Bewoners
Thema 1: Sociaal contact
Ik ord s o hte ds geholpe et aa klede
Ik vind het vervelend dat ik mijzelf niet kan verplaatsen Iedere dag is hetzelfde, eentonig
Soms komen er mensen langs en gaan wij sjoelen of doen hersengymnastiek. Soms is er een borrelmiddag, dat zorgt wel voor afleiding, leuk.
Goede zusters. Jammer genoeg gaat er één zuster weg. Goed, rustig, leuk gezelschap (doorbrengen tijd in huiskamer)
Veel mensen gaan terug naar hun kamer. Dat snap ik niet echt, wat moet je daar nou doen?
Soms praten mensen tegen mij, maar snap ik niet waar ze het over hebben omdat ze moeilijk praten. In je eentje zitten is ook niets.
Gezellig, er zijn wel eens meningsverschillen maar dat deert niet.
Er zitten fijne mensen aan tafel, maar het beste contact heb ik met mijn rechter buurvrouw. Het contact met het personeel is goed. Ik vind het soms wel wennen als er nieuw personeel komt. Ik krijg wel eens bezoek maar niet zo veel.
Sociaal contact is prima, er zijn geen irritaties.
Soms maak ik een praatje met een buurvrouw, dan ga ik aan hun tafel zitten.
Als ik bezoek heb ga ik op mijn kamer zitten om goed te kunnen praten en om de meegenomen kleding op te kunnen bergen.
Een borreluurtje is gezellig, maar de meeste mensen lukt het niet om te praten. Er wordt weinig gedaan in de huiskamer.
Ik vind het niet fijn om in de huiskamer te zitten, ik vind het storend dat anderen de weg kwijt zijn en heb onvoldoende aanspraak.
Er is maar één persoon waar ik een normaal gesprek mee kan voeren.
Ik krijg regelmatig bezoek van vrienden en familie en ga dan in de Ridderzaal zitten, omdat het veel gezelliger is en er wordt veel meer gepraat. Je kunt daar koffie en thee krijgen en in de huiskamer niet.
Er is te weinig personeel om geholpen te worden.
)e hale e uit ed e da rage ze: heeft u lekker geslape ? e dat slappe gelul.
Goed contact met de verzorging, maar met de mensen aan tafel is geen zinnig gesprek te voeren. Er is te weinig verplegend personeel, waardoor zij weinig hebben voor de mensen.
Ik eet alle maaltijden op mijn eigen kamer.
Ik doe geen activiteiten in de huiskamer. Ik doe puzzelen (puzzelboekjes), de krant lezen en boeken lezen. Ik ga soms naar buiten met de verzorging en familie.
Ik eet alleen met feestdagen in de huiskamer.
Ik hou niet van dat gekakel, ik heb alleen contact in de wandelgangen. Ik ga zo gauw mogelijk weer weg.
De verpleging is klote en chagrijnig (op één na).
Ik ga niet opeen andere plek zitten (aan andere tafel), omdat zij er al langer zitten en ik voel me een klein beetje buitengesloten.
Ik heb weinig contact met bewoners. De mensen zijn niet gelijkwaardig, gek, zwaar gestoord. Ze kunnen niet praten. Ze zitten te dutten, kwijlen en worden gevoerd.
Eén à twee keer per week van dochter. Ik ga dan mee naar mijn dochter in Naarden. Als zij hier zijn zitten wij op de kamer.
Zicht is een belemmering. Lezen en televisie kijken gaat niet meer. Dit vind ik niet zo erg. Bij sommige activiteiten kan ik niet meedoen (vanwege visus), maar ga ik toch mee voor de gezelligheid.
Meer gezelligheid in huiskamer, meer radio aan, allerlei muzieksoorten (marsmuziek)
84 maar niet zien (geen behoefte aan). Het is genoeg zo, meer contact niet wenselijk.
Ik heb het niet naar mijn zin. Ik wordt niet goed verzorgd.
Verder ben ik niet zoveel in de huiskamer, omdat ik het niet prettig vind. Sommige mensen zitten te mopperen.
Ik maak gewoon een praatje.
