• No results found

Framing van de PVV

In document Populisme Als Etiket (pagina 56-59)

Hoofdstuk 3 – Resultaten

3.6 Framing van populisme

3.6.1 Framing van de PVV

De Volkskrant zet populisme en daarmee een mogelijke winst voor de PVV neer als negatief. De krant schrijft enkele keren over populisme alsof een winst voor de PVV een negatieve gebeurtenis voor Nederland zou zijn. Dit is bijvoorbeeld terug te lezen in het volgende citaat, dat voorkwam in een artikel gepubliceerd na de verkiezingsuitslag:

Na een jaar dat gemarkeerd werd door de Brexit en de verkiezing van Donald Trump brengen de Nederlandse kiezers een pro-Europese en antipopulistische boodschap die welkom is.66

Door positief te schrijven over een anti-populistische boodschap ‘die welkom is’ zet de krant het populisme zelf hiermee neer als negatief. De krant zet populisme soms neer als een probleem

waarbij woorden de krant woorden gebruikt die aangeven dat populisme tegengehouden zou kunnen worden, zoals ‘wondermiddel tegen populisme’67 of ‘dam tegen populisme’68. De negatieve houding van De Volkskrant tegenover populisme is ook te herkennen in de woorden die gepaard gaan met beschrijvingen van de partij: ‘schrikken’ komt voor, in bijvoorbeeld ‘het schrikbeeld van een victorie kraaiende Wilders neemt langzaam af’69 en ‘kiezers worden afgeschrikt door de chaos en de onzekerheid waarmee het daadwerkelijk uitvoeren van de beloften tot dusver gepaard is gegaan’70. De houding en het optreden van Wilders in debatten wordt ook negatief beschreven, ofwel direct (‘Hij was afwezig en maakte een matte indruk’71) of door anderen te prijzen ten koste van Wilders (‘Het was meteen één van de meest gepassioneerde optredens van de vicepremier die Wilders wegzette als een man die Nederland verdeelt en verzwakt’72). Als laatste wordt de

campagnestrategie afgekeurd, deze wordt bijvoorbeeld een ‘afwezigheidscampagne’73 genoemd (zie ook paragraaf 3.8). 66 V71 67 V51 68 V51 69 V4 70 V49 71 V54 72 V45 73 V62

- 57 -

De verkiezingsuitslag voor de PVV werd daarnaast neergezet als een verlies. Dit terwijl de PVV van 15 naar 20 zetels in de Tweede Kamer ging en dus eigenlijk zetels erbij had gewonnen (Reedijk, 2017). Zowel De Volkskrant als De Telegraaf publiceerden na verkiezingsdag voor vrijwel iedere partij een apart artikel met daarin de uitslag voor die partij en korte reacties, dus ook voor de PVV. De Volkskrant kopte dit artikel met ‘Klinkklare nederlaag PVV’74 en De Telegraaf had ‘PVV viert geen feestje’75 boven het artikel staan. Beide kranten beschrijven de uitslag dus als een verlies, terwijl de partij juist zetels erbij kreeg. Dit is een construct: het is een verlies voor de partij omdat deze niet de grootste is geworden en door het eerdergenoemde punt dat hiermee (vooral volgens De Volkskrant) het ‘populisme’ is tegengehouden.

Ook zijn er artikelen op die niet over de PVV of Wilders gingen maar wel negatieve beschrijvingen van de partij of een latente negatieve beschrijving hadden. Een interview met

kamerlid Mustafa Amhaouch had bijvoorbeeld de kop ‘Geen last van Geert’76 terwijl dit artikel niet over Geert Wilders ging en de titel in principe een negatief statement is, waarbij werd geïnsinueerd dat Amhaouch last van hem zou kunnen hebben. In een overzichtsartikel over de campagnes van alle partijen werd genoemd dat Wilders ‘spot met alle conventies’77, waarmee geïmpliceerd werd dat het niet opvolgen van de ‘conventies’ negatief zou zijn. Ook beschreven de kranten de partij soms niet expliciet negatief, maar wel impliciet. In een artikel stond wat partijen zouden kunnen doen aan bepaalde maatschappelijke problemen, maar stond er steeds bij dat de PVV hier niets aan zou kunnen doen78. In een ander artikel werd de verkiezingsdag beschreven in een dorp, waarbij de PVV-stemmers negatief worden neergezet:

