• No results found

Aangezien leren en bijblijven voor elke werknemer van de 21steeeuw een essentieel onder-deel is van zijn ‘employability’, misstaat een bijdrage over E-learning zeker niet binnen de context van een ‘E-work’-conferentie.1Bedoeling van deze bijdrage is in te zoemen op de be-tekenis van e-learning binnen de evoluties die een modern HRM- en opleidingsbeleid ken-merken.

Daartoe moet eerst het begrip ‘e-learning’ wat duidelijker worden omschreven. Vervolgens wordt recent cijfermateriaal verzameld over het huidig en te verwachten gebruik van e-lear-ning in de bedrijven.

De voor- en nadelen van de leermethode die e-learning is worden onder de loep genomen.

De plaats van e-learning binnen het HRM-beleid en binnen een veranderende leercultuur wordt geduid, waarbij vragen als de kwaliteit van het leren en de meetbaarheid van de leer-resultaten aan de orde zijn.

Tot slot moet men zich de vraag stellen of e-learning, hoe groot de hype ook is, wel voor ie-dereen en overal dé of een oplossing is voor bepaalde leervragen: wat met kleine bedrijven, wat met de relatie e-learning en andere leervormen...

JA A R R E E K S 2 0 0 2

81

1 Deze bijdrage werd in het Engels gepresenteerd met als titel ‘E-learning, the impact on company training-policy and how employees learn’ op het WWWe-congres te Brussel, april 2002. Luc Van Waes is stafmedewerker bij Cevora.

2 E-learning: to be or not to be connected, ...

Er worden nogal wat definities gehanteerd als het over e-learning gaat en definities kunnen naargelang verschillende dimensies worden opgebouwd.

Sommigen zoals Arboth&Elsevier2gaan in op de gehanteerde technologie en nemen de ‘e’ let-terlijk als ‘elektronisch’. Ze definiëren e-learning als een vorm van afstandsleren, waarbij elke vorm van elektronisch medium bij het leren kan worden ingezet (CD-rom, video, inter-actieve TV, enz.). Dezelfde auteurs noemen de specifieke vorm van e-learning waarbij men

‘on-line’ gaat, ‘on-line-‘ of ‘web-based’-learning.

Deze definitie lijkt echter meer en meer door feitelijk woordgebruik achterhaald: in de mees-te mees-teksmees-ten of uitspraken wordt e-learning namelijk verengd tot de leervorm waarbij het (minsmees-tens gedeeltelijk) ‘on-line’ zijn als een conditio sine qua non geldt.

In de cursustekst van Digilearn3zien we bv. dat technology based learning de ruimere om-vattende term wordt, die dan zowel computer based training, video-conferencing als e-lear-ning bevat.

Figuur 1.

Situering van e-learning volgens Arboth&Elsevier Training, 2001

DE A R B E I D S M A R K T I N VL A A N D E R E N

82

Distance Learning Programmed instruction

E-Learning Video

CD-ROMS Interactive TV

Online learning On-line Discussion

Intranet based courses Paper based courses

2 Arboth & Elsevier, E-learning: realiteit achter een hype, april 2001.

3 Vercouter, Ph., Leren Teleleren, een inleiding tot het webleren, DigiLearn.net, AP&P, 2000.

Buiten definities die verwijzen naar de technologie worden ook veel pogingen ondernomen om e-learning te definiëren door het te situeren binnen de factoren tijd en plaats: leren op een-zelfde of verschillend moment en/of op deeen-zelfde of een verschillende plek. Reeds in ’97 bracht Kahn4hiervoor het driefactorenmodel uit met als titel ‘Factors which relate teachers and learners’:

Figuur 2.

Verschillende leervormen geplaatst t.o.v. de drie dimensies plaats, tijd en groepsgrootte (Kahn, ’97)

Dit model situeert de meeste leervormen handig t.o.v. drie dimensies. In het ene geval (links onder) wordt gedoceerd op dezelfde plaats op hetzelfde tijdstip aan kleine of grotere klas-groepen; in het andere geval (rechts boven) spreken we bv. over asynchroon afstandsleren.

Klassiek schriftelijk onderwijs zit hier eenzaam in een hokje, samen met diverse ‘elektroni-sche’ vormen van leren op afstand: virtual classroom, videoconferencing, distance-educati-on with real-time communicatidistance-educati-on,...

4 Khan, B.H., Web-base Instruction. New Jersey: Educational Technology Publications, 1997.

Op de CD-rom, uitgegeven naar aanleiding van het afsluiten van het eerste TRIVISI-project5 vinden we volgende ruime definitie afkomstig van Peter Goodyear van de Lancaster Uni-versity: “E-learning is the systematic use of networked multimedia computer technologies to empower learners, improve learning, connect learners to people and resources of their needs and integrate learning, performance, individual and organizational goals. It is not just learning on the web, not just computer based training.”

Ook deze definitie legt sterk de nadruk op het ‘geconnecteerd’ zijn.

Bovendien wordt e-learning hier in een bredere ontwikkelings- en toekomstgerichte visie gesitueerd. Op de TRIVISI-CD-rom wordt nl. ook verder ingegaan op vier niveaus van toe-passing waarbinnen e-learning kan benut worden:

• Het informele leren, met als vbn. e-mail , video-conferencing;

• Het formele leren, met als vb. bureauticapakketten aanleren;

• Beheer van kennis, kennismanagement;

• Het ondersteunen van performantie, geïntegreerd in de werkomgeving.

In de meeste denkpistes gaat het enkel over het formele leren (tweede niveau), en hoewel het opentrekken van het begrip e-learning tot op het derde en vierde niveau terecht lijkt, maakt het het definiëren van het begrip er momenteel niet eenvoudiger op.

Uit dit alles kan worden besloten dat, om naar een sterk KMO-gestructureerde bedrijfswe-reld te kunnen communiceren over e-learning, best volgende definitie gehanteerd wordt:

E-learning of web-based-learning = een vorm van geïndividualiseerd afstandsleren, waarbij:

• internettechnologie (software en infrastructuur) noodzakelijk is;

• meestal aan het individu aangepaste of aan te passen content geleverd wordt via een webbrowser;

• groepsinteractie mogelijk is via e-mail, discussiefora,…;

• synchrone en asynchrone coaching op afstand dient te worden voorzien;

• over alle (elektronisch te volgen) stappen in het leerproces kan gerapporteerd worden.

Een discussie die we hierbij uit de weg gaan is deze over de vraag of e-learning wel toepas-baar is voor alle vormen van ‘content’ (lees cursusinhoud): kan het alleen met kennisgerich-te conkennisgerich-tent of kunnen ook vaardigheden en attitudes getraind worden via e-learning? Hoe

DE A R B E I D S M A R K T I N VL A A N D E R E N

84

5 Buyens, Wouters, Vanhoven, Levenslang leren: ‘Anders leren … met alternatieve leermethoden’, TRIVISI, 2002.

ruimer de definitie (bv. naar vormen als video-conferencing) hoe meer mogelijk lijkt, maar hoe meer ook de technische vereisten (vooral bandbreedte) op de proef worden gesteld...