• No results found

Correcties

In document Correctieve herziening Laren (pagina 12-17)

Beleidscategorie 4 (Gebied met een middelhoge archeologische verwachting)

Deze gebieden hebben, op basis van geologische en bodemkundige opbouw en eventueel aangetroffen archeologische vondsten en sporen, een middelhoge potentie ten aanzien van het aantreffen van archeologische vondsten of sporen. Deze gebieden waren net als de gebieden met een hoge verwachting in principe geschikt voor menselijke activiteiten. Echter de omstandigheden voor het plaatsvinden van menselijke activiteiten als de conserveringsomstandigheden zijn minder gunstig in tegenstelling tot de voorgaande categorie. In deze gebieden is de verwachte dichtheid aan vindplaatsen lager dan in de gebieden met een hoge verwachting. Voor deze gebieden geldt een onderzoeksplicht bij een bodemverstoring met een oppervlakte van meer dan 500 m2 en een diepte van meer dan 50 cm onder maaiveld.

In het bestemmingsplan Laren-West is de verwachtingswaarde opgenomen op basis van de Indicatieve Kaart Archeologische Waarden. De regeling sluit daarmee niet meer aan op het nieuwe beleid. In bestemmingsplan Laren - Noord is wel uitgegaan van het nieuwe gemeentelijke beleid maar daarbij is niet de standaard bestemmingsregeling gevolgd zoals deze wordt voorgesteld in deze beleidsnotitie. Met dit bestemmingsplan worden alle regeling onderling op elkaar afgestemd en het gemeentelijke archeologie beleid.

2.1.7 Ondergrondsbouwen

Voor het realiseren van ondergrondse bouwwerken voorzien alle bestemmingsplannen in een regeling. In deze regelingen was niet opgenomen dat maximaal 1 bouwlaag onder de bestaande bebouwing mag worden toegevoegd. Uit de praktijk is gebleken dat er soms de wens bestaat meerdere bouwlagen onder bebouwing aan te brengen. Bouwkundig kan dit problemen geven, ook bij naastgelegen bebouwing van derden. Om dit te kunnen toetsen is een regeling opgenomen waarmee ondergrondse bebouwing beperkt wordt tot 1 bouwlaag. Bij de toevoeging van meerdere bouwlagen is een afwijkingsprocedure nodig. In dat kader kunnen ook de bouwkundige aspecten meegewogen worden.

2.2 Correcties

2.2.1 Lingenskamp 51

Voor de Lingenskamp 51 is een nieuw bouwplan ontwikkeld. Voor dit deze ontwikkeling is een uitwerkingsplan opgesteld en vastgesteld. Ook de vergunning is inmiddels verleend. Het uitwerkingsplan en de verleende vergunning wordt met deze herziening ingepast.

2.2.2 Drift 14a

Op deze locatie zijn twee woningen aanwezig. Planologisch was er slechts één woning geregeld. Dit wordt met dit bestemmingsplan gecorrigeerd.

2.2.3 Bestemmingen horeca en gemengd in Zevend - Postiljon

In het bestemmingsplan Zevend - Postiljon waren de bestemmingen Horeca en Gemengd niet op de juiste wijze in het plan beland. Ook dit wordt gecorrigeerd met dit bestemmingsplan.

2.2.4 Hilversumseweg 10

Hier is in 2002 een nieuwe woning gerealiseerd. In het bestemmingsplan was per abuis nog het oude bouwvlak opgenomen. Met dit plan wordt dit gecorrigeerd.

11 2.2.5 Hector Treublaan 1 (Rosa Spierhuis)

Het bebouwingspercentage is aangepast voor de locatie van het Rosa Spierhuis. Op de verbeelding wordt een percentage van 28,4 % opgenomen. De zienswijze van Mecanoo is door de raad, bij de vaststelling van het bestemmingsplan, gegrond verklaard en bij de beantwoording van de zienswijze is aangegeven dat er voor de locatie aan de Hector Treublaan, een bebouwingspercentage zou gelden van 25 %.

Abusievelijk is dat besluit echter niet opgenomen in het bestemmingsplan en de verbeelding. Op de verbeelding is per omissie een bebouwingspercentage van 40 % vermeldt. Met dit bestemmingsplan wordt dit gecorrigeerd en is het percentage afgestemd op de vergunde bebouwing.

