Ranks
Wijk N Mean Rank Sum of Ranks
(Vraag31 + Vraag32) / 2 (FILTER) Noordwestelijk Tuingebied 18 20,89 376,00 Oosterwijk en Zwaansmeer 17 14,94 254,00 Total 35 Mann-Whitney U 101,000 Wilcoxon W 254,000 Z -2,157
Asymp. Sig. (2-tailed) ,031
Exact Sig. [2*(1-tailed Sig.)] ,089b
Exact Sig. (2-tailed) ,032
Exact Sig. (1-tailed) ,019
Point Probability ,002
Mann-Whitney Test
Ranks
Wijk N Mean Rank Sum of Ranks
(Vraag31 + Vraag32) / 2 (FILTER) Meerestein 18 19,64 353,50 Oosterwijk en Zwaansmeer 17 16,26 276,50 Total 35 Mann-Whitney U 123,500 Wilcoxon W 276,500 Z -1,129
Asymp. Sig. (2-tailed) ,259
Exact Sig. [2*(1-tailed Sig.)] ,335b
Exact Sig. (2-tailed) ,263
Exact Sig. (1-tailed) ,141
Point Probability ,016
Kruskal-Wallis Test
Ranks
Wijk N Mean Rank
(Vraag24 + Vraag25 + Vraag26 + Vraag27 + Vraag31 + Vraag32 + Noordwestelijk Tuingebied 11 13,00 Meerestein 8 14,88 Oosterwijk en Zwaansmeer 7 12,71
58 Vraag34 + Vraag35 + Vraag36 + Vraag37 + Vraag38 + Vraag39 + Vraag40 + Vraag41 + Vraag42) / 15 (FILTER) Total 26 Kruskal-Wallis H ,390 df 2 Asymp. Sig. ,823
Kruskal-Wallis Test
RanksWijk N Mean Rank
(Vraag28 + Vraag29 + Vraag45 + Vraag46 + Vraag47 + Vraag48 + Vraag49 + Vraag50 + Vraag51 + Vraag52 + Vraag53 + Vraag54 + Vraag55) / 13 (FILTER) Noordwestelijk Tuingebied 20 25,18 Meerestein 20 29,25 Oosterwijk en Zwaansmeer 20 37,08 Total 60 Kruskal-Wallis H 4,818 df 2 Asymp. Sig. ,090
Kruskal-Wallis Test
RanksWijk N Mean Rank
(Vraag63 + Vraag64) / 2 (FILTER) Noordwestelijk Tuingebied 20 34,10 Meerestein 20 31,43 Oosterwijk en Zwaansmeer 20 25,98 Total 60 Kruskal-Wallis H 2,492 df 2 Asymp. Sig. ,288
Means
Case Processing Summary
Cases
Included Excluded Total
N Percent N Percent N Percent
59 Report
Binnen.
Wijk Mean N Std. Deviation
Noordwestelijk Tuingebied 3,40 20 ,940
Meerestein 2,95 20 1,276
Oosterwijk en Zwaansmeer 3,10 20 1,294
Total 3,15 60 1,176
Means
Case Processing Summary
Cases
Included Excluded Total
N Percent N Percent N Percent
Ochtend. * Wijk 60 100,0% 0 0,0% 60 100,0%
Report Ochtend.
Wijk Mean N Std. Deviation
Noordwestelijk Tuingebied 3,10 20 1,294
Meerestein 3,20 20 1,542
Oosterwijk en Zwaansmeer 2,95 20 1,234
60 Bijlage 6: getranscribeerde interviews Noordwestelijk tuingebied
Interview 1
A: Ja, nou, hij loopt nu en uh nou ik heb natuurlijk net verteld wat ik precies uh, wat het onderzoek inhoudt.
V1: Ja.
A: Uhm, nou dan heb ik… Wat is, wat is uw geboortedatum? Of uw leeftijd? V1: 69.
A: 69. Ja en wat is de hoogst genoten opleiding die u heeft gedaan? V1: Dat was toentertijd de huishoudschool.
A: Huishoudschool, oh ja, ja. Dat is de meeste.. V1: Ja.
A: Meest voorkomende school toen inderdaad. En wat voor werk doet u nu? V1: Mantelzorger.
A: Mantelzor… Oh, interessant. Hier ook in de buurt? Of… V1: Nee.
A: Is hier ver? Okee. V1: Ik doe alles op de fiets. A: Ja.
V1: Overal.
