• No results found

KAMPOENGLEVEN IN HET LAAGLAND MARDIANI EN DJOJO

In document SIGNATUUR MICROVORM: (pagina 59-131)

Wanneer "Mardiani" gereed was met ~jn werk voor de gumrniplantage, ging hij naar stad, en kocht vruchten en tabak, die hij met een kleine winst voor het lange transport, weer verkocht aan zijn koeliekameraden in de pondokke 1) der plan-tage. Tegen middernacht was hij gewoonlijk uitverkocht. Dan ontrolde hij 2:ijn mat, blies de walmende olielamp uit, en liet zielstevreden al de koperen munten kletterend en rammelend van het roestige bord - de kas der 2;aak - in een langen bamboekoker glijden, die hij aan een koord tegen de wand van tijn armoedig vertrek hing. Aan den eenen muur over zijn slaapbank hingen de kokers dicht opéén.

- Zeer voldaan wreef hij in tijn handen:

"Allah tij dank", dacht hij, "dat ik geen vrouw heb en het vertrek vol kinderen, dan zouden de munten gauw gevlogen zijn;'

Mardiana had geleefd in den heiligen, echtelijken staat, maar zijn buurman had 2:ijn vrouw ende vijf kokers, die hij toen had hangen, ontvoerd. Mardiani

') Pondok -= ArbeiderswoniDg of klaerDe.

BLANE EN BRUIN. 1°5

werd algemeen geacht door tijn kameraden, die bij hem een roepi 1) konden leenen, tegen terug-betaling van twee op den eersten van de daarop-volgende maand.

Handige ha2:ardspelers kregen bij den flinken, behulp2;amen Mardiani speelpenningen tegen be-taling van de helft der winst plus de geleende som.

Op een paar maanden na had Mardiani 2:ijn drie-jarig contract I) bij de plantage uitgediend, toen hij met tijn bijl naar het bosch ging, en één der reU2;enboomen van het Randgebergte velde. Tegen geringe betaling sleepten eenige zijner kameraden vijf voet van den stam huiswaarts naar de pondok.

Mardiani werkte harder dan ooit - hij 2:Woegde als een gek. Hij gunde 2;Îch ternauwernood een oogenblik rust. Wanneer zijn verplichte arbeid in de plantage gedaan was, ging hij huiswaarts, at een handvol rijst, bond het hemd om 2:ijn lenden en begon met vernieuwde kracht de bijl te zwaaien in het harde hout van den stam. Hij hakte zoo, dat het zong in den boom, trilde in het staal en tintelde in de vingers. Het zweet liep langs tijn gespierden, door de zon verschroeiden rug.

-De laatste dag der maand is betaaldag. De koelies

') I Roepi = I gulden onder normale omstandigheden.

I) Contract = De koelies teekenen te Java een contract en worden verdeeld over de plantages, waar ze na driejarigen dienst het contract kunnen vernieuwen voor Ii jaar of a jaar met loonsverhooging.

106 BLAl'irE ER BRUIN.

ontvangen dan hun loon 1) voor het werk in de verloopen maand, en 7

1/1

kg. rijst en 5 kg. mais - de leeftocht voor de eerste helft der komende maand -het geld daarvoor wordt afgetrokken van hun ver-dienste.

De dag na betaaldag is een vrije dag, en wordt genoemd "Hari Besar" - de groote dag. De nacht tusschen betaaldag en Hari Besar is iets %00 fees-telijk als men zich slechts denken kan in een pondok voor Javaansche koelies.

-Wanneer de koelies hun loon en rijst ontvangen hebben, gaan ze huiswaarts naar de pondok, waar de landbouwers der streek en rondtrekkende, Arabische kooplieden hun matten reeds hebben uitgerold in het 2;aDd en hun waren uitgestald.

De koelies koken hun rijst, en verorberen die, ge-mengd met gedroogde visch, spaansche peper en nog veel meer andere ingredienten. Na den maaltijd gaan ze naar de markt, in het speelhuis en naar de groote, zandige plaats, die zich uitstrekt tusschen de pondokken.

Ze koopen alles wat hun kinderoogen bekoort : bonte sarongs, shawls en hoeden, zonder te denken aan de armoede der volgende dagen, wanneer het geld verbruikt, en de rijst op is.

.. Varino", die van het werk thuis kwam in een stinkende, vette kuischheidgordel van zakkenlinnen,

I) Het 1000 van een koelie was in 1919-aQ circa 30 ceat per dag. Ia 1931 verhoogd tot bet dubbele.

