Interview met ouder B (groep 4)
A: Als eerste vraag heb ik voor u, heeft u het gevoel dat de leerkracht u achtergrond kent? En daarmee bedoel ik de culturele achtergrond.
B: Ik denk wel dat ze het weet, de meeste kinderen die hier zijn zijn allemaal uh.. niet uh.. ja.. wel veel allochtonen denk ik. Ik spreek haar vaak, ze is wel lief enzo. Niet misschien alles in onze cultuur ofzo, maar ze weet wel het meeste denk ik.
A: U geeft al aan dat u de leerkracht lief vindt, hoe zou u uw relatie met de leerkracht omschrijven?
B: Omschrijven de juffrouw… we hebben de leerkracht al een paar jaar, vanaf groep 3, al twee jaar. Ze is wel lief… ik praat meestal wel goed met de juf. Ze let goed op de kinderen. Ze geeft goed les. Ik ben erg tevreden over haar. Ik heb aangegeven dat ik hoop volgend jaar haar weer te krijgen.
A: Ervaart u de leerkracht als enthousiast?
B: Ja dat is ze zeker. Ze is meer… ik weet niet hoe je dat zegt… Ze is… ze komt me zo… serieus en intelligent neer op de kinderen dat ze moet werken. Ik weet niet hoe je dat uit kan leggen… Ze let wel op je. Als mijn kind een beetje moe is, dan merkt ze dat, en dat we met Ramadan bezig zijn, en dat hij laat naar bed gaat heb ik ook toegegeven. Maar dat weet ze dan meteen al. Dat heb ik al meteen tegen haar gezegd. Ik weet niet hoe je dat zegt… A: Sympathiek of inlevend?
B: Ja inlevend... Ze is wel zeg maar… dat ze ziet en meteen oplettend. Ze ziet meteen dat hij moe is. Dan zeg ik dat dat komt omdat we Ramadan hebben gehad en hij laat slaapt, dan pas na 10’en eten en drinken en hij moe is. En nu probeer ik hem eerder naar bed te stoppen, want dat gaat niet goed komen.
A: Nee. Nee. Euhm.. Staat de leerkracht ook open voor feedback? B: Feedback, wat is dat?
A: Als je bijvoorbeeld opmerkingen aan haar hebt… bijvoorbeeld iets wat beter kan… of wat u zou willen veranderen…
B: Ik denk wel dat ze open is, ik ben wel goed met deze juf. Ze zegt ook kom maar als er wat is.
A: Oké mooi. Waar is ze nog meer goed in?
B: Ze let goed op.. op de kinderen… of ze goed werkt… of ze moe is.. A: Kunt u goed overleggen met de leerkracht?
B: Ja dat zeg ik toch… Ja we klikken wel goed met de juf… Als er wat is kom ik wel naar haar.. En ze zegt ook als er wat is, moet je naar mij toekomen. Ik ben wel echt tevreden, echt met alles zeg maar met deze juf.
A: Nou mooi… Heeft de juffrouw wel eens een probleem voor u opgelost?
B: Uhm.. probleem.. we hebben niet veel problemen gehad eigenlijk. Als er een probleem is dan zeg ik het tegen haar.. Ja dat is het. Waar hij niet goed zat ofzo, omdat hij met zijn oog.. Dat doet ze meteen, ruiltje of tegen het bord ofzo. Dat zeg ik meteen ff, kan hij misschien midden of dat soort dingen. Dat verandert ze dan wel meteen.
A: Oh ok! Dat is mooi. En uh… heeft u ook iets van haar geleerd?
B: Van haar geleerd…. Ik weet niet.. Ze is een doorzetter, de juffrouw is een echte doorzetter. Ze houdt wel van te leren. Dat ik weet.
A: In het algemeen genomen, wat vindt u belangrijk aan een leerkracht?
B: Aan een leerkracht ik vind het belangrijk dat je bij de leerkracht kan komen als je wat wilt melden of dat je open moet staan voor alles, weet je. Dat je over je kind, wat wilt weten. Je kan altijd bij haar terecht en ze is altijd open. Dat is het.
Interview met ouder C (groep 4)
A: Heeft u het gevoel dat de juffrouw uw achtergrond kent? C: Ja zeker weten.
A: Hoe zou u de relatie met de juffrouw omschrijven?
C: Heel goed, ik kan alles tegen haar zeggen. Ik ken haar ook heel lang. Ik heb hier ook op school gezeten, dus ja…
A: Ervaart u de juffrouw als een enthousiaste leerkracht? C: Zeker weten! Ja…
A: Staat de juffrouw ook open voor feedback? Kan ze bijvoorbeeld ook uhm… u heeft een probleem met uw kind… of iets niet goed is opgelost... kan ze daar goed mee omgaan? C: Zeker weten. Ja dat is ook gebeurd. Ik heb dat ook wel meegemaakt dus inderdaad en ze lost het heel goed op.