A: Harstikke goed. *Lachje* Hartsikke goed! Dus het dagelijks leven als u die een beetje van uzelf kunt beschrijven, hoe is dat uh…
V1: Elke ochtend…
A: Hoe is dan beetje de indeling?
V1: Om 08:00 ga ik de deur uit. Dan ga ik uuuh… Aan allemaal uh in de tachtigers. Allemaal oude mensen.
A: Oh, wat goed! En dan is dat uuh… En dat doet u dan s ’ochtends en dan? V1: Ja en s ’middags ga ik naar me dochter.
A: Okee, nou dus een drukke… V1: Ja! Ik heb het heel druk. A: Druk… Ja, dat merk ik! V1: Maar dat vind ik leuk.
61 Bijlage 7: getranscribeerde interviews Meerestein
Interview 1
A: Nou, we zitten nu hier uh voor het interview en ik heb me net even zelf voorgesteld, ik heb het doel van het interview uh benoemd, is het allemaal duidelijk?
M1: Dat is heel duidelijk.
A: Nou, dan is de eerste vraag, wat is uw leeftijd? M1: Ik ben 74 jaar.
A: En wat is uw hoogst genoten opleiding? M1: HBO.
A: En doet u nog iets qua werk? Dus vrijwilligerswerk. M1: Nee.
A: Helemaal niks? M1: Helemaal niks.
A: En hoe ziet uw dagelijks leven der nu over ’t algemeen uit?
M1: Uh, 3 keer per week naar de sportschool, uuuh veel fietsen met uh mijn uh vriendin noem ik het altijd, mijn vrouw. *lachje* Uh en uh en ontzettend vaak op vakantie gaan. *lachje* A: *lachje* Heerlijk!
M1: *lachje*
A: Waarschijnlijk alle tijd ook voor! *lachje*
Zijn vrouw helpt hem ook even herinneren dat zij ook op de kleinkinderen passen. M1: En oppassen op de kleinkinderen. Ja, sst dat mag jij zeggen.
A: *lachje* Heel belangrijk ook, heel leuk. Naja u zei het al, naar de sportschool. Hoelang doet u dat al?
M1: Pfff… nou, ik ben zelf vroeger een ontzettende sporter geweest. Ik ben trainer geweest, ik heb zelf uh handbal gespeeld, hoog. Tweede geworden. Meer als 20 jaar gedaan he, 30 jaar denk ik zelfs en gestopt in 2004 zoiets. En toen ben ik uh gestopt met alles en toen uh werd ik voelde ik me niet lekker en ben ik naar de dokter gegaan en die zei ‘ja, je stopt ook met alles. Dat kan niet’. Dus toen ben ik naar de sportschool gegaan.
A: Ja.
M1: Dus 16 jaar.
A: Inderdaad gewoon van heel vaak… M1: Ja.
A: naar helemaal niks.
62 Bijlage 8: getranscribeerde interviews Oosterwijk en Zwaansmeer
Interview 1
A: Okee, uhm… ik heb natuurlijk net het doel van het interview verteld. V5: Ja.
A: En waarom we hier zitten en dat is allemaal duidelijk? V5: Ja, klopt.
A: Okee. Wat is uw leeftijd? V5: 74.
A: 74 en wat is uw hoogst genoten opleiding? V5: Uh… de huishoudschool. Vroeger, ja.
A: Ja en doet u nog iets qua vrijwilligerswerk of? V5: Nee.
A: Gewoon alle vrije tijd is echt van uzelf? V5: Ja. De vrije tijd die we hebben. *lachje* A: Lekker van genieten.
V5: Ja.
A: En hoe kan u dan over het algemeen uw dagindeling beschrijven?
V5: Poehpppp, nou ik zal het je zeggen. Opstaan, rond half 9. Nou, douchen, wassen, aankleden en dan uh klaar, naar beneden. Uh… huishoudelijke dingen verrichten, dan zijn we rond 10 uur met ze tweeën klaar en dan gaan we samen koffie drinken. Dan uh na het koffie drinken dan ga ik of boodschappen doen en afhankelijk van het jaargetijde gaan we of fietsen of naar het strand of nou ja, andere dingen doen. Als het minder weer is winkelen of boodschappen doen of ja noem het maar op.
A: Ja, dus wel een beetje… V5: Leuke dingen doen. A: Ja.
V5: Ja.
A: Nou, lekker. Dus u zei, u woont hier met zijn tweeën? V5: Ja.
