• No results found

Macro-omgeving

In document Strategisch Marketingplan (pagina 40-51)

In dit hoofdstuk wordt de macro-omgeving in kaart gebracht. Dit wordt gedaan aan de hand van één vraag. De relevante DESTEP-factoren worden beschreven en hoe deze het gebruik van een

materialenmarktplaats kunnen (de)stimuleren. De relevante factoren die zijn uitgewerkt zijn;

sociaal-cultureel, technologisch ecologisch en politiek-juridisch.

3.1 – Welke DESTEP-factoren kunnen het gebruik van een materialenmarktplaats (de)stimuleren?

De DESTEP-analyse brengt de macro-omgeving in kaart. In deze analyse worden de

omgevingsfactoren geanalyseerd waarop een organisatie geen directe invloed heeft. Het doel van deze analyse is het in kaart brengen van de kansen en bedreigingen.

3.1.1 – Sociaal-cultureel

Door middel van sociaal-culturele factoren worden kenmerken van de sociaal-culturele

ontwikkelingen in kaart gebracht. Deze ontwikkelingen hebben betrekking op de infrastructuur, openbare ruimte en circulaire economie. Voorbeelden hiervan zijn normen en waarden, levensstijl, gedrag en sociale trends.

Ruimtelijke invulling door actieve bewoner

Vanuit maatschappelijke waarden en doelen wordt gewerkt aan sterke integrale plannen om de openbare ruimte meer uitnodigend te maken tot meer beweging en ontmoeting. Deze plannen komen voort uit de wensen van actieve bewoners om een sociale, verbonden en gezonde buurt te realiseren. Om de openbare ruimte een plek te maken om gemeenschappen te vormen en te ontspannen (van Mierlo, 2019).

Een overheid gericht op kansengelijkheid en inclusiviteit

Overheden zetten zich steeds meer in op meer inclusiviteit, diversiteit en kansengelijkheid in de publieke sector. Overheden richten zich meer op de onderliggende oorzaken van systemische onevenwichtigheden en zetten vraagtekens bij grondslagen van de ontwikkeling, uitvoering en evaluatie van beleid. Dit willen ze doen door: integratie en gelijkheid gerichte inrichting, gelijke toegang tot publieke goederen, cocreatie en betrokkenheid van de burgers, datasoevereiniteit en gelijkheid (Deloitte, 2021).

Meervoudige democratie

Gemeenten zijn volop aan het experimenteren met nieuwe vormen van democratie door inwoners actief bij beleidsontwikkelingen en besluitvormingen te betrekken. Zij vinden dat de gemeentelijke democratie meer ‘’inclusief’’ moet worden. De overheid dient volgens menselijke maat en vanuit een duidelijk toekomstbeeld te handelen (Vereniging van Nederlandse Gemeenten, 2019)

Meerschaligheid en variaties in samenwerking

Meerschaligheid is een maatschappelijke en bestuurlijke realiteit. Het openbaar bestuur moet zich in vormgeving aanpassen aan maatschappelijke ontwikkelingen en opgaven in de samenleving. Dit houdt in dat gemeenten niet alleen samen moet werken in de verschillende functionele bestuurlijke regio’s, maar ook met verder weg gelegen gemeenten met een soort gelijke opgave of met

medeoverheden in Nederland. Om ervoor te zorgen dat zaken worden geborgd en verbonden Vereniging van Nederlandse Gemeenten, 2019).

40

Toeneming bevolking en aantal huishoudens

De bevolking in Nederland neemt toe door een stijgende immigratie. Het CBS verwacht dat de bevolking in Nederland in 2030 tot meer dan 18-19 miljoen mensen gaat toenemen en daarna nog maar licht zal toenemen tot 18-21 miljoen mensen in 2060. Dit betekent dat door ieder persoon die bij elke huishouden erbij komt, de vraag naar grondstoffen stijgt. De verwachting is dat de het aantal huishoudens zal toenemen van ruim 7,5 miljoen naar 8-9,5 miljoen in 2050. Hierdoor zijn er meer woningen maar ook meer producten nodig (Planbureau voor de Leefomgeving, 2021a).

