• No results found

De mening gegeven in opiniestukken

Er zijn veel verschillende meningen over OPU/ICSI en de veulenregistratie gegeven in de opiniestukken die zijn gevonden. De meningen zijn gegeven door fokkers, hengstenhouders, voorzitters van de BVHH, KWPN en WBFSH. De belangrijkste punten worden in deze paragraaf uitgewerkt. Deze meningen zijn geciteerd in Bijlage XIII.

Iedereen is het er mee eens dat er een probleem is met het achterhalen welke veulens er zijn geboren van een hengst. Dankzij OPU/ICSI kunnen er meerdere veulens worden geboren van een kleine hoeveelheid sperma.

“Nieuwe technieken maken het inderdaad mogelijk dat er van één dosis sperma van een hengst veel meer inseminaties verricht kunnen worden.”

Minne Hovenga, Paardenkrant 28 januari 2015, p2

“Voor het probleem dat een dosis sperma zo meteen bijna eindeloos gedeeld kan gaan worden, moet natuurlijk wel een oplossing bedacht worden.”

Wiebe Yde van de Lageweg, In de Strengen, 10 juli 2015, p 49

In het verleden is er veel handel geweest in rietjes sperma, zonder dat daarbij afspraken zijn gemaakt. Veel van deze rietjes zitten nu nog ergens in een stikstofvat en de hengstenhouder weet niet wie de rietjes in hun bezit hebben. Dit probleem is een aantal keren genoemd in de

opiniestukken, onder andere door Dirk Willem Rosie en Ton Lautenschutz:

“Hoe komt de rechthebbende op het sperma nog aan zijn geld als overal rietjes diepvriessperma rondslingeren die voor ICSI ingezet kunnen worden?”

Dirk Willem Rosie, Paardenkrant van 25 maart 2015, p2

“Voor de hengstenhouders is het belangrijk om te weten of er überhaupt veulens geboren worden van bepaalde hengsten. En die grip zijn we vandaag de dag een beetje kwijt. Als je nu vijf rietjes koopt van een mooie hengst die tegenwoordig niet meer goed bevrucht maar in het verleden wel, en die rietjes

32

hebben al tien jaar in de vriezer gelegen, dan is daar geen registratie van. Als je van zo’n rietje een stukje afknipt en je krijgt daar via ICSI een veulen uit, dan weet de hengstenhouder niet dat zijn

hengst nog een veulen op de wereld heeft gezet. Dat is wel een probleem.”

Ton Lautenschutz, Paardenkrant-Horses Magazine, april 2016 p 58

De meeste belanghebbenden zijn van mening dat er moet worden betaald per veulen en dat de veulenregistratie wereldwijd (via de WBFSH) moet worden geregeld, ook dit wordt een aantal keren genoemd.

“Vooruit WBFSH, kom met een alternatief systeem om tot de registratie en betaling van een inseminatie te komen. Betalen voor elk levend geboren veulen, dat lijkt mij de meest logische optie.”

Dirk Willem Rosie, Paardenkrant van 25 maart 2015, p2

“Naar mijn mening moeten we eens om tafel met de WBFSH, de stamboeken en de hengstenhouders. Ik vind dat we elkaar moeten beschermen, maar is iedereen het daarmee eens? Als het zo doorgaat,

kan het zo maar een delicaat verhaal worden.”

Kees van den Oetelaar, Paardenkrant 28 januari 2015, p2

“Voor ieder veulen dat wordt geregistreerd van een bepaalde hengst moet dan dekgeld betaald worden. Of een afdracht per levend geboren veulen.”

Jeanette Benedict Nijhof, In de Strengen, 10 juli 2015, p 49

Het is echter niet gemakkelijk om een wereldwijde regeling te treffen en om dus samen te gaan werken met alle stamboeken, daar zijn ook veel belanghebbenden het mee eens.

"De oplossing voor het misbruiken van doses sperma zou collectief moeten gebeuren, maar dat gaat met zoveel uiteenlopende stamboeken natuurlijk niet gemakkelijk worden. De oplossing moet uiteindelijk toch komen van het ondernemerschap van onze fokkers en hengstenhouders, maar

uiteraard denken we hierin mee."

Siem Korver, In de Strengen, 10 juli 2015, p 53

“Dan is er natuurlijk nog het systeem dat er betaald wordt per geboren veulen, dat willen de hengstenhouders graag. Maar daarvoor is de medewerking van alle stamboeken nodig. Parallel hieraan loopt de internationale registratie. Ze zijn bezig dit beter te regelen via de WBFSH maar daar

is net mee begonnen en er is nog een lange weg te gaan voordat dat rond is”

Ton Lautenschutz, Paardenkrant 25 januari 2016, p2

“Het eerlijkste lijkt mij dat er betaald wordt per dracht of zelfs per geboren veulen, maar in dat laatste geval zal je met veel stamboeken afspraken moeten maken of het zou centraal geregeld

moeten zijn, maar zover is het nog niet.”

