• No results found

De eerste drie onderhandelingsrondes

4. De EU als actor binnen TTIP

4.3 De eerste zes onderhandelingsrondes: juli 2013 tot en met juli 2014

4.3.1 De eerste drie onderhandelingsrondes

De eerste handelingsronde vond plaats van 7 tot 12 juli 2013 in Washington. Dit was de daadwerkelijke start van de onderhandelingen. De focus tijdens deze onderhandelingen lag vooral op het vaststellen van de scope van het verdrag (welke sectoren zijn er onderdeel van) en het benadrukken van het doel en de voordelen. Beide partijen benadrukten de voordelen die te verwachten zijn voor economische groei en banen (Garcia Bercero & Mullaney, First round of the EU/United States trade and investment negotiations: 08-12/07/2013: closing press briefing, 2013). In juli 2013 brengt de EU per onderwerp een Initial EU Position Paper uit (Commission, EU publishes initial TTIP Position Papers, 2013). Daarin worden de doelstellingen van de EU uiteen gezet. Hieruit blijkt onder andere dat de nadruk van TTIP inderdaad op reguleringen ligt: “Elimination, reduction and prevention of unnecessary

regulatory barriers are expected to provide the biggest benefits of TTIP.” (Commission,

2013) Daarnaast weerklinkt de taal van het mandaat in de position papers. Dat is duidelijk te zien in het SPS initial position paper:

“To this end existing sanitary and phytosanitary measures should be revisited in a

collaborative manner and with the aim to remove unnecessary barriers, while recognising the right for the Parties to appraise and manage risk in accordance with the level of protection that each side deems appropriate.” (Commission, Sanitary and phytosanitary issues; Initial

40 Een terugkerend onderwerp in alle position papers is dat de samenwerking met de VS

institutioneel goed geregeld moet worden opdat beide kanten elkaars positie kennen, elkaars ontwikkelingen en daarmee de effectiviteit van samenwerking kunnen maximaliseren. Dat de positie en taal van de EU aan het begin van de onderhandelingen niet veel verschillen van het mandaat is niet verwonderlijk. Daarom is het interessant om te kijken wat er gebeurt naast officiële positie papers.

Tijdens een Civil Society Dialogue, waar de EU haar stakeholders op de hoogte houdt komen enkele interessante onderwerpen aan bod. In zijn opening statement verteld Damien Levy, vervangend hoofd onderandelaar van de EU: ‘Both sides pursued a high-level of

ambition in the negotiations in line with the report of the EU-US High-Level Working Group on Growth and Jobs’ (Commission, Update on the Transatlantic Trade and Investment

Partnership (TTIP) - First Negotiation Round, 2013, pp. 2-3). Zoals wij eerder gezien hebben is het rapport van de HLWG puur gericht op het verwijderen van barrières en niet op de normatieve waarden van de EU. Deze waarde komen in het handelsmandaat wel naar boven maar zijn in de eerste handelingsronde kennelijk minder leidend geweest dan het rapport van de HLWG. Na vragen van Friends of the Earth Europe benadrukte dezelfde Damien Levy echter wel dat de onderhandelingen niet gebruikt worden om standaarden te verlagen. De winst ligt er juist door het verlagen van implementatiekosten voor zowel regulerende instanties als bedrijven (Idem). Ook wordt tijdens deze discussie duidelijk dat het ISDS al vanaf het begin een omstreden kwestie is. Na navraag van industriAll European Trade Union, die de positie van de EU omtrent ISDS naïef vind en zich afvraagt of TTIP het European Charter of Fundamental Rights (ECFR) zal schaden reageert de commissie slechts dit het één van de punten is waar nog naar wordt gekeken. Wel benadrukt Damien Levie dat TTIP hoe dan ook niet in strijd zal zijn met het ECFR(Idem, p. 5). Eurochambers vroeg de commissie of een provisie voor het MKB was besproken en zo ja, op welke manier. Hierop reageerde de commissie date er een eerste discussie rondom het MKB had plaatsgevonden en dat: ‘The

idea in the TTIP discussions with the US is to build upon this dialogue and to create information mechanisms or structures that will help SMEs to fully benefit from a future agreement.’(Idem, p. 6) Hieruit kan worden afgeleid dat het MKB gedeelte van TTIP in deze

fase vooral is gericht op informatie voorziening voor het MKB zodat zij weten hoe ze kunnen profiteren van het verdrag. Het verbeteren van regelgeving voor het MKB is in deze uitleg geen doelstelling in deze eerste onderhandelingsronde.

