• No results found

Juan Pujol Garcia werd geboren op 14 februari 1912 in Barcelona als tweede zoon en derde kind in een gezin van vier kinderen. Zijn vader was eigenaar van een kleine

kleurstoffenfabriek in Barcelona en door vaders harde werk genoot het gezin van een zekere mate van rijkdom. De liberale ideeën van zijn vader hebben Juan tijdens zijn jeugd gevormd en zijn hem altijd zeer dierbaar geweest. Ook de afkeer jegens oorlog, gevoed door de

tragische gebeurtenissen tijdens de Eerste Wereldoorlog, werd door zijn vader al van jongs af aan doorgegeven.116

Nadat hij een paar jaar had doorgebracht op een kostschool ging de toen vijftienjarige Juan aan de slag als winkelhulpje bij een ijzerwarenzaak. Zijn baantje gaf hij al snel weer op. De bezigheden waren saai en hij wilde liever letteren gaan studeren en hij stortte zich op de bibliotheek van zijn vader. Toen zijn vader in de zomer van 1931 overleed, liet het een groot gat na in het gezin en Juan verloor de man waar hij zijn hele leven naar had opgekeken.117 Nadat hij zich had geschoold in het houden van een kippenboerderij, moest Juan zich melden voor militaire dienst. Juan betaalde een bedrag om in een meer comfortabele omgeving deze verplichte dienst door te lopen en hij werd ingedeeld bij het zevende regiment lichte artillerie dat in Barcelona was gelegerd. De jaren in dienst hebben hem niet kunnen vormen tot een soldaat en hij had geen interesse om in het leger te blijven.

Toen de Spaanse burgeroorlog uitbrak werd Juan opgeroepen om zich te melden bij zijn oude regiment. Juan had echter geen enkele interesse om te vechten, hij voelde zich niet geroepen om voor de republikeinen noch voor de nationalisten zijn leven te wagen. Wanneer hij zich niet zou melden bij zijn regiment werd hij als deserteur gezien en dus dook hij onder.

116 Juan Pujol Garcia en Nigel West, Operation Garbo, the personal story of the most succesfull spy of World

War Two (Londen 2011) 7-14.

60

Na een jaar op verschillende onderduikadressen te hebben verbleven, lukte het Juan om een identiteitsbewijs te verkrijgen waarop zijn leeftijd was vevalst. Dit maakte hem te oud voor militaire dienst. Hij kon via een oude vriend bij de vakbond aan een baan komen als opzichter bij een kippenboerderij in de omgeving van Barcelona. De kippenboerderij was geen succes, de kosten en opbrengsten werden via de gemeente geregeld en elk initiatief van Juan om een groei te kunnen realiseren in zijn bedrijfsvoering werd genegeerd door de lokale bestuurders. Gedesillusioneerd gaf hij zijn baantje maar op. De enige uitweg die Juan zag was om over te lopen naar de nationalistische kant. Hij dacht dat hij onder de nationalisten wel met rust gelaten zou worden om zijn eigen leven te kunnen gaan leiden. De enige manier om over te lopen was om zich als vrijwilliger te melden bij het republikeinse rekruteringsbureau in Barcelona en dan aan het front te geraken om zich dan over te geven aan de nationalisten. Bij het rekruteringsbureau waren ze niet erg streng in de selectie van nieuwe rekruten. Zijn valse identiteitsbewijs werd zonder problemen geaccepteerd en niet veel later werd Juan

klaargestoomd voor het front. Om niet direct als kanonnenvoer te dienen gaf Juan zich op als telegrafist maar zijn beperkte kennis van morsecode en andere signalen kwamen al snel aan het licht. Omdat hij als telegrafist ongeschikt was, werd hij belast met de taak om

communicatielijnen te leggen tussen het front en het hoofdkwartier. Eenmaal aan het front wist Juan over te lopen naar de nationalisten.

