• No results found

EEX-V°/17 Verdrag en 24 EEX-V°/18 Verdrag alsmede het

met woonplaatskeuze, aanwijzing van de plaats van uitvoering van een

artikelen 23 EEX-V°/17 Verdrag en 24 EEX-V°/18 Verdrag alsmede het

Haags Forumkeuzeverdrag

4.1 INLEIDING

Forumkeuze is vooral van belang in ‘burgerlijke en handelszaken’ zoals gedefi-nieerd in artikel 1 EEX-V°/Verdrag. Dit artikel bepaalt het materiële toepas-singsbereik van het gehele EEX-V°/Verdrag en daardoor ook van de artikelen 23 EEX-V°/17 Verdrag en 24 EEX-Vº/18 Verdrag. Artikel 1 EEX-V°/Verdrag is daarom voor het materiële toepassingsbereik van dit onderzoek over forum-keuze gekozen als referentiepunt. In dit hoofdstuk sta ik daarom stil bij de afbakening van dit onderzoek door in te gaan op de omschrijving van ‘burgerlij-ke en handelsza‘burgerlij-ken’ in arti‘burgerlij-kel 1 EEX-V°/Verdrag.

Forumkeuze buiten burgerlijke en handelszaken bespreek ik in dit onder-zoek niet, behalve enkele opmerkingen in dit hoofdstuk. In het algemeen is forumkeuze buiten burgerlijke en handelszaken van geringe betekenis. Een uitzondering in de jurisprudentie van het Hof van Justitie betrof bijvoorbeeld de betalingsvoorwaarden van Eurocontrol voor de gebruikers van luchtbeveili-gingsdiensten.1 Deze betalingsvoorwaarden bevatten een forumkeuze ten gunste van de Rechtbank van Koophandel te Brussel.2Beperkte mogelijkheden tot forumkeuze biedt het familierecht. Voor sommige onderwerpen, zoals geschillen over het huwelijksgoederenrecht, mogen partijen naar Nederlands internationaal privaatrecht een forumkeuze overeenkomen zonder dat de EEX-V° of het Verdrag van toepassing is.3 In het familierecht zijn vorderingen wegens onderhoudsverplichtingen tussen (ex-)echtgenoten en ouders en kinderen wel ‘burgerlijke en handelszaken’ in de zin van artikel 1 EEX-V°/Ver-drag, zodat een forumkeuze in beginsel is toegelaten.4Is in een echtscheidings-convenant een forumkeuze overeengekomen, dan kan daarvan nakoming worden gevorderd voor het gerecht dat in het convenant is aangewezen. De forumkeuze dient dan te worden getoetst aan artikel 23 EEX-V°/17 Verdrag (uitdrukkelijke forumkeuze) of 24 EEX-V°/18 Verdrag (stilzwijgende

forum-1 HvJ 14 oktober 1976, zaak 27/76, LTU/Eurocontrol, Jur. 1976, p. 1541, NJ 1982, 95. 2 HvJ 14 oktober 1976, zaak 27/76, LTU/Eurocontrol, Jur. 1976, p. 1541, NJ 1982, 95 r.o. 4

waarin werd beslist dat de vordering tot betaling van de bijdrage voor luchtbeveiligingsdien-sten geen ‘burgerlijke of handelszaak’ is.

3 HvJ 27 maart 1979, zaak 143/78, Cavel I, Jur. 1979, p. 1055, NJ 1979, 510 definieert het begrip ‘huwelijksgoederenrecht’.

keuze). Gelet op het arrest Van den Boogaard/Laumen kan zelfs een vordering in de vorm van de betaling van een eenmalig bedrag of een overdracht van vermogensbestanddelen aan een (ex-)echtgenoot onder de EEX-V° of het Verdrag vallen, indien de betaling respectievelijk overdracht tot doel heeft in het levensonderhoud van de andere partij te voorzien.5Ook voor geschillen hierover is een forumkeuze krachtens artikel 23 V°/17 Verdrag of 24 EEX-V°/18 Verdrag toegestaan.