A: Waar is ze heel goed in?
C: Ja… waar is ze niet goed in. Sorry… ja. Ze is echt een van de beste hier hoor. Ja ik vind het heel moeilijk. Ik vind haar op alle punten wel heel goed.
A: Kunt u ééntje noemen waar ze misschien in uitblinkt?
C: Ja, ze denkt met je mee. Uhm… adviezen, mijn kind heeft bijvoorbeeld ook problemen met leren. Hoe ik het beste thuis het kan aanpakken enzo. Ik heb er wel eens moeite mee gehad thuis. En dan zegt ze je kan het zo en zo het beste doen…
A: U bent eigenlijk alweer een vraag vooruit, ik wilde vragen of u wat geleerd heeft van de juffrouw. Dus ze heeft op het gebied van thuis, hoe u kunt omgaan met u kind ook uh… C: Ja… Ja… Ja… Ik kan altijd naar haar toegaan… Hoe doe ik dat nou? En dat ze zegt ze zo en zo en zo. En dat heb ik dan ook gedaan en dat hielp ook heel goed.
A: Zo dat is wel heel fijn… C: Zeker zeker weten…
A: Heeft ze dan ook misschien problemen voor u opgelost?
C: Ja… zeker weten. Mijn kind heeft ook problemen gehad met andere kinderen. Dus ik kan echt met alles naar haar toe gaan eigenlijk.
A: Dat is wel heel fijn. C: Ja… Ja…
A: En uhm… hoe wordt u betrokken bij het onderwijs aan u kind.
C: We spreken elkaar vaak hé. Ik probeer ook zeker twee keer per week in de klas te komen en dan hebben we het er even over van hoe het gaat, wat beter kan gaan dus dat soort dingetjes. Word je ook op de hoogte gehouden. Ja met alles eigenlijk. En dat is niet alleen met
rapportbesprekingen, maar ook gewoon tussendoor. A: Dus je kunt altijd bij haar terecht eigenlijk? C: Ja… Ja… zeker weten.
A: Als laatste vraag, wat vindt u belangrijk aan een leerkracht? Wat hij/zij moet kunnen eigenlijk.
C: Dat vind ik een beetje lastig, maar uhm… Ja… dat ze gewoon goed met je kind omgaat. En hij heeft ook leerproblemen en dat is gewoon soms lastig, hij heeft ook extra aandacht nodig. En dat probeert ze dan ook te geven, iets wat eigenlijk heel moeilijk is, dus zij kan met alles wel omgaan eigenlijk.
A: Oke duidelijk, wil ik u bedanken voor uw tijd.
Interview met ouder D (groep 7)
D: Ja dat denk ik wel.
A: Hoe zou u de relatie met de juffrouw omschrijven?
D: Ik heb een goede relatie met de juffrouw. Ik kan altijd bij haar terecht. A: Ervaart u de juffrouw als een enthousiaste leerkracht?
D: Ja ze is zeker enthousiast.
A: Staat de juffrouw ook open voor feedback
D: Ja dat denk ik wel. Ze heeft een open houding, wat erg fijn is. A: Waar is ze heel goed in?
D: Euhm… Ja ze is goed in organiseren en van dingen op de hoogte blijven. A: Heeft u dingen van de juffrouw geleerd?
D: Uhm… dat vind ik moeilijk. Het is meer dat ik bewonder hoeveel energie ze uitstraalt. A: Oké dat is ook belangrijk hé… Heeft ze misschien problemen voor u opgelost?
D: Nou.. problemen heb ik eigenlijk niet gehad. Maar het is wel fijn dat als ik een vraag heb altijd bij haar terecht kan.
A: Dat is wel heel fijn. D: Ja zeker.
A: Hoe wordt u betrokken bij het onderwijs aan u kind.
D: Ik heb wekelijks contact met de juffrouw. Ze vertelt me regelmatig hoe het met mijn kind gaat en hoe ik hem kan helpen. Dat vind ik erg prettig.
A: Als laatste vraag, wat vindt u belangrijk aan een leerkracht? Wat hij/zij moet kunnen eigenlijk.
D: Uhm.. ff denken… Het is belangrijk dat een leerkracht goed contact met de kinderen en ouders. Uhm.. Daar bedoel ik ook mee met de verschillende soorten kinderen en ouders. Daarnaast vind ik het belangrijk dat een leerkracht uitstraalt dat ze er zin in heeft. A: Oke duidelijk, dan wil ik u graag bedanken voor uw tijd.
Interview met ouder E (groep 7)
A: Als eerste vraag heb ik voor u, heeft u het gevoel dat de leerkracht u achtergrond kent? En daarmee bedoel ik de culturele achtergrond.
