• No results found

GEHEIMEN HEBBEN/DELEN EN BELOFTES MAKEN/NAVOLGEN

In document Het negatief van vriendschap (pagina 35-38)

Beloftes doen en het delen van geheimen zijn manieren om de vriendschapsband die jongeren delen te bekrachtigen. Hun (verborgen) boodschap kan er echter ook één van macht zijn en voor problemen in de vriendschap zorgen. Dat geldt deels ook voor het geven en (al dan niet) aanvaarden van geschenken (p.30).

Geheimen

Degene die een geheim heeft, kan beslissen aan wie hij het wel of niet vertelt. Daarmee wordt meteen aangegeven wie wel of niet tot zijn vriendenkring gerekend wordt. Wie wordt wel vertrouwd en wie niet? Het is een sterk middel voor aanvaarding of uitsluiting (p.47). Daarmee heeft deze jongere een zekere machtspositie, en kent hij die ook toe aan de jongere die mag delen in een geheim.

“maar ik voel me er wel raar bij dat ze bijvoorbeeld hem in vertrouwen pakt om zoiets te zeggen en mij niet.”

(Jongen, leeftijd ongekend)

Die machtspositie wordt echter niet zonder slag of stoot aanvaard. Niet iedere jongere blijkt evenveel recht te hebben op geheimen. Soms wordt hij afgestraft omdat hij een geheim niet wil delen en dit niet past bij de status die hij heeft in de vriendengroep. Een andere mogelijke verklaring is dat jongeren vinden dat vrienden elkaar alles moeten toevertrouwen en dat wie een geheim heeft zich onvriendschappelijk gedraagt. Maar de dubbele moraal in onderstaand voorbeeld doet eerder aan

‘macht’ denken.

“Ze worden altijd boos als ik een geheim heb dat ze niet mogen weten. Maar als zij een geheim hebben onderelkaar,dan mag ik het nooit weten.”

(Jongen, 14 jaar)

Bijgevolg wordt de jongere soms onder druk gezet door vrienden om een geheim te vertellen. Het geven van vertrouwelijke informatie (p.26) wordt afgedwongen.

“Ik heb ruzie met een vriendin omdat ze had gelogen over naaktfoto's. Ze had hierover een maand gelogen dus nu zijn mijn vriendinnen en ik boos op haar.”

(Geslacht en leeftijd ongekend)

Het kan gaan over een eigen geheim, maar ook over een geheim van iemand anders dat aan de jongere toevertrouwd werd. We hadden het eerder over het doorvertellen van een toevertrouwd geheim bij geschonden vertrouwen (p.27).

Soms hebben jongeren spijt dat ze een bepaald geheim gedeeld hebben. Mogelijk omdat ze denken dat de ander door de kennis van gevoelige informatie een zekere macht over hen verworven heeft. De jongere voelt zich mogelijk te kwetsbaar.52

“Jongere: hij heeft me twee jaar geleden verteld over zijn depressie en zelfmoordneigingen en eigenlijk over alles dat hij aan iedereen geheimhield, maar hoewel ik hem echt heb kunnen helpen en heb gezwegen voor hem, heeft hij altijd spijt gehad dat hij het mij heeft verteld Awel: Hoe komt het dat hij plots spijt heeft daarvan?

Jongere: voor hem voelt het alsof ik teveel weet van hem, terwijl hij dat niet gewend is”

(Geslacht en leeftijd ongekend)

Het omgekeerde gaat evengoed op. Jongeren halen in de gesprekken aan dat ze zich soms niet goed voelen bij geheimen die hen toevertrouwd worden. Met het kennisnemen van vertrouwelijke informatie komt vaak een verantwoordelijkheid. Die kan soms te zwaar wegen, bijvoorbeeld wanneer het gaat over zware zorgen (p.42).

“Is het goed dat je zoveel geheime info weet over je vriendin?”

(Meisje, 15 jaar)

Beloftes

Jongeren kunnen elkaar beloven bepaalde dingen te doen of te laten om zo hun (exclusieve) vriendschap vorm te geven.

Een jongere kan zich op een bepaald moment vragen stellen bij zo’n statische belofte53 omdat de vriendschap, of zijzelf, of de omstandigheden veranderd zijn. Ze vraagt zich af of ze er zich nog aan dient te houden.