Het fiscale recht en het bestuursrecht bevatten bevoegdheidsregels van openbare orde, zodat een forumkeuze op deze rechtsgebieden niet mogelijk is.6Hoewel denkbaar is dat een ziekenfonds of instelling belast met de uitvoe-ring van de sociale verzekeuitvoe-ringsovereenkomsten een forumkeuze bedingt teneinde gemakkelijk vorderingen op verzekerden te kunnen incasseren, gebeurt dat in de praktijk niet vaak. Bovendien zijn hiervoor aparte regels van toepassing.7

In dit hoofdstuk zal een behandeling plaatsvinden van het materiële toepas-singsbereik van artikel 23 EEX-V°/17 Verdrag en 24 EEX-Vº/18 Verdrag (‘burgerlijke en handelszaken’) en de onderwerpen die artikel 1 EEX-V°/ Verdrag expliciet uitsluit, te weten de staat en bevoegdheid van natuurlijke personen, huwelijksgoederenrecht, testamenten en erfenissen, faillissementen, surséances, akkoorden en sociale zekerheid.8

De toepasselijkheid van artikel 23 EEX-V°/17 Verdrag en artikel 24 EEX-Vº/ 18 Verdrag wordt niet alleen begrensd door een materieel toepassingsbereik, maar ook andere grenzen beperken de reikwijdte van deze artikelen. In de volgende paragraaf ga ik in op de grenzen van toepasselijkheid van de artike-len 23 en 24 EEX-Vº alsmede 17 en 18 Verdrag. In de daarop volgende para-graaf 4.3 vindt een bespreking plaats van de term ‘burgerlijke en handelszaken’ in de zin van artikel 1 EEX-V°/Verdrag. In paragraaf 4.4 behandel ik de uitgesloten onderwerpen van artikel 1 EEX-V°/Verdrag. In paragraaf 4.5 bespreek ik het materiële toepassingsbereik van het Haags Forumkeuzeverdrag. Ik vergelijk het materiële toepassingsbereik van dit verdrag met het toepas-singsbereik van de EEX-V° en het Verdrag. Het hoofdstuk eindigt in paragraaf 4.6 met een conclusie.

5 HvJ 27 februari 1997, zaak C-220/95, Van den Boogaard/Laumen, Jur. 1997, p. I-1147, NJ 1999, 112.

6 Zie echter voor fiscale vorderingen gebaseerd op het civiele recht HR 8 april 2005, NJ 2005, 347.

7 Strikwerda, Inleiding NIPR, p. 255.

8 Artikel 1 EEX-Vº/Verdrag sluit ook arbitrage uit. Dat blijft in dit hoofdstuk echter buiten beschouwing. Ik verwijs naar paragraaf 2.6.

4.2 ALGEMEEN:DE GRENZEN VAN TOEPASSING VAN DE ARTIKELEN23EEX-V°/ 17VERDRAG EN24EEX-V°/18VERDRAG

4.2.1 Inleiding

Artikel 23 EEX-V°/17 Verdrag en 24 EEX-V°/18 Verdrag hebben een beperkt toepassingsbereik en laten ruimte voor forumkeuze onder het commune internationaal privaatrecht. In dit hoofdstuk en de hoofdstukken 5, 6 en 7 vindt een afbakening plaats van het toepassingsbereik, zoals hierna omschreven. Het commune internationale privaatrecht en de artikelen 23 EEX-V°/17 Ver-drag en 24 EEX-V°/18 VerVer-drag verhouden zich tot elkaar als communicerende vaten: het commune internationale privaatrecht betreffende forumkeuze is slechts van toepassing voor zover de artikelen 23 EEX-V°/17 Verdrag en artikel 24 EEX-Vº/18 Verdrag niet van toepassing zijn. Het Haags Forumkeuzeverdrag verhoudt zich op dezelfde wijze tot het commune internationaal privaatrecht: voor het commune internationaal privaatrecht bestaat slechts ruimte voor zover het Haags Forumkeuzeverdrag niet van toepassing is. Naarmate de grenzen van het toepassingsbereik enger of ruimer worden getrokken, wordt de reik-wijdte van het commune internationale privaatrecht ruimer respectievelijk enger. Naar mijn mening moeten de grenzen van artikel 23 EEX-V°/17 Verdrag en 24 EEX-Vº/18 Verdrag en het Haags Forumkeuzeverdrag dan ook strikt worden toegepast, omdat daardoor de (belangrijke) grens met het commune internationaal privaatrecht wordt getrokken.9

