• No results found

Afsluiting: Omheining, begrenzing van een perceel.

Bebouwingsindex (B/T): De bebouwingsindex is de verhouding van de bebouwbare oppervlakte (B) op de terreinoppervlakte (T) van een bedrijfsperceel.

Bedrijf en bedrijvigheid: Een 'bedrijf' kan gezien worden als de materiële uiting van een economische activiteit, of een bedrijf is het gebouw of de “inrichting” (cf. bvb.

milieudecreet) waarin een bepaalde economische activiteit wordt uitgeoefend.

'Bedrijvigheid' is dan het uitoefenen van een economische activiteit in een specifieke inrichting.

Bedrijfsperceel: Geheel van één of meerdere kadastrale percelen waarop een bedrijf gevestigd is.

Bedrijfswoning/conciërgewoning: Woning bij een bedrijf; deze woning wordt bewoond door de eigenaars van het bedrijf of een conciërge. De woning is steeds ondergeschikt aan de bedrijvigheid.

Bestemming: De bestemming duidt de functie aan die door het plan juridisch vastgelegd wordt.

4212003030_sbv.doc - RUP Fruitveiling-Zuid – Borgloon 10

Richtinggevend Verordenend

Toelichting Essentiële aspecten Stedenbouwkundige voorschriften

De hoofdbestemming moet steeds gerealiseerd worden en dit voor ten minste de helft van de bruto-vloeroppervlakte.

De nevenbestemmingen zijn steeds ondergeschikt aan de hoofdbestemming.

Alle toegelaten ondergeschikte bestemmingen samen mogen niet meer dan 50% van de bruto-vloeroppervlakte innemen. Wanneer de ondergeschikte functies niet aanleunen bij de hoofdfunctie kunnen zij niet gerealiseerd worden.

De procentuele berekening gebeurt op basis van de bruto-vloeroppervlakten.

Bouwhoogte: Totale hoogte van een gebouw gemeten tussen het bestaande wegpeil en het hoogste punt van het bouwwerk. Het wegpeil wordt gebaseerd op de voorliggende wegenis ter hoogte van de as van de weg en gemeten in het midden van het perceel (zie ook nevenstaande figuur). Uitzonderingen van ondergeschikte bouwonderdelen op het hoogste punt zijn schoorstenen, antennes, technische ruimtes, liftkokers, …

Bruto-vloeroppervlakte: De som van alle tot het gebouw behorende binnenruimten, andere dan de onbewoonbare kelders en onbewoonbare zolders. De bruto vloeroppervlakte wordt gemeten op vloerniveau langs de buitenomtrek van de (buitenste) opgaande scheidingconstructie, die de desbetreffende ruimte(n) omhullen. De oppervlakte van al dan niet gemeenschappelijke circulatieruimte met inbegrip van het trapgat, een liftschacht en/of leidingschacht is op elk vloerniveau tevens begrepen in de bruto vloeroppervlakte. De oppervlakte van niet-overdekte buitenruimten zoals loggia’s, balkons, niet opgesloten galerijen, dakterrassen en dergelijke worden niet tot de bruto vloeroppervlakte van een gebouw gerekend.

Constructie: Elk bouwwerk van hout, steen, beton, metaal of ander bouwmateriaal dat met de grond verbonden is of erop geplaatst is.

Dakrandhoogte: De dakrandhoogte van een gebouw is de hoogte vanaf het gelijkvloers peil tot aan de bovenzijde van de dakrand.

Gebouw: Elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.

Hoogstammig groen: Hogere, opgaande, houtige planten.

Inheemse bomen en struiken: Het betreft beplanting, of plantengroei, die van

4212003030_sbv.doc - RUP Fruitveiling-Zuid – Borgloon 11

Richtinggevend Verordenend

Toelichting Essentiële aspecten Stedenbouwkundige voorschriften

en/of op deze specifieke plaats voordoen. Deze planten kunnen zowel van autochtone oorsprong zijn, dan wel in het verleden ingevoerd en inmiddels geïntegreerd in het natuurlijke milieu.

