• No results found

6. De retorische constructie van chronologische tijd

6.2 De conclusie

Boyhood en Victoria hebben als voorbeeld gediend om te laten zien hoe een kijker aan de hand

van een techniek kan worden meegenomen in de live-ervaring door een lineaire tijd in het narratief aan te houden. De frictie binnen deze live-ervaring is het juist aan de oppervlakte minder gebruik van temporele cues (door het stellen van de grenzen zoals een one take of 12- jarige productietijd) om die live-ervaring te creëren. Dit is een frictie omdat op deze manier de kijker wordt meegenomen in het moment, terwijl het concept van hedendaagse tijd zich kenmerkt door de meerdere lagen en dik- en intensiteit van tijd. Deze technieken kenmerken

51 zich juist door de simpliciteit, chronologie en simultaneïteit. De manier waarop chronologische tijd in verband staat met de intensivering van de tijd in de media verzadigde wereld is om de kijker van een live-ervaring te overtuigen.

Hoewel het in eerste instantie lijkt alsof chronologisch lineaire tijd een live-ervaring construeert, blijkt uit analyse van Boyhood en Victoria dat de live-ervaring niet alleen wordt geconstrueerd door een chronologie in tijd, maar ook door technieken in cinematografie, montage en geluid. Met deze resultaten wordt geconcludeerd dat een lineaire tijd in film een illusie is. De manier waarop het narratief van Boyhood en Victoria wordt verteld, komt daarom meer overeen met de kenmerken van de verticaal bewegende tijd in de media verzadigde wereld dan in eerste instantie werd gedacht. De films demonstreren als het ware het onvermogen om een lineaire kloktijd te representeren.

Hieruit kan worden geconcludeerd dat de tijd niet tegenstrijdig is aan de kenmerken van de intensivering van tijd in de media verzadigde wereld. De films komen wel overeen met een verticaal bewegende tijd, ook al lijkt dit op het eerste gezicht niet het geval te zijn. De techniek om de gefilmde tijd synchroon te laten lopen met de filmtijd, beperkt de tijd op het gebied van volgorde. In het narratief van Boyhood en Victoria spelen zich wel meer dan een tijd op hetzelfde moment af. De productietijd loopt in Victoria synchroon met de fabula tijd. Een

continuïteitsstijl wil de kijker meenemen in de actie van het verhaal door middel van technieken

om dichter op de huid te zitten van de personages en door middel van gebruik van een verhoogd aantal cuts in duur en hoeveelheid. Door de productietijd gelijk te laten lopen met de fabula tijd (de tijd die de kijker ziet), lijken deze technieken te worden ondermijnd. Toch ontstaat er eenzelfde soort effect, namelijk de live-ervaring van de kijker.

Zowel de lineaire kloktijd in film is een illusie, als in de media verzadigde wereld van vandaag. In film is de lineaire kloktijd die lijkt te worden aangehouden een constructie die de kijker live in het moment houdt; in de media verzadigde wereld raakt tijd steeds verder

verwijderd van de kloktijd. In dat opzicht staan Boyhood en Victoria niet in contrast met de tijd in de media verzadigde wereld, maar zijn ze een representatie van de tijd in de media

verzadigde wereld.

Kortom, op het eerste gezicht lijkt lineaire chronologische tijd te contrasteren met de complexiteit en intensiteit die tijd in de media verzadigde wereld kenmerkt. Maar uit analyse blijkt dat deze chronologisch lineaire tijd ook een constructie is, die de kijker overtuigt van live in het moment zijn. Het is een retorische constructie die de kijker van een live-ervaring

overtuigt. De constructie van een live-ervaring doet de lineaire lijn van verleden, heden en toekomst teniet, omdat de kijker zich in het heden bevindt. De live-ervaring is op deze manier dus passend binnen de kenmerken van de hedendaagse tijd. Deze constructie is dus op deze manier een voorbeeld van hoe lineaire chronologische tijd wel binnen de kenmerken van de intensivering van tijd in de media verzadigde wereld past.