Om met andere mensen te praten ga ik wel eens naar de ridderzaal omdat daar meer mensen zijn. Op zondag kies ik of ik naar de kerkdienst ga of dat ik met familie ga zitten.
Ik vind het in de Ridderzaal gezelliger en het is een grotere ruimte. Er zijn meer mensen om mee te praten.
De oude medewerkers wisten precies wat ik nodig had. Dhr. gaat met mw. in de Ridderzaal ontbijten.
Mw. gaat op dinsdag mee met vrijwilligers wandelen (wandelclub).
Mw. heeft geen verbaal contact met medebewoners, non-verbaal minimaal. Ik ben op de drie eetmomenten in de huiskamer.
Er zijn geen activiteiten in de huiskamer waar ik aan mee doe. Ik ben niet zo van activiteiten in een groep.
Ik zou meer sociale contacten en gezelligheid willen.
Er wordt weinig gezegd aan tafel. Ik praat zelf ook moeilijker en zit soms te slapen.
Ik krijg veel bezoek. Mijn mw. is er iedere dag. Mijn zoon tweemaal per week, kleindochter en vrienden. Ik krijg ook nog bezoek van medebewoners van de vorige afdeling waar ik verbleef. De huiskamer is ongezellig in de middag, er zitten weinig mensen.
Thema 2: Toegankelijkheid activiteiten
Ik vind het vervelend dat ik mijzelf niet kan verplaatsen Iedere dag is hetzelfde, eentonig
Ik heb alleen niets te zeggen en heb veel te accepteren
Soms komen er mensen langs en gaan wij sjoelen of doen hersengymnastiek. Soms is er een borrelmiddag, dat zorgt wel voor afleiding, leuk.
Ik kan alles goed zien. Ik zit altijd bij het raam.
Goed, rustig, leuk gezelschap (doorbrengen tijd in huiskamer) Ik zie kleine dingetjes minder goed.
Ik luister soms naar de radio, naar dat praatprogramma. Ik lees graag tijds hrifte o er auto s e otore . Soms kijk ik ook televisie.
Voldoende verlichting om te lezen, maar er moet wel voldoende zonlicht zijn. Meer licht om te kunnen lezen.
Makkelijker bij de tafel kunnen komen om tijdschriften te lezen
Ik lees wel tijdschriften over sport en natuur, maar dan moeten ze wel in de huiskamer liggen. Er wordt weinig gedaan in de huiskamer.
Ik vind de inrichting van de huiskamer eentonig. Er is genoeg licht om te eten en te lezen.
Ik vind het niet fijn om in de huiskamer te zitten, ik vind het storend dat anderen de weg kwijt zijn en heb onvoldoende aanspraak.
Er is maar één persoon waar ik een normaal gesprek mee kan voeren.
Ik krijg regelmatig bezoek van vrienden en familie en ga dan in de Ridderzaal zitten, omdat het veel gezelliger is en er wordt veel meer gepraat. Je kunt daar koffie en thee krijgen en in de huiskamer niet.
Er is te weinig personeel om geholpen te worden. Tekenen vind ik leuk.
Ik heb altijd een boek bij de hand.
85 Net voldoende om te lezen, afhankelijk van waar je gaat zitten.
Alles uit de huiskamer eruit, vaste plekken om bij het licht te kunnen gaan zitten om te lezen en schrijven.
Dhr. is een buitenmens en echtgenote neemt dhr. vaak mee naar buiten.
Dhr. brengt weinig tijd door in de huiskamer omdat geluid en andere prikkels vermoeiend zijn. Ook door geschreeuw en mensen die slapen nodigt dit niet uit.
Er is te weinig verplegend personeel, waardoor zij weinig hebben voor de mensen. De krant lezen gaat moeilijker.
De verpleging is klote en chagrijnig (op één na).
Ik ga niet opeen andere plek zitten (aan andere tafel), omdat zij er al langer zitten en ik voel me een klein beetje buitengesloten.
Verlichting is normaal, hoeft niet lichter.
De kleur van de muur komt op je af. Ik hou meer van zachtere kleuren (gebroken wit, dat ben ik altijd gewend).
Het stoort me ook dat er personeel wordt wegbezuinigd.
