• No results found

5.1 Inleidend

De in 1993 ingevoerde Wet BIG heeft enige verandering doen laten plaatsvinden op het gebied van het tuchtrecht. De invoering leidde tot het aanpassen van de tuchtnormen en het doorvoeren van wijzigingen op het gebied van de tuchtmaatregelen. Aan de hand van de huidige tuchtnormen uit artikel 47 Wet BIG toetst de tuchtrechter het professionele handelen van de beroepsbeoefenaar. Invulling van deze ruim geformuleerde tuchtnormen geschiedt door wet- en regelgeving. De feiten van de tuchtzaak worden beoordeeld om te onderzoeken of de beroepsbeoefenaar tuchtrechtelijk aansprakelijk is. Indien voldaan is aan een van de twee tuchtnormen kan de beroepsbeoefenaar de tuchtrechtelijke toetsing niet doorstaan. De beroepsbeoefenaar heeft onzorgvuldig gehandeld met als gevolg dat de tuchtrechter de tuchtklacht gegrond verklaard. De tuchtrechter is van mening dat de beroepsbeoefenaar niet binnen de grenzen van een redelijk bekwame beroepsuitoefening is gebleven. Na de feitelijke beoordeling zal de tuchtrechter zich buigen over de vraag of er een tuchtmaatregel opgelegd dient te worden en de vraag welke maatregel dit dient te zijn. Uit de tweede evaluatie van de Wet BIG is gebleken dat het beleid omtrent de op te leggen maatregelen onvoldoende consistent is. In de praktijk worden de waarschuwing en de berisping niet juist gehanteerd waardoor voor een vervaging van het onderscheid wordt gevreesd. Door de onderzoekers De Klerk en Olshoorn-Heim is een eerste aanzet gegeven om het beleid omtrent de

waarschuwing en de berisping te verhelderen. Ook door Hermans, voorzitter van het

Regionaal Tuchtcollege in Groningen, wordt gepleit voor het ontwikkelen van criteria om de tuchtrechter te helpen in het handhaven of vergroten van een consistent beleid inzake het opleggen van een maatregel. Door de verschillende onderzoekers wordt het idee opgevat om door middel van een jurisprudentie-onderzoek oriëntatiepunten te ontwikkelen voor de op te leggen maatregelen. Een voorbeeld kan worden genomen aan de werkwijze zoals die bestaat op het terrein van de straftoemeting binnen het strafrecht. De oriëntatiepunten zouden als hulpmiddel kunnen dienen bij het opleggen van de tuchtmaatregelen wat zal leiden tot een meer consistent beleid omtrent de op te leggen maatregelen te verhelderen.

5.2 Onderzoeksvraag

In dit afstudeeronderzoek stond de volgende onderzoeksvraag centraal;

“Is het haalbaar om voor de vaak voorkomende gedragingen in het tuchtrecht

oriëntatiepunten betreffende de op te leggen maatregel te ontwikkelen en deze weer te geven in een beknopte richtlijn?”

Om antwoord te kunnen geven op bovenstaande vraag diende een uitvoerig jurisprudentie- onderzoek gestart te worden. In het kader van een stage bij het Regionaal Tuchtcollege in Zwolle heb ik hieraan vorm kunnen geven. In totaal zijn 449 beslissing van het CTG

bestudeerd en verzameld in het jurisprudentie-onderzoek. Uit het onderzoek is gebleken dat er 24 categorieën gedragingen vaak voorkomen binnen het tuchtrecht. Het verdere onderzoek naar oriëntatiepunten is dan ook gericht op deze 24 categorieën gedragingen. Het

jurisprudentie-onderzoek toonde – eveneens gesteld door de eerdere auteurs – aan dat inderdaad veel verschil bestaat in opgelegde maatregelen binnen een categorie gedraging. Voor de verwezenlijking van oriëntatiepunten diende dan ook een aantal aanpassingen verricht te worden om op basis van het jurisprudentie-onderzoek oriëntatiepunten te kunnen voorstellen. Zo is bij het ontwikkelen van oriëntatiepunten uitgegaan van de tuchtzaken waarin een hoofdklacht centraal stond bij het opleggen van een maatregel. Op deze manier is bewerkstelligd dat het oriëntatiepunt wordt ontwikkeld voor een categorie gedraging. Voor het uitwerken van de oriëntatiepunten zijn tabellen opgesteld die in opzet vergelijkbaar zijn met de tabellen voor de straftoemeting binnen het strafrecht. In deze tabellen wordt het specifieke handelen of nalaten wat geldt binnen een gedraging omschreven en worden de hiervoor eerder opgelegde maatregelen weergegeven. De verzachtende en/of verzwarende omstandigheden die binnen een categorie een rol hebben gespeeld bij de opgelegde

maatregelen zijn beschreven onder de tabellen. Door het geven van een toelichting zijn per categorie gedraging door mij oriëntatiepunten voorgesteld. Deze oriëntatiepunten houden de maatregel in die als standaardmaatregel kan gelden binnen deze categorie. Uit de toelichting blijkt dat binnen meerdere categorieën de verzachtende en/of verzwarende omstandigheden een algemene set van criteria vormt die maatregel verlichtend of maatregel verzwarend kunnen werken. Wel is het lastig om in te schatten in hoeverre deze omstandigheden

