• No results found

wassenen en instanties uitgaan van de moge­

lijkheden van jongeren en hen consequent be­

trekken bij zaken die politiek. Ook deze vraag is meegenomen in de interviews. We

willen weten of zij zich betrokken voelen bij de door de ge­

meente genomen beleidsbeslissingen die henzelf betreffen. Ook zijn we nieuwsgierig naar eventuele suggesties op dit gebied.

De resultaten van de interviews zijn opvallend. Tweederde van de honderd geïnterviewde jongens en meiden vindt dat er on­

voldoende rekening wordt gehouden met hun mening.

Blijkbaar is het heel wat anders of je wordt gevraagd naar je in­

teresse in landelijke (partij)politiek of naar de mate waarin in

jouw

dorp naar

jouw

mening wordt gevraagd. Dit blijkt ook uit de antwoorden op de vraag of jongeren een actieve bijdrage wil­

len leveren aan het beleid van de lokale overheid. Wel 25 jon­

gens en meiden willen desgevraagd zitting nemen in een soort jongerenplatform, een platform dat zich later de Young Ones noemt. Andere jongeren willen eerst wat meer informatie en en­

kelen geven aan bij bepaalde onderwerpen een gerichte bijdrage te willen leveren.

MENTALITEITSKWESTIE

De Hilversumse jongeren willen graag meer betrokken worden bij gemeentelijk beleid. Maar de vraag is hoe betrokkenheid vorm te geven en welke barrières de concrete participatie van jongens en meiden in de weg staan.

hen aangaan.

Een van de meest duidelijke vormen waarin het organiseren van betrokkenheid bij jongeren bij gemeentelijk beleid kan plaatsvinden, is door middel van projectparticipatie. Hierbij gaat het om kortlopende projecten rond concrete thema's en doelstellingen. Enkele voorbeelden heb ik al genoemd, zoals het samen met jongeren organiseren van ontmoetingspIekken in buurten, betrekken van jongens en meiden bij de nota over meisjes- en jongensbeleid die we in opdracht van de ge­

meente hebben geschreven. Recentelijk is een informatieboek­

je voor H ilversumse jongeren samen met jongeren tot stand gekomen.

Jongerenhuisvesting is één van de volgende projecten waarbij een gemêleerde groep jongeren betrokken zal zijn.

Bij de voorbereiding van projecten en het organiseren van jon­

gerenparticipatie benaderen we meisjes en jongens persoonlijk.

Daarbij letten we op een evenredige vertegenwoordiging van meisjes en op deelname van jongeren uit verschillende onder­

wijsrypen en culturen. We leggen uit wat volgens ons de moge­

lijkheden en grenzen van invloed en inspraak zijn, om te voor­

komen dat er valse verwachtingen geschapen worden. Als concreet startpunt organiseren we een informatie- en kennisma­

kingsavond. En tenslotte zorgen we dat tegenover hun deelname en inzet een kleine vergoeding staat. Hiermee wordt duidelijk gemaakt dat hun bijdrage als waardevol en het betalen waard wordt beoordeeld.

JONGEREN PRATEN MEE IN HILVERSUM

PARTJe/PA TIE IN LOKAAL BELEID

Het is belangrijk dat de gemeente de betrokkenheid van meisjes en jongens en de resultaten van hun participatie serieus neemt.

Ook op gemeentelijk niveau is jongerenparticipatie primair een mentaliteitskwestie. Zo is een veel voorkomend vooroordeel binnen de ambtenarij dat jongeren geen vaardigheden hebben om te functioneren in gemeentelijk beleid en dat ze slechts kor­

te termijn interesses hebben. Niet alleen gaat zo'n houding uit van de onbetwiste noodzaak om primair op een ambtelijke manier met jongeren te werken aan jeugdbeleid. Het gaat ook voorbij aan de kwaliteiten van jongeren, aan eigenschappen en vaardigheden die een goede invloed kunnen hebben op het ont­

werpen en realiseren van gemeentelijk beleid. Originaliteit, eer­

lijkheid, onverwachte invallen, enthousiasme, ambachtelijke be­

kwaamheden, contacten met andere jongeren(groepen) vormen een uitstekende aanvulling op de vaardigheden en deskundighe­

den van volwassenen.

Verder is bij de totstandkoming van de Hilversumse nota over meisjes- en jongens beleid gebleken dat ambtenaren en particu­

lier initiatief in eerste instantie naar instellingsgerichte oplossin­

gen zoeken, met voorbijgaan aan de oplossingen waar jongeren zelf iets aan hebben.