Ik heb een aandoening waardoor ik moeite heb met het vastpakken van voorwerpen. Hierdoor duurt het soms lang voordat iets lukt. Hier vraag ik hulp bij en dat heb ik geaccepteerd.
Er is weinig tijd om geholpen te worden. Vanwege bezuinigingen zijn er soms minder of nieuwe mensen die niet precies weten wat ik nodig heb.
Mw. gaat op dinsdag mee met vrijwilligers wandelen (wandelclub). Goed, ik kan alles goed zien. Fijn dat ik bij het raam zit.
Er wordt weinig gezegd aan tafel. Ik praat zelf ook moeilijker en zit soms te slapen. De huiskamer is ongezellig in de middag, er zitten weinig mensen.
Thema 3: Fysieke omgeving
Ik voel mij hier op mijn gemak
Soms komen er mensen langs en gaan wij sjoelen of doen hersengymnastiek. Soms is er een borrelmiddag, dat zorgt wel voor afleiding, leuk.
Inrichting is niet te vol, gezellig.
Ik kan alles goed zien. Ik zit altijd bij het raam. Kleur huiskamer is prima.
Al die ongebruikte rommel op mijn kamer. Leuke inrichting, de plantjes staan vrolijk.
Voldoende verlichting om te lezen, maar er moet wel voldoende zonlicht zijn. Moeten niet te felle kleuren zijn.
Meer licht om te kunnen lezen.
Makkelijker bij de tafel kunnen komen om tijdschriften te lezen.
Als ik bezoek heb ga ik op mijn kamer zitten om goed te kunnen praten en om de meegenomen kleding op te kunnen bergen.
Ik lees wel tijdschriften over sport en natuur, maar dan moeten ze wel in de huiskamer liggen. Ik vind de inrichting van de huiskamer eentonig.
Er is genoeg licht om te eten en te lezen.
Ik vind het niet fijn om in de huiskamer te zitten, ik vind het storend dat anderen de weg kwijt zijn en heb onvoldoende aanspraak.
Leukere schilderijen en bloemen. Ik ga zo gauw mogelijk weer weg.
Ik krijg regelmatig bezoek van vrienden en familie en ga dan in de Ridderzaal zitten, omdat het veel gezelliger is en er wordt veel meer gepraat. Je kunt daar koffie en thee krijgen en in de huiskamer niet.
Ik heb geen moeite met lezen in de huiskamer. Het is te verdragen.
86 Net voldoende om te lezen, afhankelijk van waar je gaat zitten.
Alles uit de huiskamer eruit, vaste plekken om bij het licht te kunnen gaan zitten om te lezen en schrijven.
Wordt leuk versierd met Sinterklaas en kerst. De krant lezen gaat moeilijker.
Ik ben er niet zo graag
Verlichting is normaal, hoeft niet lichter.
De kleur van de muur komt op je af. Ik hou meer van zachtere kleuren (gebroken wit, dat ben ik altijd gewend).
Ik wil vroeg naar bed omdat ik vermoeid raak (vanwege ogen). Goede huiskamer, geeft een goed gevoel.
Verlichting wel goed zo, niet meer nodig.
Gezelligheid moeten de bewoners en de verzorging zelf maken. Het gaat niet om de inrichting. Ik vind het fijn dat ik een vaste plek heb aan tafel.
Verlichting is vernieuwd en verbeterd. Was voorheen donkerder.
De andere huiskamer (Balije) is veel gezelliger dan afdeling Prinsemarij. Mensen kunnen nog zelf lopen rollator en de inrichting is anders.
Goed, ik kan alles goed zien. Fijn dat ik bij het raam zit.
De huiskamer is ongezellig in de middag, er zitten weinig mensen.
Thema 4: Veiligheid met betrekking tot sfeer (zien doet handelen, mensen worden uitgenodigd tot doen van activiteiten)
Iedere dag is hetzelfde, eentonig. Ik voel mij hier op mijn gemak.
Ik heb alleen niets te zeggen en heb veel te accepteren.
Soms komen er mensen langs en gaan wij sjoelen of doen hersengymnastiek. Soms is er een borrelmiddag, dat zorgt wel voor afleiding, leuk.
