• No results found

Humanitarisme, Media en Nederland

Hoofdstuk 3: Honger en sterfte in de krant

Op 26 juni 1921 kondigde de Russische krant Prawda aan dat er in het stroomgebied van de Wolga, in Zuid-Rusland, er een hongersnood aan het voltrekken was.88 In het begin van de maand juli kwam dit nieuws aan in Nederland en werd het mondjesmaat overgenomen in de Nederlandse kranten tussen artikelen over tegenvallende koolproductie en opstandjes in Marokko. De Telegraaf meldde op 6 juli dat ‘’de Bolsjewistische bladen melden, dat 25 millioen inwoners van Centraal- en Zuid-Oostelijk Rusland Rusland aan hongersnood ten prooi zijn.’’ en dat ‘’de Prawda zegt, dat deze toestand, een herhaling kan worden van de groote volksverhuizing in de vijfde eeuw.’’.89 Niks uit deze eerste vroege berichtgeving, ook die in Het Vaderland en Het Volk, wijst erop dat er deze hongernood tot een internationale kwestie zou leiden en een belangrijk onderwerp zou worden binnen het Nederlandse publieke debat.90 Pas met de officiële roepen om hulp van Maxim Gorki en Lenin zou dit publieke debat zich werkelijk ontketenen. Het is onmogelijk om in de ruimte die wij hier tot onze beschikking hebben het Nederlandse publieke debat van de Russische Hongersnood dag voor dag te noteren. Dit zou bijzonder tijdsintensief en inefficiënt zijn. In de derde en laatste hoofdstuk zullen we dus kijken naar een aantal belangrijke ijkpunten in de loop van de Russische hongersnood van 1921-22. Deze ijkpunten genereerde meer media-aandacht dan er al was, en zijn dus ook goed vindbaar in de database van Delpher. Bij ijkpunten moeten we bijvoorbeeld denken aan de oproep van Maxim Gorki. Elke gebeurtenis zal kort toegelicht worden, waarna we vervolgens eerst de berichtgeving van niet- socialistische kranten behandelen, en vervolgens de socialistische kranten. Vervolgens zal deze berichtgeving afgewogen worden tegen de context van de twee voorgaande hoofdstukken, waaronder de humanitaire dilemma’s van Paulmann. Eerst kijken wij nog echter goed naar welke kranten precies in dit hoofdstuk ter sprake komen.

Voor een redelijke vertegenwoordig van het Nederlandse krantenbestel rond 1920 maken voor deze casus gebruik van een achttal kranten. Eerder in deze thesis zijn wij al bekend geraakt met de twee socialistische dagbladen, Het volk en de Tribune. Het Volk was verbonden met de gematigde SDAP, terwijl de Tribune vooral door communisten werd gestuurd. De Standaard, de antirevolutionairen krant was de krant van de gereformeerde Abraham Kuyper die in 1879 de Antirevolutionaire Partij (ARP) oprichtte.91 Deze krant stond ideologisch lijnrecht tegenover de Tribune. Verder kijken we voor een katholieke vertegenwoordiging in dit onderzoek naar De Tijd en

88 Weissman, 3.

89 De Telegraaf, Woensdag 6 juli 1921, blz 1.

90 Het Vaderland, Dinsdag 5 juli 1921, blz 2; Het Volk, Donderdag 30 juni 1921, blz 3. 91 Wijfjes, Journalistiek in Nederland 18.

