• No results found

loondoorbetaling bij arbeidsongeschiktheid

1. De werknemer die arbeidsongeschiktheid is en daardoor niet werkt, ontvangt de eerste 104 weken de wettelijke loondoorbetaling van 70% van het loon (artikel 7:629 BW). Voorwaarde is dat de werknemer zich direct heeft ziekgemeld bij de werkgever.

Daar bovenop ontvangt de werknemer die arbeidsongeschikt is geworden op of na 1 oktober 2019 een aanvulling tot aan een percentage van het brutoloon:

Periode Aanvulling tot

Week 0 t/m 26 Week 27 t/m 52 Week 53 t/m 78 Week 79 t/m 104

100%

90%

80%

75%

De werknemer ontvangt altijd tenminste het wettelijk minimumloon.

Op dit verhoogde loon zijn de artikelen 7: 629 en 629a BW eveneens van toepassing. Het bepaalde in artikel 7:629,

lid 1 BW over het maximum dagloon is niet van toepassing.

2. De werknemer die arbeidsongeschikt is geworden voor 1 oktober 2019 behoudt de aanvulling zoals opgenomen in de CAO GGZ 2017-2019.

3. De werknemer ontvangt 100% van het loon over de uren waarin hij volgens zijn re-integratieplan werkt op arbeidstherapeutische basis.

4. Als de werkgever niet conform de Wet Verbetering Poortwachter en/of de bepalingen van artikel 2 en 3 van dit hoofdstuk handelt, kan niet worden

overgegaan tot verlaging van de doorbetaling van het voor de werknemer naar tijdsruimte vastgestelde loon. Indien de werkgever op een later moment wel voldoet aan de verplichtingen conform de Wet Verbetering Poortwachter kan vanaf dat moment de verlaging op de loondoorbetaling alsnog worden toegepast.

5. In dit artikel wordt onder loon verstaan: het gemiddelde salaris (hoofdstuk 11, aritkel 16) vermeerderd met :

een eventuele waarnemingstoelage op het moment dat de arbeidsongeschiktheid ontstaat;

structurele loonbestanddelen, zoals de onregelmatigheidstoeslag en de bereikbaarheidsdienstvergoeding. De hoogte van deze bestanddelen wordt op

maandbasis gemeten over een tijdvak van 6 maanden voorafgaand aan de maand waarin de arbeidsongeschiktheid is ingetreden. De hoogte van het loon wordt vastgesteld op de eerste dag van de arbeidsongeschiktheid.

76

6. Het op grond van lid 5 van dit artikel vastgestelde loon wordt aangepast aan:

de salarisverhogingen die als gevolg van de cao plaatsvinden gedurende het tijdvak van arbeidsongeschiktheid;

een wijziging van de arbeidsduur die de werknemer voor de aanvang van zijn

arbeidsongeschiktheid met zijn werkgever heeft afgesproken. Dit is alleen het geval als de periode tussen de eerste dag van arbeidsongeschiktheid en de ingangsdatum van deze wijziging korter is dan drie maanden. Aanpassing gebeurt met ingang van de dag waarop de contractwijziging in gaat;

de jaarlijkse periodieke salarisverhoging (hoofdstuk 3, artikel 9) tot aan het moment dat de werknemer 52 weken arbeidsongeschikt is.Na 52 weken arbeidsongeschiktheid wordt de periodieke verhoging vanaf de periodiekdatum toegekend over de uren waarop de werknemer arbeidsgeschikt is, indien en voor zover hij in die uren zijn oorspronkelijke dan wel een andere passende functie vervult.

7. De werknemer ontvangt geen periodieke verhoging van zijn loon tijdens volledige arbeidsongeschiktheid als

de periodieke verhoging afhankelijk is van een beoordeling voor de overgang van functionele schaal A naar

schaal B (hoofdstuk 7, artikel 2) of

een beoordelingssysteem van toepassing is (hoofdstuk 7, artikel 2, lid 15).

