• No results found

Het dilemma blijft

Hoofdstuk 6 Naar een typologie: handelingsstrategieën van ex-prostituees 6.1 Inleiding

6.4. Instrumentalisten 1 Handelingsstrategie

6.5.2. Het dilemma blijft

Kenmerkend voor de Ambivalenten is dat het dilemma, waarvoor de reguliere en

prostitutiewereld hen stelt, ‘blijvend’ is. De Ambivalenten blijven, wanneer zij in de prostitutie gaan werken, lang vasthouden aan betekenissen en normen uit de reguliere wereld. Tijdens hun werk verandert hun visie op een aantal onderwerpen en soms, vooral bij de Ambivalenten I, ook hun handelen. Toch kiezen de Ambivalenten I wanneer zij zijn gestopt met de prostitutie, grotendeels weer voor de reguliere betekenissen en normen. Desondanks blijven zij zich vragen stellen en zich bezighouden met de betekenissen en normen die zij in de prostitutie hebben geleerd en proberen zij deze te integreren in hun identiteit. De Ambivalenten II lukt het zowel tijdens als na de prostitutie niet om de reguliere wereld los te laten. Dit betekent dat zij tijdens hun werk in de prostitutie telkens tegen een morele grens aanlopen: zij zijn het niet eens met wat zij doen. Na de prostitutie keuren zij dientengevolge hun eigen ervaring in de

prostitutie af, met gevoelens van teleurstelling en verbittering als gevolg. De Ambivalenten I proberen wel hun nieuwe denkbeelden te integreren in hun handelen, maar blijven zich tegelijkertijd meten aan de maatstaven van de reguliere wereld. Dit betekent bijvoorbeeld dat zij door hun ervaring in de prostitutie een ander beeld hebben ontwikkeld van status, maar het tegelijkertijd na de prostitutie toch willen ‘maken’ in de maatschappij, die vaak uitgaat van de oude definitie van status (goede baan, goed inkomen, et cetera). Op beroepsmatig gebied wordt dit versterkt door het feit dat bij de Ambivalenten, net als bij de Autonomen, de eigen identiteit sterk verbonden is met het beroep dat zij uitoefenen. De combinatie van dit arbeidsethos én het feit dat de Ambivalenten vooral betekenissen en normen van de reguliere wereld aanhangen, maakt dat het voor hen moeilijk is om prostitutie als een beroep te zien. Het feit dat de

Ambivalenten de betekenissen en normen van de reguliere wereld als referentiekader blijven gebruiken, houdt in dat zij moeite hebben met de nieuwe visie die zij door hun werk in de prostitutie ontwikkelen. Hierdoor lukt het niet deze nieuwe visie te vertalen naar het eigen handelen en krijgt de nieuwe visie vaak een negatieve interpretatie. Dit geldt overigens voor de Ambivalenten II sterker dan voor de Ambivalenten I.

Het zelfvertrouwen dat de Ambivalenten opbouwen tijdens hun werk in de prostitutie kunnen zij moeilijk vertalen naar andere situaties. Daarnaast maken veel respondenten in dit profiel melding van een flinke daling in het zelfvertrouwen wanneer zij stoppen met werken in de prostitutie. Voor de Ambivalenten II is hun zelfvertrouwen voornamelijk verbonden aan de macht die zij voelden over hun klanten. Hun zelfvertrouwen is dus verbonden aan een voor de prostitutiewereld kenmerkende machtsrelatie en dus niet primair aan de eigen persoon.

