• No results found

Laag geëngageerde of grote klas.

Handleiding les

Les 3.2 Laag geëngageerde of grote klas.

Les 3.2 is gericht op klassen die gemiddeld geëngageerd zijn. Ook wanneer een groep erg groot is, waardoor het onmogelijk is om de gehele klas te betrekken bij een ‘klassieke’ discussie is deze methode mogelijk een betere keuze.

Voor deze les is het lokaal ingedeeld in een kringopstelling. In het midden van de kring is een kleinere kring van vijf stoelen en twee stoelen die half in de kring staan. De docent schrijft de (meest

voorkomende) thema’s op de hand-outs van de leerlingen uit les 1 en 2 op het bord.

De leerlingen in het midden van de groep voeren, onder leiding van de docent, een discussie over één van de thema’s. De leerlingen in de buitenste kring observeren de discussie en maken aantekeningen. In principe nemen de leerlingen in de buitenste ring geen deel aan de discussie maar zijn zij slechts

‘toeschouwer’. Mocht een leerling echter wel aan de discussie deel willen nemen of iets willen

inbrengen dan kan deze plaats nemen op een van de twee stoelen die half in de kring staan. Dit wijkt af van de traditionele vissenkommethode, maar heeft als voordeel dat betrokkenheid niet verloren gaat. Wanneer de discussie in de binnenste kring ten einde is, dan wel doordat het een natuurlijk conclusie krijgt dan wel wanneer de docent de discussie afrondt, deelt de buitenste kring hun aantekeningen en zetten zij de discussie voort.

Een volgend thema kan op dezelfde manier behandeld worden. Wanneer de klassikale discussie erg goed loopt kan de docent er ook voor kiezen om in plaats hiervan een nieuw thema in de klassikale discussie in te brengen.

Het aantal thema’s dat wordt behandeld kan de docent zelf bepalen. Ook kan de docent ervoor kiezen om een goed lopende discussie vóór te laten gaan op het behandelen van alle thema’s.

Les 4

Beginsituatie

Wat weet je over de leerlingen, en over wat de leerlingen weten over het onderwerp dat je aan bod wil laten komen?

Omdat de leerlingen in 5-VWO IB vijf lesuren Engels per week hebben ga ik er hierbij wel vanuit dat verschaffing en activering van voorkennis in ieder geval deels ook in andere lessen gebeurt, hoewel niet noodzakelijk in combinatie met het te behandelen literaire werk. Dit heeft ook betrekking op sociaal-maatschappelijke thema’s die leerlingen hierdoor hopelijk gaan linken aan de te bestuderen tekst.

In les 1 zijn er verschillende vragen en thema’s behandeld. De docent heeft de hand-outs ingenomen en weet hierdoor wat de reacties van leerlingen waren

Doelen

Wat moeten leerlingen aan het einde van de les kunnen/ weten/ ervaren hebben?

Deze les staat volledig in het teken van dialoog en is gebaseerd op dialogische vragen en thema’s uit de vorige les.

Hiermee richt deze les zich op de bevordering van kritische betrokkenheid van leerlingen en bewustwording van eigen voorkeuren of vooroordelen.

Mogelijk materiaal Bord

Tijd Lesfase Docentactiviteit Leeractiviteit Groeperingsvorm

5 minuten Instructie en starter

Verdeelt leerlingen in groepjes (of vraagt hen dit zelf te doen) Geeft opdracht rolverdeling te maken - Rapporteur - Notulist - Voorzitter - (Eventueel andere rollen indien gewenst)

Legt kort de taken per rol uit

Leerlingen gaan in groepjes bij elkaar zitten en maken een

rolverdeling.

Groepjes (minimaal 3)

5-10 minuten

Legt opdracht uit. Loopt event. Rond om vragen te beantwoorden.

De leerlingen lezen een tekstfragment en verzinnen aan de hand hiervan discussievragen.

5 minuten Evaluatie Korte uitleg

Rondlopen; Leerlingen waar nodig op weg helpen Tijd bewaken In de groepjes bespreken leerlingen de discussievragen en kiezen de belangrijkste/meest relevante/interessantste uit Groepjes

10 minuten Korte uitleg

Rondlopen; waar nodig verbredende/verdiepende vragen stellen.

Leerlingen moeten aan de hand van de gekozen vraag: - 2 thema’s benoemen - Aan de hand hiervan verschillende potentiële antwoorden verzinnen. Groepjes 15 – 20 minuten

Afsluiting Event. Volgorde aangeven,

verbredende/verdiepende vragen stellen.

De rapporteur van ieder groepje rapporteert in ca. 3 minuten de gekozen vraag, thema’s en antwoorden aan de rest van de klas

Klassikaal

Totaal: 45 minuten

Noot: deze les kan eventueel in een blokuur gegeven worden door leerlingen meer tijd te geven en eventueel een discussie toe te voegen. Eventueel zou deze les ook over twee lessen verdeeld kunnen worden, maar dan is uiteraard het gesprek binnen de groepjes minder vers in het geheugen zit.

Bijlagen

Hand-out 1

Questions based on the passage

1. Themes

Write down different themes that you think are related to the passage you have read.

Themes

1.

2.

3.

4.

5.

2. Knowledge questions and discussion questions

Formulate questions based on the passage you have read. These can be questions about

aspects of the text, but also questions that link the text to the ‘real world’ or that make

enquiries about the use of language. Make sure you only ask question to which you do

not know the answers. Fill in your questions in the correct column (Knowledge questions

or Discussion questions)

Knowledge questions are questions that only have one correct answer. Try and ask questions

that would help you understand the text better.

Knowledge questions

1

2

3

Discussion questions are questions to which there is no ‘right’ or ‘wrong’ answer, but that allow

for speculation. For these questions, try to explain why you ask this question (are you trying to

understand something, are you curious, are you looking for a deeper meaning, etc.)

If you have come up with more than three questions, select the three most important ones.

1

2

3

4

Hand-out 2

For your three most important discussion questions from last class write down the potential