33

Het Centrum.92 Het Vaderland en het gerenommeerde Algemeen Handelsblad hadden beiden een liberale insteek, waarbij het Algemeen Handelsblad bekend stond om het economische nieuws en haar uitstekende buitenlandcorrespondenten.93 Als laatste kijken we naar de Telegraaf, die waarschijnlijk de populairste krant was in deze periode, en ook een relatief politiek neutrale positie innam in vergelijking met de andere kranten in deze lijst.94

De oproep van Gorki

Op 13 juli stuurde de Russische intellectueel Maxim Gorki een bericht naar de Duitse toneelschrijver Gerhard Hauptmann waarin hij een oproep deed aan Europa en de Verenigde Staten. In deze oproep kondigde hij aan dat er ‘’duistere dagen waren gekomen voor het land van Tolstoy’’ door de honger die miljoenen Russen het leven zou kosten. Opvallend aan deze oproep was dat Gorki een directe appèl deed op het internationaal humanitarisme. Hij stelde dat ‘’de rampspoed van Rusland humanitaire hulpverleners een uitgewezen kans biedt om de vitaliteit van het humanitarisme te demonstreren.’’. Afsluitend riep hij alle eerlijke mensen op om brood en medicijnen naar Rusland te sturen.95 In de Nederlandse media werd deze oproep in niet-socialistische kranten bericht, zonder er direct een waardeoordeel aan vast te hangen. De Standaard berichtte dat niet alleen Maxim Gorki een oproep deed, maar dat ook ‘’de Russische patriarch een beroep’’ heeft ‘’gedaan op den bisschop van York’’.96 Een scala aan kranten, waaronder het Algemeen Handelsblad en Het Vaderland besloten verder te gaan en de oproep ‘’Aan alle eerlijke menschen’’ in zijn geheel te publiceren.97 In het Centrum werd op 22 juli gerapporteerd over deze ‘’Noodkreet van Rusland’’. Deze katholieke krant stelt dat het christelijk is ‘’ook hen die door eigen schuld in ellende zijn geraakt, te helpen’’, maar daarbij merken ze op dat de Russen enkel geholpen moeten worden ‘’wanneer zij niet weer de gevaarlijke krankzinnigheid van het bolsjewisme voor wijsheid aanzien.’’.98 Deze katholieke krant is één van de eerste niet-socialistische kranten waar over het verlenen van hulp wordt geschreven, maar waar ook gelijk voorwaarden aan worden verbonden. In Het Vaderland was de liberale insteek goed zichtbaar. In dit blad werd op 26 juli een groot artikel gewijd aan ‘’De Tragedie van Rusland’’. In dit artikel wordt

92 Ibidem, 38. 93 Ibidem, 23-25

94 Vder Bos en Giffard, The Grapevine, 32-33.

95http://soviethistory.msu.edu/1921-2/famine-of-1921-22/famine-of-1921-22-texts/gorkys-appeal/

Geraadpleegd op 28-06-2020.

96 De Standaard. Maandag 18 Juli 1921, blz 1.

97 Algemeen Handelsblad, Donderdag 21 Juli 1921, blz 6; Het Vaderland, Woensdag 20 juli 1921, blz 5. 98 Het Centrum, Vrijdag 22 Juli 1921, blz 5.

34

nadrukkelijk de hongersnood gepresenteerd als het resultaat van vier jaar bolsjewisme in Rusland, want ‘’de bolsjewisten zijn het, die het land in deze ontzettende ellende hebben meegesleurd’’. Daarnaast wordt gesteld dat de roep tot samenwerking met andere partijen enkel door de bolsjewieken bedoeld is om de verantwoordelijkheid van zich af te kunnen schuiven.99 Om dit onderwerp heen tekent zich al een duidelijk onderscheid tussen de christelijke krant, die wel een humanitaire kans ziet, maar terughoudend is, de neutrale kranten, die berichten wat wordt gesteld, en de liberale krant die kort na het nieuws veel aandacht besteed om felle kritiek te uitten.