Inclusieve verblijfs- en ontmoetingsplekken

Er is een toenemende aandacht voor een beweegvriendelijke openbare ruimte. Dit moet een omgeving zijn met voorzieningen (plekken) in de openbare ruimte waar mensen bewegen, spelen, sporten, ontmoeten en zich verplaatsen en hiertoe gestimuleerd worden. Voor een gezonde leefomgeving is de aanwezigheid van groen en de mogelijkheden voor ontmoeting, beweging, participatie van belang. Het is belangrijk om de openbare ruimte aantrekkelijk, veilig en

beweegvriendelijke in te richten. Een beweegvriendelijke omgeving zorgt voor onder andere; minder overgewicht, een betere mentale gezondheid, vermindert eenzaamheid van ouderen, stimuleert ontwikkeling van kinderen, meer actief transport en een betere fysieke gesteldheid (Crow, 2018).

Gemeenten trekken zich verder terug uit uitvoering

Onderzoek (meerjarig) van Berenschot laat zien dat gemeenten in toenemende mate taken uitbesteden of kiezen voor samenwerking. Deze trend is niet alleen waar te nemen binnen de overheid, maar ook binnen zogeheten primaire processen. Hierbij moet gedacht worden aan uitbestedingen van de groenvoorziening en afvalverzameling, samenwerking op het gebied van de decentralisatie en belastingen en de vorming van de omgevingsdiensten. Gemeenten ontwikkelen zich daarmee meer en meer in de richting van zogenaamde regiegemeenten (NVRD, 2018).

Maak circulair normaal

De inventarisatie van circulaire activiteiten biedt nieuwe aanknopingspunten om het draagvlak voor een circulaire economie te vergroten. De overheid kan burgers wijzen op de gangbare activiteiten en laten zien dat ‘’circulair’’ ook heel normaal kan zijn. Organisaties en bedrijven die ‘’circulair’’

combineren met sociale en lokale doelen, bieden de mogelijkheid om circulair stevig te verankeren in de maatschappij. Zo staan deze initiatieven dicht bij de mensen, want zo verschaft de overheid een oplossing voor problemen die burgers direct ervaren (Planbureau voor de Leefomgeving Den Haag, 2019).

Geef het goede voorbeeld en breng bedrijven en mensen bij elkaar

Het kabinet en andere overheidsorganisaties (zoals Rijkswaterstaat, gemeenten en

omgevingsdiensten) kunnen een stimulerende rol vervullen voor de circulaire economie. Dit kunnen zij doen door met andere koplopers onder bedrijven en burgers laten zien wat mogelijk is. De circulaire economie brengt verschillende partijen bij elkaar en de kunst ervan is gebruik te maken van de mobiliserende en verbindende kracht die de circulaire initiatieven in de samenleving blijken te hebben (Planbureau voor de Leefomgeving Den Haag, 2019).

3.1.2 – Technologisch

Door middel van technologische factoren worden kenmerken van de technologische ontwikkelingen in kaart gebracht. Deze ontwikkelingen hebben betrekking op de infrastructuur, openbare ruimte en circulaire economie. Voorbeelden hiervan zijn de mate van adoptie van een technologie, nieuwe producten, informatievoorzieningen en de mate van innovatie.

41

Platformen en kennisnetwerken

Een technologische trend met betrekking tot informatievoorziening, zijn circulaire platformen en kennisnetwerken. Deze versnellen de realisatie van de circulaire economie door kennis te delen, gedetailleerde onderzoeken onder de aandacht te brengen en samenwerking te faciliteren (Voorlopers in de circulaire economie: platforms en kennisnetwerken, 2021).

In het Overijsselse bedrijfsleven is er een groeiende aandacht voor circulariteit. Er ontstaan steeds meer netwerken waar kennis over circulariteit uitgewisseld wordt. Zo werken ondernemers, onderzoek, onderwijs en overheid samen aan het gezamenlijk door ontwikkelen van een duurzame sector (Trendcurve 2019, 2019).

Materialenmarktplaats

Een materialenmarktplaats is een platform waarbij vraag en aanbod bij elkaar komen. Op dit platform worden vrijkomende materialen aangeboden voor hergebruik. Bij het gebruik van een materialenmarktplaats kan eenvoudig verbinding worden gelegd tussen diverse projecten en aanbestedingen, waardoor de handel tussen verschillende instanties eenvoudiger wordt. Het voornaamste doel van het platform is dat vrijkomende materialen zo veel mogelijk hoogwaardig worden hergebruikt (Ons platform, 2021).