Goede zusters. Jammer genoeg gaat er één zuster weg. Goed, rustig, leuk gezelschap (doorbrengen tijd in huiskamer)
Veel mensen gaan terug naar hun kamer. Dat snap ik niet echt, wat moet je daar nou doen? Sociaal contact is prima, er zijn geen irritaties.
Soms maak ik een praatje met een buurvrouw, dan ga ik aan hun tafel zitten. Een borreluurtje is gezellig, maar de meeste mensen lukt het niet om te praten.
Ik lees wel tijdschriften over sport en natuur, maar dan moeten ze wel in de huiskamer liggen. Er wordt weinig gedaan in de huiskamer.
Ik vind het niet fijn om in de huiskamer te zitten, ik vind het storend dat anderen de weg kwijt zijn en heb onvoldoende aanspraak.
Er is maar één persoon waar ik een normaal gesprek mee kan voeren. Er is te weinig personeel om geholpen te worden.
Muziek luisteren. Ik houd van moderne jazz, maar niet iedereen vind dat leuk. We wisselen altijd van muziek.
Alles uit de huiskamer eruit, vaste plekken om bij het licht te kunnen gaan zitten om te lezen en schrijven.
Goed contact met de verzorging, maar met de mensen aan tafel is geen zinnig gesprek te voeren. Wordt leuk versierd met Sinterklaas en kerst.
Er is te weinig verplegend personeel, waardoor zij weinig hebben voor de mensen. Ik ga zo gauw mogelijk weer weg.
De verpleging is klote en chagrijnig (op één na).
Ik ga niet opeen andere plek zitten (aan andere tafel), omdat zij er al langer zitten en ik voel me een klein beetje buitengesloten.
87 Dhr. brengt weinig tijd door in de huiskamer omdat geluid en andere prikkels vermoeiend zijn. Ook door geschreeuw en mensen die slapen nodigt dit niet uit.
Thema 5: Routines
Ik ord s o hte ds geholpe et aa klede Iedere dag is hetzelfde, eentonig
Veel mensen gaan terug naar hun kamer. Dat snap ik niet echt, wat moet je daar nou doen? Ik kan alles goed zien. Ik zit altijd bij het raam.
Af en toe maak ik buiten een rondje of ga ik naar het restaurant en ga ik een sigaret roken. s O hte ds aar het toilet, ta de poetse , s here , da aar de huiska er oor het o t ijt. Fysiotherapie
)e hale e uit ed e da rage ze: heeft u lekker geslape ? e dat slappe gelul. Ik eet alle maaltijden op mijn eigen kamer.
Ik ga ontbijten en dan blijf ik daar zitten.
Ik wil vroeg naar bed omdat ik vermoeid raak (vanwege ogen). Ik ben alleen in de huiskamer als er geen activiteiten of familie zijn.
Ik heb het niet naar mijn zin. Ik wordt niet goed verzorgd. Ik zie slecht (2x staaroperatie, nu bril dragend). Ik wil eerder naar het toilet. Het stoort me dat ik niet de zorg krijg op de momenten dat ik het nodig heb bij de toiletgang.
88
Verplegend personeel
Thema 1: Sociaal contact
Vanaf half 8 komen de bewoners ontbijten. Naast de maaltijden worden twee keer in de week een aantal activiteiten aangeboden (bingo, vragenspelletje/hersengymnastiek).
Door alle bezuinigingen kan ik de bewoners niet de zorg en aandacht geven die zij verdienen. Contact met de bewoners is goed, voelt alsof ze mijn kinderen zijn.
Onderling contact tussen bewoners is er niet veel, alleen aan de tafels waar zij aan zitten.
Als er onderling contact is, is het vaak op dezelfde tafel (aan het raam). Wel blijven de gesprekken altijd oppervlakkig.
Er zijn maar drie bewoners die zelfstandig kunnen gaan en staan waar zij willen, waaronder twee bewoners met een elektrische rolstoel. Mensen zitten al jaren aan dezelfde tafel. Het sociale aspect is wel beperkt, ik denk onder andere hierdoor.
Door de indeling van de ruimte is iedereen verplicht om mee te doen of mee te luisteren met een activiteit. De verpleging is erg druk, wat het moeilijk maakt om te signaleren wie wel of niet bij de activiteit aanwezig wil blijven.