De Tribunisten waren er logischerwijs vroeg bij om op te roepen tot hulpverlening aan de Sovjet-Unie. Henriëtte Roland Holst publiceerde in de Tribune van 3 augustus een paginagrote oproep gericht aan ‘’De Nederlandsche Arbeidersklasse. In dit artikel sprak zij een verbroederende boodschap uit tussen de verschillende socialistische groeperingen door te opperen dat er één centraal comité moest komen voor alle socialistische partijen.100 Het grootste gevaar voor het voortbestaan van de Sovjet-Unie was volgens Holst echter niet de hongersnood zelf, maar de kans die de hongersnood bood voor de ‘’imperialistische roovers’’ om de Sovjet-Unie met militair geweld te vernietigen.101 Ook werd in De Tribune fel verzet getoond tegen het idee dat de Sovjetregering in zijn totaliteit verantwoordelijk was voor de rampspoed die de hongersnood teweeg bracht. Op 5 augustus werd er een redevoering van Van Ravesteyn gepubliceerd in de sociaal-revolutionaire krant. In deze redevoering benoemde Van Ravesteyn de beschuldigen jegens de Sovjetregering als ‘’een afzichtelijk staaltje van huichelarij’’ en ‘’een afschuwelijk voorbeeld van kapitalistisch bedrog’’. Als verklaring wijst Van Ravesteyn naar de kosten van de Eerste Wereldoorlog en de bemoeienis van de ‘’imperialistische machten’’ gedurende de Russische Revolutie.102 Het Volk was minder fel dan de Tribune in hun kritiek. In het artikel op de voorpagina was de Russische correspondent ervan overtuigd dat West-Europa moest helpen, en stelde hij de vraag of de Sovjetregering eerst weg moest. De correspondent van Het Volk weerlegt de ideeën dat de hongersnood het regime kan doen ondergaan, en valt de mensen die eisen willen stellen aan de hulp op hun gevoel aan. Hij concludeert: ‘’Politieke overwegingen moeten dus op den achtergrond treden bij het vraagstuk van de hulpverleening aan de hongerende bevolking.’’.103 Het Volk maakte hiermee dus aanspraak op de humanitaire geest van mensen, terwijl Holst in De Tribune het indirect als een strijd om leven en dood ervoer.

In de eerste twee weken na de oproep van Gorki kwam niet direct een publiek debat, gevoerd in de kranten, op gang. De meeste krantenberichten in de maand juli waren overgenomen door vaak

99 Het Vaderland, Dinsdag 26 Juli 1921, blz 2. 100 De Tribune, Woensdag 3 Augustus 1921, blz 1. 101 Ibidem, blz 1.

102 De Tribune, Vrijdag 5 Augustus 1921, blz 2. 103 Het Volk, Dinsdag 2 Augustus 1921, blz 1.

35

beter geïnformeerde Duitse, Franse en Engelse kranten. Door de indirect informatietoevoer, en tegenstrijdige signalen van de Sovjetregering over de werkelijke ernst van de hongersnood, duurde het enige tijd voordat er opiniestukken over dit onderwerp in de kranten verschenen. De confessionele kranten zagen zich al snel in een spagaat doordat zij, zoals wij in de twee voorgaande hoofdstuk hebben gelezen, een belangrijk humanitaire rol vervulde, maar ook fel tegenstander was van het ‘’goddeloze’’ Sovjetregime. Deze negatieve houding was ook al zichtbaar geworden bij hun kritiek op de Russische Revolutie. Verder is er al een sterke tweestrijd waar te nemen tussen de standpunten van de communistische Tribune en de liberale Het Volk. De oproep die Gorki deed als intellectueel aan het internationaal humanitarisme werd in dit stadium als eerst beantwoord door de socialistische media. Hier kunnen we ook al enkelen van Paulmanns humanitaire dilemma’s aanhalen. Als we het Volk beschouwen, kunnen we namelijk een link leggen met de ‘’politics of empathy’’. Het Volk benadrukte namelijk dat het stellen van maatregelen aan de Sovjet-Unie voor noodhulp niet ten goede zal komen aan de Russen die op dat moment verhongeren. Hier worden de politieke oorzaken dus verdreven en deed men zuiver een oproep aan de empathie van de lezers. Met de oproep van Holst om een centraal comité namens de socialisten op te stellen sorteerde zij al voor op de ‘’politics of aid’’. Zij waarschuwde namelijk hoe het opstellen van allerlei kleine comités grote neveneffecten zou hebben. Haar oproep had uiteindelijk de oprichting van het ‘Algemeen Comité tot steun aan hongerenden in Sowjet-Rusland’ tot gevolg. Dit comité zou een uitsluitend communistische aangelegenheid zijn.104