Lokaal bedrijf: Een be- en verwerkend bedrijf (inclusief tertiaire dienstverlening) dat een verzorgend karakter heeft ten aanzien van de omgeving, dat wat schaal betreft aansluit bij de omgeving (schaal van de kern, schaal van het stedelijk gebied,…) en dat beperkt is in omvang.

Opslagruimte: Deel van een bedrijfsgebouw waar goederen (tijdelijk) worden opgeslagen.

Perceelsgrens: Een grens van het (bouw)perceel. De op plan aangeduide perceelsgrenzen zijn deze van het bestemmingsplan. De perceelsgrenzen kunnen door middel van delingen steeds aangepast worden.

Plat dak: Dak dat een gebouw afdekt onder een helling die lager of gelijk is aan 10%, eventueel ook als dakterras uit te bouwen.

Regionaal bedrijf: Een regionaal bedrijf is een grootschalig bedrijf met belangrijke ruimtelijke impact op de omgeving op vlak van mobiliteit, uitzicht, omvangrijke ruimte-inname, of potentieel in te bufferen effecten. Regionaal verwijst niet naar de economische relaties of het verzorgingsgebied van het bedrijf. Op een regionaal bedrijventerrein kunnen bedrijven gevestigd en uitgebaat worden die om ruimtelijke of milieuredenen niet verweefbaar (meer) zijn met een multifunctionele stedelijke of residentiële omgeving.

Representatieve gevel: Zichtbare gevel van een bedrijfsgebouw op een zichtlocatie, waarvoor bij het ontwerp en de uitvoering speciaal aandacht besteed werd aan de architectuur: eigentijdse vormentaal, harmonische compositie van de gevelopeningen, duurzaam materiaalgebruik, doordachte weergave van reclame,…

Rooilijn: Deze lijn vormt de grens tussen de openbare weg en de aanpalende eigendommen hetzij overeenkomstig de actuele bezitstoestand, hetzij overeenkomstig hetgeen door de administratieve overheid is voorgeschreven voor de toekomst.

Tuinstroken: er wordt een onderscheid gemaakt tussen voor-, zij- en achtertuin.

Deze zijn weergegeven op nevenstaande figuur.

4212003030_sbv.doc - RUP Fruitveiling-Zuid – Borgloon 12

Richtinggevend Verordenend

Toelichting Essentiële aspecten Stedenbouwkundige voorschriften

Verharding: Behandelingen waarbij de bodem aangepast wordt aan een niet natuurlijk gebruik (weg, pad, terras, parking) en de waterdoorlaatbaarheid sterk beperkt wordt. Veelvuldig gebruikte verhardingen zijn (beton)klinkers, kasseien, beton, steenslag, asfalt, dolomiet enz. Waterdoorlatende verhardingen zijn verhardingen met waterdoorlatende ondergrond die de waterdoorlaatbaarheid slechts in beperkte mate beperken zoals betonrasterstenen, grindpaden en andere aangepaste materialen…

Voorbouwlijn: Locatie waarop verplicht de voorgevel van een hoofdgebouw wordt ingeplant.

Wonen: Verblijven van personen in één – of meergezinswoningen, of/en in de vorm van appartementen of studio’s.

Zone: Een op het grafisch plan aangegeven vlak met éénzelfde bestemming.

Zonegrens: Grens van een bestemmingszone.

Achtertuinstrook

Zijtuinstrook Voortuinstrook

4212003030_sbv.doc - RUP Fruitveiling-Zuid – Borgloon 13

Art. 1 Zone voor bedrijventerrein

Richtinggevend Verordenend

Toelichting Essentiële aspecten Stedenbouwkundige voorschriften

Gebiedscategorie: Bedrijvigheid groothandel in functie van de fruitveiling toegelaten in deze bestemmingszone. Kleinhandel daarentegen is niet toegelaten, ook niet indien ze betrekking hebben tot complementaire activiteiten.