De nationalisten ontvingen de overlopers niet met open armen en al snel werd Juan naar een gevangenenkamp gestuurd. Het leven in het kamp was erg onaangenaam en Juan besloot om al zijn vrienden en kennissen te schrijven en te vragen of ze hem uit zijn benarde positie konden bevrijden. Een oude vriend van zijn vader, een pastoor en hoofd van het psychiatrisch ziekenhuis in Palencia, zorgde uiteindelijk dat Juan werd vrijgelaten uit het kamp. Nadat Juan weer op krachten was gekomen moest hij zich weer melden voor dienst, dit keer echter in Burgos, bij de nationalisten. Juan kon zich bij de ‘rebellen’ onder zijn echte leeftijd melden en hij vertelde dat hij in 1933 al zes maanden in dienst had gezeten als tweede luitenant bij de reservisten. Omdat dit eerst onderzocht moest worden, verbleef Juan in de barakken in Burgos en mocht zelfs de rang van luitenant dragen.

61

Bij het einde van de Spaanse burgeroorlog had Juan het voor elkaar gekregen om geen schot te lossen, niet voor de republikeinen, noch voor de nationalisten. In het door oorlog verwoeste Spanje was hij weer gebrand om zijn leven op te pakken en dankzij een kennis kon hij een baan vinden als manager van een hotel in Madrid. Het duurde echter niet lang voordat Juan zich weer geconfronteerd zag met een nieuwe oorlog. Toen de legers van Nazi-Duitsland heel Europa in hun greep kregen kon Juan zich ditmaal niet passief opstellen; “My humanist convictions would not allow me to turn a blind eye to the enormous suffering that was being unleashed by the pychopath Hitler and his band of acolytes...”118

Gebrand om voor de geallieerde zaak aan de slag te gaan liep Juan op een dag in januari 1941 de Britse ambassade in Madrid binnen met het idee om voor de Britten te gaan werken, het liefst in het vergaren van informatie: “I wanted to work fort hem, to supply them with confidential information which would be of interest to the Allied cause, politiacally or militarily, data wich I hoped I would be able to obtain.”119 Het voorstel was echter veel te vaag en de Britten hadden geen interesse in Juan’s aangeboden diensten. Juan realiseerde zich dat hij, om te kunnen gaan werken voor de geallieerden, wel van waarde moest zijn voor hen. Daarom kwam Juan op het idee om zich aan te bieden bij de Duitsers en daar een connectie mee op te bouwen om vervolgens zich als dubbelspion aan te bieden bij de Britten.

De Duitsers waren een stuk ontvankelijker toen Juan zijn diensten aanbood voor “de toekomst van het nieuwe Europa”.120 Na een tweetal telefoongesprekken werd een ontmoeting opgezet met een man die zich Frederico noemde. Zijn Duitse naam was Fritz Knappe-

Ratey.121 Juan deed zich voor als een fervent voorstander van de Nazi-ideologie en bood aan om te gaan spioneren voor de Duitsers, hij verzon er zelfs bij dat hij connecties had in

diplomatieke kringen en op die manier wel eens van nut kon zijn. Frederico was niet geheel

118 Pujol Garcia en West, Operation GARBO 48. 119 Ibidem 49.

120 Ibidem 50.

121 National Archives: Tomás Harris, Summary of the GARBO case 1941-1945 (Kew, Richmond, Surrey 2004)

62

enthousiast maar zou het met zijn superieur en overleggen, een volgende ontmoeting werd gepland een aantal dagen later. Bij deze ontmoeting werd Juan echter duidelijk gemaakt dat de Duitsers ook niet heel geïnteresseerd waren in het soort werk dat hij in gedachten had, ze wilden slechts materiaal dat van militair belang zou zijn. Juan gaf niet snel op en opperde dat hij eventueel wel naar Groot-Brittannië kon gaan als correspondent voor een Spaanse krant, hij had immers, via een kennis, een paspoort kunnen bemachtigen. Dit voorstel werd met meer enthousiasme ontvangen en Frederico moest dit eerst voorleggen aan zijn superieuren.122