4.2.2 Het materiële toepassingsbereik

Het toepassingsbereik van de artikelen 23 EEX-V°/17 Verdrag en 24 EEX-Vº/18 Verdrag is ten eerste materieel beperkt. Dat geldt ook voor het Haags Forum-keuzeverdrag. Onder het materiële toepassingsbereik wordt verstaan de door artikel 23 EEX-V°/17 Verdrag inhoudelijk bestreken onderwerpen. Het gaat om de afbakening ‘ratione materiae’. Dit zal aan de orde zijn in de volgende paragrafen van dit hoofdstuk. De EEX-V°, het EEX, het EVEX en het Haags Forumkeuzeverdrag zijn, kort gezegd, van toepassing in burgerlijke en handels-zaken, ongeacht de aard van het gerecht, waarvoor de zaken zich afspelen.

4.2.3 Internationaliteitsvereiste

In beginsel is internationaal privaatrecht slechts aan de orde indien sprake is van een ‘internationale zaak’. Daarmee houdt verband het (mogelijke) vereiste dat een forumkeuze een internationale dimensie dient te hebben. In

essentie gaat het om de vraag of de rechtsverhouding waarvan de forumkeuze onderdeel uitmaakt internationale aspecten dient te hebben. De internationali-teit wordt daardoor als een toepassingsvoorwaarde gezien van de artikelen 23 EEX-V°/17 Verdrag en 24 EEX-Vº/18 Verdrag en het Haags Forumkeuzever-drag.

4.2.4 Temporeel toepassingsbereik

Het toepassingsbereik van de artikelen 23 EEX-V°/17 Verdrag en 24 EEX-Vº/18 Verdrag is temporeel (artikel 66 EEX-V°/54 Verdrag) begrensd. Het Haags Forumkeuzeverdrag is nog niet in werking getreden (artikel 31 Haags Forum-keuzeverdrag), maar zal na inwerkingtreding een beperkt temporeel toepas-singsbereik hebben.10Het temporele geldingsbereik van EEX-V°, EEX en de Toetredingsverdragen alsmede EVEX en het Haags Forumkeuzeverdrag zullen de revue passeren in hoofdstuk 6. Voor artikelen 23 EEX-V°/17 Verdrag speelt namelijk – als enige bepaling van internationale bevoegdheid in de verordening respectievelijk de verdragen – de vraag: wat is het relevante moment om het temporele toepassingsbereik te beoordelen? Bij uitdrukkelijke forumkeuze kan dat zowel de datum zijn waarop de forumkeuze tot stand is gekomen als de datum van het instellen van de vordering. Aangezien geschillen vaak betrek-king hebben op forumkeuzen uit het verleden, is het temporele toepassings-bereik niet noodzakelijk afhankelijk van het moment van het begin van de procedure. Procedures over forumkeuzen die zijn overeengekomen vooraf-gaand aan de inwerkingtreding van het EEX-Vº, EVEX, EEX en de Toetredings-verdragen, maar nadien aanhangig zijn gemaakt, laten ruimte voor twijfel over het toepasselijke bevoegdheidsrecht.11 De verschillende oplossingen in de EEX-V° en het Verdrag enerzijds en het Haags Forumkeuzeverdrag anderzijds onderstrepen dat over het temporele toepassingsbereik verschillend kan worden gedacht.

Ook wijs ik erop dat in sommige (oude) procedures nog een versie van het EEX vóór het Vierde Toetredingsverdrag wordt toegepast. Dat geldt voor procedures die in Nederland in eerste aanleg zijn begonnen vóór 1 december 1998 toen het Vierde Toetredingsverdrag voor Nederland in werking trad.