De bedrijfswoning zal deel uit maken van het bedrijfsgebouw, dit kan op het gelijkvloers geïntegreerd in het bedrijfsgebouw of er bovenop.

- Hoofdbestemming:

De gronden zijn bestemd voor fruitgerelateerde bedrijvigheid met volgende hoofdactiviteiten:

o Productie, opslag, bewerking en verwerking van goederen;

o Op- en overslag, voorraadbeheer, groepage, fysieke distributie en groothandel;

De gronden zijn tevens bestemd voor de vestiging van de gemeentelijke technische dienst. De technische dienst kan zich enkel aansluitend aan de N76 (Kernielerweg) bevinden, zonder hierop een bijkomende ontsluiting te voorzien.

Volgende complementaire activiteiten die ondergeschikt zijn aan de hoofdactiviteiten zijn toegelaten:

o Complementaire diensten, kantoorruimten, handelsruimten en/of toonzalen voor zover deze gekoppeld zijn aan bedrijvigheid die gevestigd is binnen deze bestemmingszone en voor wat betreft de vloeroppervlakte ondergeschikt zijn aan deze bedrijfsactiviteit;

o Laad- en losruimte, parkeer- en manoeuvreerruimte, waterbufferingsinstallaties;

o Het inrichten van maximaal 3 woongelegenheden voor bedrijfsleiders, conciërges of bewakingspersoneel voor de gehele bestemmingszone is mogelijk, voor zover deze fysisch geïntegreerd zijn in het bedrijfsgebouw, en met een maximale bruto vloeroppervlakte van 250 m² per woongelegenheid.

4212003030_sbv.doc - RUP Fruitveiling-Zuid – Borgloon 14

Richtinggevend Verordenend

Toelichting Essentiële aspecten Stedenbouwkundige voorschriften

De inplanting van nieuwe inrichtingen zoals bedoeld in het Samenwerkingsakkoord tussen de Federale Staat, het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende de beheersing van zware ongevallen waarbij gevaarlijke stoffen zijn betrokken (Seveso-inichtingen), volgens de op het moment van inwerkingtreding van het RUP geldende regelgeving, zijn niet toegestaan.

De volgende activiteiten zijn niet toegelaten:

o Zuivere kleinhandel;

o Zuivere agrarische productie;

o Autonome kantoren;

o Verwerking en bewerking van mest of slib.

Het is toegelaten de ontwikkeling gefaseerd te laten verlopen.

Inrichting Algemeen

Elke aanvraag voor een omgevingsvergunning zal worden beoordeeld rekening houdend met de goede plaatselijke ruimtelijke ordening en nagestreefde omgevingskwaliteit, rekening houdend met onder meer:

o Zorgvuldig ruimtegebruik. Daarbij wordt tenminste aandacht besteed aan:

- Het bouwen in meerdere lagen daar waar de bedrijfsactiviteit dit toelaat;

- Het stapelen van bedrijven daar waar de bedrijfsactiviteit dit toelaat;

- Het maximaal groeperen van gebouwen waar de bedrijfsactiviteit dit toelaat en het aansluitend op bestaande gebouwen uitbreiden;

- De gemeenschappelijke organisatie van voorzieningen voor

4212003030_sbv.doc - RUP Fruitveiling-Zuid – Borgloon 15

Richtinggevend Verordenend

Toelichting Essentiële aspecten Stedenbouwkundige voorschriften

Het plaatsen van windmolens is niet wenselijk.

hemelwaterinfiltratie en –retentie;

- De mogelijkheid om bepaalde diensten onder te brengen in gemeenschappelijke gebouwen (bv. gemeenschappelijk bedrijfsrestaurant, gedeelde vrachtwagenwasplaats,…);

o Ruimtelijke samenhang van het hele gebied.