Om zijn grote beloftes waar te kunnen maken moest Juan zorgen dat hij bewijsstukken in handen kreeg die zijn verzinsels konden ondersteunen. Om dit te krijgen bedacht hij een plan. Zijn vader zou hem een som geld en aandelen hebben nagelaten welke zich in Londen bevonden. De benodigde papieren om het geld op te halen waren opgeslagen in een bank in Lissabon. Met dit verhaal en een goede connectie bij de Spaanse Bank was hij in staat om een visa te bemachtigen om naar Portugal af te reizen. In Lissabon aangekomen dacht Juan dat het ook zo gepiept zou zijn om een visa voor naar Engeland te bemachtigen, iets wat zeer

waardevol zou zijn om zijn status bij Frederico te vergroten. Het visa voor Engeland werd echter niet uitgegeven door het Spaanse consulaat in Lissabon, Juan zou terug moeten naar Madrid om een visa voor Engeland te bemachtigen. Dit had Juan niet verwacht en deze tegenslag zou in dit vroege stadium er al voor kunnen gaan zorgen dat zijn carrière als dubbelspion in de kiem gesmoord zou worden.123

Juan besloot naar de Spaanse ambassade te gaan en daar te proberen om via de ambassadeur zelf een visa te bemachtigen. Nadat zijn verzoek in eerste instantie ook bij de ambassade werd afgewezen werd Juan woest en tierde net zo lang tot de ambassadeur zelf polshoogte kwam nemen. Nadat Juan zijn argumenten aan de ambassadeur had voorgelegd werd hij gerustgesteld door de ambassadeur dat hij zou zien wat hij kon betekenen. Zijn woede-uitbarsting had wel geholpen. Een aantal weken later werd hij ontboden op het

122 Harris, Summary of the GARBO case 46 . 123 Pujol Garcia en West, Operation GARBO 53.

63

consulaat alwaar hij een visa kon komen ophalen welke hem recht gaf te reizen in heel Europa met uitzondering van Rusland, en heel Amerika, met uitzondering van Mexico. Dit was veel meer dan Juan op gehoopt had en met dit visa kon hij zijn spionagewerk voor de Duitsers echt beginnen.124

Omdat Juan zich in Lissabon had geregistreerd als inwoner kon hij nu zonder veel moeite reizen tussen Spanje en Portugal. Met zijn visa had hij bewijs dat hij naar Engeland af zou kunnen reizen. Het enige wat Juan nu nog nodig had was een motief om naar Engeland te reizen. In de lente van 1941 keerde Juan weer terug naar Madrid om, met de vruchten van zijn werk, Frederico te overtuigen om te gaan werken als spion voor de Abwehr. Frederico was zeer enthousiast over wat Juan aan hem voorlegde en in de ontmoetingen die volgden werd een dekmantel verzonnen om naar Engeland af te kunnen reizen zonder enige verdenking van de Britten op te wekken. Na een aantal weken ontving Juan een fles onzichtbare inkt, een aantal codes, een som van $3000,- en een briefing over wat voor een soort informatie voor de

Abwehr van belang was.125 Hij kreeg de codenaam ARABEL. Het was Juan gelukt om zich te

laten rekruteren door de Abwehr en hij had nu fysiek bewijs dat hij een mate van vertrouwen genoot bij zijn Duitse contactpersoon. Gewapend met deze informatie, de inkt en de som geld wilde hij zich weer aanbieden bij de Britten, ditmaal om als dubbelagent aan de slag te gaan. Om zeker te weten dat hij niet door iemand herkend zou worden wanneer hij de Britse ambassade in zou lopen, vertrok Juan weer naar Lissabon om bij de Britse ambassade in Portugal zijn diensten als dubbelspion aan te bieden. Maar ook deze keer werd Juan, zonder maar over zijn moeilijk verkregen bewijzen te kunnen beginnen, afgewezen.126

Juan liet zich echter niet uit het veld slaan en besloot om de spionage voor de Duitsers voort te zetten. Hij was echter niet van plan om daadwerkelijk te gaan spioneren in Engeland. In Lissabon kocht hij een recente toeristengids voor Groot-Brittannië, een uitgebreide kaart en