Het temporele toepassingsbereik is voorts belangrijk om rekening mee te houden vanwege de wisselende momenten waarop de Toetredingsverdragen in werking zijn getreden in de verdragsluitende staten.12De inwerkintredin-gen haninwerkintredin-gen af van het einde van de nationale procedure op grond waarvan het betreffende Toetredingsverdrag in de betreffende verdragsluitende staat

10 Artikel 16 Haags Forumkeuzeverdrag.

11 Vgl bijvoorbeeld HR 24 september 1999, NJ 2000, 552, NIPR 2000, 39.

12 Het Vierde Toetredingsverdrag is bijvoorbeeld voor Nederland in werking getreden op 1 december 1998 en voor België op 1 augustus 2004.

in werking kan treden. Per staat kan de duur van deze procedure verschil-len.13

Ten slotte is een behandeling van het temporele toepassingsbereik belang-rijk, omdat artikel 17 EEX door het Eerste en Derde Toetredingsverdrag is gewijzigd. Ik ga daarom niet alleen in op het overgangsrecht van de Toetre-dingsverdragen, maar ook op de inhoudelijke wijzigingen. Hiermee ontstaat een beter begrip van de ontwikkeling van artikel 17 EEX. Voor een goed begrip van de jurisprudentie over artikel 17 EEX is het noodzakelijk zich te realiseren dat de uitspraken veelal zijn gewezen over een oudere versie van artikel 17 EEX. De jurisprudentie van het Hof van Justitie is hierdoor soms achterhaald of een reden voor een latere wijziging van artikel 17 EEX geweest.

4.2.5 Formeel toepassingsbereik

Het toepassingsbereik van artikel 23 EEX-V°/17 Verdrag en het Haags Forum-keuzeverdrag is vervolgens afgebakend door personele of territoriale criteria,14

hetgeen ik hierna het formele toepassingsbereik zal noemen. Dat komt aan bod in hoofdstuk 7. In grote lijnen gaat het om de twee voorwaarden die artikel 23 EEX-V°/17 Verdrag stellen:

i) Een gerecht of gerechten van een EG lidstaat (artikel 23 EEX-V°) of ver-dragsluitende staat (artikel 17 Verdrag) moeten zijn aangewezen; ii) Ten minste één partij dient haar woonplaats in een EG lidstaat (artikel 23

EEX-V°) of verdragsluitende staat (artikel 17 Verdrag) te hebben. Het Haags Forumkeuzeverdrag vereist niet dat een partij woonplaats heeft in een verdragsluitende staat. Het beperkte formele toepassingsbereik vloeit met name voort uit artikel 3 sub a Haags Forumkeuzeverdrag: de forumkeuze dient de gerechten van één verdragsluitende staat aan te wijzen of één of meer specifieke gerechten in één verdragsluitende staat met uitsluiting van andere gerechten.

Hoofdstuk 8 gaat in op het formele toepassingsbereik van 24 EEX-Vº/18 Verdrag. De discussie gaat in essentie om de vraag of artikel 24 EEX-Vº/18 Verdrag vereist dat de verweerder woonplaats heeft in een EG lidstaat of verdragsluitende staat, niettegenstaande hetgeen het Hof van Justitie heeft overwogen in het arrest Group Josi/UGIC.15Het Haags Forumkeuzeverdrag

13 Voor de data van inwerkingtreding in de verdragsluitende staten verwijs ik naar Vlas, Rechtsvordering, Verdragen & Verordeningen, suppl. 294 (augustus 2004), p. A – 1 voor EEX en suppl. 277 (juli 2001), p. D – 1 voor EVEX.

14 Strikwerda, Offerhaus bundel, p. 202.

15 HvJ 13 juli 2000, zaak C-412/98, Group Josi/UGIC, Jur. 2000, p. I-5925, NJ 2003, 597, r.o. 44.

is niet van toepassing op stilzwijgende forumkeuze en komt daarom niet aan bod in hoofdstuk 8.

4.2.6 Geografisch geldingsbereik

In verband met het formele toepassingsbereik van artikel 23 EEX-V°/17 Ver-drag en 24 EEX-V°/18 VerVer-drag is het van belang om het geografische geldings-bereik van de verordening respectievelijk het verdrag te kennen. Voor toepasse-lijkheid van artikel 23 EEX-V°/17 Verdrag is namelijk een eerste voorwaarde dat één der partijen bij de forumkeuze woonplaats heeft in een EG lidstaat respectievelijk verdragsluitende staat. Ten tweede moet de forumkeuze een gerecht of gerechten van een EG lidstaat respectievelijk verdragsluitende staat aanwijzen.