“Een tijdje geleden heb ik een belofte gedaan aan mijn vriendin […] Ik heb spijt van die belofte […] heb al gemerkt dat ze vaak jaloers is als ik met andere afspreek”

(Meisje, leeftijd ongekend)

Degene die erin slaagt de ander een belofte te laten maken, lijkt een zeker machtsoverwicht te hebben in de vriendschap. Het verbreken van een belofte gaat dan gepaard met schuldgevoel, mogelijk ook met angst voor schade aan de vriendschap.

“heb dit haar al een paar keer beloofd om da nimeer te doen en toch doe ik et terug ik snap zelf ni waarom heb er dan achteraf altijd kei veel spijt van en toch blijf ik het doen”

(Jongen, 15 jaar)

GROEPSDRUK

In hun poging bepaald gedrag af te dwingen bij een vriend, gaan jongeren soms coalities aan.

Meerdere vrienden samen kunnen meer druk uitoefenen. In de gesprekken vermelden jongeren voornamelijk de coalities waar ze zich mee geconfronteerd zien. In mindere mate vermelden ze coalities die ze zelf hebben gesloten. Bij coping gaan we dieper in op het zoeken van sociale steun (p.64). Coalities worden trouwens ook aangegaan met familieleden.

Groepsdruk wordt vaak als negatief beschouwd, als de reden waarom jongeren schadelijk gedrag stellen. Jongeren hebben soms last van deze negatieve druk en zoeken manieren om er mee om te gaan.

“Jongere: […] Dan ben ik oppeens een miet omdat ik geen bier drink […]

Jongere: nee ik ben helemaal anders dan hun mr zij vinden dan niet tof en is dan van tuurlijk vind je fuiven niet tof als je niet drinkt”

(Meisje, 15 jaar)

Maar het kan beide kanten uitgaan. Vrienden zetten elkaar evengoed onder druk om geen drugs te gebruiken, niet te vroeg aan seks te beginnen… Op deze manier kan groepsdruk ‘beschermend werken54. Jongeren contacteren ons omdat, hun goede intenties ten spijt, de vriend niet bezwijkt onder de groepsdruk. Ze willen zorg dragen, maar de ander aanvaardt die zorg niet (p.41).

Groepsdruk werkt mogelijk minder goed indien de jongere niet alleen staat maar nog bij anderen terecht kan.

“Awel: 'ons'? Er zijn dus nog andere vrienden die bezorgd zijn?

Jongere: ja we zijn met een groepje die zich zorgen maakt

Jongere: Ze denkt dat de commentaar die we op het XTC-tafereel geven, een visering van haar lief is en dat tollereert ze niet”

(Jongen, 17 jaar)

Groepsdruk vindt ook niet altijd expliciet plaats. Jongeren internaliseren de stem van de groep waartoe ze willen (blijven) behoren en houden er rekening mee, passen hun gedrag eraan aan. Ze kunnen zich zorgen maken over ‘wat de groep zal vinden’.55

“Ik wil ook niet dat het overkomt dat we haar pesten ofzo. mijn vraag is dus eigenlijk: hoe kan ik op een subtiele en vriendelijke manier afstand van haar nemen?”

(Meisje, 12 jaar)

Soms is er een publieke veroordeling van een jongere die niet het verwachte gedrag stelt. Op zich kan je stellen dat zolang er groepsdruk is, de jongere nog deel uitmaakt van de groep, dat er in de jongere geïnvesteerd wordt door het afdwingen van verwacht gedrag.

“Ik heb ruzie met iedereen omdat ik gezegt had tegen mijn mama [een geheim]. En ik had tegen die persoon zelf gezegt dat ik dat gezegt had maar nu is ze super boos op mij en ik word door andere kinderen ook nog op het matje geroepen. Ze zeggen: 'Doe eens effen normaal!'.”

(Meisje, leeftijd ongekend)

Afwijzing (p.47) in de vorm van negeren of uitsluiten, is een bijzonder krachtig middel om een jongere tot verwacht gedrag te dwingen56. We zien het echter ook wanneer een groep niet meer wil investeren in een jongere, geen moeite (meer) wil doen om verwacht gedrag af te dwingen57. Mogelijk gaat dat ook soms op wanneer jongeren gepest worden door voormalige vrienden.

“Jongere: Ik had eerst normaal vrienden en ze begonnen een tijdje me te afwijken Jongere: En niet meer met me rond hangen ze kijken alsof ik een vreemde ben […]

Jongere: Na een tijdje werd ik ook gepest door andere Jongere: Ze noemde ook homo voor een lange tijd”

(Jongen, leeftijd ongekend)

In document Het negatief van vriendschap (pagina 35-38)