• No results found

4. Resultaten

4.2 Deelstudie 2: Resultaten van de interviews

4.2.2 Het materieel

Om als leraar in te groeien in de organisatie van de school is het belangrijk dat een beginnende leraar kennis en toegang heeft tot de materialen en de procedures die nodig zijn voor het lesgeven en het uitoefenen van het beroep. Tijdens de interviews is er daarom bevraagd of de beginnende leraren kennis hebben genomen van de materialen en de procedures binnen de school en of daarbij hulp is aangeboden. Aan de schoolleiders is gevraagd of ze hulp hebben aangeboden aan de beginnende leraren bij het kennisnemen van de materialen en de procedures. Om duidelijk overzicht te krijgen van de resultaten van de beginnende leraren en de schoolleiders wat betreft het thema materieel is in Tabel 23 te zien of het antwoord dat gegeven is tijdens de interviews positief, negatief, gedeeltelijk positief of negatief of zelf vragen/ eigen initiatief is geweest of door wie de hulp is aangeboden. Vervolgens is de uiteindelijke score toegekend.

Tabel 23

Matrix waardering kennisgenomen materialen en procedures door de beginnende (n = 6) leraren en de schoolleiders (n = 6) per school (negatief = 0, gedeeltelijk/ eigen initiatief = 1, positief = 2)

De beginnende leraren geven allemaal aan dat ze kennis hebben genomen van de materialen die nodig zijn voor het lesgeven. Zo zegt Linda, beginnende leraar school 5, het volgende over haar kennis van de materialen: “Ja, ook gewoon super. Ja daar moet je in groeien, maar dat weet ik nu gewoon allemaal.”. Ook Mark, beginnende leraar school 6, zegt over de kennis van de materialen: “Ja, heel erg bekend collega’s komen naar mij toe hoe de muziekinstallatie werkt, dingen op de tablets, computers…”. Hoe de beginnende leraren kennis hebben genomen van de materialen geven de meeste leraren aan dat dit vanuit eigen initiatief en zelf vragen aan collega’s is geweest. Zo zegt Lisette, beginnende leraar school 2, hierover: “Ja, zelf uitzoeken, zelf vinden, vragen aan collega’s.”.

De schoolleiders geven allemaal aan dat de beginnende leraren worden geholpen bij het kennisnemen van de materialen door de collega’s. Zo heeft de schoolleider van school 5 het

Kennisgenomen van de materialen Aangeboden hulp bij de materialen door … Kennisgenomen van de procedures Aangeboden hulp bij de procedures door … Totaalscore Schoolleiders

School 1 / Collega’s / Onbekend

School 2 / Collega’s / Schoolleider/

collega’s

School 3 / Collega’s / Schoolleider/

collega’s

School 4 / Collega’s / Geen

School 5 / Collega’s / Collega’s

School 6 / Collega’s / Schoolleider

Beginnende leraren

School 1 Positief Eigen initiatief Positief Eigen initiatief 6

School 2 Positief Eigen initiatief Gedeeltelijk Eigen initiatief 5

School 3 Positief Eigen initiatief Positief 5

School 4.1 Positief Eigen initiatief Gedeeltelijk Eigen initiatief/ schoolleider

5 School 4.2 Positief Eigen initiatief Gedeeltelijk Eigen initiatief/

collega’s

5

School 5 Positief Positief/ collega’s Positief Positief/ collega’s 8

48 volgende aangegeven: “Daarvoor hebben we dan wel iemand, een directe collega die daarin kan ondersteunen. Ja en iedereen staat altijd open voor vragen.” Ook de schoolleider van school 3 heeft aangegeven dat een collega daarin ondersteund: “Dat is vaak omdat het gemakkelijk is een duobaan, dus de duo vangt in het begin vaak veel op en draagt het over naar de startende leerkracht.”. Deze kennisname betreft vooral dat de beginnende leraren weten welke methodes er gebruikt worden en waar de materialen liggen. De schoolleider van school 5 benoemt dit als volgt: “Het is ook gewoon vanuit mij, dat ik vraag: ‘lukt het, heb je wat nodig?’ en dan kan je gemakkelijk iemand verwijzen van die methode of die materialen liggen daar.”

