• No results found

Uit de voorgaande discussie komen enkele interessante aspecten naar boven die door het beleid en management verder onder de loep kunnen genomen worden. Hieronder wordt getracht enkele aanbevelingen voor de praktijk te schetsen.

Zo kan het voor de beleidspraktijk interessant zijn om ondersteuningsmogelijkheden voor artsen te gaan ontwikkelen of verder uit te werken. Oncologen vormen een noodzakelijke actor in het dienstverleningsproces van kankerpatiënten dus ook met hun welzijn moet rekening gehouden worden. Via bepaalde interventies kunnen instellingen proberen om de nodige ondersteuning te bieden aan oncologen die hier de nood aan hebben. Daarnaast kan ook een blik geworpen worden op de aanwezige cultuur binnen de artsen. Het blijkt namelijk een zeer prestatiegerichte cultuur te zijn waar hard werken centraal staat. Echter, misschien kan vanuit de instellingen meer aandacht geschonken worden aan het creëren van begrip voor artsen die via een ander werkschema willen werken en dus met andere woorden meer tijd voor zichzelf willen vrijmaken. Een andere manier van werken kan misschien bijdragen tot een meer kwalitatieve dienstverlening.

61 Daarnaast kan er gekeken worden in welke mate de mogelijkheid bestaat om meer middelen te voorzien voor een meer consistente en minder vrijblijvende betrokkenheid van psychologen. Op die manier zouden patiënten meer ondersteund kunnen worden én kunnen ook de artsen hulp krijgen bij het verlenen van de psychologische ondersteuning. Tegelijkertijd kunnen hierbij onduidelijkheden in verantwoordelijkheden worden bekeken. Wanneer psychologen bij elke patiënt consistent betrokken worden, zullen verantwoordelijkheden automatisch verduidelijken. Ook de eerstelijnszorg op een andere manier in kankerzorg integreren is belangrijk voor het optimaliseren van dienstverleningsprocessen. In het empirisch onderzoek werd aangegeven dat men in de praktijk in stijgende mate bezig is met het exploreren van verbeteringsmogelijkheden.

Enkele administratieve aspecten kunnen ook extra onder de loep genomen worden door het management van zorginstellingen. Enerzijds zou de wisselwerking met het RIZIV en de bijhorende procedures eens grondig moeten bekeken worden om zo vereenvoudigingen door te voeren. De deelnemers uit het empirisch onderzoek geven aan dat er veel overbodige stappen aanwezig zijn waardoor er veel tijd verloren gaat. Bovendien geeft men aan dat het RIZIV vaak al over de nodige gegevens beschikt en dat het dus gaat over dubbel werk. Misschien is het wel een optie om de procedures in samenspraak met de artsen te gaan herbekijken. Op die manier kan men meer inzicht krijgen in waar de hindernissen zich in de praktijk bevinden.

Daarnaast werd reeds aangegeven dat analyses van telefoonoproepen mogelijks inzichten kunnen geven in bepaalde zaken die binnen het dienstverleningsproces kunnen geoptimaliseerd worden. Aangezien er reeds heel veel registratie gebeurt kan een aspect zoals dit hieraan worden toegevoegd en mogelijks een meerwaarde opleveren voor het dienstverleningsproces.

Een ander aspect dat relevant kan zijn voor de beleidspraktijk is nagaan hoe artsen meer gebruik kunnen maken van het verwijzen naar relevante internetbronnen als vorm van educatie voor patiënten. Als mogelijke oplossing wordt voorgesteld een geüpdatete lijst te voorzien met geaccrediteerde websites waarop correcte informatie

62 ter beschikking is per pathologie. Dit zou zowel de patiënten kunnen helpen alsook de artsen stimuleren om door te verwijzen naar het internet. Bijgevolg kan het ook de dienstverlening verbeteren aangezien de kennis van de patiënt ook belangrijk blijkt te zijn in de arts-patiënt relatie.

Deze sectie is slechts een greep uit alle mogelijke aspecten die binnen de dienstverleningsprocessen van kankerpatiënten nog onder de loep kunnen worden genomen worden. In de praktijk botst men vaak nog op andere barrières waardoor aanbevelingen zoals deze niet altijd kunnen worden doorgevoerd.