A: En heeft u vroeger aan sport gedaan?
V5: Ja. Ik ben begonnen met turnen, dat is heel vroeger hoor, en en handbal. Dat was 1 vereniging.
63 Bijlage 9: codes interviews Noordwestelijk Tuingebied
Interview 1
Tekstfragment Codes
“69.” Leeftijd. “Dat was toentertijd de huishoudschool.” Opleiding.
“Mantelzorger.” (Vrijwilligers)werk. “Ik doe alles op de fiets.” Vervoer.
“Wij zijn met ze tweeën.” Woonsituatie. “Voor handbal, volleybal. Tennissen,” Sportverleden.
“dat deed ik heel graag” Plezier in bewegen. “dat ging niet meer.” Belemmering. “20 jaar geleden denk ik.” Laatste keer gesport. “Nou ik zit met me ogen, want nou moet ik
morgen weer naar de oogarts want het wilt niet.”
Belemmering.
“Nee.” Sportheden.
“Ja, natuurlijk!” Belang van bewegen.
“Anders wordt je stijf.” Reden van belang van bewegen. Motief. “Je moet in beweging blijven! En onder de
mensen.”
Reden van belang van bewegen. Sociale contacten. Motief.
“Buiten.” Voorkeur sportomgeving. “Oooh, dat maakt mij niks uit.” Weersafhankelijk.
“Ja, heel goed!” Bewust zijn voordelen van bewegen. “anders wordt je stijf en dan als je op later nog
oudere leeftijd ben en je bent stijf dan moet je heel veel moeite doen om weer een klein beetje in beweging te komen.”
Bewust zijn van de risico’s. Motief. Belemmering.
“Ik zelf?! Nee, nee, nee ik heb er niks van.” Geen moeite om in beweging te komen. “Nee, daarom zeg ik ook “kom op, in
beweging!”.”
Zolang mogelijk fit willen blijven. Motief. “Dat weet ik niet hoe ik dat uit moet drukken.” Benoemen van voordelen.
“Ja! Want je wordt bang, want als je op een gegeven moment niet genoeg meer beweegt dan durf je niet.” “Want dan ga je je eigen forceren.”
Risico’s van het onvoldoende bewegen. Motief. Belemmering.
“Kijk ik ben uh toen uh voor een paar jaar terug ben ik gevallen met de fiets.” “gebroken heup en een gebroken ellenboog, maar je wordt voorzichtiger dan.”
Belemmering.
“Jaaa, ja, daar heb ik wel heel veel last van hoor.”
Voorzichtig met bewegen. “Maar daar moet je niet stil bij blijven staan.”
“Nee, huppakee doorgaan.”
Doorzettingsvermogen. “Nou… toch wel een 8.” Cijfer gezondheid. “Ja! Kijk ik heb een auto voor de deur, maar
daar rij ik haast niet in.”
Intentie beweeggedrag.
64 Bijlage 10: codes interviews Meerestein
Interview 1
Tekstfragment Codes
“Ik ben 74 jaar.” Leeftijd. “HBO.” Opleiding.
“Helemaal niks.” (Vrijwilligers)werk. “Uh, 3 keer per week naar de sportschool, uuuh
veel fietsen”
Sport/beweegactiviteit. Met onbekenden. “Pfff… nou, ik ben zelf vroeger een ontzettende
sporter geweest. Ik ben trainer geweest, ik heb zelf uh handbal gespeeld, hoog. Tweede geworden. Meer als 20 jaar gedaan he, 30 jaar denk ik zelfs en gestopt in 2004 zoiets.”
Sportverleden.
“En toen ben ik uh gestopt met alles en toen uh werd ik voelde ik me niet lekker en ben ik naar de dokter gegaan en die zei ‘ja, je stopt ook met alles. Dat kan niet’. Dus toen ben ik naar de sportschool gegaan.”
Reden tot sporten. Motief.
“Naar helemaal niks dat kan niet.” Bewust van de risico’s van onvoldoende bewegen. Motief.
“Ik vind het zalig, ja.” Plezier van bewegen. Motief. “Zelfs, ik heb altijd zin.” Zelfdiscipline.
“Nee, ik ga alleen.” Voorkeur alleen sporten. “Ja. Jazeker te weten. Ik moet ook wel want als
je ouder wordt dan wordt je een beetje strammer en uh, uh ik heb ook een paar, een paar nare ziektes gehad en dan is het uh beter dat je wat gaat doen anders wordt je uh dan gaan ik net als mun uh schoonvader en me vader lopen, krom en met de stok. Daar heb ik geen zin in, dus ik ben nog steeds uh
bewegelijk.
