• No results found

Deel Il Overlast

6 Grondwateroverlast 1 Wat is grondwateroverlast

10.1 Functies en areaal stedelijk groen

Stedelijk groen heeft meerdere functies:

• Beïnvloedt het welzijn van mensen en de leefbaarheid van de stad positief door het verhogen van de kwaliteit van stedelijk landschap.

• Biedt schaduw en verkoeling. • Biedt ruimte voor recreatie.

• Vormt een ecotoop voor planten en dieren.

• Heeft een filterende werking voor fijnstof en geluid.

• Biedt bergingsruimte voor neerslag en filtering van afstromend regenwater. • Draagt bij aan een gezond bodemsysteem.

Het bieden van schaduw en verkoeling verdient hierbij speciale aandacht, omdat groen als belangrijke adaptatiemaatregel wordt gezien om het stedelijk hitte eiland effect en te verwachte temperatuurstijging te beperken.

Stedelijk groen zorgt voor een aantrekkelijk vestigingsklimaat. In steden is en wordt daarom veel geïnvesteerd in groen. Niet alleen in de openbare ruimte (parken, wegbermen en straatbomen) maar ook door particulieren. Desalniettemin was er in de afgelopen jaren nauwelijks een toename, en vaak zelfs een afname, van de hoeveelheid stedelijk groen per woning. Over de periode 2003-2006 was in de vier grote steden de hoeveelheid groen per woning minder dan de richtlijn van 75 m2. In Utrecht, Rotterdam en Den Haag blijft de hoeveelheid constant op respectievelijk 36, 53 en 56 m2. In Amsterdam is de hoeveelheid groen per woning iets toegenomen tot 38 m224. Dit zijn echter gemiddelde arealen, waarin tuinen en parken zijn verdisconteerd. De werkelijke hoeveelheid groen in de directe nabijheid van woningen varieert sterk per wijk. Essentieel is echter dat globaal genomen die

hoeveelheid nu reeds laag is.

10.2 Gegevensbronnen

Over de effecten van klimaatverandering op stedelijk groen is nauwelijks literatuur beschikbaar. De inhoud van dit hoofdstuk is daarom grotendeels gebaseerd op een extrapolatie van kennis over effecten in de huidige situatie, naar een veranderd klimaat.

10.3 Effecten van de Deltascenario’s in 2050 en 2100

Effect van nattere winters

In alle klimaatscenario’s neemt de hoeveelheid winterneerslag toe. Hogere

grondwaterstanden in de winter zullen in goed gedraineerd gebied beperkt blijven, waardoor dit nauwelijks gevolgen heeft voor de vegetatie. Als dit niet het geval is kunnen hogere grondwaterstanden leiden tot wortelsterfte en ondieper wortelen, wat in extreme situaties kan

24

leiden tot het omvallen van bomen. De grootste toename van de hoeveelheid winterneerslag wordt verwacht in het W+ scenario.

Effecten van droogte en temperatuurstijging

Problemen voor stedelijk groen hangen vrijwel uitsluitend samen met neerslagtekorten en temperatuurstijging, en doen zich daarom voor onder de droge klimaatscenario’s G+ en W+. Onder de G en W scenario’s worden geen structurele knelpunten verwacht, voornamelijk omdat de neerslaghoeveelheid in deze scenario’s gedurende de zomerperiode licht stijgt en dit de toename van de potentiële verdamping kan compenseren.

Stijging van temperatuur en afname van neerslag in de zomer leiden tot een toename van droogtestress bij vegetatie door een toename in de potentiële verdamping en lagere waterbeschikbaarheid. Deze droogtestress leidt tot gereduceerde groei van vegetatie, verdorring en in extreme situaties tot sterfte. Ook al behoort het niet tot het stedelijk groen, verdroging en de toenemende frequentie van bos- en natuurbranden in het omringende gebied als het klimaat verandert, wordt genoemd als een bron van zorg voor gemeenten op de Veluwe.

De irrigatiebehoefte van het groen in tuinen, parken, groenstroken en van singuliere bomen neemt toe, en daarmee de kosten voor groenvoorziening. Toename van de irrigatiebehoefte vergroot de waterbehoefte van de stad.

Door een hogere potentiële verdamping en afname van de neerslaghoeveelheid zullen grondwaterstanden ‘s zomers verder uitzakken. Wortelstelsels zullen zich niet altijd kunnen aanpassen aan de lager wordende grondwaterstanden.

