• No results found

Dikb uik

In document CROVORM: SIGNATUUR M (pagina 34-48)

I

N ouden tijd was er eens c n man, die met gTas sn ijd n cl n k st v r Ii nde. H t gras gr cide op de tlijkjes tusschcn d

rijst-aki-ers, op cl velden of aan len kant van ti n w g of in h t

bosch. I Iet ll'esneden O'l'as ..., ; : . . . . ; : . . . . drocu hiJ' in e n bambo oTasdra{"er ~:":>

n 1 racht het aan den patih, dic h 't vocrde aan zijn paard n, Ecn cnkelc maal verk cht hij het op Ie markt. e grassnijdcr ,,,as h 1 arm.

11 ij ha I maar ~én zoontje, cen mismaakt j ngetjc, dat t ngev l~'e van h t Je tcn van sic ht rijst e n rg-c dikk buik had g kr g .n.

Zijn hoofll n zIJn v ten war n maar kl in, doch zijn bllik \\ as dik en (lpg zet en in 't geh I ni t in o:'ereenstcI11lning' met zijn hoofd en zijn v ct n. mdat het zoo'n opo' z ,t lichaam had, kr g h ·t den

naam van Dikbuik.

Dikbuik had I' ve I pleizi r 111 een bambocfuik uit te ;rettcn, maar nooit in c n groot \\'at r, want \\'as hij bang te v nlrinkcn, ti ch in ' n plas p h ,t rf van zijn vader, waar hct rcgen\\':lt r, dal van 't dak licp n 't vuil wat r, dat van de put wegstr omd ,sam n-vi ide. llij vin , zo als ~ \\' I kunt hcgrijpen, nooit iets.

-;\laar 1) zekcrcn dalf r ~ h o'cnc1e h t b ve\\'c1dio'. ~ 't Wat r dat , van het dak liep, gelc'k wel een stort 10 d. Tocn h t wat r we I' \\' g-gestroomd was, kcek ] ikuuik gau\\' cens in zijn fllik n zi', \\'( nd r bov n wondcr, cr zat ecn klcin vischjc in, ' n jonge 1 aling.

H ij \Va~ \Vat I lij m t zijn angst n Ik n dag spe Jd hij m t d< n j 11.~' n paling.

Zijn va I recht r b 0' cl

"Ik kreeg een kip ter vervanging,

,Oe kip wenl getr f(en door een rijststamper ;

" r de vrouw lie Ie rijst :tampte, .. \ \' en..l d kip vervangen door den stamper."

"Ik had een stamper in de plaats van de kil

"De stallIp r \\' rd meel:> nomen 10 I' een herd rsjong n .. Een buffel trapte d n stamper kapot.

"Oe uuffel werd zijn vervanger."

"Ik kre g den buffel in d plaats van den stamper

"Uien buffel liet ik hoeden aan een tou w . ,

" nder een mangl">'aboom stond hij,

"De buffel \\' rd getroffen door e n mangga en hij stierf."

" e mang a werd zijn vervanger."

Z 0 zing nde liep hij al maar 1 or en verwijderde zich hoe lang I'

z 0 meer van zijn dorp, en dwaalde door een zeer uitgestrekt I osch.

In de ho fdstad van dat land woonde n zeer sch one pnnses,

\VI r scho nh ·id wij I vermaard was; haar naam was prinses 0:jai 1\1ajang ari. In dienz I~ len tijd, dat J )ikbuik aan 't dwalen \\'as, zat zij te: w ven in den k epel voor 't huis van haar vader en lIlstig klikklakt haar w e(~'etou\\' er op 10.'.

Juist kwam 1 ikbuik tIaar lanvs n hoorde hct gelui I van 't ""CV n:

klik-klak, klik-klak! llij zag op n ontwaard de wevende 1 rinscs.

Toen nader hij haar en vroeg haar, of zij zijn man"l:>a in bewaring wilde n men.

Zij zag h m n aan n Vl'O g toen: " ikbuik, waar ga j hen, terwijl j di n mangga al maar m 't j me draag-t?"