124 Pujol Garcia en West, Operation GARBO 59. 125 Ibidem 60.

64

het meest recente Britse spoorboekje. Zijn fictieve spionagewerk kon gaan beginnen. Om zijn waarde bij de Duitsers verder uit te bouwen besloot Juan om een heel netwerk van spionnen te verzinnen die vanuit een aantal uithoeken van Groot-Brittannië informatie voor hem

verzamelden.127

Omdat Juan op geen enkele manier zijn brieven kon laten voorzien van een stempel van de Britse post, verzon hij dat een KLM-piloot zijn brieven naar Lissabon bracht en ze vanuit daar doorstuurde. De eerste brieven die Juan in het najaar van 1941 stuurde waren complete fictie, slechts ondersteund door de beperkte informatie over Groot-Brittannië die hij uit de toeristische gids kon halen. In het enige bericht dat hij terug kreeg van de Abwehr werd hem gevraagd om meer gedetailleerde informatie en specifieke troepenbewegingen. Juan wist dat hij deze niet zou kunnen produceren, zijn kennis van het Britse leger was nihil en hij had geen idee wat hij nog naar de Duitsers moest sturen om zijn operatie in de lucht te houden.128 Het was inmiddels februari 1942 en Juan stond op het punt om de handdoek in te ring te gooien, maar niet voordat hij nog een poging deed om zich aan te bieden bij de

geallieerden. Door de aanval van Japan op Pearl Harbor op 9 december 1941 en de

oorlogsverklaring van Hitler een dag later, waren de Verenigde Staten ook betrokken geraakt bij de Tweede Wereldoorlog. Juan besloot om ditmaal niet bij de Britse, maar bij de

Amerikaanse ambassade naar binnen te lopen om zijn diensten aan te bieden. Deze keer had hij meer succes, Juan werd ontvangen door een marineofficier, Luitenant Demorset, en hij legde alle bewijzen op tafel dat hij een connectie had met de Duitse Abwehr. Het verhaal werd door Demorset nagetrokken en onderzocht. Hij zocht ook contact met zijn Britse collega’s. En deze waren een stuk meer geïnteresseerd dan voorheen. 129

127 Harris, Summary of the GARBO case appendix 2 t/m 27 voor alle fictieve agenten in het netwerk van

GARBO

128 Pujol Garcia en West, Operation GARBO 76-78. 129 Ibidem 80-81.

65

De codebrekers in Bletchley Park konden meelezen met de berichten die werden verstuurd vanuit Madrid naar Duitsland en één van ARABEL’s fictieve spionageverslagen had ervoor gezorgd dat MI5 in Engeland op jacht was gegaan naar een spion die informatie over een konvooi van Liverpool naar Malta had doorgespeeld naar de Abwehr. Een aantal dagen later nam MI6 contact op met Juan; hij zou met hen mee moeten komen naar Londen.130 De beslissing om Juan naar Londen te laten komen en hem te introduceren als dubbelagent in het reeds vol in werking zijnde double-cross systeem was er een waar een aantal risico’s aan vast zat. Juan zou een mol kunnen zijn die voor de Duitsers inzicht zouden kunnen geven in het functioneren van de Britten. Als hij zomaar gearresteerd zou worden door MI5 en zijn werk niet meer voort kon zetten, zou het prijs kunnen geven dat de geallieerden inzicht hadden in het berichtverkeer van de Duitsers.

Het meest overtuigende argument om Juan wel te accepteren als agent kwam vanuit de inzichten die de Britten kregen van de codebrekers. Het fictieve rapport over het konvooi dat ARABEL beschreef, had ervoor gezorgd dat een aantal onderzeeboten en een squadron Italiaanse bommenwerpers op jacht waren gegaan naar deze niet bestaande schepen.131 Dit gaf voor het double-cross comité aan dat Juan een zekere mate van vertrouwen genoot binnen de Abwehr. Als Juan al op een onwetende wijze voor een kleine militaire misleidingoperatie had gezorgd, dan zou hij ook voor verdere misleiding ingezet kunnen worden. De voordelen van het rekruteren van Juan wogen uiteindelijk zwaarder dan de risico’s en op 25 april 1942 kwam Juan Pujol Garcia aan in Engeland132