Voor stilzwijgende forumkeuze op grond van artikel 24 EEX-Vº/18 Verdrag vereisen sommige auteurs dat de verweerder woonplaats heeft in een EG lidstaat respectievelijk verdragsluitende staat.16Dit artikel is uiteraard alleen van toepassing indien de verweerder verschijnt voor een gerecht van een EG lidstaat of verdragsluitende staat. Derhalve is van belang welke omvang het grondgebied van de EG lidstaten en verdragsluitende staten hebben. Behoren de Nederlandse Antillen en Aruba bijvoorbeeld tot het grondgebied van de EG lidstaten en verdragsluitende staten?

Het geografische geldingsbereik van de artikelen 23 EEX-V°/17 Verdrag en 24 EEX-Vº/18 Verdrag is niet belangrijk genoeg om daaraan een afzonderlijk hoofdstuk te wijden, omdat het slechts een onderdeel is van het onderzoek naar het formele toepassingsbereik. De geografische afbakening van de EG lidstaten en verdragsluitende staten zal daarom in paragraaf 7.2.6 worden besproken in het kader van het formele toepassingsbereik van artikel 23 EEX-V°/17 Verdrag. In deze paragraaf bevat een korte bespreking van de vraag hoe groot het territoir is van de EG lidstaten (EEX-V°) en de verdragsluitende (Verdrag) staten. Deze paragraaf is ook relevant voor het geografische geldings-bereik, voor zover dat van belang is voor de toepasselijkheid van artikel 24 EEX-V°/18 Verdrag.

Zoals in de inleiding van dit hoofdstuk reeds aangekondigd, begint paragraaf 4.3 met een studie van het materiële toepassingsbereik door een afbakening van de term ‘burgerlijke en handelszaken’ gevolgd door een overzicht in paragraaf 4.4 van de uitgesloten onderwerpen in de EEX-V° en het Verdrag. Hoewel het internationaliteitsvereiste wellicht als onderdeel zou kunnen worden beschouwd van het materiële toepassingsbereik, behandel ik dit onderwerp in hoofdstuk 5. Het internationaliteitsvereiste wordt vaak genoemd

16 HvJ 13 juli 2000, zaak C-412/98, Group Josi/UGIC, Jur. 2000, p. I-5925, NJ 2003, 597, r.o. 44 lijkt echter geen woonplaatsvereiste te stellen voor artikel 24 EEX-V°/18 Verdrag.

als grens van het toepassingsbereik van de artikelen 23 EEX-V°/17 Verdrag en 24 Vº/18 Verdrag, maar wordt niet gesteld in de artikelen 1, 23 EEX-V°/17 Verdrag of 24 EEX-Vº/18 Verdrag (in tegenstelling tot artikel 1 lid 2 Haags Forumkeuzeverdrag). Daarom sta ik in een apart hoofdstuk stil bij het internationaliteitsvereiste.

4.3 OMSCHRIJVING BURGERLIJKE EN HANDELSZAKEN

De EEX-V° en het Verdrag zijn alleen van toepassing op burgerlijke en handels-zaken (artikel 1 EEX-V°/Verdrag), ook vaak genoemd het materiële toepas-singsbereik van EEX-V°/Verdrag. Ook artikel 1 Haags Forumkeuzeverdrag beperkt het materiële toepassingsbereik van het verdrag tot ‘burgerlijke en handelszaken’.17Uit artikel 1 EEX-V°/Verdrag noch artikel 1 Haags Forum-keuzeverdrag volgt echter op welke wijze de term ‘burgerlijke en handels-zaken’ moet worden geïnterpreteerd en naar welk recht de betekenis ervan moet worden uitgelegd.18De inhoud van het begrip ‘burgerlijke en handels-zaken’ is niet eenduidig in het recht van de EG lidstaten (EEX-V°) of verdrag-sluitende staten (Verdrag). Evenmin blijkt uit verdragen waarbij deze landen partij zijn, wat onder burgerlijke en handelszaken moet worden verstaan.19