BLANK EN BRUIN. 107

kon men een uur daarna rank en trotsch over de plaats zien wandelen in roode broek, groene jas, blauw fluweelen Maleiermuts scheef op het hoofd, en een prachtige sarong over de schouders, maar geen cent op zak.

Toen de avond viel, werden al de speelmatten over de plaats uitgerold bij walmende blikdoozen-lampen. Om elke lamp zaten 10-15 koelies.

Alleen hun gezichten werden belicht. Strak en vol spanning stonden de oogen in die bruine hoof-den, wanneer de bromtol 1) ronddanste op het blik-ken bord onder de kokosschaal.

De tol snorde - de tol .. dreef langzaam uit".

Voorzichtig en trillend van spanning lichtte de bankier de kokosschaal op. De spelers bogen zich voorover met de neus tusschen schaal en bord.

De bankier tilde triomfeerend de schaal hoog op.

- Ha !" "de slang" lag naar boven gekeerd, ze ver-loren allen, en de bankier haalde den inzet naar

zichtoe.-Varino zocht Mardiani op, die rustig op een boomstam zat te droomen met een maissigaret in den mondhoek. "Salem Aleikum" - HIkum salum" groetten zij elkander.

"Wil je een pan en een pot koopen?" begon Varino.

"Ja - misschien, indien ik je daarmee uit een

1) De tol heeft vier vlakkea, die met afbeeIdiagea vaa ver-schi11eade dieren beschilderd zija.

loS BLANK EN BRUIN.

oogenblikkelijke verlegenheid kan helpen," ant-woordde de sluwe Mardiani.

Varino sleepte zijn armoedige bezitting voor den dag, Mardiani beschouwde ze taxeerend, trok de neus op, keerde en draaide de voorVIerpen, kriti-seerde ze en deed, alsof hij ze niet hebben wilde, al kreeg hij ze cadeau.

-Varino ontving twee roepis, en zat een oogenblik later op de speelmat met strakke oogen en trillend van spanning.

Het eene talen 1) verdween na het andere. Het geluk was niet met hem. De beide roepi's kwamen te recht in den grooten zak van den bankier.

Hij plaatste 7 kg. rijst op de mat. De bankier schatte de rijst op drie roepi's. De tol snorde - de tol dreef uit. De rijst was voor den bankier. Varino bedacht zich: Geen geld. Geen eten. Hij moest spelen en winnen, wilde hij gedurende de eerste helft der volgende maand verzadigd ter ruste gaan.

Hij lei zijn muts op de mat. De bankier schatte deze op drie roepi's - ze was zoo juist gekocht voor vier. De tol snorde - de tol dreef uit. De kreeft lag naar boven gekeerd. De muts was voor den bankier. "Ik moet winnen", zei Varino tot zich zelf. "Genadige ,,5ank" ') sta mij bij! Nu zet ik mijn buis op het kuiken, als je me dezen keer laat

1) I talen = I kwartje.

") Sank = Sank is deels de Godin der vruchtbaarheid, deels, die van het geluk.

B~ EN BRUIN. log

winnen, zal ik drie witte hoenders voor je offeren aan de heilige krokodillen in "Laut Tador ...

Het kuiken lag onder - de buis boven. Het buisje was verloren, de broek ging den zelfden weg.

"Poekima 1) Sank 11" vloekte Varino en stond op van de speelmat. In zijn stinkende kuisch-heidgordel van zakkenlinnen vluchtte hij in de Jung-le en Jung-leefde van visch uit de rivieren en boomwortels.

Zooals het Varino ging, ging het een vijftig an-dere koelies. Ze maakten hun loon op, verkochten hun bezittingen aan Mardiani en verspeelden het geld. Ze kwamen eerst den daaropvolgend en trak-tementsdag terug om rijst te krijgen. Kwamen ze eerder terug, dan was het alleen, omdat honger en ziekte hen het bosch uitdreven.

Mardiani sloeg winst uit de lichtzinnigheid der jongere kameraden. Hij had nu huisraad genoeg voor vier - vijf families. De slechtste voorwerpen verkocht hij met een geduchte winst en vermeer-derde zoodoende het aantal bamboekokers aan den muur over zijn slaapbank.

De betere voorwerpen borg hij in een kist onder de slaapbank. Wanneer de deuren gegrendeld waren, en de koelies gingen slapen, opende hij de kist en bekeek met begeerige oogen haar heerlijken inhoud van kleurige broeken en bonte sarongs.