.. ik

Dikbuik antwo rdde: "Ja prin. es, weet ik h t? • u echt r wilde d zen mang-ga in bewaring gev n, terwijl ik me ga bad n.'·

I)c prinse' W.IS :rg hlij. vant ze had en g- \ eldigt:n d rst cn

verlangde z er naar c n verfrissching-, mdat 't erg warm wa en z, zei I :

"Vooruit Dikbuik, leg de mangU'a daar maar neer."

nikbuik Ic~l' Ie de mangga ne r, naast de prinses, en tic I net alsof hij g'ing baden.

1 prinses ha 1 ze r arooten lust de mangga op te eten; hel wal I'

liep haar om d tanden n zij pro fd als in 0' dachten re d" den smaak van de vrucht. Eindelijk k n zij zich niet wc rh ud 11; z'j hield op met weven, schilde de mangga n at haar p; alleen de pit bleef over.

Daarna begon ze opnieuw te \Vev n.

11 t duprde niet lang, of Dikbuik I-wam l rug'; hij hijg I n bli <;

als iemand, die erg m e is en VI" eg direct naar zijn mangg-a.

De prinses wee hem P lie pit tl zeide: "Kijk e 1. ] ikbuik, .,de mangga is \'erdwenen; ik had zo 'n geweldigen d rst, dat il- haar .,niet kon laten liO'gen. Ik moest iets vcrfrisschends hebb n."

1 ikhuik dee 1 net, als f hij uit zijn Illlmcur was; hij zette een stuursch gezicht en veinsde erg b os te lijn op de prinses.

Deze z iele: ft Kom Dikbuik, straks zal ik je en mangga terug--., l'ev n f haar verg eJen; wo'n groote waar~le is lat niet; nH et je .,daarv or 111\ e Il zwart gezicht trekk 11 en b s word n?" 1 )aar p wilde ze hem een dubbeltje ge en. Maar I )ikbuik wild h t geld niet aannem n; zelf,;; en halve guld n w igerde hij Il to 11 de prinses hem eindelijk een guld n \ ilde g v n, \\. ig rtle hij li 11 k. T n PI' beerde zij het p een andere manier. Z b d hem aan e n saroeng-, een baadje. een broek f eenig ander voorw rp. dat hij \\ .. n cht te hebben, maar niets mocht baten. II ij w i,1'erde be ·Ii .. t all s.

De prin es w.crd er verlegen ondér n zei eind lijk: ,laar .. 1 ikbuik, wat wil j dan t ch t I' vcr ~ cdi ng voor j manO'ga h bb n?"

Dikbuik ant\\' ordde: .. Ik wensch z If t r v rvanJing- van mijn .. vrllcht. 't Is IIW >Ig n 'sehuld, lat mijn mangga hebt :-,egeten."

prinses wcr I eq{ verle~en op dat gezegde ('n haar g zicht b trok; claarev n ha I z g t1l. nd. dat 't ni ts het 'ek nd , als lij

door cl rst gekweld, zich Ic vrucht toeeigencle, maar nu trof haar

"wil uithuwelijken aan Dikbuik? Zij i immers reeds herhaaldelijk

"gevraagd dool' koningszonen?"

te brengen voor het huwelijksfee t van de prinses jai l\Iajang ari en zijn pleegkind kaden Ganda Rasa.

Alles ging- lug an de hand en ct" \V r I een feest ,~'eviertl, dat klonk als een klok, zooals de ~'ewo nte is bij een hllwelijk tussch n k ningskinderen,

Toen de K nin ZiJ'I1 scho l1Z on OOI' 't rst \\' r zag, I 1crkende hij hem niet meer, zoo was hij veran Ier I.

ok de prinses was wat blij, dat ze IHI z '\1 knapp<.:n man kree l', waar ze eerst meen Ie met een leelijkerJ als Dikbuik was te moeten trouwen.

Toen ti huwelijksfeesten vuorbij waren, IJ I t d oude Koning a,f taml te doen van de regeering ten behoeve all zijn 'ch onzoon.

