• No results found

Juridische structuur

In document Jaarverslag 2016 Open Universiteit (pagina 58-66)

De Open Universiteit is een publiekrechtelijke rechtspersoon, statutair gevestigd te Heerlen.

De Open Universiteit heeft de volgende belangen in andere maatschappijen.

Aandeel in geplaatst kapitaal

OU Holding BV, Heerlen 100%

Open Universiteit Diensten BV, Heerlen 100%

Open Universiteit Deelnemingen BV, Heerlen 100%

Open Universiteit Bedrijfsopleidingen BV, Heerlen 100%

Lex BV, Heerlen 100%

Continuïteitsparagraaf

Het positieve financiële resultaat in 2016 heeft een gunstig effect op de financiële ratio’s van de Open Universiteit. Het groeipad naar een gewenste solvabiliteit duidelijk boven 20% is daarmee versneld afgelegd. In het nieuwe instellingsplan (2018 – 2024) zal de Open Universiteit opnemen welke solvabiliteit zij meerjarig nastreeft.

Personele kengetallen

2016 2017 2018 2019

management/directie 15,80 15,00 15,00 15,00

wetenschappelijk personeel 254,84 249,23 249,23 249,23

ondersteunend personeel 244,69 236,17 231,45 226,82

totaal inclusief korting 515,33 500,40 495,68 491,05

Het betreft de stand van de formatie ultimo van het kalenderjaar. In de komende jaren verwacht de Open Universiteit geen reorganisatie met gedwongen ontslagen. In 2017, 2018 en 2019 wordt de categorie ‘ondersteunend personeel’ met 2% gekort.

Zoals uit vorige jaarverslagen blijkt, daalt de personele formatie als gevolg van reorganisaties en personele maatregelen (-/- 60 fte ultimo 2016 ten opzichte van ultimo 2013). Bij het wetenschappe-lijk personeel is deze daling met name het gevolg van het niet invullen van tijdewetenschappe-lijke functies die eindigen vanwege de vervallen subsidie voor het Wetenschappelijk Centrum Leraren Onderzoek (LOOK) en de uitstroom die plaatsvindt als gevolg van de personele maatregelen in 2014 bij de faculteit Management, Science & Technology.

In 2017 vindt de laatste uitstroom plaats in het kader van de reorganisaties. Voor de niet-weten-schappelijke functie is de personele formatie verlaagd met 2%.

58 Financiën

immateriële vaste activa 337.000 468.000 621.604 647.096 283.421 269.875 285.292

materiële vaste activa 14.127.000 12.919.000 12.295.983 12.196.317 11.926.850 11.508.250 10.968.083 totaal vaste activa 14.464.000 13.387.000 12.917.588 12.843.413 12.210.271 11.778.125 11.253.375

voorraden 981.000 1.053.000 1.053.000 1.053.000 1.053.000 1.053.000 1.053.000

vorderingen 5.245.000 5.398.000 5.398.000 5.398.000 5.398.000 5.398.000 5.398.000

liquide middelen 22.524.000 19.873.000 19.991.421 20.035.638 21.707.002 22.863.136 24.267.099 totaal vlottende activa 28.750.000 26.324.000 26.442.421 26.486.638 28.158.002 29.314.136 30.718.099 total activa 43.214.000 39.711.000 39.360.008 39.330.051 40.368.273 41.092.261 41.971.474 algemene reserve (publiek) 7.192.000 10.776.000 11.993.450 13.170.656 15.153.959 16.656.391 18.049.856 algemene reserve (privaat) -408.000 -408.000 -408.000 -408.000 -408.000 -408.000 -408.000

bestemmingsreserve (publiek) 0 0 0 0 0 0 0

bestemmingsfonds (publiek) 28.000 0 0 0 0 0 0

eigen vermogen 6.812.000 10.368.000 11.585.450 12.762.656 14.745.959 16.248.391 17.641.856

voorzieningen 11.993.000 8.428.000 7.003.197 5.878.483 5.002.702 4.290.319 3.803.701

langlopende leningen 0 0 0 0 0 0 0

crediteuren 3.781.000 3.652.000 3.652.000 3.652.000 3.652.000 3.652.000 3.652.000

belastingen en sociale premies 3.103.000 2.754.000 2.754.000 2.754.000 2.754.000 2.754.000 2.754.000 vooruitontvangen cursusgelden 6.902.000 6.925.000 6.925.000 6.925.000 6.925.000 6.925.000 6.925.000 vooruitontvangen subsidies 4.796.000 3.212.000 3.212.000 3.212.000 3.212.000 3.212.000 3.212.000

