waarheidsgetrouw beeld van haar eigen vader. Woolf heeft verschillende keren getuigenis
afgelegd van zijn karakter. In 1932 vertelt ze hoe hij zichzelf en anderen tot aan zijn dood
teisterde met het denkbeeld dat hij ten aanzien van zijn gezin en zijn werk tekortgeschoten
was, dat hij vrouw en kinderen in hoge mate emotioneel had belast en geen groot denker of
schrijver was, maar een ‘jack of all trades, and master of none’ (54). In zijn biografie (1951:
12) over Leslie Stephen bevestigt Noel Annan dat Woolfs vader zeer ontvankelijk was voor
poëzie. Het kon zijn hele gestel aan het trillen brengen. Mooie passages herhaalde hij al
neuriënd voor zichzelf: ‘playing the band’ noemde Stephen dat.
109
Mr. Ramsay heeft de neiging langere tijd hetzelfde citaat te gebruiken. In deel één
is zijn favoriete kreet: ‘Someone had blundered’ (uit ‘The Charge of the Light
Brigade’ van Alfred Tennyson). In deel drie kiest hij citaten uit William Cowpers
‘The Castaway’: ‘We perished, each alone’ en ‘But I beneath a rougher sea / was
whelmed in deeper gulfs than he’. Zijn bewondering en vervoering zijn groot, toch
is er nog een andere reden voor dit demonstratieve gedrag: Mr. Ramsay roept
poëzieflarden op om zichzelf te ontroeren en is ‘determined to hold fast to something
of this delicious emotion, this impure rhapsody of which he was ashamed, but in
which he revelled’ (28). De dichtregel wordt gedragen door een sterke emotie. Zodra
die vervoering wegebt verandert zijn declamatie in een dissonant en is het ‘as if he
were trying over, tentatively seeking, some phrase for a new mood, and having only
this at hand, used it, cracked though it was. But it sounded ridicilous’ (35). Dit laatste
is een constatering van Mrs. Ramsay. Zij en Lily Briscoe weten allebei wat hij
eigenlijk aan het doen is.
Mr. Ramsay zegt extreem melancholische dingen, maar Mrs. Ramsay neemt hem
niet serieus: ‘all this phrase-making was a game, she thought, for if she had said half
what he said, she would have blown her brains out by now’ (66). Dit is ook Lily's
ervaring: ‘he was acting, she felt, this great man was dramatizing himself’ (142).
Lily kan hem wat afstandelijker bekijken dan zijn vrouw en gaat verder in haar
constateringen: Mr. Ramsay kleineert zijn eigen positie en status van filosoof, hij
laat zich graag troosten door anderen en door zijn eigen frases, alleen om te verbergen
dat hij zich niet durft uit te spreken: ‘It was a disguise; it was the refuge of a man
afraid to own his own feeling, who could not say, This is what I like ‘this is what I
am.’ (45)
Mr. Ramsay's pragmatische benadering van taal wordt bevestigd door zijn
leeshouding. Zijn dochter Cam beschrijft hem terwijl ze naar de vuurtoren zeilen.
Hij is volledig in de ban van zijn lectuur en kijkt alleen uit zijn boek op ‘to pin down
a thought more exactly. That done, his mind flew back again and he plunged into his
reading. He read, she thought, as if he were guiding something, or wheedling a large
flock of sheep, or pushing his way up and up a single narrow path’. (176) Mr. Ramsay
leest met grote concentratie, maar laat zich door het gelezene geen moment van zijn
stuk brengen. Trefzeker leidt hij de woorden als een troep schapen naar een veilig
onderkomen, naar het reservoir waar hij in de toekomst uit zal kunnen putten.
Mr. Ramsay gebruikt woorden op een zeer eenzijdige manier, in tegenstelling tot
Mrs. Ramsay, voor wie taal multifunctioneel is. Dit is gezien hun
ach-tergrond een vrij opmerkelijk gegeven: Mr. Ramsay is filosoof en literatuurliefhebber
en -kenner, Mrs. Ramsay is moeder van acht kinderen.