52

Conclusie

Deze scriptie is uitgegaan van een wereld waarin de media het straatbeeld hebben overgenomen, waardoor de ervaring van tijd is veranderd van lineaire chronologische tijd van verleden, heden en toekomst, naar een intensivering van deze tijd in de media verzadigde wereld waarin de horizontale lijn is verbroken. In deze scriptie is onderzoek gedaan naar de manier waarop de constructie van chronologisch lineaire tijd in de hedendaagse fictiefilm is beïnvloed door de intensivering van de tijd in de media verzadigde wereld. Daarvoor zijn twee fictiefilms als case-

study gekozen om deze constructie van tijd bloot te leggen.

Chronologische tijd in film is een constructie die kan ontstaan door geen gebruik van flashbacks of flashforwards in het narratief te maken, maar ook door filmtechnieken waardoor de kijker op één lijn zit met de tijd in de film. Twee van deze technieken die zijn uitgediept zijn de long take en handheld camera. Chronologische tijd past op het eerste gezicht niet binnen de intensivering van tijd, maar chronologische tijd is een constructie die op meerdere stilistische manieren is geconstrueerd, zoals cameravoering, montage en muziek. Uit de narratieve analyse is gebleken dat de chronologie in Boyhood en Victoria is geconstrueerd op meerdere niveaus waardoor de kijker live in het moment van de film blijft. De kijker wordt dus overtuigd van een chronologisch narratief door retorische technieken. Andere technieken, zoals geluid of

herhalende narratieve gebeurtenissen en daarbij opvallende scènes, zijn technieken om de kijker een ander perspectief op de situatie te geven. Deze constructie, waarin de kijker wordt

meegenomen in het moment, past dus wel binnen de kenmerken van de intensivering van tijd in de media verzadigde wereld.

De kijker wordt live in het moment meegenomen op verschillende niveaus in het narratief. Dit live-moment is echter een paradox, omdat het een geconstrueerde chronologie is, waarin de kijker wordt meegenomen in de tijd in de film. Wanneer de resultaten van de analyse tegenover de verticaal bewegende tijd in de media verzadigde wereld worden geplaatst, waarin de intensivering van tijd een grote rol speelt, kan worden gesteld dat deze intensivering ook terugkomt in de narratieve analyse. De intensivering van tijd komt namelijk op meerdere niveaus terug, zoals ruimte, cameravoering en geluid. Deze gelaagdheid toont aan dat de geconstrueerde chronologie in Boyhood en Victoria overeenkomt met de intensivering van tijd in de media verzadigde wereld wat betreft de kenmerken van een verticaal bewegende tijd. De paradox is dus dat deze technieken ervoor zorgen dat de kijker live in het moment zit, waardoor het lijkt alsof de kijker in chronologische tijd kan worden meegenomen.

Dit onderzoek heeft zich beperkt tot een formalistisch perspectief in de fictiefilm. Door vanuit formalistisch perspectief een contextueel gegeven te onderzoeken in film, is een bijdrage geleverd aan het debat rondom hedendaagse film en realiteit. De wereld bestaat uit

53 constructie te analyseren, kan worden gesteld dat in- en uitzoomen op de situatie de betekenis van de constructie in de film kan worden blootgelegd waardoor geen sprake is van een realiteit, maar van een constructie. Door de opzet van dit onderzoek en te kiezen voor een narratieve analyse van twee films, is niet gekozen voor de alternatieve benadering van film in contextuele zin, waarvoor Hesselberth voor pleit in haar werk Cinematic Chronotopes (zie introductie). De waarde van formalistisch onderzoek is dat het concrete technieken naar boven haalt die een object zelf uitdraagt. Het zou interessant zijn om deze relatie verder te onderzoeken vanuit een contextueel perspectief en bruggen te slaan tussen constructie en context. Hierbij zou kunnen worden gekeken naar objecten die niet per definitie alleen een film object zijn, maar in andere ruimtes een live-ervaring construeren.