Er wel~d v I' de overdracht van de regeering een dag bpaaId en t~~l~. lhe dag was aanO'ebroken, had Ie plechtigheid plaats in 't bIJzIJn van alle h fgr ten en duizen en van onderdanen. Daarna dreunden d kanonnen en juichte de gansche menill'te den nieuwen v :·t to. 1>C oude grassnijder n zijn vrouw werd n aangesteld tot 11lllsvcrz r ers van cl n I' uninu- en Ie oude KoninO' bI ef met zijn kinderen wonen in het paleis, noCT lange dagen. l:>

66

x.

De ap en de Schildpad.

I)

E

R gehaat was '\\s had een aap gemaakt di' bij zijn kam door zijl\ raden, list " dat niemand van cn str k n zich hen z meer met hem te doen wilde hebben.

Van all n verlaten, gevoelde hij zich zeer eenzaam en be'loot hij cr op uit te gaan en uit de and re dieren zich een kameraad

te zoeken.

p weg vond hij een oud n schildpatl, die van cl wereli wel nict zoo heel ve I had );ezien. omdat h ij zich moeilijk b wo g". maar toch door zijn slimheid heel wat kennis ha I p;:;edaan.

Toen de aap hem zag, eenzaam en erlaten op d n weg lig; mI, dacht hij: .. Ila, dat is een goede kameraad voor mij." 11 ij sI rak de schildpad aan en zeid : "I la vrien Ije, hoe zit je hier zo een zaL m

d ?"

"op en weg.

De schildpad antwoordde: .• eh I' is niets, maar ik zit hier z

"maar eens een beetje voor mijn genocgen."

" Is dat 7. 0 is," sprak de aap, 11 moesteh we samen O'aan, wie

"weet vinden wc samen niet wat we v or ons levens<Yeluk noodig

"hebben. Ik wordt do r mijn makk l'S niet m er aangenomen n daar 111

"zoek ik ccn anderen kameraad.'

,,\\' el," antwoordde de schildpad, .. lat treft goe I; ik wil k graalf

"een kameraad hebb n, laten we vrienden zijn.'

1) 'childp;u( is in 't ~c(krlanrl h HOll\\'~(ijk, \ll[l:lr d' .'ocndanCClcn sprekcn \[l11 een s hihlpad als mannelijk' daarin \ olgen wij hen hier.

7

Daarop vingen ze samen op weO". kon, doch dat loet van jon<7e scheuten, die naast den vruchtdragenden

·tam opschieten.

tI' kk 'n dc vri n ten wel' naar d· pi ang, die nu rceds rijpe vruchtcn

11 ij wist chter wel, dat Ic vruchtcn in dczen tij I st lIi" ntl r aan dcn bool11 moest n liggen.

Eindelijk kwamen ze aan den boom. In ecn 0 gwenk wa' dc aap naar b ven gcklommcn n zocht naar de vruchten. ~raar h e hij ook zocht, nerg-cns vond hij cr ok Jl1aar é ~n. A llcen zijn lichaam zat 'weldra vol mieren, die bij hoofJ n over de takken marcheerden en den aap overal beten.

nd rwijl wa Ic schildpad 1 eneden aan den boom bezig mct de vrucht 'n, tli hij daar vond, IJ zijn g"cmak te vcr rberen.

,.Wat doe j daar t ch ben 1 n", riep de aap h 111 t c .

.. Wel," wa 't antwoord, .,zie je dat niet, ik eet vruchten, di· ik ,hiel' ind."

"Jij leug naar," z i tI aap, "waal' m h b je vóórg-ege en, dat ze

"b ven i n den I mmsten ge zo ht word n? En terwijl ik verge fs

"zoek, zit jij hi l' beneden te sehrokk n."

.. ]a," antwoordde de schiltipad. "Waarom ben je ook z ' dom?"

J )aarop gaf zij . ~n vrucht aan den aap, die haar dadelijk pat en haar zóó lekker vond, dat hij zijn 0 gled n van pI izier optrok.

.. I Ic," zei hij, ., h e lekker, geef er me nog centje."

,,~cen," z i cl 'childpad, .,7.e zijn p."

I c aap \\'as I' eht bo) ' 'n vcr\\" et den s hildpad, lat hij h \1l

t Ik 1\5 b dl' og.

"Nuu, nou," antwo l' Ide deze: "wc

"we maar naar hui. :-,aan."

maar niet boos; kom, laten

T en ginlfen ze samen huiswa rt.'.