BIM

Een bouwwerkinformatiemodel, is een digitaal model van een bestaande en/of geplande constructie, opgebouwd uit objecten waaraan informatie is gekoppeld. BIM brengt alle informatiestromen rondom een project samen. Deze kennisbron helpt om snel varianten te vergelijken, raakvlakken te managen en om planningen te optimaliseren. BIM speelt in veel projecten een sleutelrol bij het eerste ontwerp, de realisatie en sloop (BIM | Het Bouw- Informatiemodel, 2021), (Bouwwerkinformatiemodel, 2020).

Predictive twins

TNO werkt aan de volgende stap in digitalisering van de bouw: de digital predictive twin. Een predictive twin is een digitale replica van een (deel van een) fysiek bouwwerk, zoals bruggen, tunnels, woningen en kantoren. Deze staat in tegenstelling tot een BIM in verbinding met de fysieke twin. Hierdoor kan de predictive twin de fysieke twin volgen, beoordelen en tot slot leren.

De digital twin levert tijdig inzicht in de noodzaak tot onderhoud, renovatie of vervanging van zijn fysieke tweelingbroer en kan voorgenomen veranderingen aan een bouwwerk simuleren voordat deze daadwerkelijk worden doorgevoerd. In de digitale replica’s komen constructieve modellen, verkeersmodellen, sensordata en artificial intelligence samen (Predictive twins oplossing voor uitdagingen in de bouw, 2020).

Materialenpaspoort/grondstoffenpaspoort

Een materialenpaspoort (ook wel grondstoffenpaspoort), geeft een overzicht van onder andere de bestanddelen en herkomst van een materiaal of product. Hiermee krijgt een materiaal, product of afvalstroom een identiteit. De materialen worden geregistreerd op basis van onder andere financiële waarde, levensduur en kwaliteit. Doormiddel van het paspoort, wordt inzichtelijk gemaakt welke materialen, producten en afvalstromen een bedrijf in bezit heeft, waar ze zich bevinden, hoe het zit met de kwaliteit en wanneer ze kunnen vrijkomen. Een materialenpaspoort wordt opgesteld met zoveel mogelijk grondstoffen die 100% recyclebaar zijn en opnieuw als grondstof gebruikt kunnen worden (Materialenpaspoort voor liften, 2021), (Interne Circulaire Marktplaats, 2021).

42

Madaster

Madaster is het kadaster voor materialen. In dit online platform worden gebouwen geregistreerd inclusief de materialen en producten die zich in het gebouw bevinden. Het documenteren, registreren en archiveren van materialen in gebouwen en constructies maakt hergebruik eenvoudiger, stimuleert slim ontwerpen en elimineert afval. Ieder gebouw wordt een depot van materialen. Madaster is er voor eigenaren van vastgoed en infrastructuur maar ook voor organisaties die eigenaren van vastgoed en infrastructuur bedienen, zoals aannemers en ontwikkelaars.

Madaster ondersteunt haar gebruikers in het organiseren, beheren en benutten van data gedurende de volledige gebruiksduur van objecten. Het Madaster Paspoort documenteert de identiteit van een gebouw of een object. Madaster omarmt de verschillende initiatieven om (inter) nationaal te komen tot richtlijnen en standaarden voor paspoorten of logboeken voor materialen, producten en

gebouwen. Madaster fungeert als bibliotheek en generator voor materialenpaspoorten (Home, 2021).

Smart city

Een Smart city (slimme stad) is een stad waarbij informatietechnologie en het internet der dingen gebruikt worden om de stad te beheren en te besturen. In een Smart City worden gegevens verzameld door middel van sensoren. Deze sensoren kunnen diverse zaken meten zoals

temperatuur, stikstof, CO2, fijnstof en geluid. Deze data kunnen helpen om de juiste maatregelen te nemen die van de stad een fijnere plek maken.

Verschillende factoren hebben invloed op de stad zoals; klimaatverandering, verkeer, toeristen en inwoners. Data van sensoren laten zien welke invloed deze zaken hebben op de stad. Technologie kan ondersteuning bieden voor vraagstukken, maar ook worden ingezet als oplossing voor vraagstukken. Voorbeelden hiervan zijn vrije parkeerplaatsen aangeven voor de auto en fiets, sensoren die aangeven of bomen en planten genoeg water krijgen en verkeerslichten slim koppelen aan de buienradar van het KNMI, waardoor fietsers voorrang krijgen bij slecht weer (Wat is Smart City Apeldoorn?, 2020).

