• No results found

Interactie bekalking en opname van metalen (K, Ca, Mg, Mn, Zn) door de vegetatie

In document Fosfaattoevoeging heide (pagina 43-46)

4.2 Effectmeting plantchemie 1 P gehalte in planten en effect op N:P ratio

4.2.3 Interactie bekalking en opname van metalen (K, Ca, Mg, Mn, Zn) door de vegetatie

gemeten in Pijpenstrootje van 55000 µmol/kg en 47000 µmol/kg in P+Dol+ en P-Dol+ en 42600 umol/kg en 34800 µmol/kg in de behandelingen P+Dol- en P-Dol-. In het tweede jaar is dit 53144 µmol/kg in P+Dol+ en 59752 µmol/kg in P-Dol+ tegen 26660 umol/kg en 33000 µmol/kg in de behandelingen P+Dol- en P-Dol-. Hierbij valt ook op dat de magnesiumconcentraties gemeten in Pijpenstrootje hoger of vergelijkbaar zijn met de calciumconcentraties, terwijl Struikhei in alle behandelingen en jaren meer calcium dan magnesium bevat.

4.2.3 Interactie bekalking en opname van metalen (K, Ca, Mg, Mn, Zn) door de vegetatie

Uit het Fauna-onderzoek komen signalen naar voren dat het toedienen van Dolokal de opname van essentiële macro- of micro elementen verstoord. Daarom is gekeken of dit er in de vegetatie een vergelijkbaar effect optreedt, of dat de gevonden limitatie in de fauna veroorzaakt kan zijn door de kwaliteit van de vegetatie die als voedsel heeft gediend. Uit de literatuur is bekend dat magnesium bijvoorbeeld makkelijk verdrongen kan worden door kalium, mangaan en calcium waardoor magnesium slechter wordt opgenomen door de vegetatie (Marschner 1995). Door toedienen van

OBN Ontwikkeling en Beheer Natuurkwaliteit 32

Dolokal zijn grote hoeveelheden calcium en magnesium aan de bodem toegevoegd. Het is op basis van deze gegevens echter moeilijk om harde conclusies te trekken, aangezien de concentraties gemeten in de vegetatie ook sterk worden beïnvloed door de hoeveelheid vegetatie in de

proefvlakken waardoor de beschikbare concentraties in de bodem “verdeeld” worden tussen meer of minder planten en mossen en daardoor in meer of mindere mate “verdund” worden.

Het toedienen van Dolokal heeft geen negatief effect op de concentraties magnesium in de vegetatie (Fig. 4.13) maar wel een duidelijk effect op de Fe/Mg en Fe/Ca-ratio’s gemeten in de Struikhei (Fig. 4.14). In het eerste jaar veranderden de ratio’s na toedienen van Dolokal van waardes rond de 0,4 in de niet-bekalkte proefvlakken naar waardes rond de 0,2 in de bekalkte proefvlakken. Er is geen p-bemestingseffect. In het tweede jaar lijkt de Fe/Mg-ratio beïnvloed te worden door het toedienen van fosfaat. In de proefvlakken waar fosfaat is toegediend is de Fe/Mg ratio lager dan in de proefvlaken waar dit niet is gebeurd. Dit wordt veroorzaakt door een lagere ijzer-concentratie in de vegetatie en niet door een verschil in de magnesiumconcentraties (zie Fig. 4.13). Mogelijk wordt de concentratie ijzer in de vegetatie lager doordat er in de met P-bemeste proefvlakken meer vegetatie aanwezig is, waardoor een “verdunningseffect” ontstaat. Wanneer alleen de Fe-concentratie wordt bekeken, blijkt dat in het tweede jaar significant (p<0.000) hogere Fe-concentraties in de Struikhei van de controle-behandeling zijn gemeten. Waarschijnlijk is ook hier sprake van een effect veroorzaakt door de hogere vegetatie-dichtheid in de behandelde proefvlakken t.o.v. de controle. Het zelfde beeld is zichtbaar in de Fe/Ca-ratio’s in de Struikhei (Fig. 4.14).

In Pijpenstrootje is het bekalkings-effect minder sterk (Fig. 4.14). Dat is in lijn met de gemeten Ca en Mg concentraties in de vegetatie (Fig. 4.13). Wel lijkt bij Pijpenstrootje juist de P-behandelde ratio hoger te zijn dan de niet met P-bemeste behandelingen. Tegenovergesteld als in de Struikhei. De variatie is hier echter hoog, waardoor er geen harde uitspraken gedaan kunnen worden. De behandelingen hebben geen effect op de totale ijzerconcentratie in de vegetatie.

De concentratie Mn in de vegetatie laat zien dat het toedienen van Dolokal leidt tot een lagere Mn- concentratie in de Struikhei-planten (Fig. 4.15), maar alleen in het tweede groeiseizoen. Ook hier speelt de hogere bedekking in de bekalkte en bemeste proefvlakken waarschijnlijk een grote rol. In Pijpenstrootje is geen duidelijk verschil tussen de behandelingen zichtbaar. De concentraties Zink in zowel Pijpenstrootje als Struikhei laten geen verband zien tussen het wel- en niet opbrengen van kalk (zie bijlage 6).