OCW/EZ 1.224.000 734.000 590.360 507.911 438.611 372.550 344.916

overige overlopende passiva 4.603.000 3.638.000 3.638.000 3.638.000 3.638.000 3.638.000 3.638.000 totaal vlottende passiva 24.409.000 20.915.000 20.771.360 20.688.911 20.619.611 20.553.550 20.525.916 totaal passiva 43.214.000 39.711.000 39.360.008 39.330.051 40.368.273 41.092.261 41.971.474

Balans: meerjarige ontwikkeling

59 Jaarverslag 2016 Open Universiteit

jaarrekening

rijksbijdragen 39.443.000 39.667.000 41.988.000 42.033.665 42.583.165 42.216.832 42.190.665

overige overheidsbijdragen/subsidies 817.000 0 0 0 0 0 0

cursus-, les-, en examengelden 16.603.000 15.835.000 17.007.662 17.237.662 17.237.662 17.237.662 17.237.662 baten werk in opdracht van derden 4.725.000 5.336.000 3.171.000 3.171.000 3.171.000 3.171.000 3.171.000

overige baten 1.612.000 1.644.000 854.000 854.000 854.000 854.000 854.000

som der bedrijfs-opbrengsten

63.200.000 62.482.000 63.020.662 63.296.327 63.845.827 63.479.494 63.453.327

personele lasten 44.056.000 43.235.000 46.026.000 46.251.422 46.148.359 46.116.559 46.040.922

afschrijvingen 2.335.000 2.203.000 2.152.188 2.329.175 2.388.142 2.469.146 2.594.750

huisvestingslasten 2.472.000 2.417.000 2.491.000 2.581.000 2.435.000 2.392.000 2.429.000 overige lasten 11.700.000 11.108.000 11.173.024 10.957.524 10.891.024 10.999.357 10.995.191 som der bedrijfskosten 60.563.000 58.963.000 61.842.212 62.119.121 61.862.524 61.977.062 62.059.862 bedrijfsresultaat 2.637.000 3.519.000 1.178.450 1.177.206 1.983.303 1.502.432 1.393.465

rentebaten 108.000 35.000 39.000 0 0 0 0

financiële baten en lasten 108.000 35.000 39.000 0 0 0 0

bedrijfsuitoefening 2.745.000 3.554.000 1.217.450 1.177.206 1.983.303 1.502.432 1.393.465

buitengewoon resultaat 0 0 0 0 0 0 0

resultaat boekjaar 2.745.000 3.554.000 1.217.450 1.177.206 1.983.303 1.502.432 1.393.465 Verlies- en winstrekening: meerjarige ontwikkeling

Eigen vermogen

Ultimo 2016 bedraagt het eigen vermogen € 10,4 miljoen. De verwachting is, dat het eigen ver-mogen de komende jaren toeneemt door de positieve resultaten die de komende jaren worden voorzien. Ultimo 2021 verwacht de Open Universiteit een eigen vermogen van € 17,6 miljoen.

Financieringsstructuur

Op basis van de meerjarenbegroting blijkt, dat er geen externe financieringsactiviteiten noodzakelijk zijn. De cijfers tot en met 2021 zijn behoedzaam begroot. Ontvangsten uit hoofde van promotie-vergoedingen en ook de collegegeldontvangsten zijn om die reden constant verondersteld ten opzichte van de ramingen in de begroting 2017. Dat is in lijn met de handelwijze van vorig jaar.

Ook is afgezien van het inboeken van een hogere rijksbijdrage, samenhangend met een stijging van het aantal afstudeerders (afstudeerpiek, voornamelijk in het jaar 2017). Er is evenmin rekening gehouden met de extra middelen die beschikbaar komen uit hoofde van de Wet Studievoorschot hoger onderwijs. Zichtbaar wordt de gunstige ontwikkeling in de jaren na 2016, met een (gewenste) vermogensaccumulatie. In de paragraaf Financiële risico’s in dit hoofdstuk staat informatie over financiële en andere risico’s, die de Open Universiteit nadrukkelijk zal monitoren. Waar nodig zal dit leiden tot tussentijdse bijstellingen van het beleid.