Het doel van een Smart city is het verbeteren van de kwaliteit van leven. Dit wordt gedaan aan de hand van zes doelstellingen:

• Efficiënte dienstverlening

• Duurzaamheid

• Mobiliteit

• Veiligheid en beveiliging

• Economische groei

• Stadsrepuatie (Kort, 2019) Intelligent verkeer

Technologische innovaties dragen steeds meer bij aan een efficiënt gebruik van wegen. De inzet van ICT voor dataverzameling, nanotechnologie in nieuwe sensoren en cognitieve wetenschappen in communicatiemiddelen kunnen de mobiliteit sterk beïnvloeden.

Er zijn verschillende voorbeelden van hoe infrastructuur intelligenter kan worden gemaakt. Zo kunnen ledlampen in het wegoppervlak bijvoorbeeld een flexibele aanduiding van rijstroken en wegwaarschuwing voor gevaar mogelijk maken. Het innovatietraject SolaRoad heeft een ontwerp waarbij zonnepanelen in een fietspad zijn geïntegreerd en zonlicht omzet in elektriciteit. En bij het project Odysa In-car, ontvangt een weggebruiker via een apparaat in zijn voertuig een individueel

43

snelheidsadvies om het hele met verkeerslichten geregelde traject zonder stoppen te kunnen

afleggen (Gevolgen van toekomstige ontwikkelingen voor de kwaliteit van infrastructuur, 2016).

Digitalisering

Binnen de infrastructuur is er een voortsnellende digitalisering. Er is bijna geen infrastructuur meer te vinden die niet is uitgerust met sensoren om het gebruik te meten en om afwijkingen te melden. Digitalisering maakt de infrastructuur efficiënter en beter maar heeft ook risico’s. Daarnaast is er ook een versmelting van de infrastructuren voor transport, elektriciteit, data en

telecommunicatie. Zo kunnen elektrische voertuigen in de nabije toekomst reageren op prijssignalen en automatisch daar opladen waar de stroom het goedkoopst is (Infrastructuur is de sleutel tot een veerkrachtige samenleving, 2021).

Applicatie voor digitalisering

Een ander mooi voorbeeld van digitalisering is de samenwerking tussen de bouwondernemingen BAM Infra Nederland, Ballast Nedam en Heijmans. Gezamenlijk hebben zij nieuwe applicaties ontwikkeld om het ontwerp- en bouwproces te digitaliseren. Hierdoor gaan de snelheid en

efficiëntie omhoog, terwijl de foutmarges juist dalen. De bouwbedrijven hebben gekozen voor een open samenwerking waarbij zij collectief automatiseren op het platform VIKTOR. Dit platform stelt de bouwers in staat eigen onlineapplicaties gezamenlijk te bouwen. Na het opleveren van de applicatie kan iedere bouwer de ontwikkelde applicatie zelfstandig gebruiken.

Met de eerste applicatie richten de bouwbedrijven zich op het ontwerpproces van grondlichamen. In de applicatie zijn verschillende databronnen en softwarepakketten aan elkaar gekoppeld. Door gebruik te maken van krachtige algoritmes krijgen de bouwers in één keer veel meer

ontwerpoplossingen. Door deze centralisatie heeft iedereen altijd de juiste informatie en kom je sneller tot betere keuzes (Digitalisering rukt op in de bouwsector, 2020).

Meerjarenprogramma Intelligente Infra

Innovatieve technologieën op het gebied van smart mobility komen razendsnel op en nieuwe marktspelers timmeren aan de weg. De maatschappij wil bovendien niet alleen veilige wegen en vlot op de bestemming arriveren, maar ook een duurzame en gezonde leefomgeving. Het

meerjarenprogramma Intelligente Infra geeft ruimte aan een nieuwe manier van samenwerken binnen de Grond, Weg en Waterbouw-sector (GWW) om die nieuwe slimme infrastructuur te realiseren.

De afgelopen jaren heeft het programma zich onder andere beziggehouden met het ontwikkelen van een Sectorvisie en het met Challengeteams verder uitdenken en concretiseren van innovatieve ideeën. Vanuit deze achtergrond en ervaring richt het programma zich nu op de lange termijn ontwikkeling en meer specifiek op een aantal grote vraagstukken; de Vervangingsopgave, het nut en gebruik van (big) data, de verhardingsproblematiek en issues op het gebied van duurzaamheid (‘Rijkswaterstaat en de GWW-sector hebben een gezamenlijke opgave’, 2018).

