• No results found

Het gaat niet goed op het tentamen

6.2 Omgaan met negatieve ervaringen tijdens de wiskundestudie

6.2.3 Het gaat niet goed op het tentamen

De meest duidelijke tegenslag in een studie is een onvoldoende halen voor je tentamen. In de interviews zijn tentamens weinig aan bod gekomen en in de vragenlijst in eerste instantie ook. Om toch iets over tentamens te kunnen zeggen, heb ik een tweede vragenlijst afgenomen onder de studenten die hun contactgegevens op de eerste vragenlijst hadden geschreven.

Tentamenvrees?

Problemen op een tentamen, of daarvoor al, kunnen veroorzaakt worden door tentamenvrees, oftewel faalangst. Hebben wiskundestudenten daar veel last van? Zie figuur 6.21. Veel wiskundestudenten

Figuur 6.21: Hoe vaak wiskundestudenten last hebben van tentamenvrees, uitgesplitst naar voor, tijdens of na het tentamen.

hebben er wel eens last van, ofwel tijdens het leren voor een tentamen, ofwel tijdens het tentamen zelf ofwel tijdens het terugkrijgen van het tentamen. De aantallen zijn helaas klein, maar het lijkt erop dat met name vrouwen last hebben van tentamenvrees tijdens de voorbereiding (ruim meer dan de helft van de vrouwen versus een kwart van de mannen).

Een slecht cijfer

Voor mijzelf was een onvoldoende terugkrijgen altijd een flinke tegenvaller. Het voelde als een bevestiging van mijn beperkte capaciteiten. Ik probeerde de slechte cijfers zo snel mogelijk te vergeten en gewoon door te gaan met waar ik mee bezig was. Een indruk van hoe andere studenten tentamencijfers ervaren:

‘Tijdens het tentamen had ik al wel door dat het slecht ging, maar niet z´o slecht. Toen ik tegen opgaven aanliep die helemaal niet gingen, dacht ik van ‘oh, ik had er toch harder aan moeten werken, ik had meer door moeten nemen.’ Toen ik de onvoldoende terugkreeg zat ik wel even te balen, maar ik was al lang blij dat het niet meetelde. Nu ben ik extra gemotiveerd om er aan te werken, want ik weet dat als ik nu tentamen zou krijgen, ik ’m niet zou halen.’

- Sanne

‘Tijdens het tentamen gingen sommige opgaven niet helemaal goed. Dat had ik ook wel verwacht, dus deed het me niet zoveel. Toen ik de tentamencijfers terugkreeg, bleek ik voor Analyse en Lineaire Algebra een vijf te hebben. Ik was er best tevreden over. Het was ongeveer hetzelfde als het gemiddelde van alle studenten. Een vijf betekent dat je er toch ´ıets van snapt. Ik had ook wel zoiets verwacht. Geen voldoende, maar ook geen zware onvoldoende.’ - Thije

‘Als ik een slecht cijfer terugkrijg, denk ik: ‘waarom heb ik zo’n laag cijfer?’. Sowieso ben ik wel onzeker wat de tentamens betreft. Een paar dagen voor een tentamen begin ik te twijfelen. Ik heb dan alles geleerd, maar ben bang dat het toch niet genoeg is.’ - Gonny

Net voldoende

Een andere vraag die ik mij stelde, is hoe studenten tegen een zes aankijken. Omdat voor mijzelf sommige vakken moeilijk haalbaar waren, moest ik mij soms tevreden stellen met een zesje. Toch bleef zo’n cijfer zes wel een beetje knagen; het is wel echt het minimum. Wat vinden andere wiskun-destudenten daarvan?

Figuur 6.22: Wat wiskundestudenten denken als ze een zes voor een tentamen halen.

Wat mij opvalt is dat weliswaar de meerderheid van de studenten tevreden is met een zesje, maar dat een hoog percentage wiskundestudenten zegt een tentamen over te willen doen als ze er ‘een zesje’ voor gehaald hebben. Zelf heb ik dit ook wel eens gedacht, omdat ik soms meende een hoger cijfer te kunnen halen, maar uit tijdgebrek heb ik het nooit gedaan. Dit speelde bij andere studenten in mijn omgeving ook een belangrijke rol, hoewel zij soms w`el daadwerkelijk een al gehaald tentamen overdeden.

Al gestopt v´o´or het tentamen

Het kan gebeuren dat een student van sommige vakken nooit tentamen doet, doordat hij/zij voor-tijdig stopt met het vak. Uit de vragenlijsten blijkt dit niet zo vaak voor te komen: 44% van de wiskundestudenten is nog nooit gestopt met een vak en nog eens 49% geeft aan dat soms gedaan te hebben. 7% van de student is regelmatig of zelfs vaak met een vak gestopt.

Stoppen met een vak komt weliswaar niet overdreven veel voor, maar kan wel een signaal zijn dat er iets niet goed zit. 84 van de 155 ondervraagde wiskundestudenten gaven redenen op waarom zij gestopt zijn met een vak, zie figuur 6.23. De belangrijkste redenen om te stoppen met een vak is dat de student niet genoeg gedaan heeft aan het vak en/of er te weinig tijd voor had. De ondervraagde wiskundestudenten geven als oorzaken voor te weinig tijd voornamelijk aan; teveel vakken volgen, dat andere vakken teveel tijd kostten en extracurriculaire activiteiten die tijd vragen.

Figuur 6.23: Redenen voor wiskundestudenten om te stoppen met een vak.

Samenvatting

Wat wiskundestudenten vertellen over tegenslagen bij tentamens Studiegedrag

• Soms stopt een student voortijdig met een vak. Slechts 7% van de studenten doet dit regelmatig tot vaak.

• De voornaamste reden om te stoppen met een vak is gebrek aan tijd/inzet; de student heeft er te weinig aan gedaan en/of heeft er te weinig tijd voor (genomen).

• Ruim de helft van de wiskundestudenten geeft aan tevreden te zijn met een krappe vol-doende voor een tentamen.

• Vier op de tien wiskundestudenten geeft aan (geneigd te zijn) een tentamen over te willen doen als het cijfer een krappe voldoende is.

Affectie

• De ge¨ınterviewde eerstejaars ervaren een onvoldoende (die niet mee telt) niet per se als demotiverend.

• Niet geboeid zijn door het onderwerp, slecht onderwijs en/of een te hoog niveau zijn andere zaken die door studenten onderschreven worden als reden om te stopen met een vak.

• Ook wiskundestudenten halen onvoldoendes voor wiskundetentamens.

Figuur 6.24: Uitkomsten uit de interviews en vragenlijsten met betrekking tot tegenslagen bij ten-tamens