Mardiani werd met elken dag al rijker en stiller.

I) Poekima = Ik vervloek je moeder.

IlO BLAN1t EN BRUIN.

Vroegen de kameraden hem, wat hij toch wilde met al die pannen en potten, dan kregen ~e slechts een schouder ophalen tot antwoord. Vroegen ~e:

"Wat wil je toch met dien boomstam?" dan ant-woordde hij kort en droog: "Een kano maken."

"Je bent toch ver van het water," brachten ze in het midden, "je wilt misschien de kano ver-koopen?"

"Ja - misschien," gaf hij ten antwoord, en keerde hen den rug toe.

De kameraden bleven staan en spraken over hem. Ze konden niet begrijpen, wat hij wilde met al dat geld. - hij speelde immers niet. En al dat keukengerei? - hij was immers "Boetjang't1). En al die prachtige sarongs - hij droeg ~e zelf toch niet, en hij had geen kinderen.

Ze maakten allerlei veronderstellingen. Zou hij op een vrouw uitgaan? - %eer onwaarschijnlijk, want dan %ou hij wel één der weduwen genomen hebben, die ~ vaak op %ijn mat een praatje kwa-men 'maken. Die konden koken, en ~ouden hem wat graag willen hebben.

Mardiani handelde en ruilde. Niemand had ~u1ke

heerlijke "goud-bananen" als hij. Zijn "Doerian-vruchten" waren grooter dan die van andere koop-lieden.

Zijn "vogeloogentabak" was zoeter, "zijn

man-1) Boetjang = vrijgezel, oude vrijer.

BLANK EN BRUIN. III

gostengels" en "obiwortels" 1) goedkooper dan die zijner concurrenten.

Aan %ijn muur over de slaapbank hingen tien kokers meer dan op het oogenblik, waarop de ver-telling begon. - Mardiani gunde ~ich nauwelijks rust noch duur. Zoodra zijn werk in de plantage was afgeloopen, ging hij huiswaarts, sleep zijn bijl en %Waaide deze, zoodat het zong in de lucht en trilde in het hout. Met een Niboeng al-wig spleet hij platte stukken van den stam. De dagen gingen voorbij en de stam kreeg vorm.

-Reeds lang tevoren hadden de koelies zich verheugd op "Hari Besar", die dezen keer niet alleen een vrije dag, maar ook een feestdag was.

De nacht tusschen den betaaldag en den vrijen dag zou het hoofd der pondok, de eerste Mandoer') der plantage de ?de maand zijner zwangere vrouw vieren.

De bijvrouwen ') hadden de vruchtkorf gepakt, en den waterdrager wijd in den omtrek rond gestuurd met uitnoodigingen en gastgeschenken. In den loop van den namiddag was hij teruggekomen met "tegen-geschenken" van de uitgenoodigden, welke aan het

') broodwonels.

') Niboeng = hard hout van den stam der Arekapalm.

") Mandoer ~ Op%Ïchter.

. ') Bijvrouw = De veelwijverij is veroorloofd, maar bestaat In den regel alleen onder de gegoede klassen. Een man uit den lag~ren stand. hU.';'ft, of leent vaak een vrouw gedurende de

~~rlode, waarm ZI)n v~ouw zwanger is, of wel indien zijn vrouw h)dt aan een langdunge ziekte.

U2 BLANE EN BRUlR.

feest deel wenschten te nemen. De tegengeschenken bestonden bijna allen uit zilveren geldstukken, die de dubbelde waarde hadden van het gastgeschenk.

-De pondok was versierd met gespleten palm-bladeren, die in guirlandes, van den eenen balk tot den anderen, waren bevestigd onder het dak van het speelhuis: Bamboekokers vol gaten, gevuld met petroleum, werden loodrecht opgehangen aan stangen en in de gaten werd katoen gestopt. De hoofd-opzichter had "Wajang" J) besteld uit Te-bing Tinggi, .. Gamalang" I) uit de naburige plan-tage, en ten laatste de grootste attractie van den avond; de "Rongeng 8)-danseres uit "Bankalan-dode", visscher "Amats dochter "Djojo."

-Mardiani haalde zijn kist ten onderste boven.

Hij diepte er uit op de roode broek, de blauwe muts, en het buisje met de velerlei kleuren. Over de schouders wierp hij de mooiste sarong, die hij bezat.