Naast de kennis van de materialen is ook de kennis over de procedures, bijvoorbeeld oudergesprekken, ondersteuningsprotocollen en de brandoefening, van belang in het ingroeien in de organisatie. De opgedane kennis over de procedures (in elk interview zijn dezelfde voorbeelden over procedures gegeven) bij de beginnende leraren is zeer wisselend, sommigen geven aan deels kennis ervan te hebben genomen, anderen helemaal of juist niet. Zo geeft Lisette, beginnende leraar school 2, aan dat ze weinig kennis heeft opgedaan over de procedures: “Ik vind het summier, als je zelf niet opzoek gaat naar of vraagt dan word je daar niet zelf op de hoogte gebracht van.”. Daarentegen geeft Lena, beginnende leraar school 3, juist aan wel op de hoogte te zijn gebracht: “Ja, eigenlijk in alles meegenomen inderdaad. Dat op het moment dat er iets speelt dan wordt het eigenlijk met het hele team besproken en ben je meteen op de hoogte.”.

De hulp die de beginnende leraren ervaarden bij het kennis nemen van de procedures verschilt hierdoor ook sterk, van vanuit eigen initiatief, naar hulp van collega’s of de schoolleiders (zie Tabel 23). De schoolleiders zijn ook sterk wisselend in het aanbieden van hulp bij het kennisnemen van de procedures. Zo heeft de schoolleider van school 1 hier niks voor georganiseerd: “Dat is niet georganiseerd. Ik hoop wel dat ze die informatie bij de

parallel-collega’s krijgt, maar het is niet vanuit mij, de directie, georganiseerd dat ze dat krijgen.”. De schoolleider van school 6 geeft daarentegen aan dat de beginnende leraren en de rest van het team hierover worden geïnformeerd: “Ja, daar wordt men allemaal over geïnformeerd, bijvoorbeeld de brandoefening, het ontruimingsprotocol zeg maar, dat wordt ieder jaar opnieuw verspreid onder alle collega’s ook bij hun.”.

Naast dat het voor een beginnende leraar belangrijk is om toegang en kennis te hebben tot het materiaal en de procedures, is het ook van belang dat een beginnende leraar tijd krijgt om te overleggen met collega’s over de lessen en de toetsen. Daarnaast is een ander aspect van het ingroeien in de organisatie dat de beginnende leraar voldoende tijd heeft om de klas en de lessen te organiseren. Om een helder overzicht te krijgen van de resultaten omtrent het hebben van overleg tijd en het ervaren van voldoende tijd, is in Tabel 24 een overzicht te zien van de resultaten van de beginnende leraren en de schoolleiders. Hierin staat of het antwoord vanuit de interviews positief, negatief, gedeeltelijk positief of negatief, of onbekend. Vervolgens is op basis van deze verdeling de uiteindelijke score toegekend.

Tabel 24

Matrix waardering overleg tijd en voorbereidingstijd door de beginnende leraren (n = 6) en schoolleiders (n = 6) per school (negatief = 0, gedeeltelijk/ onbekend = 1, positief = 2)

Tijd om te overleggen Voldoende voorbereidingstijd voor de

klas en de lessen

Totaalscore

Schoolleiders

School 1 Positief Onbekend 3

School 2 Positief Positief 4

School 3 Positief Positief 4

School 4 Positief Negatief 2

School 5 Negatief Positief 2

School 6 Positief Onbekend 3

Beginnende leraren

School 1 Positief Negatief 2

School 2 Gedeeltelijk Gedeeltelijk 2

School 3 Gedeeltelijk Negatief 1

School 4.1 Positief Gedeeltelijk 3

School 4.2 Positief Negatief 2

School 5 Negatief Gedeeltelijk 1

50 De beginnende leraren geven wisselend antwoord op de vraag of er tijd is om te overleggen met collega’s. Zo heeft de beginnende leraar van school 5 het volgende aangegeven: “Dat is een dingetje, nee weinig. We hebben dan wel bouwvergaderingen en teamvergaderingen, maar die heb je 1 keer in de maand. Nee, dat is weinig, je doet het veel alleen toch wel.”. Daarentegen benoemt Laura van school 1 wel voldoende overlegtijd: “Ja, een keer in de week doen we een paralleloverleg met de collega’s en een keer in de maand de bouwvergaderingen 5 en 6.”. De reacties op de vraag of er tijd is om te overleggen waren dus erg wisselend. De schoolleiders van vijf van de zes scholen (school 1, 2, 3, 4 en 6) geven aan dat de beginnende leraren tijd krijgen om te overleggen met collega’s over de lessen en de toetsen. De schoolleider van school 5 heeft daarentegen het volgende gezegd: “Nee, daar hebben we ook helemaal geen geld voor.”.