63

6 Conclusie

De dienstverleningsprocessen voor het behandelen van melanoomkanker, stadium III en IV zijn continu in beweging. Met dit onderzoek werd gefocust op het perspectief van de oncologen. Er werd hiervoor een systematische literatuurstudie, een analyse van patiëntenperspectieven én een kleinschalig empirisch onderzoek uitgevoerd. Door de COVID-19 crisis was het niet mogelijk om het initieel geplande onderzoek door te voeren. Desalniettemin zijn er enkele interessante bevindingen naar boven gekomen die ook een goede basis vormen voor vervolgonderzoek. Dit onderzoek draagt dus bij aan de continu zoektocht naar verbeteringen in dienstverleningsprocessen van melanoompatiënten. De resultaten van dit onderzoek moeten echter voorzichtig geïnterpreteerd worden omwille van de beperkingen.

Uit de literatuur blijkt dat de laatste jaren steeds meer onderzoek wordt gedaan naar de beleving van oncologen met een duidelijke focus op interpersoonlijke kwaliteitselementen. De voorgaande patiëntenonderzoeken werden in dit werkstuk opgenomen om een beter algemeen inzicht te krijgen in de wisselwerking tussen deze twee belangrijke actoren in het dienstverleningsproces. Door daarnaast dan ook het empirisch deel toe te voegen, werd geprobeerd een antwoord te formuleren op de onderzoeksvraag: “Hoe beleven oncologen de dienstverleningsprocessen van melanoompatiënten stadium III en IV?”. Het werd duidelijk dat ook oncologen, net zoals patiënten, op verschillende manieren worden beïnvloed in hun beleving van het dienstverleningsproces. De voornaamste pijnpunten die uit dit onderzoek naar boven komen en de beleving van oncologen blijken te beïnvloeden, zijn de administratieve overbodigheden én de samenwerking met psychologen en huisartsen. Daarnaast ervaart men de dienstverleningsprocessen in het algemeen op een positieve manier. Dit sluit echter niet uit dat er steeds verbeteringsmogelijkheden zijn. Door middel van vervolgonderzoek met focus op het uitvoeren van een groter empirisch onderzoek, kunnen er nog meer belevingsfactoren worden onderzocht om op die manier de dienstverleningsprocessen van melanoompatiënten te blijven optimaliseren.

64

7 Literatuurlijst

AmericanCancerSociety. (2020, January 8). Cancer. Opgehaald van Key Statistics for

Melanoma Skin Cancer: https://www.cancer.org/cancer/melanoma-skin-

cancer/about/key-statistics.html

BelgianCancerRegistry. (2017). Cijfers over kanker. Opgehaald van Kankerregister: https://kankerregister.org/Cijfers_over_kanker

Cherny (2010, September 27). Factors influencing the attitudes and behaviors of oncologists regarding the thruthful disclosure of information to patients with advanced and incurable cancer. Psycho-Oncology(20), pp. 1269-1284.

Choi. (2017, November). Care Coordination and Transitions.

Forsythe, L. P., Alfano, C. M., Leach, C. R., Ganz, P. A., Stefanek, M. E., & Rowland, J. H. (2012, August 10). Who Provides Psychosocial Follow-Up Care for Post- Treatment Cancer Survivors? Journal of Clinical Oncology, pp. 2897-2905.

GezondBelgië. (2020, Maart 17). Kanker. Opgehaald van Gezond België: https://www.gezondbelgie.be/nl/gezondheidstoestand/niet-overdraagbare-

aandoeningen/kanker

Granek, L., Ariad, S., Nakash, O., Cohen, M., Bar-Sela, G., & Ben-David, M. (2017, January). Mixed-Methods Study of the Impact of Chronic Patient Death on Oncologists' Personal and Professional Lives. Original Contribution.

Granek, L., Barbera, L., Nakash, O., Cohen, M., & Krzyzanowska, M. (2017, August). Experiences of Canadian oncologists with difficult patient deaths and coping strategies used. Current Oncology, pp. e277-e284.

Granek, L., Ben-David, M., Nakash, O., Cohen, M., Barbera, L., Ariad, S. et al. (2017, January 13). Oncologists' negative attitudes towards expressing emotion over patient death and burnout. Support Cancer Care, pp. 1607-1614.

Groß , S., Ernstmann, N., Jung , J., Karbach, U., Ansmann, L., Gloede, T. et al. (2014, March 16). Can a stressed oncologist be good in a consultation? A qualitative study on the oncologists' perception. European journal of Cancer Care, pp. 594-606. Hall , R., & Harvey, L. (2018). Qualitative research provides insights into the experiences

and perspectives of people with spinal cord injuries and those involved in their care. International Spinal Cord Society.

65 Hayuni, G., Hasson-Ohayon, I., Goldzweig, G., Sela, G. B., & Braun, M. (2019, September

9). Between empathy and grief: the mediating effect of compassion fatigue among oncologists. Psycho-Oncology, pp. 2344-2350.