Om de ruimte zo efficiënt mogelijk te kunnen gebruiken is het enkel toegelaten zonnepanelen op de daken te plaatsen.

Ten behoeve van communicatieve doeleinden is het mogelijk één zendmast te installeren binnen deze bestemmingszone. Deze dient te voldoen aan volgende voorwaarden:

o Hoogte: max 40m;

o Enkel een buismast is toegelaten, masten met een vakwerkconstructie zijn niet toegelaten;

o De zendmast is niet hoger dan technisch strikt noodzakelijk is;

o De zendmast wordt op minimaal 50m van woongebieden ingeplant.

Inrichtingsschets en beplantingsplan

Alle werken, handelingen en wijzigingen die nodig of nuttig zijn voor de realisatie van de bestemming zijn toegelaten voor zover ze wat schaal en ruimtelijke impact verenigbaar zijn met de omgeving.

Een aanvraag voor een omgevingsvergunningen voor de ontwikkeling van (een deel van) de bestemmingszone moet vergezeld zijn van een samenhangende inrichtingsstudie en beplantingsplan die een voorstel bevat voor de ordening en inrichting van het gebied.

De inrichtingsstudie met beplantingsplan maakt deel uit van het dossier betreffende de aanvraag van omgevingsvergunning voor nieuwbouw en wordt als dusdanig meegestuurd aan de adviesverlenende instanties overeenkomstig de toepasselijke procedure voor de behandeling van deze aanvragen en hanteert plannen, schetsen, terreinprofielen en tekeningen om het voorkomen en de

4212003030_sbv.doc - RUP Fruitveiling-Zuid – Borgloon 16

Richtinggevend Verordenend

Toelichting Essentiële aspecten Stedenbouwkundige voorschriften

De gebouwen worden zo ingeplant dat het oorspronkelijke reliëf zoveel mogelijk behouden blijft.

Om de niveauverschillen op te vangen zullen de bestaande taluds aan de Kernielerweg en de Boeshoven behouden blijven. Ze zullen als lijnvormig groenelement worden behouden en versterkt. Rechtstreekse ontsluiting van bedrijven naar de N76 is niet toegelaten.

In het kader van zuinig ruimtegebruik wordt er per bedrijfsperceel een hoog bebouwingspercentage toegestaan. De bebouwingsindex van 0,9 geldt per bedrijfsperceel zonder de wegenis en de bufferzones.

De groene buffers rondom het terrein zorgen reeds voor een groene inkleding van het terrein.

- Constructie - Rooilijn

- B/T: max 0.9

- Bouwhoogte: max 12m

inrichting van de omgeving duidelijk weer te geven.

De inrichtingsstudie met beplantingsplan is een informatief document voor de vergunningverlenende overheid met het oog op het beoordelen van de vergunningsaanvraag in het licht van de goede ruimtelijke ordening en de stedenbouwkundige voorschriften. Dit document duidt aan op welke wijze de bestemmingszone ontwikkeld kan worden, waar bebouwing en verharding voorzien wordt, en hoe deze invulling kadert in de omgeving met oog op de ontsluiting, de gewenste bouwdichtheid en de ruimtelijke en architecturale kwaliteit. Ook de aanleg van de niet bebouwde en niet verharde ruimte dient hierbij te worden aangegeven, meer bepaald de situering van groene massa’s en ruimten, inrichting van verharde ruimten, situering bestaande te behouden hoogstambomen en voorziene hoogstambomen en heesters, enz.

De inrichtingsstudie met beplantingsplan beschrijft tevens de elementen van de aanvraag met betrekking tot duurzaam materiaal-, energie en watergebruik. Ook moet het streekeigen karakter van de beplanting blijken.

Inplanting gebouwen

o Zowel vrijstaande als gekoppelde bebouwing is toegestaan;

o De voorgevelbouwlijn is minimaal 5m gelegen vanaf de rooilijn.

