• No results found

De jaarlijkse vakantiedagen

Rechtspositieregeling OCMW Wellen - gecoördineerd – laatste wijziging: raad 2017-05-02 Pagina 76 Art. 258. § 1. De toekenning van vakantiedagen wordt voor de verschillende

personeelscategorieën geregeld in de volgende reglementering:

a) Voor de vast aangestelde statutaire personeelsleden: het Rechtspositiebesluit Gemeente- en Provinciepersoneel van 7 december 2007. De vast aangestelde statutaire personeelsleden volgen de regeling ‘publieke sector’

b) Voor de contractueel aangestelde personeelsleden en de op proef benoemde personeelsleden: de wet op de jaarlijkse vakantie. (gecoördineerde wetten betreffende de jaarlijkse vakantie van de werknemers dd. 28.06.1971 en Koninklijk besluit tot bepaling van de algemene uitvoeringsmodaliteiten van de wetten betreffende de jaarlijkse vakantie van de werknemers dd. 30.03.1967)

c) De gesubsidieerde contractuelen (gesco’s) en sociaal tewerkgestelden (artikel 60’ers): koninklijk besluit van 30.03.1997 tot uitvoering van artikel 8 van het KB nr. 474.

Categorie 1 (art. 104§1 OCMW-decreet)

Categorie 2 (art. 104§2 OCMW-decreet)

Categorie 3 (art. 104§6 OCMW-decreet) Art. 258.bis §1. In

toepassing van artikel 176, Rechtspositiebesluit Gemeente- en

Provinciepersoneel van 7 december 2007 heeft het personeelslid recht op volgend aantal werkdagen betaalde vakantie voor een volledig arbeidsjaar:

toepassing van artikel 176, Rechtspositiebesluit Gemeente- en

Provinciepersoneel van 7 december 2007 heeft het personeelslid recht op volgend aantal werkdagen betaalde vakantie voor een volledig arbeidsjaar: van art. 138 Besluit Vlaamse regering

rechtspositeiregeling OCMW-personeel heeft en voltijds werkend personeelslid heeft recht op volgend aantal werkdagen betaalde vakantie voor een volledig arbeidsjaar:

26 werkdagen betaalde vakantie voor een volledig dienstjaar. Deze paragraaf treedt in werking op 01.01.2011.

§2. De opbouw van de vakantiedagen verschilt naargelang het om wettelijke of bijkomende vakantiedagen gaat. Met wettelijke

Rechtspositieregeling OCMW Wellen - gecoördineerd – laatste wijziging: raad 2017-05-02 Pagina 77 heeft over een volledig kalenderjaar, recht heeft.

Met bijkomende

vakantiedagen worden de 10 (minder dan 45 jaar), 11 (vanaf 45 jaar), 12 (vanaf 50 jaar), 13 (vanaf 60 jaar), 14 (vanaf 61 jaar) heeft over een volledig kalenderjaar, recht heeft bovenop zijn wettelijke vakantie.

Het is de leeftijd die het personeelslid bereikt in de loop van het kalenderjaar waarin het verlof wordt toegekend die voor deze berekening in aanmerking wordt genomen.

De opbouw van de wettelijke vakantiedagen gebeurt als volgt voor de verschillende personeelscategorieën:

a) de vast aangestelde statutaire heeft over een volledig kalenderjaar, recht heeft.

Met bijkomende

vakantiedagen worden de 10 (minder dan 45 jaar), 11 (vanaf 45 jaar), 12 (vanaf 50 jaar), 13 (vanaf 60 jaar), 14 (vanaf 61 jaar) heeft over een volledig kalenderjaar, recht heeft bovenop zijn wettelijke vakantie.

Het is de leeftijd die het personeelslid bereikt in de loop van het kalenderjaar waarin het verlof wordt toegekend die voor deze berekening in aanmerking wordt genomen.

De opbouw van de wettelijke vakantiedagen gebeurt als volgt voor de verschillende personeelscategorieën:

c) de vast aangestelde statutaire

vakantiedagen worden de 20 vakantiedagen bedoeld waarop een voltijds werkend personeelslid dat prestaties geleverd heeft over een volledig kalanderjaar, recht heeft.

Met bijkomende

vakantiedagen worden de 6 vakantiedagen bedoeld waarop een voltijds werkend personeelslid dat prestaties geleverd heeft over een volledig kalenderjaar, recht heeft bovenop de wettelijke vakantie.