Het begrip ‘burgerlijke en handelszaken’ in enerzijds EEX-V°/Verdrag en anderzijds het Haags Forumkeuzeverdrag heeft evenmin een gelijke betekenis. Het Hof van Justitie heeft mede gelet op de uiteenlopende interpretaties geoordeeld dat ‘burgerlijke en handelszaken’ in de zin van artikel 1 EEX-V°/ Verdrag een autonoom begrip is.20Ik zal thans kort ingaan op de inhoud van dit autonome begrip ‘burgerlijke en handelszaken’. Ik betrek daarbij ook jurisprudentie over de EG Betekeningsverordening, omdat het toepassings-bereik van deze verordening eveneens is beperkt tot ‘burgerlijke en

handels-17 Over het begrip ‘burgerlijke en handelszaken’ in EEX-V°/Verdrag en Verordening 1348/ 2000/EG (Betekeningsverordening) zie o.m. Polak, AAe 2003, p. 676; Vlas, Rechtsvordering, Verdragen & Verordeningen, suppl. 304 (juli 2006), p. A-a – 2 – 6 en Freudenthal/Van Ooik, NIPR 2005, p. 381. Voor het begrip ‘burgerlijke en handelszaken’ in het Haags Forumkeuze-verdrag zie Arvind, NILR 2004, p. 350.

18 Rapport Jenard, PbEG, p. C 59/9.

19 De actie van een beledigde partij is bijvoorbeeld onder het Belgisch – Nederlands Verdrag 1925 geen ‘burgerlijke of handelszaak’: HR 16 maart 1931, NJ 1931, 689. Uit artikel 5 sub 4 EEX-V°/Verdrag blijkt echter dat de vordering van de beledigd de partij wel een burgerlij-ke of handelszaak is; uitdrukburgerlij-kelijk in deze zin ook Rapport Jenard PbEG, p. C 59/9 en HvJ 21 april 1993, zaak C-172/91, Sonntag/Waidmann, Jur. 1993, p. I-1963, NJ 1995, 207. 20 HvJ 14 oktober 1976, zaak 27/76, LTU/Eurocontrol, Jur. 1976, p. 1541, NJ 1982, 95, r.o. 3; HvJ 16 december 1980, zaak 814/79, Staat der Nederlanden/Rüffer, Jur. 1980, p. 3807, NJ 1982, 97; HvJ 21 april 1993, zaak C-172/91, Sonntag/Waidman, Jur. 1993, p. I-1963, NJ 1995, 207; HvJ 14 november 2002, zaak C-271/00, Gemeente Steenbergen/Baten, Jur. 2002, p. I-10527, NJ 2003, 598, r.o. 28; HvJ 15 mei 2003, zaak C-266/01, PFA/Staat der Nederlanden, Jur. 2003, p. I- 4867, AAe 2003, p. 676, NJ 2005, 65, r.o. 20; HvJ EG 15 februari 2007, zaak C-292/05, Lechouritou/Duitsland, n.g., r.o. 29.

zaken’ en dit begrip op gelijke wijze moet worden uitgelegd.21Volgens het Hof van Justitie dient het begrip ‘burgerlijke en handelszaken’ te worden uitgelegd aan de hand van (1) de doelen en (2) het stelsel van het EEX-V°/Ver-drag enerzijds, alsmede (3) de algemene beginselen van alle rechtsstelsels van de EG lidstaten respectievelijk verdragsluitende staten anderzijds.22Dit oor-deel van het Hof van Justitie verplaatst het probleem geoor-deeltelijk en lost het ten dele op. Hierna zal ik dat uitleggen.

i) Doelen

Wat zijn de doelen van het EEX-V°/Verdrag? Één van de voornaamste doelen van het Verdrag kan worden afgeleid uit artikel 293 EG: de vereenvoudiging van de procedures voor erkenning en tenuitvoerlegging van rechterlijke uitspraken. De EEX-V° is bovendien gebaseerd op artikel 65 EG dat beoogt de justitiële samenwerking tussen de EG staten in burgerlijke zaken te bevorde-ren voor zover nodig voor de werking van de interne markt. EEX-V°/Verdrag omvat echter meer en regelt ook de directe bevoegdheid. Voor de EEX-V° vloeit dat voort uit artikel 65 EG, maar voor EEX en EVEX kan dat slechts indirect worden gebaseerd op artikel 293 EG, omdat een uitdrukkelijke bevoegdheid daartoe ontbreekt.