Constructies en afsluitingen zijn niet toegestaan in de strook tussen de rooilijn en de voorgevelbouwlijn;

o Het oorspronkelijke reliëf wordt maximaal bewaard.

Bouwvolume

o De maximale bebouwingsindex bedraagt: 0,9 Bouwhoogte en dakvorm

o Bouwhoogte: max. 12 m, uitzonderingen kunnen toegestaan worden voor bijzondere constructies zoals silo’s, indien deze om technische redenen vereist zijn.

4212003030_sbv.doc - RUP Fruitveiling-Zuid – Borgloon 17

Richtinggevend Verordenend

Toelichting Essentiële aspecten Stedenbouwkundige voorschriften

Om een maximale integratie van het bedrijf in zijn omgeving te bevorderen zullen er geen afvalstoffen, noch grondstoffen, niet afgewerkte en afgewerkte producten mogen gestort of gestapeld worden in open lucht op deze delen die van het openbaar domein zichtbaar zijn en het esthetische aspect van de omgeving kunnen schaden. De vaste afvalstoffen mogen niet permanent op het terrein worden gestort maar zullen op reglementaire wijze worden verwijderd.

Het is toegelaten voor bijvoorbeeld de technische dienst om tijdelijk afvalstoffen op te slaan of te storten die later zullen worden afgevoerd. Dit wordt verder geregeld op bedrijfsniveau d.m.v. de milieuvergunningsplicht. Elke rommelige aanblik (schroot, puinhopen, wrakken, etc.) vanaf de grenzen van het perceel, dienen aan het oog te worden onttrokken door een aangepaste architectuur, beplanting en eventueel in een speciaal daartoe voorziene inrichting ondergebracht worden.

- Dakvorm: vrij o Dakvorm is vrij.

Onbebouwde delen

o De onbebouwde delen van deze zone dienen duurzaam en groen ingericht te worden. Verhardingen zijn enkel toegestaan in functie van ontsluiting, opslag, toegang tot de gebouwen, parkeren enz.

o De zone tussen de rooilijn en de bebouwing moet ingericht worden als een representatief voorgebied met circulatieruimte en beperkte parkeervoorzieningen aanvullend op de gemeenschappelijke parkeerruimte op openbaar domein. Hiertoe wordt het geheel ingekleed met een aangepaste beplanting bestaande uit hoogstammen en struiken.

Een lijst van de toegelaten beplantingen is toegevoegd in de bijlage.

o Rechtstreekse ontsluiting van de bedrijven naar de N76 is niet toegelaten.

o Opslag van grondstoffen, afgewerkt en niet afgewerkte materialen in open lucht is enkel toegelaten indien dit landschappelijk ingekleed wordt en onttrokken uit het zicht van het openbaar domein. Permanente opslag en storten van afvalstoffen is niet toegelaten. Tijdelijke opslag van afvalstoffen is mogelijk indien het landschappelijk ingekleed wordt en onttrokken uit het zicht van het openbaar domein

o De inrichting van interne ontsluitingswegen in de volledige zone zijn toegestaan. Een ontsluiting naar Boeshoven is niet toegestaan.

Parkeren, laden en lossen

Nieuwe bedrijven dienen t.b.v. de bedrijvigheid parkeerruimte te voorzien met een capaciteit die in verhouding staat tot de personeelsbezetting en het aantal te verwachten bezoekers. Binnen de zone voor bedrijvigheid wordt tevens een ruimte voorzien voor het laden en lossen.

Bij elke vergunningsaanvraag (van gebouwen en/of structurele reorganisaties) zullen, ter beoordeling van de verkeerscirculatie, de verkeersattractie en verkeersproductie, volgende elementen informatief worden toegevoegd:

4212003030_sbv.doc - RUP Fruitveiling-Zuid – Borgloon 18

Richtinggevend Verordenend

Toelichting Essentiële aspecten Stedenbouwkundige voorschriften

Parkeren, laden en lossen

Nieuwe bedrijven dienen in eigen parkeerbehoefte te voldoen, en aan te tonen via een afzonderlijke informatieve nota dat er voldoende parkeerplaatsen op eigen terrein of in de directe omgeving worden voorzien.