De opbouw van de wettelijke vakantiedagen gebeurt als volgt voor de verschillende personeelscategorieën:

a) de vast aangestelde statutaire in het lopende jaar. In toepassing van artikel 177,

Rechtpositieregeling Gemeente- en Provinciepersoneel van 7 december 2007 tellen periodes met

Rechtspositieregeling OCMW Wellen - gecoördineerd – laatste wijziging: raad 2017-05-02 Pagina 78 in het lopende jaar. In

toepassing van artikel 177,

Rechtpositieregeling Gemeente- en Provinciepersoneel van 7 december 2007 tellen periodes met recht op een wachtgeld mee als gelijkgestelde dagen voor de opbouw van het wettelijk

vakantieverlof.

b) de contractueel aangestelde

- de effectief gewerkte dagen

in het lopende jaar. In toepassing van artikel 177,

Rechtpositieregeling Gemeente- en Provinciepersoneel van 7 december 2007 tellen periodes met recht op een wachtgeld mee als gelijkgestelde dagen voor de opbouw van het wettelijk

vakantieverlof.

d) de contractueel aangestelde

- de effectief gewerkte dagen voor de opbouw van het wettelijk

vakantieverlof.

b) de contractueel aangestelde

- de effectief gewerkte dagen opgebouwd op basis van effectieve prestaties in het lopende jaar.

§ 3. Bij opname van

Rechtspositieregeling OCMW Wellen - gecoördineerd – laatste wijziging: raad 2017-05-02 Pagina 79 De bijkomende

vakantiedagen worden (voor alle personeelscategorieën) opgebouwd op basis van effectieve prestaties in het lopende jaar.

§ 3. Bij opname van

vakantieverlof worden eerst de wettelijke vakantiedagen aangerekend en vervolgens, na uitputting van de

wettelijke dagen, de

bijkomende vakantiedagen.

§ 4. De niet-opgenomen wettelijke vakantiedagen behalve in geval van einde van de arbeidsrelatie.

Van de niet-opgenomen bijkomende vakantiedagen, kunnen er maximum vijf vakantiedagen (à rato van de prestaties) overgedragen worden tot uiterlijk 31 maart van het volgende

kalenderjaar, datum waarop het nog openstaande saldo van rechtswege komt te vervallen. De niet

opgenomen bijkomende vakantiedagen worden niet vervangen door een

financiële vergoeding.

Naargelang de situatie geven de bepalingen van het eerste

De bijkomende

vakantiedagen worden (voor alle personeelscategorieën) opgebouwd op basis van effectieve prestaties in het lopende jaar.

§ 3. Bij opname van

vakantieverlof worden eerst de wettelijke vakantiedagen aangerekend en vervolgens, na uitputting van de

wettelijke dagen, de

bijkomende vakantiedagen.

§ 4. De niet-opgenomen wettelijke vakantiedagen behalve in geval van einde van de arbeidsrelatie.

Van de niet-opgenomen bijkomende vakantiedagen, kunnen er maximum vijf vakantiedagen (à rato van de prestaties) overgedragen worden tot uiterlijk 31 maart van het volgende

kalenderjaar, datum waarop het nog openstaande saldo van rechtswege komt te vervallen. De niet

opgenomen bijkomende vakantiedagen worden niet vervangen door een

financiële vergoeding.

Naargelang de situatie geven de bepalingen van het eerste

vakantieverlof worden eerst de wettelijke vakantiedagen aangerekend en vervolgens, na uitputting van de

wettelijke dagen, de

bijkomende vakantiedagen.

§ 4. De niet-opgenomen wettelijke vakantiedagen behalve in geval van einde van de arbeidsrelatie.

Van de niet-opgenomen bijkomende vakantiedagen, kunnen er maximum vijf vakantiedagen (à rato van de prestaties) overgedragen worden tot uiterlijk 31 maart van het volgende

kalenderjaar, datum waarop het nog openstaande saldo van rechtswege komt te vervallen. De niet

opgenomen bijkomende vakantiedagen worden niet vervangen door een

financiële vergoeding.

