• No results found

6 Economische Analyse 6.1 Inleiding

6.2 Economische analyse

6.2.1 Economische situatie

Het watergebruik en de milieudruk zijn mede afankelijk van de economische ontwikkeling. De productiewaarde per bedrijfstak (gegevens 2017) is weergegeven in tabel 6-a. Het stroomgebied Rijn heef de hoogste productiewaarde, omdat vrijwel de gehele Randstad in dit gebied ligt.

Driekwart van de totale productie vindt plaats in het stroomgebied Rijn, 20% in de Maas, en Eems en Schelde ieder ruim 2%. Soortgelijke verhoudingen zijn ook te zien bij de toegevoegde waarde en de werkgelegenheid.

Het aandeel van de bedrijfstak ‘delfstofenwinning en overige industrie’ is in de stroomgebieden Eems en Maas groter dan bij de rest. In Eems komt dat door de aanwezigheid van gaswinning en in Maas door een concentratie van de machine-, metaalproducten- en auto-industrie.

Delfstofenwinning is een kapitaalintensieve bedrijfstak en heef relatief weinig mensen in dienst ten opzichte van de andere bedrijfstakken en ook in verhouding tot de toegevoegde waarde. In Schelde is de bedrijfstak ‘Aardolie-industrie, chemische industrie en farmaceutische industrie’ relatief groot. Het betref hier vooral chemische industrie. In het stroomgebied Rijn is het aandeel van de dienstverlening groter dan in andere stroomgebieden; dienstverlening is hier goed voor ruim tweederde van de totale werkgelegenheid. Dienstverlening bevat diverse grote bedrijfstakken zoals handel, transport, overheid, zorg en onderwijs. Binnen de agrarische sector bevindt akkerbouw zich vooral in Schelde en Eems, in Maas is relatief veel veehouderij en in Rijn veel tuinbouw (tabel 6-b).

De Nederlandse landbouw is sterk gericht op export, wat betekent dat de economische ontwik-keling afankelijk is van de mondiale voedselmarkt. In de agrarische sector staan de marges onder druk. Er ontstaan steeds meer grootschalige en kapitaalintensieve bedrijven.

Grootschaligheid wordt onder andere bereikt door bedrijfsovernames en pacht van gronden. De retail heef een steeds grotere invloed op de landbouwsector. Het zet druk op de keten en de marges, terwijl de kosten toenemen. De sector heef daarnaast te maken met onzekerheden, wat van invloed is op de bedrijfscontinuïteit.

Tabel 6-a. Productiewaarde in de gebieden, per bedrijfstak, 2017 (mln euro).

Bedrijfstak Rijn Maas Schelde Eems Nederland

Akkerbouw 1.105 491 433 300 2.329

Energie- en waterleidingbedrijven 12.840 3.225 1.079 1.178 18.322

Afvalbeheer inclusief recycling 6.672 2.119 207 240 9.238

Bouwnijverheid 73.295 20.365 2.390 2.180 98.230

Dienstverlening 727.110 169.538 16.100 19.541 932.641

Totaal 1.057.858 298.096 35.438 35.199 1.429.367

47.149

Tabel 6-b. Bijdrage aan de totale productiewaarde van landbouw door verschillende sectoren in 2017 (procent).

Bedrijfstak Rijn Maas Schelde Eems Nederland

Akkerbouw 5% 5% 34% 30% 7%

De afgelopen periode is de sector, mede ingegeven door dalende marges, zich meer gaan richten op specifeke nichemarkten. Met name door grondgebonden bedrijven die kansen zien in de biologische teelt of specifeke gewasteelten. Biologische landbouw laat een gestage groei zien tot 3,3% van het totale areaal landbouwgrond in 2018. Van de totale veestapel werd 3,4%

biologisch gehouden in 2018. Ook valt op dat er meer waardetoevoeging aan het primaire product plaatsvindt. Organisaties zoals Friesland Campina hebben aparte productiestromen geïntroduceerd voor bijvoorbeeld melk geproduceerd onder het Planet Proof label en biologisch geproduceerde melk. Andere voorbeelden zijn natuurvriendelijke- en/of streekproducten.

Daarnaast kunnen boeren door ketenverkorting, waarbij ze zelf bijvoorbeeld verwerking of verkoop op zich nemen, grotere marges realiseren. Dit blijf tot nu toe echter een kleine markt ten opzichte van de mainstream markten. Naast diversifcatie vindt verbreding van activiteiten op het boerenerf plaats. Steeds meer boeren combineren primaire bedrijfsvoering met andere economische activiteiten, zoals een kinderdagverblijf, zorgboerderij of winkel. Ook onderzoe-ken agrarische bedrijven steeds meer de mogelijkheden voor energieproductie.

6.2.2 Ontwikkeling van de economie

De productie in de periode 2010 - 2017 in het stroomgebied Rijn steeg met 20%, vooral door de stijging binnen de dienstensector. In de andere bedrijfstakken in dit stroomgebied is enige groei te zien. De werkgelegenheid is met name in de periode 2015 - 2017 gegroeid met 4% tot 5,4 mln voltijds equivalenten (vte). De economie in Maas is harder gegroeid dan in de rest van Nederland.

Dat geldt vooral voor de productie en de toegevoegde waarde, en niet zozeer voor het arbeidsvo-lume. De bedrijfstakken voedings- en genotmiddelenindustrie, aardolie-industrie, chemische en farmaceutische industrie en overige industrie dragen allen bij aan deze groei. De werkgelegen-heid in Maas is gegroeid met 5 procent tot 1,56 mln vte. De economie in Schelde groeit minder dan de rest van Nederland. Dit geldt voor vrijwel alle bedrijfstakken. De werkgelegenheid neemt licht af. De economie in het Eemsgebied groeit beperkt in vergelijking met de rest van

Nederland. Een belangrijke oorzaak is het terugschroeven van de gaswinning, die een relatief groot aandeel heef in de regionale economie. De werkgelegenheid is in de periode 2010 - 2017 vrijwel gelijk gebleven.