Om een wildgroei aan reclameborden tegen te gaan is er slechts één reclamezuil toegelaten langsheen de gewestweg. Deze reclamezuil doet dienst als baken voor het bedrijventerrein en wijst enkel de verschillende bedrijven aan die zich op het bedrijventerrein bevinden.

o Plan met verkeerscirculatie van de verschillende gebruikers, inclusief de nodige en realistische draaicirkels, met bijzondere aandacht voor het betreden en verlaten van het terrein (klanten, werknemers, leveringen) o Een overzicht van de verschillende gebruikers met name:

- De klanten: aantallen op weekdagen, zaterdagen, piekdagen, gemiddelde verblijfsduur, openingsuren, aantal te voorziene parkeerplaatsen voor klanten, het vervoersmiddel van de klant - Personeel en eigen wagenpark: aantal werknemers, aantal

parkeerplaatsen voor een eigen personeel, het eigen wagenpark en het aantal bewegingen/dag, eigen wagenpark (per type vervoersmiddel)

- Leveringen: aantal leveringen per week (per type vervoersmiddel), aantal op piekdagen, vervoersmiddel.

Dit zijn informatieve documenten voor de vergunningverlenende overheid met het oog op het beoordelen van de vergunningsaanvraag in het kader van de goede ruimtelijke ordening en de stedenbouwkundige voorschriften van het gebied.

Reclamevoorzieningen

o Publiciteit is toegelaten onder volgende voorwaarden:

- Gevelreclame op het bedrijfsgebouw waarbij de maximumhoogte voor reclame gelijk is aan de dakrandhoogte van de bedrijfsgebouwen met een maximale oppervlakte van 4m²;

- Er is één vrijstaande reclamezuil toegelaten langsheen de gewestweg bij de toegang naar het bedrijventerrein. Deze zuil heeft een maximale hoogte van 5m met een maximale oppervlakte van 8m².

Het aanbrengen van publiciteits- of uithangborden boven op de daken van de gebouwen is verboden, evenals het plaatsen van afzonderlijke reclameborden op palen of gelijkaardige steunen bij elk afzonderlijk bedrijf.

4212003030_sbv.doc - RUP Fruitveiling-Zuid – Borgloon 19

Art. 1bis Zone voor uitbreiding (overdruk)

Richtinggevend Verordenend

Toelichting Essentiële aspecten Stedenbouwkundige voorschriften

Gebiedscategorie: ///

Bestemming

Deze overdrukzone heeft dezelfde bestemmingsvoorschriften als beschreven in Art.

1 “Zone voor bedrijventerrein” behoudens de mogelijkheid voor de inrichting van de gemeentelijke technische dienst.

De bestemming Art. 1 “Zone voor bedrijvigheid” komt te vervallen voor de deelzone Art. 1bis “Zone voor uitbreiding” indien er voor 2025 geen vergunningsaanvraag is ingediend voor de realisatie van het bedrijventerrein en er binnen de geldigheid van de afgeleverde vergunning voor de realisatie van het bedrijventerrein niet gestart is met de werken. Indien de bestemming in overdruk komt te vervallen is de bestemming ‘agrarisch gebied’ van toepassing.

Inrichting Indien de bestemming van Art. 1 “Zone voor

bedrijvigheid” komt te vervallen voor dit deelgebied zal er worden teruggegrepen naar de typevoorschriften van agrarisch gebied uit het gewestplan zoals hierlangs beschreven.