Nol Gerritsen, Paardenkrant 25 januari 2016, p2

“Het zou heel mooi zijn dat we in West-Europa centraal de veulens veel goedkoper en efficiënter zouden kunnen laten registreren. Je krijgt dan inderdaad de situatie dat de hengstenhouder – die de hengst in eigendom heeft – per registratie kan worden betaald. Met genoegen! Ik zie dat echter in de

paardenwereld nog niet zo snel gebeuren, want de registratie van dekkingen en van de veulens brengt goed geld in het laatje voor de stamboeken. Een aanscherping van de I&R verordening brengt

daarin mogelijk in Nederland wel de nodige verandering.”

Minne Hovenga, Paardenkrant 28 januari 2015, p2

“We hebben er bij de WBFSH aandacht voor gevraagd. En we hebben gevraagd om daar actief in op te treden zodat er op internationaal niveau een registratiesysteem kan komen. Dat is er nu niet. En

33

het is ook bijna onmogelijk om dat met 190 landen voor elkaar te krijgen. Maar met de meest actieve landen kan dat misschien wel.”

Ton Lautenschutz, Paardenkrant-Horses Magazine, april 2016 p 58

Als er wordt betaald per levend geboren veulen of per geregistreerd veulen, worden ook nadelen voor de hengstenhouder gezien. Er zijn natuurlijk ook merries die drachtig zijn bevonden waarna zij het veulen hebben geaborteerd. Of er zijn mensen die dankzij ICSI of ET meerdere embryo’s hadden van hun merrie, maar waarbij er geen enkel embryo aanslaat in de draagmerrie.

“Toch denk ik dat we de hengstenhouders niet mogen vergeten. Je moet elkaar natuurlijk wel het licht in de ogen gunnen. Hengstenhouders en -eigenaren moeten ook een redelijke vergoeding krijgen voor

de kosten die zij maken. Dat zal in het systeem wel goed ingebouwd moeten worden. Het lijkt mij zeker heel praktisch dat alle veulens centraal worden geregistreerd.”

Angèle Toonen, Paardenkrant 28 januari 2015, p2

Een aantal keer wordt er ook geopperd dat betalen per dracht een optie zou zijn. Van tevoren zullen er dan contracten op moeten worden gesteld. Meestal is dit bij embryotransplantatie ook het geval.

“In principe vind ik het meest eerlijke richting de hengstenhouders dat je een geslaagd embryo als dekking ziet en net als nu meestal het geval is bij ET: eerst een basisbedrag per rietje betalen en als de

dracht is aangeslagen de rest van het bedrag aan dekgeld. Ik denk wel dat je deze regels moet vastleggen op papier. Je moet duidelijkheid geven. … Ook nu al vragen de hengstenhouders soms als

ze sperma afgeven of je het gebruikt voor ET. Af en toe kun je meerdere eitjes spoelen en twee veulens krijgen uit één dekking. Ook hiervoor geldt dan basisbedrag en rest per dracht.”

Hendrika Florijn, Paardenkrant 25 januari 2016, p2

“Uiteindelijk denk ik wel dat het belangrijk is dat het afgeven van sperma zakelijk geregeld wordt en dat goed op papier wordt gezet hoe het gaat als er meerdere veulens van komen. Dat begint nu al met ET waarvoor ook al contracten zouden moeten worden opgesteld. Gebeurt dat niet, dan schieten

wij er als hengstenhouders straks wel bij in.”

Nol Gerritsen, Paardenkrant 25 januari 2016, p2

Veel belanghebbenden vinden dat het internationaal moet worden geregeld, bijvoorbeeld via de WBFSH. De WBFSH heeft zelf in een van de opiniestukken ook een reactie gegeven. Zij zien een algemeen registratiesysteem niet direct als oplossing.

“In december vorig jaar ontving de WBFSH een brief van het KWPN en van de Bond van Hengstenhouders waarin aandacht werd gevraagd voor het probleem van registratie van de veulens bij het exporteren van sperma. Daar heeft de WBFSH op geantwoord in de vorm van een brief. Daarin

hebben we aangegeven dat het probleem wordt onderkend en ook is besproken op een bijeenkomst in Genève. Wij denken niet dat een registratiesysteem voor alle veulens zoals dat wordt voorgesteld een oplossing is. Het zal heel erg moeilijk zijn om de nodige gegevens daarvoor te verzamelen. Over

de hele wereld worden veel verschillende regels toegepast en zijn veel verschillende registratiesystemen. Veel veulens zijn niet goed geregistreerd voordat ze een jaar oud of zelfs nog ouder zijn. Desalniettemin streeft de WBFSH naar de ontwikkeling van een IT-oplossing waarmee het mogelijk gemaakt moet worden voor de verschillende stamboeken om informatie uit te wisselen. Dat kan een nuttig instrument zijn. Tot die tijd raden we de stamboeken en de hengstenhouders aan om jaarlijks contact op te nemen met de relevante stamboeken en de verschillende nationale databases

om de daar geregistreerde aantallen veulens in beeld te krijgen.”

35