doorslaggevend zijn om af te wijken van het oriëntatiepunt. Het oriëntatiepunt dient te gelden als het vertrekpunt waarbij de algemene criteria een richtsnoer vormen die maatregel

met de algemene set van criteria worden opgenomen in een richtlijn. Net als bij

oriëntatiepunten voor de straftoemeting binnen het strafrecht zullen deze oriëntatiepunten niet bindend zijn voor de tuchtrechter. De tuchtrechter behoudt zijn eigen verantwoordelijkheid om een passende maatregel op te leggen. De oriëntatiepunten dienen periodiek getoetst te

worden om deze up-to-date te houden.100

5.3 Aanbevelingen

Met het de door mij verrichte onderzoek en de ontwikkelde oriëntatiepunten heb ik

geprobeerd om de door de eerdere onderzoekers beschreven methodes uit te werken. Door het uitvoeren van een jurisprudentie-onderzoek ben ik gekomen tot het ontwikkelen van

oriëntatiepunten en criteria die bij de op te leggen maatregelen als richtsnoer kunnen gelden. Met de opgestelde tabellen en de gegeven oriëntatiepunten hoop ik een bescheiden

handreiking te kunnen doen aan de tuchtcolleges. Hiervoor zal het creëren van een richtlijn met daarin opgenomen de oriëntatiepunten en de algemene set van criteria waarde hebben. Een document die makkelijk en snel leesbaar is, zal sneller geraadpleegd worden.

Het verfijnen van de categorieën gedragingen in subcategorieën zal leiden tot meerdere oriëntatiepunten. Door deze uitbreiding kunnen oriëntatiepunten specifieker toezien op de kern van het te beoordelen gegrond verklaarde handelen of nalaten. Dit toont aan dat mijn onderzoek slechts een eerste aanzet is voor de ontwikkeling van oriëntatiepunten.

De tuchtrechters zullen de oriëntatiepunten moeten opnemen bij de motiveringen van de beslissingen. Ook indien wordt afgeweken van het oriëntatiepunt op grond van de algemene criteria dient dit expliciet te worden gemotiveerd. Op deze manier wordt inzicht verschaft in de denkwijze van de tuchtrechter bij het opleggen van de maatregelen. Dit zal bijdragen aan het voeren van een zo consistent mogelijk beleid omtrent de op te leggen maatregelen.

100

De Jong, M. (2015). Voorspellend model op basis van een analyse van uitspraken uit 2014 van de regionale tuchtcolleges voor de gezondheidszorg, p.30.

Literatuurlijst

Hendriks, TvGR 2015, p. 322-330

A.C. Hendriks, ‘Tuchtrecht – meer tucht dan recht’. Tijdschrift voor Gezondheidszorg 2015, p. 322-330.

Kastelein, TvGR 2000, p. 146-153

W.R. Kastelein, ‘Tuchtrecht in de Wet BIG; ervaringen 1997-2000’, Tijdschrift voor Gezondheidsrecht 2000, p. 146-153.

Leenen e.a. 2014

H.J.J. Leenen e.a., ‘Handboek gezondheidsrecht’, Den Haag: Boom Juridische Uitgevers 2014.

Geraadpleegde regelgeving en parlementaire stukken

Kamerstukken II 1985/86, 19 522, nr. 3

Kamerstukken II 2011/12, 33 000 XVI, nr. 168 Kamerstukken II 2011/12, 33 000 XVI, nr. 194

Staatsblad 1928, 222 Staatsblad 1993, 655

Geraadpleegde rapportages en verslagen

Rapport ‘Tweede evaluatie Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg’, Den Haag, ZonMw, 2013.

Onderzoeksrapport ‘Maatregelen tuchtrecht gezondheidszorg’, mr. C.M. De Klerk en mr. E.T.M. Olsthoorn-Heim, 2014.

Onderzoekscriptie ‘Voorspellend model op basis van een analyse van uitspraken van 2014 van de regionale tuchtcolleges voor de gezondheidszorg’, mr. De Jong, M. 2015.

Jaarverslagen 2010 tot en met 2015 van de Tuchtcolleges voor de Gezondheidszorg en het College van Medisch Toezicht.

Folder ‘Tuchtrecht in de Gezondheidszorg, Hoe werkt het?’ Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg.

Geraadpleegde richtlijn

Oriëntatiepunten voor straftoemeting en LOVS-afspraken, LOVS, 1998, bijgewerkt maart 2016.

Geraadpleegd nieuwsartikel

‘Maak van tuchtrecht geen strafrecht’, KNMG 15 juni 2015,

<http://www.knmg.nl/Nieuws/Overzicht-nieuws/Nieuwsbericht/150052/Maak-van- tuchtrecht-geen-strafrecht.htm> Geraadpleegde internetbronnen <http://www.tuchtcollege-gezondheidszorg.nl> <http://tuchtrecht.overheid.nl/nieuw/gezondheidzorg/> <https://www.bigregister.nl/> <http://www.knmg.nl/> <http://www.mediscontact.nl/Home.htm> Jurisprudentielijst

GERELATEERDE DOCUMENTEN