33

Fig. 4.14. Fe/Mg ratio- (molaire ratio; links) en Fe/Ca ratio (molaire ratio; rechts) gemeten in Struikhei (bovenste grafiek) en Pijpenstrootje (onderste grafiek). Dol= Dolokal, P= fosfaat; [-]= niet toegediend en [+]= wel toegediend. t=1: 24-9-2013; t=2: 23-9-2014.

Fig. 4.14. Fe/Mg-ratio (molar ratio; left) and Fe/Ca ratio (molar ratio; right) measured in Calluna vulgaris (top graph) and Molinia caerulea (bottom graph). Dol= Dolokal , P= Phosphorus, [-]= not added [+]=added. t=1: 24-9-2013; t=2: 23-9-2014.

Fig. 4.15. De Mn-concentratie gemeten in Struikhei. Dol= Dolokal, P= fosfaat; [-]= niet toegediend en [+]= wel toegediend. t=1: 24-9-2013; t=2: 23-9-2014.

Fig. 4.15. Mn-concentration measured in Calluna vulgaris . Dol= Dolokal , P= Phosphorus, [-]= not added [+]=added. t=1: 24-9-2013; t=2: 23-9-2014. 0 200 400 600 800 1000 1200 1400 1600 1800 2000

P+Dol+ P-Dol+ P+Dol- P-Dol-

To ta al M n H ei de (u mo l/ kg ) t=1 t=2

OBN Ontwikkeling en Beheer Natuurkwaliteit 34 4.2.4 Samenvatting van de belangrijkste resultaten

• Het bemesten heeft een significant effect op de concentratie fosfor (p<0,001) gemeten in Struikhei en Pijpenstrootje in zowel het najaar van het eerste als het tweede onderzoeksjaar. In de met fosfaat-bemeste proefvlakken is de concentratie fosfor in de vegetatie hoger dan in de niet met P bemeste proefvlakken. In Struikhei is de fosforconcentratie in het eerste meetjaar in de P-bemeste proefvlakken bijna twee keer hoger dan in de nietmet P bemeste proefvlakken. In het tweede jaar zijn de betreffende concentraties gemeten in de P-bemeste proefvlakken lager en is het verschil met de niet-bemeste proefvlakken kleiner. In

Pijpenstrootje zijn de fosfor-concentraties lager dan in Struikhei. Ook hier zijn de concentraties in het tweede jaar lager dan in het eerste jaar, maar het verschil tussen P-bemest en niet P- bemest blijft ongeveer een factor 2. In het voorjaar is dit verschil eveneens aanwezig, maar in het verzamelde voedsel was dit verschil wel kleiner tussen de behandelingen (een factor 1,05 tot 1,3 hoger).

• Hetzelfde effect is zichtbaar in de N/P-ratio’s gemeten in de vegetatie. In Struikhei is de N/P ratio gemeten in de P-bemeste proefvlakken significant lager dan in de niet P-bemeste proefvlakken in het eerste en tweede jaar (p=0,026 in jaar 1 en p=0,000 in jaar 2), waarbij deze in de P-bemeste proefvlakken rond de 10 ligt en in de niet-P-bemeste proefvlakken rond de 20. In Pijpenstrootje zien we een zelfde effect, waarbij de N/P ratio in de P-bemeste proefvlakken rond de 15 ligt en in de niet-P-bemeste proefvlakken rond de 30. In het voorjaar is de N/P ratio van de vegetatie in P bemeste proefvlakken nog lager; ongeveer 10 (Struikhei en Pijpenstrootje samen), maar ook in de niet met P bemeste proefvlakken liggen de ratio’s lager: rond 20 voor Pijpenstrootje en Struikhei samen.

• In Struikhei heeft het toedienen van Dolokal in het eerste meetjaar een significant effect (p=0,000) op de concentratie calcium. In het tweede jaar is het bekalkings-effect niet meer zichtbaar. In Pijpenstrootje is het effect van het toedienen van Dolokal niet significant op de calciumconcentratie.

• Net als bij de bodemchemie heeft het toegediende magnesium een groter effect op de vegetatie-chemie dan het toegediende calcium. In Struikhei is in het tweede jaar het Mg- gehalte significant hoger (p=0,000) in de bekalkte proefvlakken. Het toedienen van Dolokal heeft tot een verdubbeling in de concentratie magnesium in Struikhei en Pijpenstrootje gezorgd. In Pijpenstrootje is het bekalkingseffect op het Mg-gehalte net als bij Struikhei het duidelijkst in het tweede jaar, met een significant verschil tussen de wel- en niet bekalkte proefvlakken. Hierbij valt ook op dat de magnesiumconcentraties gemeten in Pijpenstrootje hoger of vergelijkbaar zijn met de calciumconcentraties, terwijl Struikhei in alle behandelingen en jaren meer calcium dan magnesium bevat.

4.3 Vegetatie ontwikkeling

In document Fosfaattoevoeging heide (pagina 43-46)