• No results found

Op welke school zit je? ……….………… Wat is je leeftijd? ……….………… In welke klas zit je? ………….………. Ben je een jongen of een meisje? …………..

Wij willen graag weten waarom jij dingen doet voor school en hoe je zelf en de leerkracht feedback geeft. Kleur het vakje in het antwoord dat voor jou het meest van toepassing is. Wil je het veranderen? Zet er dan een kruis door en kleur het vakje wat je wel bedoelde. De vragenlijsten gaan over de juf of meester die het meest in de klas is. Bijvoorbeeld:

Ik speel buiten omdat… Helemaal niet waar niet waar Eerder Neutraal Gedeeltelijk waar Helemaal waar

0.1 ik dit zelf leuk vind.

Oké, laten we beginnen met de echte vragenlijst. Probeer hem zo serieus mogelijk in te vullen. Kom je er niet uit, vraag dan aan je juf of meester om uitleg.

Ik ben gemotiveerd om te leren omdat… Helemaal niet waar Eerder niet waar Neutraal Gedeeltel ijk waar Helemaal waar 1.1 dit moet van anderen.

1.2 ik leren boeiend vind.

1.3 anderen me hiertoe verplichten.

1.4 dat van mij verwacht wordt.

2.1 ik wil dat anderen denken dat ik verstandig ben.

2.2 ik nieuwe dingen wil bijleren.

2.3 ik me zou schamen als ik het niet zou doen.

2.4 ik me schuldig zou voelen als ik het niet zou doen.

3.1 dit voor mij een belangrijke keuze is.

3.2 ik school zelf heel waardevol vind.

3.3 school leuk is.

3.4 ik dit een belangrijk levensdoel vind.

4.1 school me erg interesseert.

4.2 ik de anderen de indruk wil geven dat ik een goede

leerling ben.

4.3 anderen me dwingen om dit te doen.

4.4 ik school een aangename bezigheid vind.

Deze vragen gaan over betrokkenheid Helemaal niet waar Eerder niet waar Neutraal Gedeeltel ijk waar Helemaal waar

43

5.1 Mijn leraar heeft belangstelling voor mij.

5.2 De leerkracht is in mij geïnteresseerd.

5.3 Als het nodig is, kan ik met mijn leraar over

persoonlijke problemen praten.

5.4 Als het erop aankomt, helpt mijn leraar mij niet

44

Er volgt nu een vragenlijst over hoe je juf of meester feedback geeft. Probeer hem zo serieus mogelijk in te vullen.

Niet Soms

Regel

matig Vaak Altijd 1.1 De leerkracht vertelt mij dat ik een slimme leerling ben.

□ □ □ □ □

1.2

De leerkracht zegt dingen zoals: 'Goed gedaan'.

□ □ □ □ □

1.3 De leerkracht geeft mij het gevoel dat ik een domme leerling ben.

□ □ □ □ □

1.4 De leerkracht twijfelt of ik de lessen die hij geeft aan kan.

□ □ □ □ □

1.5

De leerkracht geeft aan dat ik moet opletten.

□ □ □ □ □

1.6 De leerkracht geeft opmerking zoals: ‘Jij bent snel, top.’

□ □ □ □ □

1.7 De leerkracht geeft opmerking zoals: ‘Jij bent slordig'.

□ □ □ □ □

1.8 De leerkracht geeft aan wat goed is aan mijn werk.

□ □ □ □ □

1.9 De leerkracht stelt kritische vragen over mijn werk.

□ □ □ □ □

1.10 Als ik mijn werk niet goed heb gedaan, legt mijn leerkracht uit waarom het

niet goed is.

□ □ □ □ □

1.11 De leerkracht geeft aan wat niet goed is aan mijn werk.

□ □ □ □ □

1.12 Als ik mijn werk goed heb gedaan, legt mijn leerkracht uit waarom het

goed is.

□ □ □ □ □

1.13 De leerkracht laat merken dat ik de lessen aankan.

□ □ □ □ □

1.14 De leerkracht wil weten waarom mijn aanpak bij mijn werk handig bleek te

zijn.

□ □ □ □ □

1.15 Als ik mijn werk verkeerd heb aangepakt, wil de leerkracht weten waarom

dit zo is.