Bij de vraag of de beginnende leraren voldoende tijd ervaren om de klas en de lessen voor te bereiden heeft een deel van de leraren aangegeven voldoende tijd te hebben en de andere leraren gaven aan onvoldoende tijd te hebben. Zo heeft Lieke van school 4 het volgende hierover gezegd: “Ik denk dat niemand dat heeft. In het begin was ik echt nog wel ’s avonds thuis gewoon nog bezig en in het weekend ook, maar nu gaat dat wel beter moet ik zeggen, maar alsnog kom je gewoon niet aan alles toe.”. De schoolleiders hebben vaker dan de beginnende leraren aangegeven dat ze het idee hebben dat de beginnende leraren voldoende tijd hebben of dat ze het niet zeker weten of de beginnende leraar voldoende tijd heeft. Zo heeft de schoolleider van school 1 aangegeven dat ze het niet zeker weet: “Ja dat vind ik moeilijk in te schatten of dat voldoende is. Als ik aan L. denk, is het wel iemand die heel veel uren maakt, dat weet ik dus niet.”.

4.2.3 De organisatie

Om in te groeien in een school als organisatie is een belangrijk aspect dat de beginnende leraar kennisneemt van de organisatiestructuur binnen de school, welke rollen zijn er, wie neemt welke positie in en wat zijn de formele taken. Daarbij is het van belang dat de beginnende leraar weet bij wie hij of zij bepaalde vragen kan stellen. In Tabel 25 is een overzicht te zien van de resultaten rondom de bekendheid van de organisatiestructuren binnen de scholen door de beginnende leraren en de schoolleiders per school. Hierin staat of het antwoord vanuit het interview positief of negatief is met de uiteindelijk toegekende score.

Tabel 25

Matrix waardering bekendheid organisatiestructuur door de beginnende leraren (n = 6) en de schoolleiders (n = 6) per school (negatief = 0, gedeeltelijk = 1, positief = 2)

Bekendheid met organisatiestructuur

Kennis over waar je met vragen terecht kunt

Totaalscore Schoolleiders

School 1 Positief Positief 4

School 2 Positief / 2

School 3 Positief Positief 4

School 4 Positief Positief 4

School 5 Positief / 2

School 6 Positief Positief 4

Beginnende leraren

School 1 Positief Positief 4

School 2 Positief Negatief 2

School 3 Positief Positief 4

School 4.1 Positief Positief 4

School 4.2 Positief Positief 4

School 5 Positief Positief 4

School 6 Positief Positief 4

De beginnende leraren hebben tijdens de interviews allemaal aangegeven dat ze bekend zijn met de organisatiestructuur. Mark, de beginnende leraar van school 6, heeft hierover het volgende gezegd: “Ja, volledig. Je hebt de directie en de specialisten, geen idee of dat aan mij specifiek is uitgelegd of er zelf achter ben gekomen op vergaderingen. In zo een school, gemiddelde grootte qua school in één gebouw is het ook geen hogere wiskunde om te weten wie

52 wat doet.”. Hierbij geven ook de schoolleiders aan dat er binnen de scholen heldere organisatiestructuren zijn en dat deze structuren over het algemeen bekend zijn bij de beginnende leraren.

Door de heldere organisatiestructuren en de bekendheid met de organisatiestructuren van de beginnende leraren, geven de beginnende leraren aan dat ze weten bij wie ze terecht kunnen met verschillende vragen. Eén beginnende leraar, Lisette van school 2, heeft aangegeven dat ze het nog wel lastig vindt bij wie ze terecht moet met bepaalde vragen: “Ik vind zoals we het nu hebben met die specialisten nog heel erg zoeken. Ik loop nog heel vaak gelijk naar S., de ib’er of de zorgcoördinator en dan word je teruggefloten en dan moet je eerst naar een specialist en ik vind dat nog weleens lastig, want die staan zelf voor de klas.”.