De oprichting van comités

Drie weken na de oproep van Gorki werd deze gevolgd door een oproep van Lenin tijdens het derde congres van de Communistische Internationale. Lenin richtte zich in deze oproep specifiek op het internationale proletariaat, waartoe alle arbeiders en kleine boeren toe behoorden. Lenin schreef hier niet over de mogelijke slachtoffers van de hongersnood, maar richt de aandacht op de kapitalisten die bezig waren met het plannen van nieuwe ‘’campagnes, interventie en contrarevolutionaire samenzweringen.105 In deze zelfde maand werd op 16 augustus een internationale conferentie te Genève door verschillende organisaties van het Rode Kruis gesproken over de hulpverlening aan Rusland.106 Tijdens deze vergadering werd het Internationaal Comité voor Russische Hulpverlening opgericht, en onder leiding geplaatst van de Noor Fridtjof Nansen.107 De Zwitserse correspondent van

104 Roman Koot, ‘Een loterijbriefje uit 1921. Peter Alma en de Hongersnood in Rusland’, RKD Bulletin 2 (2012)

96.

105https://www.marxists.org/archive/lenin/works/1921/aug/02.htm Geraadpleegd op 28-06-2020. 106 De Telegraaf, Woensdag 17 Augustus 1921, blz 1.

36

het relatief neutrale Algemeen Handelsblad wekt vooral de indruk dat er tijdens deze vergadering vooral om de hete brij heen werd gedraaid. Hierbij verwees hij onder meer naar de slechte Russische infrastructuur, die hulpverlening zou bemoeilijken, en naar het feit dat er geen vertegenwoordiger van de Sovjet-Unie aanwezig was.108 Tijdens deze vergadering was het echter ‘’verboden te vragen naar den diepere oorzaken van den nood in Rusland’’ om de neutraliteit van het Rode Kruis te waarborgen. Ook werd er naar aanleiding van de vergadering een oproep gedaan aan de Westerse regeringen, aangezien de hulp aan miljoenen hongerden te zwaar was voor het ‘’particuliere initiatief’’.109 Er was echter wel degelijk een politieke achtergrond aangezien de Sovjet-Unie zelf het Al-Russische hongersnood comité had opgericht die de noodhulp moest centraliseren. Het comité werd echter ontbonden toen de Sovjetregering vond dat er teveel niet-bolsjewisten onderdeel uitmaakte van het comité.110 Opvallend aan de Telegraaf in deze periode is dat zij vrijwel de eerste krant is die ooggetuigenverslagen van de hongersnood in hun krant publiceerden. Al op 19 augustus publiceerde deze krant over een bezoek aan een vluchtelingenkamp waar een zeer uitgehongerde man ‘’den hongersnood als het ware symboliseerde’’.111

In de confessionele dagbladen werd er een kritische houding aangenomen richting hulp aan de Sovjet-Unie, maar sijpelde ook het christelijk humanitarisme door. In De Tijd van 10 augustus werd vermeldt dat Zijne Heiligheid de Paus een oproep deed aan alle gelovigen tot gebed en liefdadigheid voor de slachtoffers van de hongersnood. Het ging hier tenslotte over een ‘’christelijk volk’’.112 De dag erop werd de gehele brief, vrij van kritiek op de Sovjetregering, gepubliceerd in dezelfde krant.113Deze oproep betekende echter niet dat alle katholieken direct ongeremd op de liefdadigheid overgingen. Een week na de oproep bracht De Tijd namelijk vernieuwde aandacht naar de Russische staatsschuld in relatie tot de Russische hongersnood. Zoals in het eerste hoofdstuk is besproken, was de annulering van de Russische schulden aan Nederland een belangrijke, hardnekkige factor in de verslechterende betrekkingen tussen Nederland en de Sovjet-Unie. Volgens De Tijd zou het stellen van voorwaarden voor de hulpverlening ‘’de eenige manier wezen om althans iets van de Russische schulden terecht te doen komen’’.114 In de bijdrage van de correspondent van De Tijd in Polen werd zelfs gesuggereerd dat de hongersnood een ‘’middel’’ van hogere hand was ‘’om tot het land der Russen te zuiveren van hun onverantwoordelijke leiders’’.115 In het antirevolutionaire blad De Standaard werd de