De afname van bladoppervlak en het verdorren van vegetatie kunnen leiden tot een

verminderde afvang van fijnstof. Ook zal de interceptie van regenwater afnemen waardoor de runoff in de stad bij extreme buien toeneemt, en daarmee de kans op wateroverlast. Als gevolg van een afname van verdamping door vegetatie zal een extra stijging van de temperatuur in de stad optreden. Ook de kans op brand in stadsparken neemt toe. Verzilting

In hoofdstuk 6 is het proces van verzilting van grond- en oppervlaktewater beschreven. Daarbij lag de nadruk op de mogelijke gevolgen voor bebouwing. Verzilting heeft echter ook effecten op vegetatie. Hoewel landbouwgewassen kritischer zijn t.a.v. chlorideconcentraties in het water dan stedelijke vegetatie (bomen, struiken, gras), kunnen lokaal knelpunten worden verwacht met stedelijk groen in de kuststrook van Friesland-Groningen, Zeeland, de Zuid-Hollandse eilanden, kustnabije gebieden en in de droogmakerijen van Zuid- en Noord- Holland. Deze gebieden zijn allen in meer of mindere mate blootgesteld aan verzilting. Ziekte en plagen

Door veranderde klimaatsomstandigheden kunnen nieuwe ziekteverwekkers en

plaaginsecten zich vestigen en kunnen bestaande ziekten en plagen zich uitbreiden. Hierdoor heeft klimaatverandering niet alleen direct maar ook indirect invloed op de conditie van stadsbomen (Hiemstra en van der Sluis, 2009).

Beheer

Vanwege de voorziene effecten wordt het bij het planten van bomen in de stad nog belangrijker om te zorgen voor voldoende ondergrondse groeiruimte, watervoorziening en een goede drainage om te voorkomen dat de bomen verdrinken in natte perioden. Ook wordt

Fysieke bouwstenen voor de knelpuntenanalyse nieuwbouw en herstructurering 95 risicospreiding door de aanplant van verschillende soorten en van potentieel beter geschikte soorten van belang (Hiemstra en van der Sluis, 2009).

Watertekorten leiden tot een beperking van de groei van het stedelijk groen. Dit leidt wellicht tot iets minder beheerkosten, maar wanneer de droogteschade veroorzaakt aan het groen wordt meegenomen, wordt de balans al snel negatief.

Waar speelt het?

Het effect van klimaatverandering op de vegetatie zal naar verwachting het grootst zijn in gebieden met diepe grondwaterstanden en op zandgronden. Hier kunnen grondwaterstanden uitzakken tot onder het bereik van de wortels. In de lagere peilbeheerste delen van Nederland ondervindt vegetatie minder effecten indien de grondwaterstanden niet te ver uitzakken. Echter, het grondwaterpeilbeheer komt onder druk te staan in de droge G+ en W+ scenario’s (zie hoofdstuk Grondwateronderlast). Daardoor kunnen ook in de peilbeheerste gebieden negatieve effecten op het stedelijk groen worden verwacht.

Stedelijke en maatschappelijke ontwikkeling

Zowel op gemeentelijk als Rijksniveau wordt geïnvesteerd in meer groen in de stad. Zo is er geïnvesteerd in Groene Krachtwijken, zijn er subsidieregelingen voor groene daken (in o.a. Amsterdam, Rotterdam, Den Haag, Utrecht) en groene gevels en is er het programma Groen en de Stad. Tegelijkertijd wordt vastgehouden aan het verdichten van de steden om het groene omliggende gebied als dusdanig te handhaven. Dit gaat mogelijk deels ten koste van huidige groenvoorziening in de stad.

Tegelijkertijd zal temperatuurstijging in de stad resulteren in een alsmaar toenemende behoefte aan verkoelend groen en stadsparken.

10.4 Conclusie

Voldoende vegetatie in de stedelijke omgeving is van groot belang voor veel stedelijke functies en vooral voor het leefklimaat. Het huidige areaal groen in de grote steden blijft momenteel nog achter bij de ambities. Een deel van de adaptatiemaatregelen aan een warmer klimaat bestaat uit het toevoegen van stedelijk groen.

Het effect van klimaatverandering op groen in stedelijk gebied is in kwantitatieve zin nog onvoldoende onderzocht en vormt een belangrijke kennishiaat. Conclusies zijn daarom gebaseerd op generieke kennis en ervaring in de huidige situatie.

Het klimaat verandert dusdanig langzaam, dat bestaand groen zich veelal zal kunnen aanpassen aan de nieuwe omstandigheden. De kans op sterfte is klein. Onder de klimaatscenario’s G+ en W+ zal droogtestress bij vegetatie wel toenemen, waardoor verdorring en/of bladval in droge perioden vaker voorkomen en de verdamping afneemt. Er zal vaker en langer een beroep worden gedaan op additionele zoetwatervoorziening van stedelijk groen (beregening) en er is een noodzaak om nieuw groen op een robuuste wijze aan te leggen.

Door vroegtijdige adaptatie kunnen de effecten op vegetatie en daarmee de beheerkosten in de toekomst worden beperkt. Onderdelen hierin zijn: vasthouden van water voor droge perioden; gebruik van droogteresistente soorten bij nieuwe aanplant; goede drainage voor

nattere perioden, rekening houden met verzilting en reserveren van voldoende ondergrondse ruimte voor wortels en vocht.

Op dit moment is de groenvoorziening een zaak van de gemeente. Potentiële gevolgen van klimaatverandering voor stedelijk groen zijn nauw verweven met de gevolgen voor het watersysteem. Met name in peilbeheerste gebieden is stedelijk groen daarom ook een aandachtspunt voor het Waterschap.

Fysieke bouwstenen voor de knelpuntenanalyse nieuwbouw en herstructurering 97

11 Watervraag en watervoorziening