In Engeland werd Juan opgewacht door zijn contactpersonen van MI5, Cyril Mills en Tommy Harris. Op een onderduikadres werd Juan in de looptijd van een aantal weken ondervraagd door zijn handlers om zijn ongeloofwaardige verhaal te doen en om zijn loyaliteit aan de kaak te stellen. Uiteindelijk was MI5 er van overtuigd dat de loyaliteit van

130 Pujol Garcia en West, Operation GARBO 85.

131 Harris, Summary of the GARBO case 41, Pujol Garcia en West, Operation GARBO 95. 132 Masterman, The double-cross system 114. Pujol Garcia en West, Operation GARBO 104.

66

Juan bij de geallieerde zaak lag en hij werd aan het netwerk van dubbelagenten toegevoegd met de codenaam GARBO. Om zijn aanzien bij de Abwehr langzamerhand te vergroten, werd besloten om zijn fictieve netwerk van spionnen (één in Glasgow, één in Liverpool en één in Newport) te versterken en van een aantal subagenten te voorzien. Dit gaf MI5 de

mogelijkheid om een eigen fictief netwerk op te zetten dat het hele land omvatte. De grotendeels verzonnen informatie werd uiteindelijk via GARBO’s kanaal naar de Abwehr werd gezonden.

Met het geleidelijk opbouwen van GARBO’s netwerk door het versturen van een zee aan informatie, bijna alleen onwaarheden, halve waarheden of niet schadelijke waarheden, brak in augustus 1943 de mogelijkheid aan om een vorm strategische misleiding toe te gaan passen. Via de Britse codebrekers werd het MI5 duidelijk dat de informatie die GARBO naar de Duitsers stuurde in goede aarde vielen en dat zijn reputatie als agent zeer sterk gegroeid was.133 Om de druk op het oostfront en de invasie van Italië te verlichten werd door het geallieerde opperbevel in de winter van 1942 - 1943 een misleidingoperatie bedacht om Duitse divisies bezig te houden aan de Franse kust en in Noorwegen. De operatie kreeg de naam COCKADE en de agenten van GARBO’s netwerk zouden er een grote rol in gaan spelen. COCKADE bestond uit drie aparte operaties gericht op verschillende doelen aan de West-Europese kust: WADHAM; een Amerikaanse aanval op Bretagne, TINDALL; een invasie van Noorwegen, en STARKEY; een aanval bij het nauw van Calais. Het netwerk van GARBO werd ingezet om informatie over deze operaties naar de Duitsers te sturen.

GARBO’s netwerk moest aan de Abwehr laten weten dat er een grote

troepenconcentratie in het zuidoosten van Engeland zich aan het voorbereiden was voor een aanval. Daarnaast stuurde GARBO informatie over een fictief leger, het 4de Britse leger,

welke zich in Schotland ophield in voorbereiding op een invasie van Noorwegen. 134

133 Pujol Garcia en West, Operation GARBO 116. 134 Harris, Summary of the GARBO case 138-139.

67

COCKADE liep uiteindelijk uit op een fiasco en bleek een belangrijke les te zijn voor de grote misleidingoperatie die het geallieerde opperbevel gepland had staan ter

ondersteuning van de invasie van Frankrijk. Van de geplande raids aan de kust van Calais, welke de Duitsers zou moeten laten denken dat een grotere operatie op handen was, lukte er slechts één om contact te maken met de vijand. Van de tweeënveertig geplande luchtaanvallen om de Duitse Luftwaffe tot een gevecht uit te dagen, werden er door slecht weer slechts

vijftien uitgevoerd. De nepinvasievloot, een aantrekkelijk doelwit bestaande uit eenentwintig schepen, die een aantal dagen later, op 9 september 1943, op enkele kilometers van de kust van Boulogne zich verzamelde, werd door de Duitsers ogenschijnlijk niet opgemerkt want de kustbatterijen zwegen.135 Het geallieerde opperbevel leerde dat het nodig was dat alle drie de legereenheden al in een vroeg stadium betrokken werden bij het uiteenzetten van de