Het Centraal Plan Bureau (CPB) publiceerde in maart 2020 een viertal scenario’s voor de economische impact van Covid-19 in 2020 en 2021. In alle scenario’s is er sprake van krimp in 2020, variërend van 1,2% tot 7,7%. De onzekerheid over de impact voor 2021 is groter. In het somberste scenario blijf het economisch herstel uit tot de tweede helf van 2021. In dat scenario zal er ook in 2021 nog een krimp van het bruto binnenlands product van 2,7% optreden. Figuur

In zijn algemeenheid geldt gedurende de tweede helf van 2020 dat de productie waarschijnlijk achterblijf op de ontwikkeling van de sectoren in de afgelopen jaren. Daarna wordt verwacht dat de productie weer iets aan zal trekken, indien Covid-19 beperkingen vervallen. In de sector dienstverlening wordt de komende jaren de grootste groei verwacht. Voor delfstofenwinning wordt rekening gehouden met een structurele daling van het productievolume, onder meer door een verdere afouw van de gaswinning in Groningen. De bouw daarentegen groeit naar

verwachting de komende jaren fors als gevolg van de huidige woningtekorten. Het is op dit moment lastig te voorspellen wat de impact van de Brexit zal zijn op de ontwikkeling van economische sectoren.

Als naar de economische groei per stroomgebied wordt gekeken, is de verwachting dat de deelstroomgebieden Rijn, Maas en Schelde ongeveer eenzelfde (beperkte) groei zullen door-maken tot 2027. De groei in het deelstroomgebied Eems zal hier naar verwachting enkele procentpunten bij achterblijven. Deze verschillen zijn grotendeels terug te voeren op de verschillen in de sectorstructuur. Daarnaast spelen lokale productieomstandigheden een rol. De belangrijkste reden voor de relatief beperkte groei in de Eems regio is de relatieve onder-vertegenwoordiging van de sector dienstverlening. Voor traditionele sectoren die in Eems relatief sterk zijn vertegenwoordigd, wordt het komende decennium een minder sterke groei verwacht.

Figuur 6-a. Mogelijk verloop van de economische ontwikkeling (indexcijfer 2017=100).

Voor de landbouw wordt verwacht dat het productievolume op de korte termijn verder terugzakt dan de economische krimp op nationaal niveau. Een aantal sub-sectoren die sterk internationaal georganiseerd zijn, zoals de tuinbouwsector, zal negatieve economische gevolgen ondervinden als gevolg van Covid-19. Daarnaast zullen het stikstofdossier en klimaatverandering invloed hebben op de ontwikkeling van de sector. Er moet worden geïnvesteerd in mogelijke oplossingen, zoals waterretentie, aanpassingen in landgebruik en weerbaarheid van de bodem. De landbouwsector heef zich via het Klimaatakkoord gecommiteerd tot een reductie van 3,5 Mton CO-equivalent emissies in 2030, en de ambitie uitgesproken van 6 Mton reductie. Naast deze adaptatie, verdere schaalvergroting en specialisatie, wordt de sector met kringlooplandbouw onderdeel van een circulair voedselsysteem. Hierbij worden de kringlopen van grondstofen en hulpbronnen door een efciëntere benuting op een zo laag mogelijk schaalniveau gesloten.

Na 2027 zal klimaatverandering ook van invloed zijn op de economische ontwikkeling.

Nederland heef door de geografsche ligging in de delta minder invloed op de wateraanvoer en is relatief kwetsbaar. Met name op de hoge zandgronden is er sneller sprake van droogte. Door klimaatverandering neemt de grondwaterafankelijkheid voor natuur en landbouw toe.

Daarnaast zal Europees beleid ook in de toekomst van invloed zijn op de waterkwaliteit in Nederland. Zo zet het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid en de Europese Green Deal met de

‘Farm to Fork’ strategie en de ‘Zero pollution ambition’ in op een ketenaanpak, innovaties, een circulair landbouwsysteem en vermindering van pesticiden, kunstmest, antibiotica en andere chemicaliën. Ook de ontwikkeling van het nationale bewustzijn ten aanzien van duurzaamheid speelt daarbij een rol. Er is ook onzekerheid over toekomstige internationale samenwerking en moglijke (handels)conficten en de invloed daarvan op de economische ontwikkeling en milieuvraagstukken.

6.2.3 Ontwikkeling van de bevolkingsomvang

Naast de economische ontwikkeling van verschillende sectoren kan ook de ontwikkeling van de bevolkingsomvang efecten hebben op het milieu en de waterkwaliteit. Tabel 6-c geef de omvang van de bevolking per stroomgebied en de verwachte ontwikkelingen. Voor het stroomgebied Rijn wordt een hogere toename van de bevolking verwacht dan het nationaal gemiddelde, terwijl in het stroomgebied van de Eems juist een afname wordt verwacht. Dit beeld komt overeen met een trend waarbij een trek plaatsvindt naar de Randstad.

Tabel 6-c. Omvang van de bevolking in Nederland, de verdeling over stroom-gebieden en de verwachte ontwikkelingen (Ecorys).

Stroomgebied 2019

(mln personen)

% van totaal

% toe/afname in 2027

Rijn 12,8 74 4,0

Maas 3,6 21 2,0

Schelde 0,5 3 0,4

Eems 0,6 3 -0,2

Totaal 17,3 100 3,4

6.3 Kostenterugwinning van