Jan Hazekamp adviseert de overheid hoe zij dient om te gaan met de participatie van burgers: "Het is essentieel dat ambtena­

ren en politiek proberen eigen competenties te verbeteren en niet bij voorbaat de incompetenties van jongeren accentueren.

Dit betekent vormgeven aan

new citizenship.

De ambtenaar zal niet langer het accent moeten leggen op de incompetentie van de burger maar op het wegnemen van belemmeringen voor par­

ticipatie van burgers.")

Nog een voorbeeld uit de praktijk. Een groep jongens en meiden in Hilversum-Noord vormen al jaren voor de buurt een grote bron van overlast. Samen met het Jongerenopbouwwerk zijn de jongeren rond de tafel gaan zitten om voor een braakliggend hondepoepveldje een plan te verzinnen. Ze werken een plan uit waar jong en oud wat aan zou kunnen hebben en nodigen een ambtenaar uit om mee te denken. Een bedenkelijke ambtenaar die alleen maar aangeeft dat er geen geld is, wordt snel buiten­

spel gezet. Een ambtenaar die meedenkt, kostenbesparende tips geeft en jongeren informeert hoe de snelste weg binnen het ge­

meente-apparaat te doorlopen, wordt met open armen ontvan­

gen.

YOUNG ONES

Diverse gemeenten hebben inmiddels gekozen voor jongeren­

participatie in de vorm van een jongerenraad. Hilversum kent het fenomeen Young Ones, voortgekomen uit een adviesgroep van het Jongerenopbouwwerk. De Young Ones behartigen de belangen van Hilversumse jongens en meisjes en adviseren de gemeente gevraagd en ongevraagd in jongerenkwesties. Gedu­

rende een experimenteerperiode van twee jaar heeft de gemeen­

te een forse subsidie beschikbaar gesteld.

De Young Ones zijn tussen de 1 4 en 24 jaar oud, hun opleiding varieert van onafgemaakt lager beroepsonderwijs tot universiteit, ze hebben diverse culturele achtergronden. De onderlinge ver­

schillen zijn groot. Terwijl ze allemaal graag willen dat jongeren meer invloed krijgen, zijn de motieven voor deelname uiteenlo­

pend. De één doet primair mee om iets te leren, een ander zoekt gezelligheid en voor weer een ander is de raad op dit moment de belangrijkste activiteit in het leven.

Tijdens een werkweekend op Texel komen de onderlinge ver­

schillen in motivatie en verwachtingen op heftige wijze naar vo­

ren. Zo geven enkele jongens en meiden in een discussie over wat ze verwachten van het jongerenwerk aan dat er weinig te doen is in jongerencentra. De aanschaf van een snooker-biljart en een paar flipperkasten zou het een stuk aantrekkelijker ma­

ken. Een ander groepje waaronder een Turks meisje en een Ma­

rokkaanse jongen is het daar grondig mee oneens. Huiswerk­

begeleiding en computercursussen organiseren, dàt is de toekomst van het jongerenwerk, zo stellen zij.

Dat de wensen en belangen van jongeren niet altijd overeenko­

men is een belangrijke conclusie die de meisjes en jongens heb­

ben moeten trekken. Nog belangrijker - maar ook moeilijker - is het om vervolgens met elkaar in discussie te blijven en keuzes te maken.

Een groep als de Young Ones opzetten en continueren is meer dan alleen een groep jongens en meiden bij elkaar zetten en ze van informatie voorzien. Naast het zorgen voor voorwaarden als geld, ruimte en tijd, is het absoluut noodzakelijk begeleiding te bieden bij het maken van plannen en uitzetten van strategieën.

Dit betekent dat jongens en meiden leren naar elkaar te luiste­

ren, op tijd te komen op afspraken, zich gedurende langere tijd te concentreren, verslagen te schrijven, instanties te bellen, sub­

sidies aan te vragen, hun mond open te doen in de groep, on­

derbouwde kritiek te geven en te incasseren. Het leren van so 63 so

-TIJDSCHRIFT VOOR JEUGDHULPVERLENING EN JEUGDWERK

ciale vaardigheden is een wezenlijk onderdeel van het functione­

ren van de Young Ones. De resultaten variëren van een eigen ra­

dio-programma, het mede-organiseren van een gemeentelijke wegwijsdag, het doen van buurtonderzoekjes rot het volgen van rrainingen en cursussen.2

De begeleiding van zo'n groep komt neer op een dag in de week.