41 Tijdens de tweede onderhandelingsronde zijn het dezelfde kwesties als in de eerste onderhandelingsronde die relevant zijn. Ook in de tweede onderhandelingsronde wordt het rapport van de HLWG aangehaald als een kompas voor de onderhandelingen, maar wordt wel meteen benadrukt dat bestaande beschermingen voor milieu en consument niet moeten

worden verminderd (Commission, Second round of Transatlantic Trade and Investment Partnership Report of stakeholder briefing, 2013). Hoewel er geen conclusies aan mogen worden verbonden, is het opvallend dat voor sectoren waar veel ophef over is ontstaan slechts video-vergaderingen zijn gepland en geen fysieke vergaderingen hebben plaatsgevonden. Sectoren waar het over gaat zijn dan het SPS hoofdstuk, concurrentie, het MKB en duurzame ontwikkeling waaronder ook het milieu en arbeid vallen (Idem.). Echter, zoals Karel de Gucht zegt in een persbericht: ‘’Let’s keep our eye on the prize: more jobs for people in Europe,

more growth for the European economy.” (Commission, EU and US conclude second round

of TTIP negotiations in Brussels, 2013). Het is duidelijk dat het verkopen van TTIP voor zijn economische voordelen onverminderd door gaat.

Tussen de eerste en tweede onderhandelingsrondes spreekt Karel de Gucht op het Aspen instituut in Praag tijdens de jaarlijkse conferentie. Tijdens deze bijeenkomst maakt hij zijn standpunt over de regulaire samenwerking nogmaals duidelijk en pleit hij voor een ‘regulatory framework’ en meer samenwerking (De Gucht, Transatlantic Trade and Investment Partnership (TTIP) - Solving the Regulatory Puzzle, 2013). Een in het oog springend detail is dat De Gucht tijdens deze speech hint dat er inderdaad meer op het spel staat dan alleen het verwijderen van barrières. Zoals we gezien hebben is een groot deel van de winst valt te behalen in reguleringen. Daar over zegt hij het volgende: “The main purpose

of a tariff is clearly to make imports less competitive. But a regulation’s primary goal is to protect people from risks – whether to their health, safety, financial security or environment.”

De mate van protectie tegen risico’s die overheden adequaat vinden, waar De Gucht aan refereert, is per definitie subjectief. Dat is de reden waarom TTIP niet slechts een handelsverdrag is maar ook de normen en waarden van beide kanten raakt. In dezelfde toespraak stelt Karel de Gucht voor een Regulatory Cooperation Council voor. Een nieuwe institutie die de voortgang gaat monitoren en nieuwe voorstellen doen. Naar goed Europees gebruik wil hij een instituut installeren die TTIP zal waarborgen en er voor zorgen dat TTIP een ‘living agreement’ is (Idem). EU officials hebben echter in de New York Times duidelijk gemaakt dat deze groep niet voor maximale deregulering moet zorgen of alleen de belangen van het bedrijfsleven behartigen (Kanter, 2013). In de bovengenoemde toespraak stelt De

42 Gucht ook nogmaals, ter herhaling van het initial position paper, dat het niet de bedoeling is dat de EU of de VS haar systeem opdraagt aan de ander maar dat het uitgangspunt moet zijn samen te werken aan een nieuw systeem dat voor beide partijen acceptabel is (De Gucht, Transatlantic Trade and Investment Partnership (TTIP) - Solving the Regulatory Puzzle, 2013). Hoewel de standpunten van de EU nog overeenkomen met het mandaat laat De Gucht’ zijn intentie om een nieuwe institutie in te stellen zien dat de EU haar tactiek rondom EU wel gedurende de onderhandelingen kan aanpassen.

Tijdens de Derde onderhandelingsronde voelt hoofd onderhandelaar Garcia Bercero de behoefte om te benadrukken dat TTIP niet om deregulering gaat. Dat deze indruk is ontstaan is niet verwonderlijk, zeker ook gezien de nadruk van de EU zelf dat de grootste winst val te behalen bij reguleringen en het rapport van de HLWG, dat als kompas dient, dit als

noodzakelijk kwaad ziet. Hierover zegt Garcia Bercero dat geen van beide kanten van plan is milieu, gezondheids, arbeids, consumenten en data bescherming te willen verlagen

(Commission, EU Chief Negotiator says EU-US trade deal not about deregulation, as third round of talks end in Washington, 2013). Eenzelfde defensieve toon wordt gebruikt wanneer het gaat om het ISDS. Tegelijkertijd publiceert de EU een memo waarin het benadrukt dat het ISDS er in geen geval voor zorgt dat bedrijven nationale wetgeving kunnen overrulen

(Commission, “Investment protection does not give multinationals unlimited rights to

challenge any legislation”, 2013). Wat nieuw is dat de commissie in dit nieuwsbericht stelt dat het ISDS vooral voor het Europees MKB van belang kan zijn om hun belangen te waarborgen en dat een ISDS er moet zijn omdat er via nationale rechtspraak in de VS geen mogelijkheid is om TTIP als basis te gebruiken voor een rechtszaak.