I ien nacht lroomde de aap we I' e n 010 jen dro 111. Hij maakte den childpad wakk r en zei: .. Zeg, r is weer een vruchtb om."

.. W Ike?"

,,[n den dr om w rcl hij te vrllchten, \V I zoo gr ot ,,\ aal' i· hij?"

"In 't 0 'ten; ten min te il

"altijd uit,"

en nan?,kaboom gcnoem I, met heek als ti kol-' van een jonge koe."

mIJn droom 11 mijn lroom n komen

b

11 1 vroeg in den morgen trokk n zij el'

l1l te z k n. 1 [ ,t duurde niet lanb ', f ZlJ

puit m cl n nan ka-nd n den b 111 m·t

er in. Maar de nangka, wanneer zij nrijp is, is vr heeft een rg kl rig vruchtensap. ,

1'0 n dc aap in de vrucht b et, spatte dit sap r lIit, h m in 't o"ezicht en in de oog n. Toen d schildpad h m z;w, zat hij niet

:-,

. ..

t etell, maar ol1ol-'h udelijk aan zijn n liS t. plukken n 1I1 zIJn oog-en te wrijven. De sch ild pad rirp hem to :,,"

W.

at d

~

j daal: t h. "

"Wat Jo jij?" vro g dc aap t rllg, "W I, zei d schIldpad. "Ik c t cl nalwka di J'c me ,l:!." g '\'en h blo Zie jc dat ni ·t? 11 ij smaakt

t, ~ J ~:1

wat lekk r."

" . -. k ' )1t

"Zoo" ant\\' onlde de aap. , t Je dan onrtJI e nang-'a s.

WIneen " riep de schilclpa I, "zij is heerlijk rijp."

" ,

I e aap was boos en daalt! sn I uit d 11 ho 111.

,,(ieef mij een part" zei hij.

aar p gaf hem d schildpa I al helI kker. Maar r was helaas

n d aap vro 0' tev rgccfs In m. r.

ï3

n stllkj en \\' ni t5 meer dan

llij was z er I

rk 'Iijk, dat was

dat tllkj

. ,,\Vaar m,"

zoo zei hij, ,be lricg je me geduriO" weer kameraad. oe lat nl1

1 ael ûch heen n weer te ~lillgel'en aan ) let touw terwijl hij zong:

" ,"antwoordde deze, "dat is een goöng voorde bruiloftvan cl n loer,"

,,\Vat is die mooi," zei de aap .

1 ar hij slocg cr z66 hard op, dat de bijen van schrik uit het nest logcn IJ all n op tI n aap aanstormden, tic aan alle kanten gestoken \\' rd, zood at hij 't uitgild , " u, au, au, ik ga dood, ik .. ga doo 1."

Hij vluchlt zo schielijk hij kon en zocht den schildpad p, di n hij nijdig toeriep: ,,'t Is toch terg, zooals je mij b handelt."

IJ odleuk vroeCT ueze: "Wat is er?'

"Zie jc dan niet," zci de < al "dat mijn o-eheele lichaam opgezwollen

"IS, omdat je me bedroven h bt ?"

"Ho, ho," zei ue schildpad, "wees maar niet boos op mij, Ik wist ,er h lIsch nict van, 'k Ha 1 't nest t I' bewarincr :-,ekregen van

"den boer,'"

e aap was gauw boos, maar 0 k spoedi~ weer gekalmecrd, a een oogenblikje zei hij: "Wat doe je nu schildpau?"

"Ik," r eg deze, "ik bewaar de 111 tras en 't ku sen voor 't

hu\\'e-"lijksbed voor morIfen, op la t van den b er, mijn a, ,sch I1vader."