Wanneer deze machtsrelatie namelijk wegvalt, valt ook het zelfvertrouwen weg. Veel andere respondenten noemen macht ook een aantrekkelijk aspect van het werk, maar plaatsen dit minder centraal. Voor hen is het geen primaire basis voor zelfvertrouwen. Ook het vertrouwen dat de Ambivalenten in andere mensen hebben, wordt beïnvloed door het feit dat zij hun ervaringen niet goed weten te vertalen in nieuwe handelingen. Zij blijven steken in het dilemma en dit doet hun zelfvertrouwen geen goed. Het veranderde mensbeeld dat in het vorige hoofdstuk is behandeld, vertalen zij bijvoorbeeld op een negatieve wijze. De confrontatie met de harde kanten van mensen heeft geleid tot het motto: ´mensen zijn in principe niet te vertrouwen´. Het subprofiel Ambivalenten I ziet hierbij de charme van (sociaal- maatschappelijke) spelletjes wel in; het aannemen van rollen of houdingen in bepaalde situaties (zoals werk) kan deze respondenten nog wel bekoren en wordt door hen niet per se als slecht of onecht beoordeeld. Het subprofiel Ambivalenten II voelt zich met name sterk geconfronteerd met de slechtheid en onechtheid van mensen en ontleent weinig bekoring aan eventuele spelletjes.

De Ambivalenten verliezen hun respect voor en vertrouwen in mannen. Er is soms sprake van minachting en afwijzing. Ten opzichte van vrouwen is er vaak sprake van een bepaalde terughoudendheid, maar de Ambivalenten benadrukken wel de kracht van vrouwen. Ook bij de visie van de Ambivalenten op het gebied van liefde en seksualiteit zien we een ambivalente houding. De Ambivalenten vinden seks en liefde verwarrend. Veelal hebben zij er redelijke traditionele opvattingen over: het hoort bij elkaar. Door de ervaring in de prostitutie hebben zij hier echter ook vraagtekens bij gezet. De Ambivalenten I zoeken bij elkaar passende antwoorden, maar dat blijft een zoektocht, of zij nu wel of geen relatie hebben. De

Ambivalenten II hadden een traditioneel beeld van de liefde, seks en relaties, voelen zich daar overwegend volledig in teleurgesteld en wijzen relaties vaak af. Dat heeft uiteraard ook te maken met het geringe vertrouwen in mensen, dat hierboven is beschreven.

Concluderend kan gesteld worden dat de Ambivalenten zich veel vragen stellen bij de – vaak – tegengestelde normen en betekenissen van de reguliere en prostitutiewereld. Zij wikken en wegen en blijven zoeken naar een evenwicht waarin zij zich comfortabel voelen. Het lukt hen echter niet om de verschillende betekenissen en normen van beide werelden te integreren in hun eigen identiteit.

6.6. Ter afronding

In dit hoofdstuk heb ik voor de invalshoek van handelingsstrategieën gekozen om de diversiteit aan informatie op een meer algemeen niveau te brengen. Deze handelingsstrategieën zijn beschreven als de basishouding van de respondenten ten opzichte van prostitutie en de wijze waarop zich deze basishouding uit in het handelen van de respondenten in verschillende situaties, die door de prostitutie zijn beïnvloed.

De basishouding van de respondenten is omschreven als autonoom, instrumenteel of ambivalent. Hierbij verschilt de invulling bij twee profielen - de Autonomen en de Ambivalenten – waardoor bij deze twee profielen subprofielen zijn onderscheiden. De handelswijzen ten opzichte van verschillende onderwerpen en in verschillende situaties, worden door de profielen verschillend ingevuld. Zo relativeren de Autonomen het stigma, distantiëren de Instrumentalisten zich ervan en identificeren de Ambivalenten zich met het stigma. De Autonomen integreren prostitutie in de eigen identiteit, de Instrumentalisten

brengen een scheiding aan tussen hun identiteitsontwikkeling en de ervaring in de prostitutie en de Ambivalenten twijfelen hiertussen. De Ambivalenten en Autonomen spiegelen zich aan de betekenissen en normen uit de reguliere en prostitutiewereld; de Instrumentalisten niet. De Ambivalenten zien geen kans om de betekenissen en normen waaraan zij zich spiegelen te integreren, waar de Autonomen dit wel kunnen.

Met dit hoofdstuk sluit ik het onderzoeks- en analysedeel van deze studie af. In het volgende hoofdstuk kijk ik terug op mijn onderzoek en een aantal essentiële keuzes die ik als

Hoofdstuk 7 Slotbeschouwing