Naargelang de situatie geven de bepalingen van het eerste en tweede lid volgend

resultaat:

1° Situatie dat het personeelslid in dienst blijft op 31 december en zijn vakantiedagen niet volledig opgenomen heeft:

Rechtspositieregeling OCMW Wellen - gecoördineerd – laatste wijziging: raad 2017-05-02 Pagina 80 en tweede lid volgend

resultaat:

1° Situatie dat het personeelslid in dienst blijft op 31 december en zijn vakantiedagen niet volledig opgenomen heeft:

a) de wettelijke

vakantiedagen worden niet overgedragen en niet omgezet in een financiële vergoeding.

b) van de bijkomende vakantiedagen mogen er maximum vijf

vakantiedagen (à rato van de prestaties)

overgedragen worden tot uiterlijk 31 maart van het volgende kalenderjaar, datum waarop het nog openstaande saldo van rechtswege komt te vervallen. De bijkomende vakantiedagen worden niet omgezet naar een financiële vergoeding.

2° Situatie dat het personeelslid uit dienst omgezet in een financiële vergoeding.

b) de bijkomende vakantiedagen worden niet omgezet in een financiële vergoeding.

3° Situatie dat het personeelslid wegens langdurige ziekte zijn

en tweede lid volgend resultaat:

1° Situatie dat het personeelslid in dienst blijft op 31 december en zijn vakantiedagen niet volledig opgenomen heeft:

a) de wettelijke

vakantiedagen worden niet overgedragen en niet omgezet in een financiële vergoeding.

b) van de bijkomende vakantiedagen mogen er maximum vijf

vakantiedagen (à rato van de prestaties)

overgedragen worden tot uiterlijk 31 maart van het volgende kalenderjaar, datum waarop het nog openstaande saldo van rechtswege komt te vervallen. De bijkomende vakantiedagen worden niet omgezet naar een financiële vergoeding.

2° Situatie dat het personeelslid uit dienst omgezet in een financiële vergoeding.

b) de bijkomende vakantiedagen worden niet omgezet in een financiële vergoeding.

3° Situatie dat het personeelslid wegens langdurige ziekte zijn

a) de wettelijke

vakantiedagen worden niet overgedragen en niet omgezet in een financiële vergoeding.

b) van de bijkomende vakantiedagen mogen er maximum vijf

vakantiedagen (à rato van de prestaties)

overgedragen worden tot uiterlijk 31 maart van het volgende kalenderjaar, datum waarop het nog openstaande saldo van rechtswege komt te vervallen. De bijkomende vakantiedagen worden niet omgezet naar een financiële vergoeding.

2° Situatie dat het personeelslid uit dienst treedt en zijn vakantiedagen niet volledig opgenomen heeft:

a) de wettelijke

vakantiedagen worden omgezet in een financiële vergoeding.

b) de bijkomende

vakantiedagen worden niet omgezet in een financiële vergoeding.

3° Situatie dat het personeelslid wegens niet overgedragen en niet omgezet in een financiële vergoeding.

b) van de bijkomende

Rechtspositieregeling OCMW Wellen - gecoördineerd – laatste wijziging: raad 2017-05-02 Pagina 81 niet overgedragen en niet omgezet in een financiële vergoeding.

b) van de bijkomende vakantiedagen mogen er maximum vijf

vakantiedagen (à rato van de prestaties)

overgedragen worden tot uiterlijk 31 maart van het volgende kalenderjaar, datum waarop het nog openstaande saldo van rechtswege komt te vervallen. De bijkomende vakantiedagen worden niet omgezet naar een financiële vergoeding.

§5 De vakantiedagen kunnen in principe worden genomen naar keuze van het

personeelslid. Zo het verlof gesplitst wordt, moet het een doorlopende periode van ten minste één week omvatten.

De vakantiedagen moeten vooraf worden aangevraagd bij het diensthoofd.

Volgende termijnen dienen gerespecteerd te worden bij het indienen van de

aanvraag:

- verlof van een halve dag of 1 dag: uiterlijk de dag voordien aan te vragen;

- verlof van 2 tot 5 dagen: minstens één week op voorhand aan te vragen;

- verlof van meer dan niet overgedragen en niet omgezet in een financiële vergoeding.

b) van de bijkomende vakantiedagen mogen er maximum vijf

vakantiedagen (à rato van de prestaties)

overgedragen worden tot uiterlijk 31 maart van het volgende kalenderjaar, datum waarop het nog openstaande saldo van rechtswege komt te vervallen. De bijkomende vakantiedagen worden niet omgezet naar een financiële vergoeding.

§5De vakantiedagen kunnen in principe worden genomen naar keuze van het

personeelslid. Zo het verlof gesplitst wordt, moet het een doorlopende periode van ten minste één week omvatten.

