• No results found

Het kader en de inspectiestrategie

51

1

algemeen

Dit hoofdstuk is bedoeld ter introductie en geeft een algemeen beeld van de aanleiding om een inspectieplan op te stellen, de context waarbinnen een inspectieplan werkt, de organi­ satie voor de uitvoering en inrichting van het inspectieproces en het te beheren areaal.

Dit inspectieplan beschrijft de uitvoering en inrichting van de inspecties voor alle waterke­ ringen in beheer bij <naam organisatie>. Het inspectieplan is een uitwerking van het <naam beheerplan>.

1.1 InleIdIng

Krachtens de <kies: Waterschapswet en het reglement voor BH of Rijkswetgeving> heeft <naam organisatie> de taak voor de waterstaatkundige verzorging van het door haar beheerde gebied. Dit betekent dat <naam organisatie> onder andere de zorg heeft voor de waterkeringen in het door haar beheerde gebied. Hoe zij de zorg invulling geeft heeft ze uitgewerkt in het <naam beheerplan waterkeringen>.

Het opstellen van een inspectieplan haakt in op de tendens om het beheer verder te professio­ naliseren. Hierop aanvullend heeft de <naam provincie> in haar <naam provinciale verorde­ ning> de verplichting opgenomen om te rapporteren over het inspectieproces. Dit inspectie­ plan geeft voor deze rapportageplicht een gestructureerde en planmatige basis.

Deze versie van het inspectieplan is een eerste versie zoals die is opgesteld is door <naam orga­ nisatie>. Hiermee wil <naam organisatie> een stap zetten in het verder professionaliseren van het beheer van waterkeringen. De wijze waarop voorwaarden en voorstellen voor verbeterin­ gen van inspecties zijn uitgewerkt is opgenomen in hoofdstuk 8 respectievelijk 9.

Het opstellen van het inspectieplan sluit tevens aan bij andere ontwikkelingen bij <naam organisatie>:

• <digitaliseren legger>

• <kwaliteitsborging/procesbeschrijvingen, etc> • <overig>

1.2 dOel VAn heT InSpecTIeplAn: InTegrAle STurIng

Doel van het inspectieplan is het beschrijven van alle activiteiten voor de inrichting en uitvoe­ ring van inspecties, het benoemen van verbeter­ en ontwikkelpunten hierbij en het faciliteren van de sturing ervan.

Het inspectieplan beschrijft hiertoe de inspecties in de volledige breedte (alle deelprocessen) en in de diepte (het bevat in de bijlagen alle procedures en werkinstructies).

STOWA VIW 2008-02 Handreiking inspectie Waterkeringen - OperatiOneel deel

De integrale sturing van het inspectieproces vindt op meerdere niveaus binnen <naam orga­ nisatie> plaats:

• Strategische doelen: Het <kies:bestuur / management> van <naam organisatie> is verant­ woordelijk voor het volledige beheer.

• Tactische doelen: De manager van de sector <Waterbeheer> is verantwoordelijk voor het organiseren van het beheer.

• Operationele doelen: <afdeling beheer> is verantwoordelijk voor het uitvoeren van het beheer.

Deze niveaus zijn vanzelfsprekend aan elkaar gekoppeld (zie Figuur 1). Om gestructureerde sturing mogelijk te maken is er informatie voor handen op ieder niveau. De rapportages bin­ nen de organisatie geven deze informatie. Er zijn een aantal standaardrapportages gedefini­ eerd in het kader van dit inspectieplan. Deze rapportages en hun doel staan beschreven in § 2.2.

FIguur 1 SAmenhAngende dOelen en rAppOrTAge

In de Handreiking Inspectie Waterkeringen is in het hoofdstuk Inspectiedoelen een structuur opgenomen voor het definiëren van doelen van inspecties.

1.3 BeTrOkkenen BIj heT InSpecTIeplAn

1.3.1 heT InSpecTIeplAn kenT meerdere geBruIkerS

Het inspectieplan is bedoeld voor alle betrokkenen bij inspecties. Het is een operationeel plan dat inzicht geeft in de samenhangende acties rond organisatie en uitvoering van inspecties. De <afdeling beheer> is steller van het plan. Deze eenheid regelt immers het plannen en uitvoeren van inspecties. Aan medewerkers van inspecties geeft het plan informatie over de wijze waarop de inspecties er uit zien en wat men mag verwachten.

• Het inspectieplan helpt inspecteurs met checklists voor uit te voeren inspecties: <verwijs

naar bijlagen>

• Het inspectieplan helpt beheerders:

­ door structuur te geven aan de uitvoering en mogelijkheden voor bijsturing ­ met procedure/checklist voor diagnose <verwijs naar bijlage E>

­ met procedure/checklist prognose: <verwijs naar bijlage E> ­ met procedure/checklist voor de operatie: <verwijs naar bijlage E>

STOWA / RWS HANDREIKING INSPECTIE WATERKERINGEN – OPERATIONEEL DEEL

Operationele doelen: <afdeling beheer> is verantwoordelijk voor het uitvoeren van het beheer.

Deze niveaus zijn vanzelfsprekend aan elkaar gekoppeld (zie Figuur 1). Om gestructureerde sturing mogelijk te maken is er informatie voor handen op ieder niveau. De rapportages binnen de organisatie geven deze informatie. Er zijn een aantal standaardrapportages gedefinieerd in het kader van dit inspectieplan. Deze rapportages en hun doel staan beschreven in § 2.2.

Figuur 1 Samenhangende doelen en rapportage

In de Handreiking Inspectie Waterkeringen is in het hoofdstuk Inspectiedoelen een structuur opgenomen voor het definiëren van doelen van inspecties.

1.3 Betrokkenen bij het inspectieplan

1.3.1 Het inspectieplan kent meerdere gebruikers

Het inspectieplan is bedoeld voor alle betrokkenen bij inspecties. Het is een operationeel plan dat inzicht geeft in de samenhangende acties rond organisatie en uitvoering van inspecties. De <afdeling beheer> is steller van het plan. Deze eenheid regelt immers het plannen en uitvoeren van inspecties. Aan medewerkers van inspecties geeft het plan informatie over de wijze waarop de inspecties er uit zien en wat men mag verwachten. Het inspectieplan helpt inspecteurs met checklists voor uit te voeren inspecties: <verwijs naar bijlagen> Het inspectieplan helpt beheerders:

door structuur te geven aan de uitvoering en mogelijkheden voor bijsturing met procedure/checklist voor diagnose <verwijs naar bijlage E> met procedure/checklist prognose: <verwijs naar bijlage E> met procedure/checklist voor de operatie: <verwijs naar bijlage E>

Het inspectieplan helpt managers met het definiëren van concrete verbeteringsvoorstellen voor de inrichting (Hfd. 8 en 9)

Het inspectieplan geeft bestuurders antwoord op de vraag of de inspecties voldoende is toegerust om de maatschappelijke taak te waarborgen.

53