Solvabiliteit

De solvabiliteit, gedefinieerd als eigen vermogen/balanstotaal, is door het resultaat 2016 sterk toegenomen en bedraagt ultimo 2016 26% (2015: 16%). De verwachting is, dat de solvabiliteit in 2021 verder zal stijgen tot 42%. Als de voorzieningen worden meegerekend (solvabiliteit II), dan is dit verhoudingspercentage 47 (2015: 44%).

60 Financiën

Liquiditeit

De Open Universiteit volgt de liquiditeit nauwgezet door middel van opvolgende liquiditeits-begrotingen. Er vindt ook regelmatig overleg plaats met de huisbankier en de Open Universiteit wint op gezette tijden treasury-advies in. De liquiditeitspositie van de Open Universiteit is ultimo 2016 adequaat. Het banksaldo bedraagt ultimo 2016 € 19,8 miljoen, waarvan € 12,7 miljoen vrij besteedbaar en € 7,1 miljoen reeds bestemd.

Voorzieningen

De Open Universiteit heeft door meerdere reorganisaties in het recente verleden een relatief hoge voorzieningenomvang. In 2016 is bij deze post sprake van een gunstige ontwikkeling, onder andere doordat meer oud-medewerkers dan geraamd weer gaan werken. De actuele wachtgeldpopulatie is maandelijks geactualiseerd. Viermaal per jaar worden de mogelijkheden tot re-integratie van oud-medewerkers besproken in het Universitair managementteam. In 2016 is er sprake van een vrijval uit de voorziening wachtgelden/reorganisatie van € 0,8 miljoen. Bij de overige voorzieningen is de waarderingsmethode voor niet opgenomen verlof aangepast en afgestemd op de methodiek die andere Nederlandse universiteiten hanteren. Dit heeft geleid tot een vrijval van circa € 0,4 miljoen.

Huisvestingslasten

In de huisvestingslasten zijn inbegrepen uitgaven voor groot onderhoud volgens het Meerjaren-onderhoudsplan van de Open Universiteit. De gebouwen van de hoofdvestiging in Heerlen zijn eigendom van de Open Universiteit. Naast de hoofdvestiging heeft de Open Universiteit verspreid over het land nog vijftien studiecentra. Die worden gehuurd, met uitzondering van studiecentrum Parkstad Limburg. De huisvestingslasten zijn in 2016 circa € 0,1 miljoen lager dan in 2015. Om beter aan te sluiten op haar huidige onderwijs en onderzoek wil de Open Universiteit haar vestigings-beleid optimaliseren. De besluitvorming hierover wordt in 2017 afgerond.

61 Jaarverslag 2016 Open Universiteit

Ing. Erica Mosch, BSc, volgt de masteropleiding Environmental Sciences. Zij combineert haar studie met werk en een gezin met twee fanatiek sportende kinderen en alle activiteiten die daarbij horen, waardoor de tijd die zij voor haar studie heeft, beperkt is.

Haar studie brengt haar, naast verbreding van kennis, ook verbreding van de kansen op de arbeidsmarkt. Zij vindt het mooi om, naast de kennis die zij heeft van haar eigen vakgebied (afvalwatertechnologie), makkelijk mee te kunnen discussiëren over heel andere onderwerpen.

Zoals de invloed van landbouw op weidevogels. Ze merkt dat ze zich door de studie makkelijk kan verdiepen in heel nieuwe onderwerpen.

> Ing. Erica Mosch, BSc

7 Infrastructuur

65

Huisvesting

In 2016 zoekt de Open Universiteit naar een langdurige en bedrijfseconomisch verantwoorde bestemming voor twee gebouwen op de campus in Heerlen. De mogelijkheid van bouw van een energiekas met aansluiting op de mijnwater-infrastructuur in één van de gebouwen is onderzocht, maar niet haalbaar gebleken. In de loop van 2017 wordt verdere besluitvorming voorbereid.

Omdat steeds meer (onderwijs)activiteiten online plaatsvinden en daardoor op veel locaties een overschot aan ruimte is, werkt de Open Universiteit in 2016 aan een nieuw vestigingsbeleid. De onderzoeks- en analysefase wordt voorjaar 2017 afgerond. In 2017 wordt een besluit genomen.

In document Jaarverslag 2016 Open Universiteit (pagina 58-66)