"Laat r mij eens even p ligO'en", vroeg de aap, ik b 11 zoo meen mijn gchec1e lichaam doet pijn,"

e childpad wilde echter 't verzoek van d n aap niet staan, maar donlat dez als gewoonlijk al maar aanhiell, zei hij t<>11 slott.:

"N lI, als je dan zo 'n slaap hel t, ga dan maar ligO'cn, maar J moet

"mij cerst en eind 't 1 sch ingooien,"

r .

aap wi rp daar p ti n schildp:HI zou ver weg, dat hij aan

't slranu neerviel, waarna hij t rllgk r<l, om op 't gewaande brd t

"aan liK~ 11. 't Was nwcl in 't geheel g' 11 bed, maar en slang'

!l-n t. T en ti aap op 't n st bing lil:>~ren, raakte de slang bekneld, maar zij kronkelde zich om 't lichaam \'an den aa , Dez \' rschr k h vig- en gaf een schreeuw van angst n zoo hard hij kon snel Ic hij er van door, terwijl hij zei I : "Foei wat 'n bedrieg r is toch die

"schillpad : nu vertrouw ik h III nooit meer en ik wil niet m cr m t

"hem te do 11 hebben; 't is en vem en ,di r' 't chijnt wcl ZIJ 11

"beuoeling te \\' z n. mij te v rm rcl no"

[),laml' keert!' hij naar 't b 'ch terU(f,

Intus, chen l-oesterde cle schil tI ad zich in 't warme zand, in cle stralen der zon.

iet lanl' echter had hij daar geleo'en, of hij werll gevonden door een g-evlekten tij el', De tijger tra te e ns op den schildpad en zeide: ,,\Vat treft dat g lukkig; daar z cht ik net naar wat et 11 en

11\1 vind ik dezen childpad, "

" leteen wild hij beginnen m t zijn buit te ,'rscheur n, 1)

schildpad zeide echter: " r tvadertje tijger, je '" ct toch nog ni t

"wat lekker is, anders zou je weten, dat mijn v1eesch g roosterd oneindiO' veel smake1iJ'ker is dan rauw,"

" h

.. ch wat," zci de tijger, "je z ekt zeker e n list om mij t bedriegen

"en te ontk men, als ik er op uit zou ~aan om brandhout t Z( ekcn,

"maar dat zal je niet gelukken vrien lje,"

"W cl," antwoordde de schild} ad, ,h e zou ik kunnen ducht n! ik kan mij immers slecht. 7.eer lan 7.a::l111 V) rtbew g n, zooclat je mij ::met een paar sproll:::,en z uelt kunnen inhal n, al ik al wille duchten, .. ~laar b vendien, bindt me t vi,..; va, t, dan is r "all ntk m n in 't u'ehec1 (reCn ~ :... sprak ,"

I I k I .. I" 1)011,1 ,I 11 scl11'lllrJall ste\'il"

1 >ien vors ag . t n tlyrer; 1IJ u ~ r ~

,'a t, waar p hij in 't bosch \'crd\\' en, In brandlH lIt t zo ken, SI dig k\\ am hij met n f1inke hoe\'c Iheid terug, [1 ij "'i rp h t hout p den (rrond en zeid~ .: "H c nu schildpad?"

I) ze antwoorcld : ..

J \\'

rpt 't hout 1 0 \' n op mij 'n ste kt .. 't daarna aan," Toen echt r d tijlY

I:

naar 't bo, ch ,,'as, he d d schillpad 'en di 1 (l'at in 't zand geg-ra\' n, wa, rna hij h l met ;rijn lichaam aan 't 0 g van den tijger onttrok.

Toen deze het hout aanstak kroop hij in 't g-at, z dL t hij \'an 't V\lUl' in 't cychcel ,~een hinder I d,

adat 't v\lur een poosje ebrancl had riep de tijg- r: .. 'childpad, .,schildpad." "Wat is er?" antwoordde deze.

," z iele de tijg- r, "b n je nog ni ,t Jood?"

,,:'-Je n," 7ei de schillpad, .. nog ni t; 'traks~ .. ti g \' el ik z 1(<;

"nog geen wannte!" I)e tijg r haaJd \1 Ir \' ,I 111 r hout en

7

stap Iele 't op boven den chillpa I, waarna hij opnieuw 't vuur stookte.

Na n poosje ri IJ hij wcer: ,,'childl ad, IJ 11 je IlU nog' niet

"dood ?" " een," ~~ltwo rdde deze, " 'n ik zal ook niet st rvel~; kijk

"maar eens naar mlJ" rug, lnste Ie van te schroeien is hij wit geworden

"als was hij ~epoederd."