Ik zou hoekjes creëren aan de hand van de wensen en behoeften van de bewoners.
Ik ervaar het contact positief, maar ik heb vooral contactmomenten bij de verzorging van de bewoners. Wanneer zij in de huiskamer zitten heeft het verplegend personeel erg weinig tijd voor persoonlijke aandacht.
Er is wel contact, maar vrij weinig en beperkt zich tot de eigen tafel.
Het contact met tussen mij en de bewoners is goed. Ik sta ook wel eens in de keuken, dus ben ik veel in de huiskamer aanwezig.
Contact tussen mij en de bewoners is prima.
Contact tussen bewoners onderling is beperkt. Mensen zitten in zichzelf gekeerd. Dit heeft natuurlijk ook te maken met de achterliggende gezondheidsproblematiek. Er zitten mensen die een CVA hebben gehad, mensen die moeizaam praten of slaperig zijn.
Er zou meer tijd moeten zijn om activiteiten te begeleiden. Meer 1 op 1 tijd hebben voor de mensen. Zet hier maar een uitroepteken achter, want dit vind ik erg belangrijk.
Thema 2: Toegankelijkheid activiteiten
Tijdens het uitvoeren van activiteiten in de huiskamer zijn er geen problemen met de ruimte. Als de activiteitenbegeleidster er is wordt de middelste of de tafel aan de muur gebruikt.
Sommige lampen kunnen niet aan en deze kunnen niet verplaatst worden wanneer de tafels worden verschoven.
Door alle bezuinigingen kan ik de bewoners niet de zorg en aandacht geven die zij verdienen. Mensen lezen amper, ik denk dat dit komt door desinteresse.
De verlichting is beroerd, je kunt geen extra licht aanzetten en op andere plekken dimmen. Er zijn maar drie bewoners die zelfstandig kunnen gaan en staan waar zij willen, waaronder twee bewoners met een elektrische rolstoel. Mensen zitten al jaren aan dezelfde tafel. Het sociale aspect is wel, ik denk onder andere hierdoor.
Door de indeling van de ruimte is iedereen verplicht om mee te doen of mee te luisteren met een activiteit. De verpleging is erg druk, wat het moeilijk maakt om te signaleren wie wel of niet bij de activiteit aanwezig wil blijven.
Ik zou hoekjes creëren aan de hand van de wensen en behoeften van de bewoners.
Ik ervaar het contact positief, maar ik heb vooral contactmomenten bij de verzorging van de bewoners. Wanneer zij in de huiskamer zitten heeft het verplegend personeel erg weinig tijd voor persoonlijke aandacht.
Vroeger werd er wel eens voorgelezen of gingen ze bloemschikken, de nagels/haren doen. Maar dit was vooral in de recreatiezaal.
89 Er worden weinig activiteiten uitgevoerd door de mensen. Ze zitten maar wat. De
activiteitenbegeleider komt een keer in de week, maar die heb ik al een poos niet gezien. Ik merk niet dat bewoners belemmeringen hebben tijdens het uitvoeren van activiteiten, bijvoorbeeld het eten.
Ik ervaar geen belemmeringen bij het uitvoeren van mijn werkzaamheden in de huiskamer.
Contact tussen bewoners onderling is beperkt. Mensen zitten in zichzelf gekeerd. Dit heeft natuurlijk ook te maken met de achterliggende gezondheidsproblematiek. Er zitten mensen die een CVA hebben gehad, mensen die moeizaam praten of slaperig zijn.
Er zou iets bedacht moeten worden voor mensen die maar zitten te zitten.
Er zou meer tijd moeten zijn om activiteiten te begeleiden. Meer 1 op 1 tijd hebben voor de mensen. Zet hier maar een uitroepteken achter, want dit vind ik erg belangrijk.
Thema 3: Fysieke omgeving
Er worden echter niet veel activiteiten gedaan in de huiskamer. De bewoners worden meestal opgehaald om deze elders te doen.
De huiskamer moet beter onderhouden worden en moet schoner. Moet opgeknapt worden. Qua indeling goed, overzichtelijk.
De huiskamer heeft weinig verlichting, deze lijkt stuk.