• No results found

“Ja dat was dat was een vondst, dat vond ik, dat woord meer ruimte geven is zo mooi plastisch ze hebben het nog erger verbeeld door een tekeningetje met een vrouwtje die een hekje open maakt weet je wel, om het water door te laten stromen dus ruimte voor de rivier. Ja ruimte voor de rivier is eigenlijk, moest verzonnen worden”

“maar toen zij kwamen met die afbeelding met dat wijffie die dat hekje open deed voor de Waal. Ik zei als je dat nou gebruikt, dan ga ik helemaal door het lint. Maar ja, ik heb er wel weer een verhaaltje bij.”

“En dat hadden ze geleerd omdat bij Varik een Amsterdamse kunstenaar zich zo boos had gemaakt over die dijken die ze daar maakten. Dat zijn dijken alsof de zee moet worden tegengehouden, die heeft zwarte vanen daar neergezet en die heeft het boekje geschreven: Atilla de Hun en de hun op de bulldozer.”

“Daar werd het woord ruimte voor de rivier bedacht, om een nog grotere veel grotere ingreep te doen dan de ingreep die al klaar was op het moment dat het klaar was werd duidelijk dat het hoger werd en tijdens dat proces werd het 18.000. En die 18.000 je moet het eens na gaan. “

“die man die mij het heeft verteld, die uitlegde dat hij zich vreselijk ergerde aan die 18.000 kub van 18.000 kub waar dat dan toch vandaan kwam. Ik heb uitgevonden dat het een keer in een vergadering was; tien, twintig jaar geleden bij de rondvraag iemand zei, maar wat doen we als het nog hoger wordt bijvoorbeeld 18.000, dat was het enige. Maar iedereen heeft die 18.000 gehad en elke keer als die vergadering van dit soort mensen over de rivier en de toekomst enzo zat; ja maar we moeten toch wel eens aan 18.000 denken, he. En dat heeft zichzelf versterkt, dus voordat het echt het argument hadden was het al een zo een beetje common sense, dat wat we nou doen moeten we maar afmaken, maar eigenlijk zoiets in de trant.”

“Hier was Has Koning een grote ingenieursbureau en dat maakte de beste plaatjes om te laten zien dat hier een flessenhals was. En dat moest verruimt worden en dat zijn allemaal van die mooie namen, die hebben goed gewerkt.”

“Maar het heeft erg lang geduurd, maar van Ellen zij steeds je kunt het in deze uiterwaard oplossen want nu is de rivier heel smal, maar die kan je gewoon in de uiterwaard oplossen. Toen heeft hij dat uit laten rekenen in Delft en dat klopte. Die normstelling kon opgelost worden door hier in deze ronding, deze uiterwaard, een bochtafsnijding in de uiterwaard te maken.”

“Ja nog erger, hij ging dood. En zijn inspraak in de M.E.R. is uit de mer gehouden en dat vind ik het meest lullige, daar ben ik achteraan gegaan. Van zijn vrouw heb ik het, de weduwe, nog gekregen, dat stuk wat hij had geschreven. En daarin laat hij zien, allerlei grafieken laat hij zien dat dat allemaal vreselijk overdreven is, maar dat zijn inspraak niet meer toegankelijk is, vind ik het allerergst, dat vind ik.”

“we maken een overkoepelende paraplu en daar kunnen de kwekers en de andere groepjes maken en dan brengen we dan samen en willen we dan samen naar voren brengen. Nee dat is niet nodig, dat doen wij zelf wel. En toen werden zij gesloten vergadering, dus je kon alleen maar als je lid was in hun vergadering. Dus er bleef eigenlijk maar twee groepen over, die dorpsraad die wordt zwakjes, burgers weinig financieel belangen, of andere belangen, of geen belangen dan anders dan politieke belangen kun je zeggen, waardering voor de historie, respect voor het landschap, het gebruik voor het landschap, niet wegvagen maar het inpassen”

“N: Ja en toen is dus uiteindelijk wel het plan van de overheid

Ja dat heeft geen zonder schade en Nijmegen juichen want het was voor Nijmegen echt het idee echt het ideaal dat was, ja”

“A: Dus u heeft de waterstandverlaging zelf getest eigenlijk en het klopt wel?

En het klopt ook nog! En Nijmegen zeuren dat het water niet meer op de kade staat en dat was zo’n toeristische attractie.”

Jos Verstappen, 4 juni 2018, Nijmegen

“Rijkswaterstaat is natuurlijk van oudsher een zeer technisch instituut, top down, voornamelijk ingenieurs. En die komen wel even vertellen hoe het moet. Maar ik zelf als hydraulicus, heb er ook een handje van en op sommige vlakken zaten ze ook gewoon echt fout.