Niet lang na de derde onderhandelingsronde spreekt Karel de Gucht op 22 januari 2014 in Düsseldorf over TTIP. Op deze bijeenkomst wordt duidelijk dat de Gucht zich moet verdedigen tegen weerstand die is ontstaan rond TTIP. De manier waarop de Gucht zich positioneert is defensiever van toon dan in de vorige besproken toespraak. Dit wordt al duidelijk in zijn openingsstatement: “My role as the main political negotiator is to listen, to

persuade, and where necessary to provide information, so that the debate is based on facts, not fear or hyperbole.” (De Gucht, 2014). In zijn toespraak benadrukt hij nogmaals dat TTIP

niet betekent dat Europese standaarden worden verlaagd, maar dat een sterke regulerende macht goed is voor Europese en Amerikaanse instanties en banen en groei zal opleveren. Een interessantere ontwikkeling is de plek die het MKB in zijn betoog krijgt. Waar dit eerder bijna een ondergeschoven kindje was krijgt deze in de toespraak van De Gucht nadrukkelijk de

43 aandacht: “….whilst preserving fair and balanced investment protection for companies –

including, very importantly, SMEs.”(Idem). Het MKB wordt in deze toespraak voor het eerst

als ‘very important’ aangeduid. Mogelijk als reactie op het feit dat TTIP in de media vooral als voordelig wordt neergezet voor de grote bedrijven. Een maand later maakt Karel de Gucht dit expliciet duidelijk in een persbericht gemaakt op 18 februari 2014 in Washington: “A

chapter where we made particularly good progress is the one on SMEs. We want to make sure that SMEs benefit from this agreement just as much as large companies.” (De Gucht,

2014) Dit is een duidelijke verandering ten opzichte van de eerste onderhandelingspositie waarbij het MKB pas na navraag aan bod kwam.

Rondom het ISDS gebeurt ook iets anders interessant. Hoewel we gezien hebben dat de EU al een standpunt heeft betrekkende het ISDS die wordt uiteengezet in het mandaat, is de kritiek echter zo hoog dat de EU zich gaat herberaden. De Gucht: “We will only push the ‘pause-button’ on ISDS.” (Idem.). Daarmee doelt hij op het feit dat de EU intern en met haar stakeholders opnieuw positie gaat bepalen rondom het ISDS. Hiervoor kondigt De Gucht een publieke consultatie ronde aan:

“I have decided that the EU needs a public consultation in order to reflect on what the EU’s negotiating position on investment protection issues will be – with a particular focus on investor-to-state dispute settlement (ISDS). …. The conclusions of the public consultation will then feed into the process and allow the EU to form its position on these issues for the

negotiations on the text in respect of this particular case” (Idem, p.4)

Een half jaar na het starten van de onderhandelingen laat de EU blijken dat ze bereidt zijn een deel van onderhandelingspositie te heroverwegen. Dit betekent een herpositionering ten opzichte van de VS maar ook vooral ten opzichte van de eigen stakeholders en burgers. In combinatie met de toegenomen nadruk op het MKB is dit een duidelijke verschuiving ten opzichte van het vertrekpunt. Op basis van het theoretisch kader is dit een interessante ontwikkeling. Hoewel de onderhandelingen van TTIP vooral een constante herhaling van standpunten is, het benadrukken van de voordelen en dat het debat moet worden gevoerd op feiten en niet fictie, zijn er dus ook duidelijke verschuivingen. De EU re-articuleert zichzelf grotendeels door het herhalen van haar standpunten maar waar zij dat nodig acht

herpositioneert zij zich ook. Het eerste half jaar na de start van de onderhandelingen van het TTIP hebben al enige verschuivingen plaats gevonden. TTIP heeft veel kritiek gekregen dat het vooral de belangen van multinationals zou behartigen en afbreuk zou doen aan

44 veiligheidsstandaarden en het recht van lidstaten regelgeving te introduceren beperken. Vanaf het begin heeft de EU zich ervoor sterk gemaakt dat dit niet zo is en ook herhaaldelijk

benadrukt dat dit niet zo is. Op sommige punten herpositioneert de EU zich echter zo dat het duidelijk afwijkt van haar initiële positie. Dit is te zien in bijvoorbeeld haar nadruk op het MKB en haar standpunt rondom het ISDS waarop zij de initiële positie aanpast. Dit

waarschijnlijk als gevolg van publieke reactie en kritiek. In het volgende deelhoofdstuk zal bestudeerd worden welke veranderingen in het tweede half jaar van de onderhandelingen plaatsvinden.