Als de werknemer zijn werk (gedeeltelijk) hervat ontvangt de werknemer bij voldoende beoordeling alsnog zijn periodieke verhoging(en). Hij ontvangt deze uiterlijk 6 maanden na de werkhervatting en met terugwerkende kracht vanaf het eerste ziektejaar.

8. Het loon wordt verminderd met het bedrag van de uitkering dat de werknemer ontvangt op grond van enige bij of krachtens de wet geldende regeling of een daarmee gelijk te stellen regeling. De werknemer ontvangt minimaal het bedrag van de voornoemde uitkering.

9. De werknemer bouwt pensioen op basis van 100% van het loon op. Werkgever en werknemer betalen elk hun premiedeel, tenzij de werknemer kiest voor een pensioenopbouw op basis van het loon dat hij ontvangt.

10. De werknemer ontvangt 104 weken 100% loondoorbetaling als de arbeidsongeschiktheid:

het gevolg is van een erkende beroepsziekte of een bedrijfsongeval of

komt door een omstandigheid waarvoor de werkgever aansprakelijk is (artikel 7:658, lid 2 BW).

11. De werkgever kan in individuele situaties in het tweede half jaar van het eerste ziekte jaar meer dan 90% en in het tweede ziektejaar meer dan 80%

respectievelijk meer dan 75% betalen, als hij vindt dat daarvoor een goede reden is.

12. De werkgever kan het recht op aanvulling als bedoeld in dit artikel geheel of gedeeltelijk laten vervallen als:

blijkt dat de werknemer de verplichtingen zoals geformuleerd in het verzuim- en herstelprotocol van de organisatie (artikel 2 van dit hoofdstuk) niet is nagekomen;

de werknemer de aanspraak op uitkering ingevolge de ZW, WIA, of WW geheel of gedeeltelijk verliest, tenzij dit aan de werkgever te wijten is.

77

13. Als en zolang de werkgever volgens de bevoegde instantie te kort is geschoten in de re-integratieverplichting en de werknemer daardoor geen recht heeft op een uitkering krachtens WIA, dan wordt het dienstverband in beginsel gehandhaafd en zal de arbeidsongeschiktheid geen reden zijn voor ontslag. De werkgever betaalt in dat geval 70% van het naar tijdsruimte vastgestelde loon,

overeenkomstig artikel 7:629 BW.

14. De werknemer die minder dan 35% arbeidsongeschikt is, wordt in principe niet ontslagen wegens de arbeidsongeschiktheid. Voorwaarde is dat de werknemer zelf actief meewerkt aan zijn re-integratie. Deze re-integratie gebeurt in zijn eigen of in een aangepaste functie. Uitgangspunt bij re-integratie bij de werkgever is dat de functie wordt beloond op tenminste 70% van het salaris in de laatst vervulde functie voorafgaand aan zijn arbeidsongeschiktheid.

15. Als de werkgever 2 jaar na het moment van ziekmelden oordeelt dat verdere re-integratie-activiteiten binnen 6 maanden daadwerkelijk zullen kunnen leiden tot plaatsing in een passende functie, dan vraagt hij geen schriftelijke toestemming voor opzegging van de arbeidsovereenkomst aan bij het UWV. De re-integratie-activiteiten gaan dan gewoon door. De werkgever hoort de werknemer bij het vormen van zijn oordeel.

Artikel 6 arbeidsongeschiktheid door derden

Is de arbeidsongeschiktheid van de werknemer het gevolg van een gebeurtenis waarvoor de werkgever rechten tegenover derden kan doen gelden, dan zal de werkgever - als de werknemer dat wenst - de rechten van de werknemer

waarnemen. Dit artikel heeft vooral betrekking op persoonlijke vorderingen jegens de wettelijk aansprakelijke derde die de werknemer mogelijk toekomen. De werkgever kan die gelijktijdig met zijn eigen vordering tegenover deze derde geldend maken.

78

Hoofdstuk 7 sociaal beleid, opleiding en