E: Ja dat weet ze wel.
A: Hoe zou u uw relatie met de leerkracht omschrijven?
E: Hmm.. wij hebben een goede relatie met elkaar. Ze neemt de tijd voor me wanneer ik een vraag heb, en ze komt ook erg sympathiek over.
A: Ervaart u de leerkracht als enthousiast?
E: Ja, ze is enthousiast. Je kan zien dat ze haar werk leuk vindt. A: Oke mooi! Staat de leerkracht ook open voor feedback?
E: Ja ze is een heel open persoon, waar makkelijk mee te praten is. A: Oké mooi. Waar is ze nog meer goed in?
E: Uhm… ik denk vooral dat haar kracht is dat ze heel duidelijk is, de leerlingen weten goed bij haar waar ze aan toe zijn. Daarnaast denk ik dat ze goed kan omgaan met de
verschillende soorten culturen. A: Hoe merkt u dat?
E: Ik weet niet zo goed hoe ik dat uit kan leggen… De school is heel divers, en de ouders ook. Wanneer een ouders iets vanwege zijn cultuur anders wilt, reageert ze daar begripvol voor. A: Kunt u goed overleggen met de leerkracht?
E: Ja zoals ik al zei is ze het makkelijk om met haar te praten.
A: Nou mooi… Heeft de juffrouw wel eens een probleem voor u opgelost?
E: Nou mijn kind is wel eens gepest, en daar ben ik ook voor naar school geweest. Ze heeft daar meteen werk van gemaakt en is met de kinderen in gesprek gegaan.
A: Oh ok! Dat is mooi. Heeft u ook iets van haar geleerd?
E: Nou… dat vind ik een moeilijke vraag. Ik denk meer dat ik haar enthousiasme voor het lesgeven bewonder, het lijkt mij een erg zwaar beroep.
A: In het algemeen genomen, wat vindt u belangrijk aan een leerkracht?
E: Ik vind het belangrijk dat een leerkracht goed kan lesgeven, en ook lief is voor de kinderen. Dat mijn kind met plezier naar school gaat is wel het belangrijkste.
A: Oké dan wil ik u heel erg bedanken voor uw tijd, dat waren de vragen. Dankuwel.
Bijlage 2. Observaties leerkracht X
19-02-2018 Observatie groep 4
Op het moment dat ik binnenstap word ik verwelkomt door de leerkracht. De sfeer in de klas blijft rustig en betrokken. De leerlingen zijn op dit moment bezig met een rekenles. De leerkracht moedigt positief gedrag aan, ‘ik zie ….. met een vinger’. De leerkracht
differentieert op verschillende manieren, ze plaatst de zwakkere kinderen meer naar voren en
geeft kinderen tijd om na te denken. Wanneer de leerling een fout maakt, vraagt ze een andere leerling om te helpen. Vervolgens vraagt ze de leerling terug waarom het zo is. Verder valt in deze les op hoe de leerkracht ruimte heeft voor humor in haar les. Ze maakt tussendoor
grappige opmerkingen en de leerlingen zie ik ervan genieten. Ook spreekt de leerkracht
duidelijk haar verwachtingen uit, ‘vingers maken geen geluiden zover ik weet’.
09-03-2018 Observatie groep 7
Wanneer ik binnenkom zijn de leerlingen bezig met een aardrijkskundeles, wat meteen opvalt is dat de leerlingen actief betrokken zijn bij de les. De leerkracht straalt zelfvertrouwen en rust uit. De leerkracht is in staat toezicht te houden of leerlingen de taak af hebben gemaakt
en motiveert hen daarin. De leerkracht reageert meteen op opkomende onrust, om escalatie
te voorkomen. Wat ook opvalt is dat ze iedereen bij de les betrekt, door toezicht te houden
op wie er aan de beurt is geweest. Er wordt verwacht dat de leerkracht natuurlijk overwicht
heeft.
17-03-2018 Observatie groep 4
De leerkracht bevordert het spreken van Nederlands zodat geen kinderen worden
buitengesloten. Ze benadrukt dat het goed is om de taal te spreken, maar dan wel als andere kinderen het ook begrijpen. Ze laat hierbij een gevoel van inlevingsvermogen zien. In de les combineert ze verschillende vakken met elkaar. Daarnaast neemt ze de tijd om verheldering te geven aan de betekenis van woorden. Daarnaast blijft ze ten alle tijden duidelijk en
consequent, waarbij ze blijft positief gedrag blijft bevorderen.