De vakantiedagen moeten vooraf worden aangevraagd bij het diensthoofd.

Volgende termijnen dienen gerespecteerd te worden bij het indienen van de

aanvraag:

- verlof van een halve dag of 1 dag: uiterlijk de dag voordien aan te vragen;

- verlof van 2 tot 5 dagen: minstens één week op voorhand aan te vragen;

vakantiedagen mogen er maximum vijf

vakantiedagen (à rato van de prestaties)

overgedragen worden tot uiterlijk 31 maart van het volgende kalenderjaar, datum waarop het nog openstaande saldo van rechtswege komt te vervallen. De bijkomende vakantiedagen worden niet omgezet naar een financiële vergoeding.

§5 Indien er een collectieve sluitingsperiode is, dienen de vakantiedagen dienen

opgenomen te worden tijdens de collectieve sluitingsperiode in de

maanden juli en augustus en tijdens de laatste week van het jaar – indien er geen collectieve sluitingsperiode is of de overige vakantiedagen kunnen in principe worden genomen naar keuze van het personeelslid.

De vakantiedagen moeten vooraf worden aangevraagd bij het diensthoofd.

Volgende termijnen dienen gerespecteerd te worden bij het indienen van de

aanvraag:

- verlof van een halve dag of 1 dag: uiterlijk de dag voordien aan te vragen;

- verlof van 2 tot 5 dagen: minstens één week op voorhand aan te vragen;

- verlof van meer dan één week gedurende de

Rechtspositieregeling OCMW Wellen - gecoördineerd – laatste wijziging: raad 2017-05-02 Pagina 82 één week gedurende de

maanden juni tot en met september: uiterlijk eind april aan te vragen;

- verlof van meer dan één week gedurende de overige maanden van het jaar: minstens één maand op voorhand aan te vragen.

Van deze minima kan enkel afgeweken worden indien het de goede werking van de dienst niet in het gedrang brengt.

Als de aangevraagde dagen of periodes niet verzoenbaar zijn met de behoeften van de dienst, dan wordt dit zo vlug mogelijk meegedeeld aan het personeelslid.

§2. In afwijking van §1, tweede lid, kan het personeelslid elk jaar

maximum vier vakantiedagen opnemen zonder dat het dienstbelang kan worden ingeroepen om het verlof te weigeren.

- verlof van meer dan één week gedurende de maanden juni tot en met september: uiterlijk eind april aan te vragen;

- verlof van meer dan één week gedurende de overige maanden van het jaar: minstens één maand op voorhand aan te vragen.

Van deze minima kan enkel afgeweken worden indien het de goede werking van de dienst niet in het gedrang brengt.

Als de aangevraagde dagen of periodes niet verzoenbaar zijn met de behoeften van de dienst, dan wordt dit zo vlug mogelijk meegedeeld aan het personeelslid.

§2. In afwijking van §1, tweede lid, kan het personeelslid elk jaar

maximum vier vakantiedagen opnemen zonder dat het dienstbelang kan worden ingeroepen om het verlof te weigeren.

maanden juni tot en met september: uiterlijk eind april aan te vragen;

- verlof van meer dan één week gedurende de overige maanden van het jaar: minstens één maand op voorhand aan te vragen.

Van deze minima kan enkel afgeweken worden indien het de goede werking van de dienst niet in het gedrang brengt.

Als de aangevraagde dagen of periodes niet verzoenbaar zijn met de behoeften van de dienst, dan wordt dit zo vlug mogelijk meegedeeld aan het personeelslid.

Art. 259. Elke periode met recht op salaris geeft recht op jaarlijkse vakantiedagen.

Bij afwezigheden zonder recht op salaris of afwezigheden wegens deeltijdse prestaties wordt het recht op betaalde vakantie zoals bepaald in artikel 258 verhoudingsgewijze verminderd.

Als deze berekening leidt tot een niet geheel getal wordt het aantal vakantiedagen waarop het personeelslid recht heeft afgerond naar boven, tot het eerstvolgende gehele getal.

Als een personeelslid in de loop van eenzelfde jaar meerdere periodes van

niet-gelijkgestelde afwezigheden zonder recht op salaris bekomt of één of meerdere wijzigingen van het aantal uren wekelijkse prestaties, dan wordt bij de berekening van het aantal vakantiedagen telkens rekening gehouden met de bedoelde afwezigheden of de deeltijdse prestaties alsof ze één geheel vormden.