Dit aanbod moet structureel zijn, want steeds moet nieuw kader geworven en gekweekt worden. Op deze manier doet een brede groep ervaring op met jongerenparticipatie, vindt voortdurend verjonging plaats en worden instanties en gemeente geïnfor­

meerd over zaken die bij jongeren van nu leven. Actueel en le­

vendig jeugdbeleid dus.

"Participatie is geen incidentele activiteit. Daadwerkelijke parti­

cipatie betekent dat jeugdigen hun eigen wensen en behoeften aangeven, dar ze meedenken en mee beslissen over mogelijke op­

lossingen. Het uitgaan van de eigen behoeften en initiatieven houdt automatisch in dat de participatie zich niet beperkt tot bepaalde aspecten van hun leefsituatie(speelruimte, recreatie ) , maar alle rerreinen kan beslaan."3

UITGANGSPUNTEN

Het zal inmiddels duidelijk zijn dat naar onze ervaring meepra­

ten en meedoen van jongeren in lokaal beleid diverse vormen kan aannemen. Afhankelijk van de situatie en de thematiek kan bepaald worden voor welke vorm van participatie het beste ge­

kozen kan worden.

Wat ons betreft omvat jongeren participatie primair een stijl van werken, waarbij voor een aantal uitgangspunten gekozen is.

J . Belangrijk is dat informatie over jongeren ook voor jongeren roegankelijk is. Of het nu gaat om standpunten en plannen van de gemeente, een instelling of individuele werker: wees eerlijk, gebruik helder taalgebruik en houd er geen verborgen agenda's op na.

2. De doelgroep wordt zoveel mogelijk bij projecten en initiatie­

ven betrokken. Als jongerenopbouwwerkers betrekken we jon­

gens en meiden onvoorwaardelijk bij ons werk zonder alles au­

romatisch goed te vinden. Dit betekent bijvoorbeeld dat projecrverslagen-in-concept door de jongeren gelezen en becom­

mentarieerd worden. Een verslag van een jonge-moedersproject heeft er roe geleid dat het commentaar van enkele deelneemsters rot een aantal essentiële wijzigingen in het verslag heeft gezorgd.

3. Jongens en meiden worden zichtbaar gemaakt. Dikwijls wor­

den jongeren negatief besproken bij de groenteboer, in de krant of door collega-instellingen. Jongeren een gezicht geven, hun leuke kanten naar voren brengen, maakt dat volwassenen hun mening herzien.

4. Jongeren voeren zelf het woord in contacten met de gemeen­

te, bij presentaties en overleggen. Jongeren kunnen profiteren van de ervaringen en netwerken die je zelf als volwassen werker en instantie hebt opgebouwd.

In onze optiek bestaan er dan ook geen 'echte' vormen van jon­

gerenparticipatie of één recept om jongeren een eigen stem en gezicht te geven.

(Marjan Adema is coördinatorJongeropbouwwerk Hilversum)

Met dank aan Pau/ine Naber wtrkZtll1m bij Stichting Alexander (jongeren actiif in onderzoek en beleid) voor haar commentaar en suggesties bij de opbouw van hu artikel.

Noten

1 . ].L. Hazekamp, De toekomst van het gemeentelijk beleid. Project leefwe­

reld, participatie van jongeren. VNG-uitgeverij. 's Gravenhage 1 99 1 . 2 . Diverse publikaties over de Young Ones en andere projecten zijn opvraagbaar bij het ]ongerenopbouwwerk. Havenstraat 77 A. 1 2 1 1 KH Hilversum. 035 -23 22 05.

3. Ministerie van WVc. Jeugd Betrekken. Een notitie over jeugdparticipatie.

Rijswijk 1 993.

EEN GESPREK OVER

DIRECTEUREN EN DE INHOUD VAN HET WERK

René

Clarijs

D

e gesprekspartners verklaren nadrukkelijk op persoonlijke titel te spreken. Eerst maar de plaatsbepaling.

Loe Koppejan neemt de aftrap. "De VOG heeft rot hoofdtaak belangenbehar­

tiging voor de hele secror

jeugdhulpverle-" D· Irecteuren zou en d zichzelf wérkelijk eens serIeus moeten

nemen"

VEDIVO, VOG en VDJ komen gezamenlijk met het voorstel om het