20-04-2018 Observatie groep 7
De leerlingen hebben vandaag een Koningsontbijt. Het is de eerste keer dat de leerkracht een Koningsontbijt moet organiseren. Leerkracht X geeft aan dat ze organisatorisch niet heeft nagedacht hoe ze het zal gaan aanpakken, en beslist op één tafel al het verschillende eten te leggen. De kinderen komen in groepjes langs om eten te pakken. Dit vraagt veel geduld van de leerlingen, en zou onrust kunnen veroorzaken. Toch is dit niet het geval. Door de
duidelijkheid van verwachtingen en het vermoedelijke ‘natuurlijk overwicht’ van de
leerkracht zorgen ervoor dat het rustig verloopt. De leerkracht toont aan zich zelfredzaam te
voelen in verschillende contexten, ook in dingen organiseren die ze nog niet eerder heeft gedaan.
De leerkracht spreekt duidelijk haar verwachtingen uit hoe ze verwacht dat de leerlingen
zich gedragen bij het ontbijt. De hele les blijft deze duidelijkheid volgen, de leerkracht spreekt regelmatig haar verwachtingen uit naar de leerlingen. Ook wanneer een leerling neigt
ongewild gedrag te vertonen, reageert de leerkracht adequaat en zorgt ervoor dat de rust in
de groep bewaakt blijft.
Doordat de leerkracht gedurende het ontbijt veel haar verwachtingen moet uitspreken, is de leerkracht wel veel aan het woord.
25-04-2018 Observatie groep 4
Ik kom leerkracht X op de gang tegen, wanneer ik naar haar lokaal toe loop. Ze zegt
vervolgens snel terug te komen. Wanneer ik de groep binnenkom vragen de leerlingen naar me en verwachten dat ik als meester de rust bewaak over de groep. Ze zitten klaar met het stilte teken. De regels/verwachtingen zijn zo duidelijk dat de rust blijft zonder dat ik deze
verwachtingen heb uitgesproken. Ik ga zitten, en ga de leerlingen vragen wat er van hen verwacht wordt. Leerkracht X komt binnen en het is meteen stil in het lokaal, de leerlingen zitten klaar voor het dictee. Tijdens het dictee betrekt de leerkracht een liedje bij een woord,
de leerlingen zingen vol enthousiasme mee, de leerlingen raken actief betrokken (energizer).
De leerkracht laat het belang zien dat we het dictee afmaken en zorgt hierbij voor een
groepsgevoel. Daarnaast spreekt ze hoge verwachtingen uit naar de leerlingen: ‘ik verwacht
dat jullie allemaal de taak vandaag afkrijgen’. Ze houdt toezicht op de leertaak, om na te gaan of het leerdoel wordt behaald. Verder laat ze leerlingen zelf naar oplossingen zoeken, probeert hiermee autonomie te stimuleren. Ze sluit de les af, en pakt de zandloper erbij. Ze verwacht
dat de kinderen voor de zandloper voorbij is klaar staan in een nette rij. De zandloper is op de helft van de tijd en de leerlingen staan in een nette stille rij klaar te wachten. De
leerkracht complimenteert de kinderen, en zegt dat de zandloper wellicht in de toekomst niet
meer nodig zal zijn.
22-05-2018 Observatie groep 4
Wanneer ik het klaslokaal binnenkom is de les nog niet begonnen. Er is een gast leerkracht van de schooltuinen in het klaslokaal die de lesgeeft. Leerkracht X houdt hierbij het overzicht. Ze klapt in haar handen om aan te geven dat de les begint. Ze complimenteert en stimuleert positief gedrag, ze zorgt ervoor dat alle kinderen het bord kunnen zien. Op het moment dat er
door elkaar heen wordt gepraat roept ze “we luisteren naar elkaar”. De leerlingen weten meteen wat dit betekent en zijn stil. Verder herhaalt de leerkracht verschillende regels zoals ‘maximaal 4 kinderen boven de trap’.
De leerkracht blijft consequent en herhaalt de regels wanneer nodig.
29-05-2018 Observatie groep 4
De klas is rustig wanneer ik binnen kom. De leerlingen zijn betrokken met de les. De
leerkracht helpt het kind herinneren dat ze ervoor zorgt dat ze op tijd klaar is met haar taak, zo houdt ze overzicht over alle leerlingen. Op een scherm wordt bijgehouden hoe de leerlingen
presteren per onderdeel van de online opdrachten. Kinderen die minder goed presteren komen bij de instructietafel. ‘Als je klaar bent dan mag je aan woordenschat’, wat zorgt voor
structuur en heldere verwachtingen. Ze ‘beloont’ een kind door te zeggen ‘Gisteren was ik
streng voor je, maar het heeft gewerkt, vandaag ben ik heel erg trots op je’. Een leerling zit op Youtube tijdens de woordenschat. De leerkracht haalt het kind naar voren en bespreekt het met kind zodat iedereen het kan horen. ‘Mag je nu op Youtube? Waarom doe je dat? Volgende keer neem ik hem in.’