Onder aan de landbouw verwante bedrijven worden verstaan: bedrijven die alleen aan de landbouwers producten toeleveren of van landbouwers afgenomen

De overdrukzone heeft dezelfde inrichtingsvoorschriften als beschreven in Art 1

“Zone voor bedrijvigheid”. Indien de bestemming in overdruk komt te vervallen zijn volgende inrichtingsvoorschriften van toepassing:

Alle werken, handelingen en wijzigingen die nodig of nuttig zijn voor de landbouwbedrijfsvoering van landbouwbedrijven zijn toegelaten.

Een landbouwbedrijfszetel mag alleen de noodzakelijke bedrijfsgebouwen en de woning van de exploitanten bevatten, alsook verblijfsgelegenheid, verwerkende en dienstverlenende activiteiten voor zover die een integrerend deel van het bedrijf uitmaken.

In het gebied zijn ook aan de landbouw verwante bedrijven toegelaten voor zover hun aanwezigheid in het agrarisch gebied nuttig of nodig is voor het goed functioneren van de landbouwbedrijven in de omgeving en ze gevestigd worden in

4212003030_sbv.doc - RUP Fruitveiling-Zuid – Borgloon 20

Richtinggevend Verordenend

Toelichting Essentiële aspecten Stedenbouwkundige voorschriften

producten stockeren, sorteren of verpakken in verse toestand, tuinaanlegbedrijven die planten of bomen kweken of conditioneren over een minimumoppervlakte van een halve hectare. Bij verwerking is alleen mestbehandeling of mestvergisting toegelaten.

Momenteel bevinden er zich geen landbouwbedrijfszetels binnen de overdrukzone. Moest dit in de toekomst wel zo zijn, dan blijft het mogelijk hier aan landbouw verwante bedrijven op te richten.

bestaande landbouwbedrijfzetels. Die bedrijven moeten een directe en uitsluitende relatie hebben met de aanwezige landbouwbedrijven door afname of toelevering van diensten of producten. Primaire bewerking of opslag van producten kan worden toegelaten. Verwerking van producten is uitgesloten, met uitzondering van mestbehandeling en mestvergisting. Er moet rekening gehouden worden met de schaal en de ruimtelijke impact van deze bedrijven. Daarbij wordt tenminste aandacht besteed aan:

o De relatie met de in de omgeving aanwezige functies;

o De invloed op de omgeving wat het aantal te verwachten gebruikers of bezoekers betreft;

o De invloed op de mobiliteit en de verkeersleefbaarheid;

o De relatie met de in de omgeving van het gebied vastgelegde bestemmingen.

4212003030_sbv.doc - RUP Fruitveiling-Zuid – Borgloon 21

Art. 1ter Zone voor transparante buffer (overdruk)

Richtinggevend Verordenend

Toelichting Essentiële aspecten Stedenbouwkundige voorschriften

Gebiedscategorie: ///

Bestemming

Deze overdrukzone heeft dezelfde bestemmingsvoorschriften zoals beschreven in Art. 4 “Zone voor transparante buffer”.

Deze bestemming treedt in werking indien er voor 2025 geen vergunningsaanvraag is ingediend voor de realisatie van het bedrijventerrein en er binnen de geldigheid van de afgeleverde vergunning voor de realisatie van het bedrijventerrein niet gestart is met de werken. In dit geval zal de onderliggende bestemming te vervallen komen.

Inrichting Indien de overdrukzone in werking treedt zal er een

buffer opgericht dienen te worden om het bedrijventerrein voldoende te bufferen naar de omgeving. De buffer is gebaseerd op deze in het voorgaand RUP waardoor een volledige bufferfunctie gegarandeerd zal zijn.

De overdrukzone heeft dezelfde inrichtingsvoorschriften als beschreven in Art 4

“Zone voor transparante buffer”.

4212003030_sbv.doc - RUP Fruitveiling-Zuid – Borgloon 22

Art. 2 Zone voor buffer tegen talud

Art. 2 Zone voor buffer tegen talud

GERELATEERDE DOCUMENTEN