Boyhood en Victoria zijn niet uniek op het gebied van een extreem lange tijdsperiode of

op het gebied van opname zelf. Documentaires bevatten veelal een langer maakproces dan fictiefilms waarin het materiaal of het proces; ‘de reis’ is ook onderdeel van het narratief. Het zou interessant zijn om de retoriek in documentaire te onderzoeken en deze te vergelijken met de constructie in Boyhood. Daarnaast is er een lijst opgesteld van films die in één take zijn opgenomen. De lijst op Wikipedia van feature films die ook uit één take bestaan, bestaat uit de titels Russian Ark (Alexander Sokurov, 2002), Timecode (Mike Figgis, 2000), Sábado, una

película en tiempo real (Matías Bize, 2003), PVC-1 (Spiros Stathoulopoulos, 2007), Rati Chakravyuh (Ashish Avikunthak, 2013), Fish & Cat (Shahram Mokri, 2013), El triste olor de la carne (Cristóbal Arteaga, 2013), Ana Arabia (Amos Gitaï, 2013), Agadam (Mohamad Issack,

2014) en Immortality (Mahdi Fard Ghaderi, 2016). Opvallend is dat deze films (op Timecode na) niet uit de Verenigde Staten komen waarin de geïntensiveerde continuïteitsstijl van kracht is, maar wel in het ‘moderne tijdperk’ zijn gemaakt. Interessant voor vervolgonderzoek zou kunnen zijn om te onderzoeken of hier zekere overeenkomsten of verschillen in te vinden is met

betrekking tot de intensified continuity style en context.

Tot slot, twee interessante casussen voor een vervolgonderzoek zijn de

documentaireserie Super Stream Me (Tim den Besten en Nicolaas Veul, VPRO, 2015) en The

Clock (Christian Marclay, 2010). De recente vierdelige documentaireserie Super Stream Me

heeft onderzoek gedaan naar de privacy in de gemedieerde wereld van vandaag. Deze serie is ontstaan uit het beeldmateriaal van het experiment waarin Tim den Besten en Nicolaas Veul zichzelf voor vijftien dagen 24 uur per dag hebben gestreamd. Zij waren live op internet te bekijken, hoe zij hun dag beleefden, door middel van een selfie-stick die op henzelf was gericht. Tim en Nicolaas deden dit experiment om te onderzoeken in hoeverre de mens zich bloot kan stellen aan de gemedieerde wereld en in hoeverre de mens zijn of haar eigen privacy kan

opgeven. Het zou interessant kunnen zijn om het idee van een fictieve live-ervaring uit te diepen vanuit een meer contextuele benadering in deze documentaireserie. De kunstinstallatiefilm The

54

de filmgeschiedenis waarin een tijdsindicatie wordt gegeven die exact overeenkomt met de tijd in de wereld van de kijker. Het zou een interessant onderzoeksobject zijn op het gebied van tijd, vanwege het concept van het nabootsen van de film als klok. De klok veroorzaakt in dit geval een soort van anti-narratief, waarin tijd enkel bepaalt wat de volgende scène wordt. Hierdoor vervaagt de scheidslijn tussen echte tijd en filmtijd. Het object brengt de twee tijden samen en speelt deze gezamenlijk af.

55

Bibliografie

Films

Agadam. Reg. Mohamad Issack, 2014. Ana Arabia. Reg. Amos Gitaï, 2013.

Boyhood. Reg. Richard Linklater. Lumière, 2014. El triste olor de la carne. Reg. Cristóbal Arteaga, 2013. Fish & Cat. Reg. Shahram Mokri, 2013.

Immortality. Reg. Mahdi Fard Ghaderi, 2016. Manila by Night. Reg. Ishmaels Bernal’s, 1980. Nanook of the North. Reg. Robert J. Flaherty, 1922. PVC-1. Reg. Spiros Stathoulopoulos, 2007.

Rati Chakravyuh. Reg. Ashish Avikunthak, 2013.

Rosetta. Reg. Jean-Pierre Dardenne en Luc Dardenne 1999. Russian Ark. Reg. Alexander Sokurov, 2002.

Sábado, una película en tiempo real. Reg. Matías Bize, 2003. Super Stream Me. Reg. Tim den Besten. Nicolaas Veul, 2015.

The Blair Witch Project. Reg. Daniel Myrick, Eduardo Sánchez, 1999. The Clock. Reg. Christian Marclay. 2010.

Timecode. Reg. Mike Figgis, 2000.

Victoria. Reg. Sebastian Schipper. Senator Film, 2015. Walker. Reg. Tsai Ming-liang, 2012.