2.2.6 Gooiergracht 65

Op deze locatie is een strook met de bestemming 'Tuin' toegevoegd aan de oostzijde van de woning. Deze strook was in het bestemmingsplan als 'Verkeer' bestemd. In praktijk is deze grond in gebruik als tuin en afgeschermd door een groene haag.

2.2.7 Wijziging bouwvlak Verlengde Houtweg 10

Voor de Verlengde Houtweg is er een nieuw bouwplan ontwikkeld. Hiervoor is een afzonderlijk bestemmingsplan opgesteld. Hiervoor is inmiddels vergunning verleend. De verleende vergunning en het bestemmingsplan wordt met deze herziening ingepast in het onderliggende 'moederplan'.

2.2.8 Rozenlaantje 12 - 12a

Voor de locatie Rozenlaantje 12 - 12a is een nieuw bouwplan ontwikkeld. Voor deze ontwikkeling is een herziening ingepast. De vergunning is inmiddels verleend. De herziening en de vergunning worden met deze herziening ingepast.

2.2.9 Eemnesserweg 53-55

In het bestemmingsplan Laren Noord is voor het perceel Eemnesserweg 53 en 55 in zijn geheel een 'Kantoor' bestemming opgenomen. Voor het perceel Eemnesserweg 55 is dit correct en kan de kantoor bestemming gehandhaafd blijven. Voor het perceel Eemnesserweg 53 had een woonbestemming opgenomen moeten worden met een aanvullende functie aanduiding kantoor. Hiermee kan het perceel aangewend worden voor Wonen waarbij ook een kantoorfunctie mogelijk is.

Met dit bestemmingsplan wordt het bovenstaande gecorrigeerd.

12

13

3 Uitvoerbaarheid

De uitvoerbaarheid van een bestemmingsplan moet aangetoond worden. Daaronder valt zowel de onderzoeksverplichting naar verschillende ruimtelijk relevante aspecten (geluid, bodem, ect.), als ook de economische uitvoerbaarheid van het plan.

Ruimtelijk relevante aspecten

Het bestemmingsplan omvat een aantal aanpassingen van de verbeelding en het uniformeren van de regels. Wat betreft de aanpassingen gaat het om beperkte aanpassing of wijziging van de geldende bestemming, waarbij geen nieuwe bouwmogelijkheden worden gegeven. Het betreft het vastleggen van de bestaande situatie / bestaande rechten die in de geldende bestemmingsplannen niet juist zijn opgenomen. Aanvullende onderzoeken zijn hiervoor niet noodzakelijk. Waar nodig zijn deze onderzoeken in het kader van een eerdere procedure (omgevingsvergunning, bestemmingsplan) reeds uitgevoerd.

Economische uitvoerbaarheid

Bij de voorbereiding van een bestemmingsplan dient, op grond van artikel 3.1.6 lid 1, sub f van het Bro, onderzoek plaats te vinden naar de (economische) uitvoerbaarheid van het plan. In principe dient bij vaststelling van een ruimtelijk plan tevens een exploitatieplan vastgesteld te worden om verhaal van plankosten zeker te stellen. Op basis van ‘afdeling 6.4 grondexploitatie', artikel 6.12, lid 2 van de Wro, kan de gemeenteraad bij het besluit tot vaststelling van het bestemmingsplan echter besluiten geen exploitatieplan vast te stellen indien:

het verhaal van kosten van de grondexploitatie over de in het plan of besluit begrepen gronden anderszins verzekerd is;

het bepalen van een tijdvak of fasering als bedoeld in artikel 6.13, eerste lid, onder c, 4°, onderscheidenlijk 5°, niet noodzakelijk is;

het stellen van eisen, regels, of een uitwerking van regels als bedoeld in artikel 6.13, tweede lid, onderscheidenlijk b, c of d, niet noodzakelijk is.

Dit bestemmingsplan bestaat uit een correctie van geldende plannen en het uniformeren van de regels.

De kosten voor het opstellen van dit bestemmingsplan komen dan ook voor rekening van de gemeente.

De aanpassingen die zijn opgenomen in dit bestemmingsplan betreffen kleine aanpassingen, waarvoor geen exploitatieplan vastgesteld hoeft te worden.

14

15

4 Juridische planopzet

In document Correctieve herziening Laren (pagina 12-17)

GERELATEERDE DOCUMENTEN