Duurzame infrastructuur

De opdrachtgevers in de GWW-sector zetten in op duurzame infrastructuur met een lage milieubelasting. Rijkswaterstaat, ProRail en diverse regionale en gemeentelijke overheden laten duurzaamheid daarom zwaar meewegen bij hun aanbestedingen. TNO draagt bij aan het omlaag brengen van de milieu-impact door innovaties op het vlak van ontwerp, aanleg en onderhoud. TNO ontwikkelt oplossingen samen met overheden en marktpartijen. TNO ontwikkelt methoden om de milieuprestaties van infrastructurele projecten te beoordelen en vervolgens met innovaties te vergroten.

44

De duurzame innovaties waar TNO aan werkt, kennen een grote variëteit: van brandstof besparende wegdekken tot beton uit afvalstoffen en van een glazen fietspad met zonnecellen tot

energiebesparing bij bouwmachines (Duurzame infrastructuur: Drie duurzaamheidsaspecten, 2020).

De vier toekomstbeelden

Vanuit het Planbureau voor de Leefomgeving zijn er scenario’s voor stedelijke ontwikkeling, infrastructuur en mobiliteit ontwikkelt. Uiteindelijk zijn er vier toekomstbeelden beschreven. In Bubbelstad is de samenleving gefragmenteerd, zijn netwerkknopen belangrijker dan centra, is digitaal belangrijker dan fysiek, verkeert technologie permanent in de testfase en zijn markt- en lifestylecollectieven leidend. In Groenrijk verloopt de groene systeemtransitie top-down, draait het om planeetpunten en ‘niet hebben’, is er minder keuzevrijheid en een betere leefomgeving, staan nabijheid, knooppuntontwikkeling, lopen en fietsen centraal en is technologie dienend aan groene ambities.

In Beursplein zijn prestatie, succes en zelfredzaamheid belangrijk, is technologie dienend aan efficiency, bestaan grote sociaaleconomische contrasten, is er veel mobiliteit (met alle mogelijke vervoerwijzen) en faciliteert de overheid het bedrijfsleven. In Eigenwijk vormt de eigen wijk het centrum van het dagelijks leven, is de mens onderdeel van een gemeenschap, zijn actief bewegen en zelf maken de norm, bestaan er grote lokale en regionale verschillen en is bovenlokale afstemming lastig (Scenario’s voor stedelijke ontwikkeling, infrastructuur en mobiliteit, 2019).

Toekomstbestendige openbare ruimte

Een toekomstbestendige openbare ruimte biedt ontwikkelingen een plek zoals een ‘Smart Highway’.

Dit is een duurzame en interactieve weg door glow-in-the-dark belijning die gedurende de dag wordt opgeladen en verkeerstekens en verlichting die alleen oplichten als er mensen van de weg gebruik maken. Het bespaart energie, verhoogt de veiligheid en zorgt voor minder visuele belasting doordat er minder borden en permanente verlichting nodig is.

Er zijn een aantal ontwerpprincipes die helpen bij het vormgeven van een toekomstbestendige openbare ruimte:

• Integraal – de openbare ruimte is niet alleen klimaatbestendig, maar ook senior proof en smart

• Flexibel en adaptief – de openbare is flexibel en adaptief en kan meegroeien met

veranderende wensen en behoeften. Als bij het ontwerp van de openbare ruimte rekening wordt gehouden met de veranderlijkheid op relatief korte termijn, kunnen andere keuzes gemaakt worden

• Demontabel en verplaatsbaar – objecten zijn in zekere mate demontabel en verplaatsbaar, zodat deze relatief gemakkelijk op andere plekken in te zetten zijn wanneer trends en ontwikkelingen daarom vragen

• Multifunctioneel – de openbare ruimte en objecten zijn multifunctioneel, zodat meerdere functies op dezelfde vierkante meter een plek krijgen. Denk aan lantaarnpalen als

oplaadpunt voor elektrische auto’s en aantrekkelijk gebruiksgroen dat ook nuttig is voor klimaatadaptatie

• Hergebruik – elementen en objecten kunnen elders worden hergebruikt of nieuwe functies krijgen

• Contextgericht – Bij (her)inrichting wordt rekening gehouden met de (potentiële) kwaliteit van een plek en het (gewenste) gebruik. Gebruikers worden in het ontwerpproces betrokken (Toekomst(gericht) beheer openbare ruimte; radicaal anders!, 2018).