Zusje. Reg. Robert Jan Westdijk, 1996.

Overige bronnen

Bal, Mieke. “Double Movement.” 2MOVE: Video, Art, Migration. Reds. Mieke Bal en Miguel Á. Hernández-Navarro. Murcia: Cendeac, 2008. 15-80.

Baudrillard, Jean. Simulacra and Simulation. Michigan: University of Michigan Press, 1994. Berry, Michael. Jia Zhangke’s ‘Hometown Trilogy’: Xiao Wu, Platform, Unknown

Pleasures. Londen: Palgrave Macmillan, 2009: 50-92.

Bordwell, David. Narration in the Fiction Film. Londen: Methuen, 1985.

Bordwell, David. “Intensified Continuity: Visual Style in Contemporary American Film.” Film

Quarterly 55.3 (2002): 16–28.

Bordwell, David, Kristin Thompson. Film Art: An Introduction. Ed 10. New York: McGraw- Hill, 2013.

Bordwell, David, Kristin Thompson. “Observations on Film Art.” Stretching the Shot.

56

<http://www.davidbordwell.net/blog/2012/10/07/stretching-the-shot/>. Castells, Manuel. “An Introduction to the Information Age.” City 2.7 (1997): 6-16.

Chatman, Seymour Benjamin. Story and Discourse: Narrative Structure in Fiction and Film. New York: Cornell University Press, 1980.

Deleuze, Gilles. Cinema 2: The Time-Image. Vert. Hugh Tomlinson en Robert Galeta. Londen: Athlone Press, 1989.

Duncheon, Julia C., William G. Tierney. “Changing Conceptions of Time. Implications for Educational Research and Practice.” Review of Educational Research 83.2 (2013): 236- 272.

Flores, Patrick D. “The Long Take: Passage as Form in the Philippine Film.” Kritika Kultura 19 (2012):70-89.

Forceville, Charles. “Non-verbal and Multimodal Metaphor in a Cognitivist Framework. Agenda’s for Research.” Cognitive Linguistics. Current Applications and Future

Perspectives. Reds. Gitte Kristainsen et al. Berlijn: Mouton de Gruyter, 2006. 379-402.

Foucault, Michel. The Archeology of Knowledge. Vert. A.M. Sheridan Smith. London en New York: Routledge, 2002.

Gibbs, John, Douglas Pye. Style and Meaning: Studies in the Detailed Analysis of Film. Manchester: Manchester University Press, 2005.

Henderson, Brian. ‘The Long Take.’ Movies and Methods: An Anthology Volume 1. Red. Bill Nichols. Berkely: University of California Press, 1976. 314-324.

Hesselberth, Pepita. Cinematic Chronotopes: Here, Now, Me. Londen: Bloomsbury Publishing, 2014.

Mamber, Stephan. “Camera movement.” The Routledge Encyclopedia of Film Theory. Reds. Edward Branigan en Warren Buckland. New York: Routledge, 2013. 75-80.

Munster, Anna. Materializing New Media. Hannover: Dartmouth College Press, 2006.

Ng, Jenna. “The Handheld Digital Camera Aesthetics of the Blair Witch Project and Cloverfield (via Strange Days).” 16:9 7.32 (2009).

Pasolini, Pier Paolo. “Observations on the Long Take.” October 13 (zomer 1980): 3-6. Poell, Thomas. “Movement and Time in Cinema.” Discernments: Deleuzian Aesthetics. Reds.

Joost de Bloois, Sjef Houppermans en Frans-Willem Korsten. Amsterdam: Rodopi, 2004. 1-21.

Scheible, Jeff. “Long Take.” The Routledge Encyclopedia of Film Theory. Reds. Edward Branigan en Warren Buckland. New York: Routledge, 2013. 273-278. Wikipedia. “One shot (film).” Wikimedia Foundation. 27 september 2015. 17 maart

2016. <https://en.wikipedia.org/wiki/One_shot_(film)>.

Wong, Jon. “Boyhood.” Cinema 1544. Wordpress. 18 maart 2015. 4 maart 2016. <https://cinema1544.wordpress.com/cinema-1544/boyhood/>.

GERELATEERDE DOCUMENTEN