Rechtspositieregeling OCMW Wellen - gecoördineerd – laatste wijziging: raad 2017-05-02 Pagina 83 Periodes met recht op een uitkering in het kader van de ziekte- en invaliditeitsverzekering

worden gelijkgesteld met periodes met recht op salaris. Het aantal vakantiedagen wordt in dat geval dus niet verminderd.

Periodes van disponibiliteit wegens ziekte worden gelijkgesteld met periodes met recht op salaris. Het aantal vakantiedagen wordt in dat geval dus niet verminderd.

Periodes van disponibiliteit wegens ambtsopheffing worden in het jaar van de weder indiensttreding gelijkgesteld met periodes met recht op salaris. Het aantal vakantiedagen wordt niet verminderd.

Als een personeelslid in de loop van het jaar in dienst treedt of zijn functie definitief neerlegt, worden zijn vakantiedagen in evenredige mate verminderd.

Als deze berekening leidt tot een niet geheel getal wordt het aantal vakantiedagen, waarop het personeelslid recht heeft, afgerond naar boven, tot het eerstvolgende gehele getal.

Art. 260. Als een statutair personeelslid ziek wordt voor de aanvang van een vakantiedag of een periode van vakantiedagen, dan wordt de vakantie opgeschort en worden de

ziektedagen aangerekend op het beschikbare ziektekrediet.

Als een statutair personeelslid ziek wordt tijdens zijn vakantie, dan wordt de vakantie opgeschort en worden de ziektedagen aangerekend op het beschikbare ziektekrediet vanaf de 1e dag ziekte.

Als een statutair personeelslid tijdens zijn vakantie in het ziekenhuis opgenomen wordt, dan wordt de vakantie opgeschort vanaf de eerste dag van de ziekenhuisopname.

Hoofdstuk III. De feestdagen

Categorie 1 (art. 104§1 OCMW-decreet)

Categorie 2 (art. 104§2 OCMW-decreet)

Categorie 3 (art. 104§6 OCMW-decreet) Art. 261. §1. Het

personeelslid heeft betaalde vakantie op de volgende feestdagen: 1 januari, paasmaandag, 1 mei, Hemelvaartsdag,

pinkstermaandag, 11 juli, 21 juli, 15 augustus, 1

november, 11 november en 25 december.

Het personeelslid heeft ook betaalde vakantie op 3 bijkomende feestdagen: 2

Art. 261. §1. Het

personeelslid heeft betaalde vakantie op de volgende feestdagen: 1 januari, paasmaandag, 1 mei, Hemelvaartsdag,

pinkstermaandag, 11 juli, 21 juli, 15 augustus, 1

november, 11 november en 25 december.

Het personeelslid heeft ook betaalde vakantie op 3 bijkomende feestdagen: 2

Art. 261. §1. Het

personeelslid heeft betaalde vakantie op de volgende feestdagen: 1 januari, paasmaandag, 1 mei, Hemelvaartsdag,

pinkstermaandag, 11 juli, 21 juli, 15 augustus, 1

november, 11 november en 25 december.

§2. Als een feestdag

samenvalt met een zaterdag

Rechtspositieregeling OCMW Wellen - gecoördineerd – laatste wijziging: raad 2017-05-02 Pagina 84 november, 15 november en

26 december.

§2. Als een feestdag

samenvalt met een zaterdag of een zondag wordt deze dag vervangen door een andere dag, die bepaald wordt door de OCMW-raad.

§3. Als een personeelslid moet werken op een feestdag krijgt hij ter compensatie een extra vrije dag, die betaald wordt, en mag worden

opgenomen zoals de jaarlijkse vakantiedagen.

november, 15 november en 26 december.

§2. Als een feestdag

samenvalt met een zaterdag of een zondag wordt deze dag vervangen door een andere dag, die bepaald wordt door de OCMW-raad.

§3. Als een personeelslid moet werken op een feestdag krijgt hij ter compensatie een extra vrije dag, die betaald wordt, en mag worden

opgenomen zoals de jaarlijkse vakantiedagen.

of een zondag wordt deze dag vervangen door een andere dag, die bepaald wordt door de OCMW-raad.

§3. Als een personeelslid moet werken op een feestdag krijgt hij ter compensatie een extra vrije dag, die betaald wordt, en mag worden

opgenomen zoals de jaarlijkse vakantiedagen.