Buiten zijn verblijf lag de kano gereed. Een won-dermooie kano - voor twee. Hij ging er in zitten.

1) Wajang "" Het beroemde, oeroude poppentheater. De poppen :ijn gesneden uit platgeslagen ossenhuid, en fantastisch beschilderd, (Batik). De vertooning is deels poppen - deels schaduwbeeldenspel.

") Gamalang = Orkest samengesteld uit verschillend klin-kende metalen gongs en lederentrommen.

") Rongeng "" dans, begeleid met zang. De dans bestaat uit een keten van plastische bewegingen met: arm, band, vinger, onderlijf, been, voet, en teenen. Het lied kan deels een overoud sprookje behandelen, een sage, of wel de goede en kwade eigen-schappen der vrouw voorstellen. De zang is eentonig.

BLANK EN BRUIN. 113

Hij zocht in zijn zak, haalde een stukje spiegelglas te voorschijn en met een ijzeren tangetje rukte hij zijn baardharen uit met wortel en al. - Van avond moest hij er keurig uitzien. Het was zijn laatste nacht in de pondok. Morgen trok hij weg. Zijn contract was nu afgeloopen. Waar hij heen wilde, wist hij nog niet, maar in ieder geval naar den rivieroever, en liefst moesten er twee in de kano zijn. Heden nacht wilde hij een aanzoek doen.

Niet aan een der trouwlustige weduwen.

Neen - een jonge, lieftallige vrouw wilde hij hebben! - het rongeng-meisje uit "Bankalan-dode," Aan haar had hij reeds een half jaar lang gedacht. - Van avond zou de slag beslist worden.

Hij twijfelde niet aan de overwinning. Hij was im-mers de rijkste koelie der streek, en kon heel best betalen wat het meisje waard was. "En tenslotte mag ze blij zijn, dat ze me krijgt:' dacht hij en liet zijn hand over zijn bruine, gespierde ledematen glijden. "Ik ben toch een fiksche kerel."

De zon gleed in purperpracht neer achter het bosch. De hoenders vlogen op stok. De vliegende honden fladderden geluidloos naar de bergen.

De "Tjik-tjok-Gekko" joeg naar insekten op de witgekalkte planken wanden. Het katoen in de bam-boelampen werd aangestoken. De vlammen flak-kerden en flikflak-kerden in het nachtkoeltje. Het speelhuis baadde in een glans van roodachtig geel 8

1I4 BLANE EN BRUIH.

licht. De guirlandes van palmbladeren hingen als spinnewebfijne gordijnen van balk tot balk. De koohwarte oogen der koelies weerkaatsten het licht en de heerlijkheid. De wind droeg de feest-geur en feeststemming wijd in het rond. Fak-kels glommen op den boschweg, waar rond-trekkend volk z;ich in de duisternis tastend voort-bewoog. Ze sloegen den weg in naar de pondok, gelokt door den vlammenden weerschijn der lich-ten tegen den pikzwarlich-ten, wolkenzwaren nacht-hemel.

De matten voor de gasten van den Oppersten-Mandoer waren over het witte ~d van het speel-huis uitgespreid.

Het Wajang-theater en het Garnalang-orkest wa-ren gereed. De Rongeng-danseres Djojo uit Ban-kalandode en haar vader, de visscher Amat, rook-ten sigaretten met den gastheer en z;ijn vorm1oo~e vrouw, die ter eere van de~e feestelijke gelegenheid een gouden "Denar" 1) droeg op haar gevulde borst, en in een leuningstoel ~t, omdat de belang-wekkende omstandigheid het haar onmogelijk maakte te zitten, zooals de wet het eischt, bij de Mohamedanen, n.1. op een ~t en met de beenen kruiselings onder z;ich.

-Het Gamelangorkest speelde. De gasten

ver-') Denat = Eigenlijk een oud Romeinsche munt, maar ~ Indië noemt men gewoonlijk alle groote Gouden munten, die als broche gedragen worden, aldus.

BLANIC EN BRUIN.

lIS

schenen. Ze namen plaats op de matten volgens rang, leeftijd en rijkdom.