3.2.2 Mrs. Ramsay ‘had triumphed again’
Mrs. Ramsay kan net als Mr. Ramsay in vervoering raken door terugkerende
taaluitingen. Als niemand haar nodig heeft (de kinderen spelen en de volwassenen
praten) en ze haar aandacht kan richten op haar eigen bezigheden, voelt ze zich één
met het geluid van de brekende golven: ‘the monotonous fall of the waves on the
beach, which for the most part beat a measured and soothing tattoo to her thoughts
and seemed consolingly to repeat over and over again as she sat with her children
the words of some old cradle song, murmured by nature, “I am guarding you - I am
your support”’ (20). De zee fluistert haar een geruststellende boodschap in.
Haar roes komt echter op een heel andere manier tot stand. Waar Mr. Ramsay iets
van de taal afdwingt (het gaat om een ontroering op afroep), laat Mrs. Ramsay zich
overvallen door een impuls van buitenaf. Bij haar zijn het de ritmische geluiden van
de zee die de woorden genereren. Dit geruststellende effect kan opeens in zijn
tegendeel omslaan, dan fluistert de golfslag van de zee geen lieflijk deuntje meer,
maar plotseling en onverwacht, ‘like a ghostly roll of drums remorselessly beat the
measure of life, made one think of the destruction of the island and its engulfment
in the sea...’ (20).
Mrs. Ramsay sluit zich niet af voor het verontrustende effect dat impulsen uit de
buitenwereld kunnen hebben. Ze is zelfs in staat zich volledig te vereenzelvigen met
hetgeen ze waarneemt: ‘Often she found herself sitting and looking, sitting and
looking, with her work in her hands until she became the thing she looked at - that
light for example. And it would lift up on it some little phrase or other which had
been lying in her mind like that “Children don't forget, children don't forget”
-which she would repeat and begin adding to it, It will end, It will end, she said. It
will come, it will come, when suddenly she added, We are in the hands of the Lord.
But instantly she was annoyed with herself for saying that. Who had said it? not
she; she had been trapped into saying something she did not mean.’ (61)
Mrs. Ramsay laat zich overvallen en ontvoeren door berichten die op de bodem
van haar bewustzijn liggen te sluimeren. De inhoud van die berichten wordt bepaald
door de beschermende rol die ze als moeder heeft. Ze probeert zich ervan te overtuigen
dat haar kinderen veilig zijn, maar beseft ook dat er altijd gevaar dreigt en dat ieder
kind grote teleurstellingen met zich mee zal dragen. Wanneer ze zelfs God aanroept
laat ze zich verleiden tot een leugen, maar ze weet zich direct te herstellen. Mrs.
Ramsay is in staat zich over te geven en kwetsbaar op te stellen, en gaat de gevolgen
van die confrontatie niet uit de weg.
111
Uit bovenstaande voorbeelden komt Mrs. Ramsay naar voren als een dromerig,
eenzelvig type. In meer alledaagse situaties, bijvoorbeeld wanneer ze tijdens de
avondmaaltijd haar rol van moeder, echtgenote en gastvrouw vervult, is ze een
daadkrachtig en praktisch mens dat een scherp inzicht heeft in de functionaliteit van
taal. Zo wil ze heel graag weten of Paul en Minta (twee van haar gasten, die ze
probeert te koppelen) al nader tot elkaar zijn gekomen. Ze zijn samen op stap geweest
en arriveren wanneer het diner al aan de gang is. Paul maakt maar één opmerking
over hun dag: ‘We went back to look for Minta's brooch’, en dan weet Mrs. Ramsay
al voldoende. ‘“We” - that was enough for Mrs. Ramsay [...] They'll say that all their
lives, she thought’ (93): het juiste voornaamwoord geeft uitsluitsel over de vraag of
Paul en Minta verloofd zijn; ‘we’ in combinatie met de juiste zegswijze (toon) zegt
Mrs. Ramsay alles. In deze situatie zijn er maar heel weinig woorden nodig om heel
veel te zeggen.
Een ander voorbeeld hiervan betreft het gedrag van de eerzuchtige onderzoeker
In document
Voortgang. Jaargang 25 · dbnl
(pagina 112-115)