45

Nieuwe kansen

Naast de acties die bedrijven moeten nemen om risico’s te verlagen, zijn er nieuwe kansen voor groene groei, gedreven door technologische ontwikkelingen. Veel groene technologieën staan op het punt om concurrerende alternatieven te vormen voor fossiele brandstoffen, zowel in de

energieopwekking als in de chemie. Door digitalisering ontstaat een beweging naar de zogenoemde sharing economy, waardoor het belang van het bezit van producten afneemt en consumenten in toenemende mate producten delen. Verder ontstaan er door verbeterde recycling nieuwe mogelijkheden om grondstoffen terug te winnen en opnieuw in te zetten (Klimaatverandering en grondstoffenschaarste, sd).

3.1.3 – Ecologisch

Door middel van ecologische factoren worden kenmerken van de ecologische ontwikkelingen in kaart gebracht. Deze ontwikkelingen hebben betrekking op de infrastructuur, openbare ruimte en circulaire economie. Voorbeelden hiervan zijn afvalvoorschriften, klimaat en duurzaamheid.

Veranderend klimaat

Het klimaat veranderd in Nederland. Prognoses laten zien dat in de komende jaren de gemiddelde temperatuur zal stijgen. Dit heeft gevolgen voor het milieu in Nederland. De komende jaren zullen milieumaatregelen een belangrijk onderdeel van overheidsingrijpen zijn. Ook heeft dit voor de veiligheid gevolgen: de klimaatveranderingen hebben gevolgen voor de waterspiegel. Daarnaast zal de temperatuurstijging wellicht gevolgen hebben voor de economische activiteiten die er in

Nederland ontwikkeld worden. Door klimaatveranderingen neemt de kans op wateroverlast, hitte, droogte en overstromingen toe. Het is van groot belang dat Nederland zich aanpast aan deze verandering, een klimaatadaptie (Ministerie van Binnenlandse zaken, 2021).

Klimaatadaptie

Door klimaatveranderingen neemt de kans op wateroverlast, hitte, droogte en overstromingen toe.

Het is van groot belang dat Nederland zich aanpast aan deze verandering, een klimaatadaptie (Buitenruimte, 2020). Het is nodig om meer groen in steden te realiseren om de gevolgen van hittestress en droogte te voorkomen. De druk op de ruimte speelt zich niet alleen af in de openbare ruimte, maar ook in de grond. Riolen moeten vaak worden aangepast om veel meer regenwater aan te kunnen. Als er wordt gekozen wordt voor een warmtenet of voor het gebruik van bodemwarmte voor de energietransitie, heeft dat ruimtelijke gevolgen voor de infrastructuur in de ondergrond. Een integrale benadering waarbij alle belanghebbende een rol spelen is noodzakelijk.

Deeleconomie en een circulaire economie in opkomst

Door digitalisering ontstaat een beweging naar een deeleconomie, waarin het belang van het bezit van producten afneemt en consumenten in toenemende mate producten delen. Een circulaire economie is in opkomt, omdat er door het verbeteren van recycling nieuwe mogelijkheden om grondstoffen terug te winnen en opnieuw in te zetten ontstaan (Trendrapport, 2021). Een circulaire economie is een economisch systeem dat bedoeld is om herbruikbaarheid van producten en grondstoffen te maximaliseren. Een van de belangrijkste succesfactoren is ketensamenwerking gericht op het creëren van meervoudige waarde. Hierbij vermeerdert niet alleen de economische

Door digitalisering ontstaat een beweging naar een deeleconomie, waarin het belang van het bezit van producten afneemt en consumenten in toenemende mate producten delen. Een circulaire economie is in opkomt, omdat er door het verbeteren van recycling nieuwe mogelijkheden om grondstoffen terug te winnen en opnieuw in te zetten ontstaan (Trendrapport, 2021). Een circulaire economie is een economisch systeem dat bedoeld is om herbruikbaarheid van producten en grondstoffen te maximaliseren. Een van de belangrijkste succesfactoren is ketensamenwerking gericht op het creëren van meervoudige waarde. Hierbij vermeerdert niet alleen de economische

In document Strategisch Marketingplan (pagina 40-51)