108 Algemeen Handelsblad, Vrijdag 19 Augustus, blz. 6. 109 Algemeen Handelsblad, Zaterdag 20 Augustus, blz. 5. 110 De Telegraaf, Donderdag 1 September, blz. 1. 111 De Telegraaf, Vrijdag 19 Augustus, blz. 1. 112 De Tijd, Woensdag 10 Augustus 1921, blz. 1. 113 De Tijd, Donderdag 11 Augustus 1921, blz. 2. 114 De Tijd, Vrijdag 19 Augustus 1921, blz. 6 115 De Tijd, Zaterdag 13 Augustus 1921, blz. 1.

37

hongersnood gebruikt als wapen tegen de Nederlandse communistische partij, tegen Holst in het bijzonder. Zij wordt erop aangevallen dat zij niet toegeeft dat de ‘’schuld van der mislukking bij het communisme ligt’’.116 De verdere internationale berichtgeving van de Standaard omtrent dit onderwerp kan relatief schamel genoemd worden. Dit kan verklaard worden aan de hand van het feit dat protestantse krantenbladen, zoals eerder gesteld, meer binnenlandsgericht waren dan bijvoorbeeld liberale, katholieke of socialistische kranten.

De tegenstelling tussen Het Vaderland en de socialistische pers leek in deze periode feller te worden, maar ook Het Vaderland moest erkennen dat de humanitaire overwegingen hier zwaarwegend waren. In deze krant werd gesteld dat West-Europa ‘’niet onaandoenlijk kan blijven in het gezicht van de ramp’’, maar werd ook gewaarschuwd dat er ‘’vele hinderpalen’’ overwonnen moesten worden. De belangrijkste hindernis was dat de ‘’hulpverleening niet moeten zijn een blazen in de zeilen bolsjewiki’’, maar juist een ‘’zuiver onpolitieke hulpverleening dienen te zijn’’. Ook hier wordt de rol van de regeringen benadrukt.117 Het dilemma of de hulp niet de bevolking, maar juist het Rode Leger ten goede zou komen, bleef een knelpunt in de discussie.118 De Tribune maakte in deze periode vooral beschuldigingen van het massaal verspreiden van leugens over de hongersnood.119 In de editie van 8 augustus richtte ze zich hierbij specifiek op de katholieke en antirevolutionaire, ofwel gereformeerde, pers die de hongersnood als welkom onderwerp zagen voor de verspreiding van hun fantasieën over gruweldaden in de Sovjet-Unie.120 Er werd zelfs gesuggereerd dat de SDAP zich liet beïnvloeden door de hetgeen wat de Tribunisten als desinformatie beschouwden.121 Als reactie op de zogenaamde gruweldaden publiceerde de Tribune een artikel over de gruwelen van het ‘’Hollandsche imperialisme’’, waarin ze hun tegenstanders als hypocriet aftekenden.122 In de artikelen van De Tribune wordt ook duidelijk dat zij veel aandacht besteedde aan nieuws omtrent de binnenlandse hulpverlening in de Sovjet-Unie.123 Het Volk nam in zijn berichtgeving rondom de Sovjet-Unie een beduidend minder positief beeld in. Dit blijkt uit de ruimte die zij gaven voor negatieve berichtgeving over de Sovjet-Unie in de vorm van een interview met een vrijgelaten Amerikaanse gevangene en de oproep van de gematigde socialiste, Katharina Bresjkofskaja, die in Praag in ballingschap verkeerde.124 De afkeuring van de Sovjet-Unie werd ook uitgesproken in een artikel met als ondertitel ‘’Alle bezwaren op zij gezet!’’. In dit artikel werd de Sovjet-Unie verweten nu al ‘’vier jaar lang een stroom 116 De Standaard, Donderdag 1 September, blz. 1.

