327.61 15. Schrijven 322.52 16. Lachen 267.08 17. Gooien 212.75 18. Zingen 164.42 19. Huilen 150 20. Bouwen 112.03

37 2 De lijst met zinnen

Eerste persoon enkelvoud werkwoordsvorm 1. Ik slaap in bed

2. Ik schiet met het pistool 3. Ik eet brood

4. Ik bouw een toren

Tweede persoon enkelvoud werkwoordsvorm 1. jij speelt gitaar

2. jij pakt een mand 3. jij drinkt limonade 4. Jij ligt op de bank

Derde persoon enkelvoud werkwoordsvorm 1. Het kind huilt op de grond

2. De jongen gooit de bal 3. Het meisje rijdt op het paard 4. De mevrouw schrijft een brief

Eerste persoon meervoud werkwoordsvorm 1. Wij zingen een liedje

2. Wij zitten op de stoelen 3. Wij wassen de kleren 4. Wij geven bloemen aan haar

Derde persoon meervoud werkwoordsvorm 1. De kinderen lezen een boek

2. De jongens lachen naar elkaar

3. Alle jongens en meisjes trekken aan het touw 4. Zij kijken tv

38 3 Toestemmingsbrief

Amsterdam, 13-01-2016

Geachte ouders/verzorgers,

Mijn naam is Pelin Dura en ik ben werkzaam als logopediste op de vroegbehandeling van Kentalis in Amsterdam. Daarnaast studeer ik Neurolinguïstiek aan de Rijksuniversiteit Groningen. Momenteel ben ik bezig met het opstellen van mijn scriptie onderzoek.

Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat eentalige en tweetalige kinderen met een taalafwijkingen, die tussen zes en negen jaar oud zijn, problemen laten zien bij het gebruik van werkwoorden. Ik wil graag onderzoeken of deze problemen ook eerder in de taalontwikkeling voorkomen door middel van een werkwoordtest. Deze twee doelgroepen, eentalige en tweetalige kinderen met taalproblemen, zullen vergeleken moeten worden met normaal ontwikkelende kinderen (de controle groep). Het gaat om de leeftijdscategorie van vier en vijf jaar.

Mijn vraag aan u als ouder/verzorger is of ik een test mag afnemen bij uw kind? Uw kind valt onder de controle groep, normaal ontwikkelende kinderen. De afname van de test duurt maximaal 30 minuten en zal op school van uw kind plaatsvinden. De datum en het tijdstip van de testafname zullen in overleg met de school worden vastgesteld, zodat uw kind geen belangrijke lessen mist. Het zal tevens geen extra belemmering veroorzaken bij uw kind. Het traject van dit onderzoek zal rond begin februari van start gaan. De algemene gegevens en testgegevens van uw kind worden alleen voor dit onderzoek gebruikt en zullen anoniem verwerkt worden. De algemene onderzoeksresultaten zullen verwerkt worden in de schoolbrief. Mocht u nog vragen hebben dan kunt u mij altijd benaderen via mijn mail: P.Dura@kentalis.nl

Met vriendelijke groet,

Pelin Dura, Logopedist – Klinisch linguïst in opleiding

---

Naam van uw kind:

Ik geef wel / geen toestemming voor deelname aan dit onderzoek Handtekening ouders:

39 4 Afbeeldingen van werkwoorden

In deze bijlage bevinden drie afbeeldingen die gebruikt zijn voor de werkwoordtest. Op deze manier is het mogelijk om een beeld te creëren van het testmateriaal.

Afbeelding 1; het werkwoord lezen

Afbeelding 2; het werkwoord slapen

In document Een diagnostische markeerder (pagina 31-39)

GERELATEERDE DOCUMENTEN