□ □ □ □ □

1.16 De leerkracht laat mij nadenken of ik op schema lig, dus of ik op tijd ben

met mijn werk.

□ □ □ □ □

1.17 De leerkracht laat mij nadenken over of mijn planning loopt zoals ik het wil.

45

Bedankt voor het invullen van de vragenlijst!

Wil je nog één keer controleren of je alles hebt ingevuld?

Volg nu de instructies op die je van je juf of meester hebt gekregen.

Niet Soms

Regel

matig Vaak Altijd 3.1 De leerkracht bespreekt waarop ons werk wordt beoordeeld.

□ □ □ □ □

3.2 De leerkracht geeft instructie over hoe de opdrachten gemaakt kunnen

worden.

□ □ □ □ □

3.3 De leerkracht legt uit wat het doel is van een les.

□ □ □ □ □

3.4 De leerkracht maakt duidelijk op welke manieren ik opdrachten kan gaan

maken.

□ □ □ □ □

3.5 De leerkracht geeft bij het opgeven van huiswerk aan hoe ik mijn tijd kan

indelen.

□ □ □ □ □

3.6 De leerkracht wil weten waarom onze aanpak bij ons werk niet handig is

geweest.

□ □ □ □ □

3.7 De leerkracht legt uit wat het doel is van opdrachten.

□ □ □ □ □

3.8 De leerkracht geeft bij het opgeven van huiswerk aan hoe ik het kan

organiseren.

□ □ □ □ □

Niet Soms

Regel

matig Vaak Altijd 4.1 De leerkracht geeft aan hoe mijn werk, als het fout is, er in het vervolg uit

zou moeten zien.

□ □ □ □ □

4.2 De leerkracht bespreekt met mij wat ik nog moeten weten om mijn werk

goed te kunnen maken.

□ □ □ □ □

4.3 De leerkracht legt mij uit met welke stappen ik mijn werk kan verbeteren.

□ □ □ □ □

4.3 De leerkracht vertelt mij hoe ik in het vervolg mijn tijdsplanning beter kan

indelen.

□ □ □ □ □

4.4 De leerkracht geeft tips over hoe ik in het vervolg op tijd mijn werk af kan

hebben.

□ □ □ □ □

4.6 De leerkracht geeft aan op welke onderdelen ik mijn werk kan verbeteren.

46

Bijlage 4: Zelfregulatie Vragenlijst (Vansteenkiste e.a., 2009)

Q_Mo_Er_1.1 dit moet van anderen

Q_Mo_Im_4.3 ik leren boeiend vind.

Q_Mo_Er_1.3 anderen me hiertoe verplichten. Q_Mo_Er_1.4 Omdat dat van mij verwacht wordt.

Q_Mo_Gt_2.1 ik wil dat anderen denken dat ik verstandig ben Q_Mo_Gd_3.1 ik nieuwe dingen wil bijleren.

Q_Mo_Gt_2.3 ik me zou schamen als ik het niet zou doen. Q_Mo_Gt_2.2 ik me schuldig zou voelen als ik het niet zou doen. Q_Mo_Gd_3.3 dit voor mij een belangrijke keuze is.

Q_Mo_Gd_3.2 ik school zelf heel waardevol vind. Q_Mo_Im_4.2 School leuk is.

Q_Mo_Gd_3.4 ik dit een belangrijk levensdoel vind. Q_Mo_Im_4.1 School me erg interesseert.

Q_Mo_Gt_2.4 ik de anderen de indruk wil geven dat ik een goede leerling ben. Q_Mo_Er_1.2 anderen me dwingen om dit te doen.

Q_Mo_Im_4.4 ik school een aangename bezigheid vind.

Extra vragen over betrokkenheid, deze zijn niet meegenomen in de analyses Q_Be_d_5.1 Mijn leraar heeft belangstelling voor mij.

Q_Be_d_5.2 De leerkracht is in mij geïnteresseerd.

Q_Be_d_5.3 Als het nodig is kan ik met mijn leraar over persoonlijke problemen praten. Q_Be_d_5.4 Als het erop aankomt, helpt mijn leraar me niet

Q=Vraag

Mo=Motivatie vraag Er= Externe regulatie

Gt=Geïntrojecteerde regulatie Gd=Geïdentificeerde regulatie Im=Intrinsieke motivatie Be= Betrokkenheid d=docent