Het is wel zo dat op bepaalde gebieden een instituut binnen een instituut, een rijk binnen het rijk. Daar liepen we wel heel erg tegen aan. De plannen van Rijkswaterstaat stonden voor Rijkswaterstaat hartstikke vast. Dit gaan we doen, das ‘t best. Nogal een ingreep op de locatie Lent. Veel huizen moesten verdwijnen en dat niet alleen, de wijze waarop het gebeurde dat kon ook heel anders wat ons betrof. En de noodzakelijkheid daar werden ook heel erg vraagtekens bij gezet. Is t allemaal wel nodig om die dijk terug te leggen? Ruimte voor de waal is maar een stukje van het totaal Ruimte voor de Rivier, dus waar ga je t oplossen? En als je het al in Nijmegen gaat oplossen, hoe dan? Dat kan op verschillende manieren. Daar was aanvankelijk geen discussie over mogelijk.”

“De eerste plannen, bijv. Voor de bruggen, nou dat waren gewoon een soort stalen spoorbruggen zoals die er nu liggen. Dan is het technisch opgelost. Alleen of je dat nou nu nog moet doen, dat is wat anders.”

“Nou toen hebben we gezegd we kunnen met zijn allen nee blijven roepen met spandoeken, maar we gaan t anders doen. We richtten een vereniging op, die heette GeWa Lent. Daar hebben we een aantal mensen bij mekaar gepakt met ieder z’n eigen specifieke inbreng. Daar zat een jurist in, een middenstander, een ecoloog. Ik zat erin als waterbouwkundige. Clubje. Toen werden we dus door Rijkswaterstaat gevraagd om zitting te nemen in een klankbordgroep. Nou daar hebben we geen behoefte aan. We wisten namelijk al hoe dat zou gaan. Dan mag je zitting nemen, je kijkt er naar en achteraf zeggen ze "ja, nou kijk je was er toch zelf bij?". We willen best in een overleggroep, maar niet in een klankbordgroep. Dat is geaccepteerd en toen zaten we daar bij en toen werden we beschouwd door Rijkswaterstaat als de luis in de pels. Waren ze niet blij mee. En dat schiet niet op, er was geen vruchtbaar overleg.”

“In die tijd was ook de gemeente Nijmegen die heel goed in de gaten had wat er gebeurde. Dit was een plek eigenlijk midden in het centrum van Nijmegen. Dit was net de waalsprong gestart, dus Lent was eerst iets aan de andere kant van de rivier, maar na de Waalsprong werd het duidelijk dat dat hele

gebied dus in het centrum van Nijmegen zou komen te liggen. Dus dat dat cultuurtechnisch, economisch en ook stedenbouwkundig en sociaal heel veel invloed op de stad zou hebben. Dus toen was de gemeente Nijmegen die aandrong, en de tijd ook kreeg, door de Lentse warande, om mee te gaan spelen.”

“Ja, pas toen wij ons er mee gingen bemoeien en de gemeente Nijmegen ging dat pas echt leven. Het werd door Rijkswaterstaat als een routineklus beschouwd. We leggen gewoon die dijk terug. Ik weet nog dat ze tegen mij zeggen. ‘Meneer Verstappen wij zijn van Rijkswaterstaat we weten echt wel hoe we een dijk moeten verleggen hoor dat hoeft u ons niet te vertellen.’ Op de eerste plaatse schoort dat niet echt in communicatie, maar het was ook niet juist.”

“Aanvankelijk was dat ook een probleem. Het was moeilijk hard te maken aan de Lentenaren dat er voor een waterverlaging van 30CM zon grote ingreep noodzakelijk was in zo'n dorp. 30cm klinkt natuurlijk als een onbenullige hoeveelheid. Maar goed keer zon groot oppervlak wordt het wel degelijk van invloed. Voor de leek lijkt dat niks.”

Karsten Schipperheijn, 4 juni 2018, Rossum

“...toen zijn ze hebben ze de slag gemaakt niet naar de bewoners zijn

lastig, maar waarom zijn jullie lastig wat zijn jullie belangen nou eigenlijk en daar zijn de Lentse Thema’s naar voren gekomen zoals cultuurhistorie, wat Frans Mikx naar voren bracht, bereikbaarheid wat nou als je zo’n project doet en de hele stad ligt op zijn kop, kan je dan nog wel je bedrijf hebben of kunnen je kinderen dan nog wel naar school, dat soort vragen zijn het project ingekomen, ruimtelijke kwaliteit wat is nou de kwaliteit in het gebied, de zorg natuurlijk voor de mensen die moesten vertrekken. Dat zijn allemaal thema’s die een volwaardige plek kregen in het plan dus 2006 en ongeveer 2009 is een plan gemaakt en toen is er ook echt in 2009 een applaus geweest ‘het applaus van Lent’ heet dat…”

“...dat kan ook voor dezelfde prijs trouwens, maar om veel mooiere veel betere bruggen te krijgen. Als je niet vraagt, krijg je niet. En als je het vraagt dan gaan aannemers, die kunnen het wel, alleen ze moeten hun best ervoor doen, dus dat hebben we wel voor Nijmegen gedaan.”