117 Het Vaderland, Zaterdag 6 Augustus, blz. 1. 118 Het Vaderland, Donderdag 15 September, blz. 2. 119 De Tribune, Zaterdag 6 Augustus, blz. 3.

120 De Tribune, Maandag 8 Augustus, blz. 4. 121 De Tribune, Dinsdag 9 Augustus, blz. 1. 122 De Tribune, Dinsdag 6 September, blz. 1.

123 De Tribune, Maandag 15 Augustus, blz. 3; De Tribune, Dinsdag 16 Augustus. blz. 3. 124 Het Volk, Dinsdag 16 Augustus 1921, blz. 3; Het Volk, Maandag 22 Augustus 1921, blz. 4.

38

van smaad en laster over de sociaal-demokratie en de vakbeweging dier landen’’ hebben uitgestort. Ondanks verdere verwijten van tirannie en het in diskrediet brengen van het socialisme, had de SDAP, waaraan Het Volk verbonden was, de aangesloten partijen van de Tweede Internationale aangespoord de hulpactie voor de verhongerende bevolking te ondersteunen.125 Het feit dat dit artikel op de voorpagina stond, geeft weer hoe sterk dit anti-Sovjet sentiment was onder de lezers van het Volk.

In de periode waarin deze bovenstaande kranten schreven begon de noodhulp langzaam op gang te komen. Het publieke debat, gevoerd in de kranten, werd op sommige vlakken scherper, maar in de meeste kranten werd gemeld dat er wel iets moest gebeuren op het leed van de Russen te verminderen. Een bijzondere focus hierin werd de rol van de nationale regeringen die werden verwacht een positie in te nemen ten opzichte van de humanitaire ramp in de Sovjet-Unie. Zoals geschetst in het tweede hoofdstuk, was het in het periode voor deze crisis voornamelijk de rol geweest van comités en filantropen om geld in te zamelen, of door een onafhankelijke organisatie als het Rode Kruis. In Nederland had de overheid enkel humanitaire actie ondernomen toen er in een crisis ontstond binnen de eigen grenzen in de tijd van de Eerste Wereldoorlog en de Belgische vluchtelingenstroom. In deze context lijkt het nu als overheid geld uit te trekken voor een humanitaire ramp in een ander land dat niet eens erkend werd, lijkt een enorme grote stap te zijn geweest. Met de publicatie van ooggetuigenverslagen, waarmee begonnen werd in de Telegraaf, begon de empathie een geleidelijk belangrijkere rol te spelen ten opzichte van de politieke oorzaken. Hier kan ook een brug geslagen worden met Paulmanns dilemma over ‘’spectatorship and agency’’. Door het publiceren van ooggetuigenverslagen begon de afstand tussen noodlijdende en toeschouwer namelijk ook kleiner te worden. Met ooggetuigenverslagen komen ook onvermijdelijk persoonlijke verhalen, waardoor ook de personificatie van leed waar Kurasawa over sprak aan de orde komt. Het spanningsveld dat bestaat tussen de toeschouwer en de noodlijdende wordt hierdoor minder.

De conferentie in Brussel

Op 6, 7 en 8 oktober kwamen 21 lidstaten, waaronder Nederland, van de Volkerenbond samen in Brussel om te overleggen welke oplossing voor de Russische hongersnood men kon vinden binnen het internationale systeem. De conferentie werd ook bijgewoond door tal van private liefdadigheidsorganisaties. De Sovjet-Unie was buitengesloten van de conferentie. Veel ogen waren

GERELATEERDE DOCUMENTEN