Klabunde, C., Haggstrom, D., Kahn, K., Gray, S., Kim, B., & Liu, B. (2017). Oncologists' perspectives on post-cancer treatment communication and care coordination with primary care physicians. European Journal of Cancer Care(26).

Lin, J. J., Smith, C. B., Feder, S., Bickell, N. A., & Schulman-Green, D. (2017, December 18). Patients' and oncologists' views on family involvement in goals of care conversations. Pyscho-Oncology, pp. 1035-1041.

Lizama, Johnson, & Ghosh. (2015, January 6). Keeping primary care “in the loop”: General practitioners want better communication with specialists and hospitals when caring for people diagnosed with cancer.

Melanoompunt. (2016, mei 20). Behandelingen. Opgehaald van Melanoompunt: https://www.melanoompunt.be/

Neuman, H. B., Jacobs, E. A., Steffens, N. M., Jacobson, N., Tevaarwerk, A., Wilke, L. et al. (2016, May 16). Oncologists’ perceived barriers to an expanded role for primary care in breast cancer. Cancer Medicine, pp. 2198-2204.

Neuman, H. B., Steffens, N. M., Jacobson, N., Tevaarwerk, A., Anderson, B., Wilke, L. et al. (2016, March 2016). Oncologists' Perspectives of their Roles and Responsibilities during Multi-disciplinary Breast Cancer Follow-up. Annals of Surgical Oncology, (23(3)), pp. 708-714.

Pollak, K. I., Arnold, R. M., Jeffreys, A. S., Alexaner, S. C., Olsen, M. K., Abernethy, A. P., & Skinner, C. S. (2007, December 20). Oncologist Communication About Emotion During Visits with patients with Advanced Cancer. Journal of Clinical Oncology. Söllner, W., DeVries, A., Steixner, E., Lukas, P., Sprinzi, G., Rumpold, G. et al. (2001,

September 13). How successful are oncologists in identifying patient distress, perceived social support, and need for psychosocial counselling? Britisch Journal of Cancer, pp. 179-185.

Schulman-Green, D., Lin, J. J., Smith, C. B., Feder, S., & Bickell, N. A. (2018). Facilitators and Barriers to Oncologists' Conduct of Goals of Care conversations. Journal of Palliative Care, (33(3)), pp. 143-148.

66 Shanafelt, T. D., Novotny, P., Johnson, M. E., Zhao, X., Steensma, D. P., Lacy, M. Q. et

al. (2005, March 16). The Well-Being and Personal Wellness Promotion Strategies of Medical Oncologists in the North Central Cancer Treatment Group. Oncology, pp. 23-32.

Statbel. (2020, mei). Doodsoorzaken. Opgehaald van Statbel:

https://statbel.fgov.be/nl/themas/bevolking/sterfte-en- levensverwachting/doodsoorzaken

Stichting Tegen Kanker. (sd). Huidkanker (Melanoom) - Behandelingen. Opgehaald van Stichting tegen Kanker: https://www.kanker.be/alles-over-kanker/alle-types- kanker/huidkanker-melanoom/behandelingen

Stieners, J. (2019). Dienstverlening aan melanoompatiënten stadium III en IV.

Uchida, M., Morita, T., Ito, Y., Koga, K., & Akechi, T. (2018, September 4). Goals of care and treatment in terminal delirium: A qualitative study of the views and experiences of healthcare professionals caring for patients with cancer. Palliative and Supportive Care.

van Uden-Kraan, C. F., Drossaert, C. H., Taal, E., Smit, W. M., Seydel, E. R. & van de Laar, M. A. (2010, April 11). Experiences and attitudes of Dutch rheumatologists and oncologists with regard to their patients' heath-related Internet use. Clin Rheumatol(29), pp. 1229-1236.

Vermeulen , E. (2019). De beleving van melanoompatiënten stadium III en IV doorheen het proces van het dienstverleningsnetwerk.

Warren, L. E., Kim, M. B., Martin, N. E., & Shih, H. A. (2016, April). Analysis of After-Hours Patient Telphone Calls in Two Academic Radiation Oncology Departments: An Opportunity for Improvement in Patient Safety and Quality of Care. 4(12).

WHO. (2018, September 12). Cancer. Opgehaald van WHO: https://www.who.int/news- room/fact-sheets/detail/cancer

Zwahlen, D., Tondorf, T., Rothschild, S., Koller, M., Rochlitz, C., & Kiss, A. (2017). Understanding why cancer patients accept or turn down psycho-oncological support: a prospective observational study including patients' and clinicians' perspectives on communication about distress. BMC Cancer.

67

8 Bijlagen