De doelstellingen komen uitdrukkelijk voor in de préambule van het Verdrag: vergroting van de rechtszekerheid, regeling van de bevoegdheid in internationaal verband en vergemakkelijking van de procedures tot erkenning en tenuitvoerlegging. In de EEX-V° worden als doelstellingen genoemd, de goede werking van de interne markt waarvoor mede een vrij verkeer van vonnissen nodig is. In dat kader zullen eenvormige bevoegdheidsregels tot stand dienen te komen. Ook dient de erkenning en tenuitvoerlegging van vonnissen te worden vereenvoudigd.23 De EEX-V° heeft derhalve blijkens de considerans een duidelijke tweeledige doelstelling die geldt voor alle belangrijke burgerlijke en handelszaken, met uitzondering van bepaalde duidelijk omschreven aangelegenheden.24Voor invulling van het begrip ‘bur-gerlijke en handelszaken’ zijn deze doelstellingen echter niet erg behulpzaam. Mijns inziens kan hieruit slechts een aanwijzing worden gevonden dat een ruime uitleg voor de hand ligt, omdat uitzonderingen slechts gelden in ‘bepaal-de dui‘bepaal-delijk omschreven aangelegenhe‘bepaal-den’.25

21 Freudenthal/Van Ooik, NIPR 2005, p. 383. 22 Zie arresten in noot 20.

23 Tweede overweging considerans EEX-V°. 24 Zevende overweging considerans EEX-V°.

25 Vgl de uitkomst van de arresten in de zaken HvJ 14 november 2002, zaak C-271/00, Steenbergen/Baten, Jur. 2002, p. I-10527, AAe 2003, p. 676, NJ 2003, 598 en HvJ 15 mei 2003, zaak C-266/01, PFA/Staat der Nederlanden, Jur. 2003, p. I-4867, AAe 2003, p. 676, NJ 2005, 65.

ii) Stelsel

Het stelsel van de EEX-Vº en het Verdrag biedt evenmin weinig houvast om de inhoud van het begrip ‘burgerlijke en handelszaken’ beter te begrijpen. De verdeling van EEX-V°/Verdrag in directe bevoegdheidsregels en regels over erkenning en tenuitvoerlegging zegt niets over het antwoord op de vraag: wanneer is sprake van een burgerlijke of handelszaak? Uit artikel 5 sub 4 EEX-V°/Verdrag kan worden afgeleid dat de vordering van een beledigde partij binnen het toepassingsbereik valt en derhalve ook het oordeel van een straf-rechter in een burgerlijke zaak.26Uit artikel 23 EEX-V°/17 Verdrag kan even-min iets worden afgeleid, behalve dat het moet gaan om een overeenkomst. Wat zou het oordeel zijn geweest in de zaak Staat der Nederlanden/Rüffer,27

indien de staat met Rüffer een forumkeuze was overeengekomen waarbij een neutrale (dat wil zeggen niet Nederlandse of Duitse) rechter was aangewezen? Brengt de forumkeuze de zaak toch onder het toepassingsbereik van EEX-V°/ Verdrag? Twee antwoorden zouden mogelijk kunnen zijn:

a. Nee, omdat de overheidsinstantie handelt krachtens overheidsbevoegdheid (de Wrakkenwet) en dat wordt niet anders doordat een forumkeuze voor een neutraal gerecht tot stand komt. Dit kan ook worden afgeleid uit het Eurocontrol-arrest.28De forumkeuze voor de Rechtbank van Koophandel te Brussel deed niets af aan de niet-toepasselijkheid van het EEX. b. Ja, aangezien de forumkeuze, anders dan eventueel de hoofdovereenkomst,

niet krachtens overheidsbevoegdheid wordt gesloten. De forumkeuze moet