• No results found

7 | Data-analyse In dit hoofdstuk worden de succesfactoren geanalyseerd die volgens de geselecteerde gemeenten

7.3 Kenmerken van de uitvoerders

In deze paragraaf zullen de succesfactoren geanalyseerd worden betreffende de kenmerken van de uitvoerders. Vanuit de literatuur zijn een aantal succesfactoren naar voren gekomen waaraan uitvoerders moeten voldoen willen zij positief bijdragen aan effectieve beleidsvorming en – implementatie. De succesfactoren hebben betrekking op het weten, het kunnen, het willen en het moeten van uitvoerders. Deze analyse geschiedt op basis van informatie die is voortgekomen uit een viertal interviews met beleidsmedewerkers bij de vier geselecteerde gemeenten binnen dit onderzoek. Weten

De succesfactoren aangaande het weten van de uitvoerders hebben betrekking op de aanwezigheid van voldoende kennis bij de uitvoerders en op de aanwezigheid van voldoende communicatie tussen de uitvoerders. Vanuit de analyse blijkt dat de totaalscores van beide succesfactoren 2,5 is, waarbij alle gemeenten geheel of gedeeltelijk voldoen aan de toepassing van beide succesfactoren. Er zijn echter wel verschillen waarneembaar binnen de gemeenten. In de gemeenten Wageningen, Zaanstad en Lelystad blijkt dat de uitvoerders matig tot voldoende op de hoogte zijn van de doelstellingen. De beleidsmedewerkers die betrokken zijn bij de vormgeving van de Wmo zijn daarentegen uitstekend op de hoogte. De reden die genoemd wordt dat niet alle uitvoerders op de hoogte zijn van het

(gehele) beleid heeft te maken met gebrekkige communicatie tussen alle afdelingen die betrokken zijn bij de vorming en implementatie van de Wmo. Er zou daarom een vertaalslag gemaakt moeten worden van beleid naar uitvoering. Deze vertaling is van essentieel belang bij de uitvoering. Daarnaast zou een verbetering van communicatieprocessen bij kunnen dragen aan een verbeterde kennis van het beleid bij de uitvoerders. Hieruit blijkt dat beide succesfactoren volgens de geïnterviewden positief van invloed zijn op en essentieel zijn voor effectieve beleidsvorming en – implementatie.

Kunnen

Bij de succesfactoren met betrekking tot het kunnen van de uitvoerders zijn er alleen verschillen zichtbaar bij de succesfactor betreffende het hebben van de juiste competenties en kwalificaties door de uitvoerders van het Wmo-beleid. In de gemeente Zaanstad en Lelystad wordt tijdens de interviews aangegeven dat de meeste uitvoerders van beleid over de juiste competenties en kwalificaties beschikken om het Wmo-beleid uit te kunnen voeren. In de gemeente Zaanstad wordt wel opgemerkt dat je als uitvoerder in een lastige positie kan komen te zitten doordat je laveert tussen de gemeente en externe organisaties. In de gemeenten Putten en Wageningen wordt aangegeven dat sommige uitvoerders in de problemen zijn gekomen doordat zij niet de juiste competenties hadden met dit beleid om te kunnen gaan. Door de komst van de Wmo moeten uitvoerders een meer zakelijkere houding hebben dan daarvoor. Dit komt omdat welzijnswerk voor de komst van de Wmo de “softe kant van het beleid was”. Medewerkers die belast zijn met de uitvoering van de Wmo moeten tegenwoordig dan ook meer eisen durven te stellen en de uitvoerende organisaties aanspreken op hun eigen gedrag. Competenties van de medewerkers moesten hierdoor aangepast worden. Ook tijdens het interview in de gemeente Putten blijkt dat sommige medewerkers worstelen met de veranderde denkwijze met de komst van de Wmo. Gemeenten zijn hierbij netwerkorganisaties geworden waarbij zij niet meer alles zelf kunnen doen. Hier zijn uitvoeringsorganisaties voor nodig. Medewerkers moeten dus minder zelf doen, maar zijn regisseur geworden. Er wordt tijdens het interview dan ook aangegeven dat dit voor stress zorgt door een veranderde aanpak van het Wmo-beleid. De totaalscore van 3 laat zien dat deze factor door alle geïnterviewden als een essentiële succesfactor wordt gezien voor een effectieve beleidsvorming en –implementatie. Indien deze succesfactor ontbreekt kan dit leiden tot ineffectieve vorming en implementatie van beleid doordat de uitvoerders niet om kunnen gaan met de ontstane veranderingen binnen het vormings- en implementatieproces.

7.4 Kenmerken van de omgeving

In deze paragraaf worden de succesfactoren geanalyseerd betreffende de kenmerken van de omgeving. Op basis van het theoretisch kader zijn er een aantal succesfactoren naar voren gekomen die positief van invloed zijn voor effectieve beleidsvorming en –implementatie betreffende de omgeving van het beleid. Om deze succesfactoren te analyseren zijn interviews gehouden met de wethouders van de geselecteerde gemeenten. Uit deze interviews blijkt dat er in alle gemeenten

politieke steun is geweest voor het beleid aangaande de Wmo. In twee van de vier gemeenten is sprake geweest van enige politieke strijd. Dit betreft de gemeente Wageningen en Putten. In Wageningen is politieke strijd ontstaan omdat het gehele proces nieuw was, waardoor het een proces van pionieren is geweest. Hierdoor is felle discussie ontstaan in de gemeente over de vraag hoe zij het Wmo-beleid in zouden vullen. Daarnaast heeft de raad zich in deze periode te weinig gerealiseerd dat het Wmo-beleid voor vier jaar vast zou komen te liggen terwijl zij juist ruimte zou willen hebben het beleid bij te kunnen sturen. Dit heeft soms geleid tot conflicten tussen de raad en het college omdat het college de raad op haar eigen gemaakte besluiten moest wijzen. In de gemeente Putten is enige sprake van strijd geweest over de wijze waarop de diverse prestatievelden vanuit de Wmo zijn ingevuld. Sommige partijen waren het hier niet altijd mee eens wat leidde tot misverstanden en strijd. Een totaalscore van 3 laat zien dat de afwezigheid van politieke strijd positief van invloed is op de effectiviteit van beleidsvorming en –implementatie. Indien niet aan deze succesfactor voldaan is kan dit leiden tot ernstige misverstanden en strijd tussen bijvoorbeeld de raad en het college en / of extern betrokken organisaties.

Een tweede succesfactor binnen de omgevingsvoorwaarden waarin de gemeenten verschillen van mening over de invloed hiervan op de effectiviteit van beleidsvorming en -implementatie betreft de invloed van economische omstandigheden. Een totaalscore van 3,5 laat zien dat in drie van de vier gemeenten wordt aangegeven dat de huidige economische omstandigheden van invloed zijn op de haalbaarheid en daarmee op de effectiviteit. Dit betreft de gemeente Putten, Wageningen en Zaanstad. Tijdens de interviews wordt aangegeven dat deze omstandigheden ervoor zorgen dat gemeenten minder te besteden hebben. Daarnaast worden de gemeenten gekort op het gemeentefonds waardoor minder geld beschikbaar is terwijl zij door de komst van de Wmo het takenpakket hebben toe zien nemen. In de gemeente Lelystad daarentegen wordt aangegeven dat de economische omstandigheden vooralsnog niet van invloed zijn geweest op de beleidsvorming en – implementatie.