Bij de stembureaus waar in 2010 en 2012 veel PVV werd gestemd, stuit je op veel meer kiezers die niet willen vertellen wat ze hebben gestemd, die afwerende gebaren maken of die nieuwsgierige lui met een duwtje op afstand houden.79

Let hierbij op de mensen die vreemd gedrag lieten zien niet expliciet PVV-stemmers worden genoemd, maar dat dit door te noemen dat er daar meer op de PVV werd gestemd dan bij andere stembureaus toch PVV-stemmers negatief naar voren komen. In deze tekst werden PVV-stemmers later ook op zichzelf beschreven:

Dat schept verwarring: want waarvoor kiezen Wilders-stemmers woensdag eigenlijk?80

74 V62 75 T47 76 V16 77 V20 78 V30 79 V67 80 V34

- 58 -

Hiermee creëert De Volkskrant een discours waarmee ze de PVV-kiezers als aparte groep neerzetten, die niet deel van henzelf is.

In deze framing van de PVV is de portretmacht van media te herkennen zoals gedefinieerd door Van Praag en Brants (2014). Hoe kranten tijdens verkiezingen schrijven over politieke partijen heeft invloed op publieke opinie van mensen over deze partijen (Van Hoof, Jacobi, Ruigrok & Van Atteveldt, 2014). Door het framen van de uitslag van de PVV als een verlies zullen mensen denken dat de PVV de verkiezingen ook verloren heeft, terwijl het aantal zetels van de partij eigenlijk toenam.

De Telegraaf heeft een minder negatieve houding tegenover populisme. Zoals eerder is genoemd schrijft de krant alleen in het algemeen weinig expliciet over het fenomeen populisme. In de paar keer dat populisme wordt genoemd is dit bovendien in verwijzing naar de PVV. De enige expliciete vermelding staat in een artikel over een tegengeluid tegen het ‘verslagen populisme’. Daarin wordt genoemd dat er zowel ‘vrees als opluchting’ is na het verlies van de PVV81. In die twee woorden is de strekking te vinden van hoe De Telegraaf over de PVV schrijft: er is opluchting, omdat de krant een relatief kritische houding heeft tegenover de PVV. In het artikel over de

verkiezingsuitslag van de PVV wordt bijvoorbeeld negatief over de campagne van de partij geschreven82 en in een interview met Geert Wilders worden kritische, soms bekritiserende vragen gesteld83 (zie ook paragraaf 3.3). Maar er is ook vrees, want het had erger kunnen zijn. De krant heeft een kritische houding maar schrijft niet altijd negatief over de PVV. In een van de artikelen noemt de krant dat FvD in vergelijking met de PVV ‘het’ netter verwoordt84, waarbij de krant niet duidelijk maakt wat ‘het’ betekent. Hiermee geeft de krant wel aan dat ‘het’ bestaat en daarmee geeft de krant legitimiteit aan de standpunten van de PVV.

Dit gebeurt ook in een ander artikel, waar staat: ‘Want inderdaad, 'dit is óns land'‘85 Dit citaat geeft legitimiteit aan de standpunten van de PVV omdat de PVV opkomt voor ‘het volk’, wat volgens de kenmerken van Taggart (2004) een vaag gehouden groep is die op een ideaal landschap leeft, waarvan de bewoners zich tegen immigranten keren. Door te stellen ‘dit is óns land’ wordt dit standpunt door de krant bevestigd. Daarnaast zet De Telegraaf niet de PVV, maar FvD en Denk neer als een bedreiging en die partijen hebben zetels in de Tweede Kamer gekregen. Dit komt bijvoorbeeld voor in dit citaat, waarin kritiek op Denk staat:

81 T55 82 T47 83 T25 84 T27 85 T28

- 59 -

Men moet vrezen voor de luizen in de pels. Voor de kolonisten van Cata... Ik bedoel de kolonisten van Kuzu86

In de beschrijving van FvD:

Maar misschien moet men nog banger zijn voor die andere nieuwkomer: Forum voor Democratie.87

De Telegraaf zet zeker FvD neer als mogelijk alternatief voor de PVV88, maar in deze context wordt FvD neergezet als gevaarlijker dan de PVV.

In document Populisme Als Etiket (pagina 56-59)