W cI'k lijk, was de rug- wit geworden. I at kwam natuurlijk I r dc asch van 't verbrandc hout die cr pgevallen was.

Maar de tijger meende, dat ti ru T van den schildpad inderdaad gepo de:.d was. Hij vond dat buit ng wo n mooi en vroe/:): ,.Zeg,

"zou miJn rU<7 ook zoo mooi w rden, als ik ondcr %oo'n bran lend

"houtmijt ging ligO'en ?"" ng twijfeld," luidde het antwoord "maar ik

"kan gcen hout voor je halen uit het bosch."

" .:", z ~ de tijger, "dat zal ik zelf wel doen," :\[cl ecn paar sprongen was hiJ I~ t b sch verdwenen en na nkele oogcnblikken k\ am hij met een All1ke racht brandh ut terug.

,Ga nll maal' lil')gen," zei de schildpa I; "het hout op je stap len cn

"aansteken, dat zal ik wel klaarspel 11." aarop ging cl tijger op 't strand lig.!.!' Il n stap ld cle schildpad het hout 0J> hem, waarna hij 't aanstak.

Ilij I lies llit alle macht in 't vuur, dat vroolijk opvlamde. Toen 't e n po.~. 'je gebrand had ri p hij: "Wel tijg .1', hoe maak je 't ?"

De tiJg r antwoor Ide met e 11 \ eder raa{(: .. Wat?" ., , zei d sch~ldpa~: .. je maakt 't n g goed, doch wacht maar." Een p osje latcr nep hiJ nO<T eens cn toen hij daarop maar heel Oauwt'es antw orc!

kreeg zei hij: .. nu n g en be tj hout p 't vuur cn 't nog ccns flink

"aanblazen, dan zal 't niet lang duren, of hij is er ge\\' est."

Inderdaad wa' de tijger, t en ind lijk het vllur uitdo fdc, letterlijk tot asch verbrand.

c . childpad zocht uit de asch een ver<7cbleven been van zIJn

vijand, met 't plan er een Auit van te laten m:ken.

I lij wist echt r erst niet aan wien hij dat werk moest opdrag n, totdat h t hem in de g dachte kwam, dat hij nog famili was 'van ecn witt mi ", di al 't vi ,'ch van 't b n kon afkilliv n. I1 ij z cht

dat famili lid ol' en deze kloof het becn z' ó kaa. af, alsof het met schuurpapicr was glad geschuurd.

T en moesten er dc gaten nog in U'emaakt word Il.

I at werd ge laan door een neef van d wittc mier, e 'n gro te zwal'te hommel, die in bamboc cn hout (ratcn wcet t borcn en zich daarin ophoudt,

Maar nll was tIe hol gemaakt wordcn.

rivicl'krab.

Ouit no'l' nict klaar, want nu moest ;-, zij 11 g at werd cvcn wel gedaan 1001' n klcine

Tocn was zij u'cheel klaar en dc schildpad wa: wat blij, dat hij nu zoo'n m oic Ouit had, , .. :emaakt uit het lichaam van zijn vijand.

Hij nam de Ollit mcdc en nderweg Ooot hij cen rooiijk wijsje, waarbij hij zelf de woordcn dichtte:

Tct trot, tct trot,

~lijn nuit is van e 11 tijgerbecl1;

I)c witte micr maaktc haar glad; Dc homm I boonlc r g-aten 1l1;

1 e krab holde haar uit, Tet trot, tet trot,

l\l ijn

n

ui t is van 11 tijgerbecll; Ha, ha, ha, ha!

Zijn vroolijk geOuit weerklonk 1001' 't bo eh en werd gel! or I dool' den aap, tie bij zichzelf z ide:

Wel wel wie Ouit daar to h zoo aangcnaam?"

" e schiklpad k\ am onclertussehen hoe langer zoo dichter bij n de aap ont 1 ktc cindclijk, dat de VI' olijke l11uzikan t niemand and l'S

" e schiklpad k\ am onclertussehen hoe langer zoo dichter bij n de aap ont 1 ktc cindclijk, dat de VI' olijke l11uzikan t niemand and l'S

In document CROVORM: SIGNATUUR M (pagina 34-48)

GERELATEERDE DOCUMENTEN