Belang van bewegen. Motief.
“Jaaa, de risico’s is dat ik uh sneller uh blessures krijg en ik heb een nieuwe heup. Een jaar of uh nou ik denk 7, 8 geleden alweer en een nieuwe knie, vorig jaar. En uh dat uh dat ging niet meer, die was uh helemaal uh versleten. Dat komt van daar waarschijnlijk door het sport uh, door het sporten. Dus moet ik wat doen. Dat zijn de risico’s dat als je veel sport, dan loop je ook een risico op.”
Risico’s van teveel sporten. Belemmering.
“Dan loop je, dan loop je weer een ander soort risico.”
Risico’s van onvoldoende bewegen. Motief. “Ja, ik vind het vre, vreselijk fijn. Als we thuis zijn
dan gaan we fietsen, altijd. We zijn altijd bezig. Op vakantie wandelen we langs stranden en we zijn altijd kilometers aan het lopen.”
Plezier van bewegen. Motief. Met een bekende.
65 Bijlage 11: codes interviews Oosterwijk en Zwaansmeer
Interview 1
Tekstfragment Codes
“74.” Leeftijd. “Uh… de huishoudschool. Vroeger, ja.” Opleiding.
“Nee.” (Vrijwilligers)werk.
“Ja.” Woonsituatie met partner. “Ik ben begonnen met turnen, dat is heel
vroeger hoor, en en handbal.” “toen uh ben ik recreatie atletiek gaan doen.”
Sportverleden.
“Poeh… dat zal wel ergens in de 30, 40, 50 toen nog en uh ze deden duurlopen in de duinen op uh maandagmiddag. Nou, dat was ook heerlijk, dat vond ik altijd zo lekker. Ik heb altijd goed hard kunnen lopen. Dus ja, dat is gewoon heel lekker.”
Plezier in bewegen. Goed in haar sportactiviteit. Motief. Moment van bewegen.
“Ja, nee, buiten! Ja. We deden handbal in de zaal, ook wel. Maar het trainen in de zaal, vond ik nooit zo lekker en turnen daar had ik ruim nooit zo erg in want dat hoorde gewoon binnen.”
Voorkeur buiten sporten.
“Ja hoor. Als het minder weer is uh vond ik het ook prima, we liepen wel met regen ook door die duinen heen.”
Weersonafhankelijk.
“Nee, want ik heb anderhalve nieuwe knie en uh nou daar kan je weinig mee sporten. Tenminste ik, ik heb er erg last van allebei en uh ja we fietsen en we lopen.”
Geen sportactiviteit. Wel beweegactiviteiten. Lichamelijke problemen. Belemmeringen. Met een bekende.
“Ja, we hebben lekker lichte fietsjes weet je… mooie E-bikes. Mooie lichte…”
Recreatie beweging. Elektrische fiets. “Je maakt toch een mooie lichte beweging en
dat is goed natuurlijk voor die knieën en die benen en ik heb boven een hometrainer staan.”
Bewust van de voordelen van bewegen. Thuis bewegen. Motief.
“Zit ik ook nog op als het slecht weer is of wat of uh we zijn een poosje niet wezen fietsen. Dan ga ik even lekker boven op dat ding uh te racen.”
Eigen effectiviteit. Weersafhankelijk. Sportomgeving.
“Nou, ik deed het toen ik nog uh therapie kreeg vanwege die knieën. Toen deed ik het elke dag.”
Therapie periode. Moment per periode. Medische motivatie. Motief.
“20 minuten ongeveer en uh dan had ik er meer zin in of ging ik lekker dan dacht ik halfuurtje ofzo, ook prima. En nu ja, doe ik het 1, 2 keer in de week omdat ik nu ook gewoon fiets natuurlijk.”
Tegenwoordig aantal keer per week. Duur per fietssessie.
“Ja. Naja, het lopen kan je eigenlijk niet rekenen hoor, voor mijn lopen niet.”
Beweegactiviteit. “Maar niet achter mekaar goed doorlopen,
want dan heb ik uh pijn in de knieën”
Belemmering. Lichamelijke klachten. “Pff… nou, ik denk dat dat 10 jaar geleden is.” Laatste keer gesport voor de operatie.