-Mardiani was ook uitgenoodigd, ofschoon hij tot den koeliestand behoorde; daar hij de rijkste in de pondok was, en van heden af te rekenen, een vrij man 1). De gastheer was van meening, dat hij Mardiani wel kon verzoeken om plaats te nemen op de mat, maar het verst naar achter als de ge-ringste in rang. De gastheer wenkte den kok, die aan kwam loopen, eerst met vingerkommen, waarin de gasten hun vingers waschten volgens rang, zooals ze op de mat waren geplaatst, daarna met groote houten schalen, gevuld met koude gestoomde rijst. Zindelijke koelies droegen de verschillende gerechten voor de rijsttafel op kleine borden aan, wel een vijftigtal: visch, geroosterde kokosnoten, Spaansche peper, gekookte kip, augurkensalade, ge-droogde inktvisch, bedorven eieren e~. e~. - Zwij-gend kneedden de gasten met de vingers de ge~me­

lijke rariteiten door de rijst en stopten zoo vlug ze konden de eene handvol na de andere in den mond.

Rondom het hekwerk van het speelhuis stonden vijfhonderd beluste koelies en duizend begeerige oogen volgden het verloop van het feestmaal.

De gastheer gaf het teeken, dat de feestvoorstel-ling een aanvang kon nemen.

De liefelijke, ~chte, eentonige, gevoelige, en aangrijpende tonen der Gamalangbekkens

weer-1) vrij man = in tegenoverstelling van contractkoelie.

u6 BLANK: EN BRUIN.

klonken wijd in het rond door den stillen, duisteren nacht, de Angkloeng 1) zuchtte. Oe beweegbare armen der Wajangpoppen klapperden. - Er werd een vele honderde jaren, oude sagekomedie opge-voerd voor de koelies der pondok, die vol geestdrift het spel volgden. - De gasten maakten h?n broek-riem een paar gaatjes wijder, prezen opnspend de kookkunst wijsheid en vruchtbaarheid der gast-vrouw. Ze wenschten, zooals de wellevendheid het vereischt, een gemakkelijke verlossing en dat het resultaat een jongen wezen mocht.

Djojo danste op de matten. Mardiani verslond haar met de oogen. Elke beweging, die ~j maakte, was ZOO licht, zoo teer. Oe nagels der teenen waren beschilderd met roode h.Jve manen. Haar sarong was veel mooier dan die der andere meisjes, en

~e wist deze zoo om te slaan, dat ze strak om het lichaam sloot. Later toen de dans wilder werd, werd het goed vochtig, kleefde uch vast aan h~t lijf en deed de lijnen van het lichaam nauwkeung uitkomen. Mardiani zag duidelijk de steenharde spieren onder de zachte, bruine, gew:ende .?~d.

-Met een betooverenden glimlach wierp Zij Zich op de mat en stak een maissigaret aan.

De waterdrager presenteerde sigaretten. Wanneer

I) Angkloeng _ een mU%Îekinstrument uit bamboekokers van verschillende dikte, opgehangen in een bamboeraam. ~e tollen ontstaan door het liaan met een houten hamer op e kokers.

BLANK EN BRUIN. IJ7

de gasten een sigaret uit de doos namen, lieten ze terwijl hun gave voor de danseres er kletterend in neer vallen. Oe grootte der gift stond in verhouding met den rang en den rijkdom van den gever:

1 à 2 roepis. De doos was den kring rond geweest en werd Mardiani toegereikt.

Hij zocht in zijn zak, telde

zoo,

dat allen het uen konden en liet vier Ringit 1) in de doos neerrinkelen.

-Mardiani zonderde zich af met Ojojo's vader.

Hij verzocht de hand van Amat's dochter en deze werd hem toegestaan, tegen betaling van 100 roe-pis contant, doch met het recht den koop 2) on-gedaan te maken, indien uj niet voldeed aan ujn eischen en de prijs niet waard was.

Amat ging naar Ojojo. Hij lei ujn hand zwaar op haar schouder.

"Mijn dochter", zei hij. "Morgen zult ge de vrouw ujn van Mardiani. We hebben samen sproken, hij en ik, en ujn het over alles eens worden. Laat mij uen, dat ge voor hem een ge-hoorzame, goede vrouw wordt en je vader geen schande aandoet,"

Het kwam

zoo

onverwacht voor Ojojo. Aan

1) Ringit ~ een rijksdaalder.

") koop = de vader van een jong mensch moet voor de vrouw van zijn zoon betalen, wanneer zij een zeer begeerde

") koop = de vader van een jong mensch moet voor de vrouw van zijn zoon betalen, wanneer zij een zeer begeerde

In document SIGNATUUR MICROVORM: (pagina 59-131)