• No results found

In dit hoofdstuk worden drie onderwerpen besproken. Als eerste wordt op basis van de hoofdvraag en de hypotheses een conclusie geschreven voor dit afstudeeronderzoek. Daarnaast worden in paragraaf twee de beperkingen van dit afstudeeronderzoek beschreven. Als laatste worden aanbevelingen voor vervolgonderzoek gedaan zodat de bijdrage van dit afstudeeronderzoek niet beperkt zal blijven tot dit document.

Antwoord hoofdvraag

Dit afstudeeronderzoek draagt bij aan de wetenschap op het gebied van resultaatsturing en de kwaliteit van het resultaat in relatie tot het juridisch systeem, financieringsbron en harmonisatie van externe verslaggevingregels. In het theoretisch kader zijn deze elementen beschreven en onderbouwd. Op basis van het theoretisch kader is de volgende hoofdvraag opgesteld:

In welke mate heeft het juridisch systeem en de financieringsbron van ondernemingen in Frankrijk, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk invloed op de kwaliteit van de financiële jaarverslaggeving voor en na verplichte invoering van IFRS?

Het juridisch systeem wordt onderscheiden naar common law en code law systemen. Dit onderscheid is gemaakt op basis van het onderzoek dat uitgevoerd is door Reynolds en Flores (1989) en La Porta et al. (1997,1998). Op basis van dit onderzoek is ervoor gekozen om drie landen te onderzoeken. Voor het code law juridisch systeem zijn Frankrijk en Duitsland onderzocht. Voor het common law juridisch systeem is het Verenigd Koninkrijk onderzocht. Met de financieringsbron wordt bedoeld het onderscheid tussen publiek en privaat gefinancierde ondernemingen, dus het wel of niet beursgenoteerd zijn van de onderneming. Uit het onderzoek van Burgstahler et al. (2006) blijkt dat er een verschil bestaat in de mate van resultaatsturing bij private en publieke ondernemingen.

De kwaliteit van de financiële jaarverslaggeving is gebaseerd op het resultaatcijfer. Het resultaatcijfer wordt opgesteld op basis van externe verslaggevingregels. Beleggers en vermogensverschaffers hebben behoefte aan betrouwbare informatie over het resultaatcijfer. Op basis van recent onderzoek door onder andere Banker et al. (2009) en Donelsen en Resutek (2012) blijkt dat het resultaatcijfer belangrijk is voor beleggers.

In 2005 is het toepassen van IFRS verplicht gesteld voor alle Europees beursgenoteerde ondernemingen. Aangezien uit onderzoek blijkt dat de kwaliteit van de financiële verslaggeving verandert na toepassing van IFRS in vergelijking met perioden waarin nationale externe verslaggevingregels werden gevolgd (Zeghal et al., 2011), is het relevant om te onderzoeken of IFRS daar invloed op heeft. Vindt er een verandering plaats in de mate van resultaatsturing bij publieke ondernemingen? Op basis van eerder uitgevoerd onderzoek is deze verwachting aanwezig.

Op basis van het in hoofdstuk twee uitgewerkte theoretisch kader is de hoofdvraag uitgewerkt in vier hypotheses. Deze worden hieronder weergegeven. De hypotheses zijn getoetst met behulp

Pagina | 39 van de gevonden onderzoeksresultaten. Alle alternatieve hypotheses zijn verworpen omdat er significante coëfficiënten zijn gevonden.

Hypothese I

Bij zowel publieke als private ondernemingen vindt in common law landen minder resultaatsturing plaats dan in code law landen.

Op basis van de onderzoeksresultaten waarin het type juridisch systeem als dummy variabele is betrokken kan worden geconcludeerd dat er minder resultaatsturing plaatsvindt binnen common law landen in vergelijking met code law landen. Deze resultaten zijn statistisch significant. Op basis van onderzoek dat is uitgevoerd door Richardson (2000), Trueman en Titman (1988) en Dye (1988) is deze tendens ook verwacht.

Hypothese II

Bij private ondernemingen wordt meer resultaatsturing toegepast dan bij publieke ondernemingen.

Deze hypothese kan worden aangenomen. Zowel voor als na verplichte invoering en toepassing van IFRS is er sprake van meer resultaatsturing bij private ondernemingen ten opzichte van publieke ondernemingen. Deze verwachting is in lijn met het theoretisch kader en onderzoek dat eerder is uitgevoerd door Burgstahler et al. (2006).

Hypothese III

De invoering van IFRS leidt tot minder resultaatsturing bij publieke ondernemingen.

Zoals beschreven wordt er verwacht dat de hoeveelheid resultaatsturing afneemt bij publieke ondernemingen na verplichte invoering van IFRS in 2005. Deze verwachting is door middel van de onderzoeksresultaten onderbouwd. Op basis van eerder uitgevoerd onderzoek door Zéghal et al. (2000) is deze verwachting opgesteld. In dat onderzoek is aangetoond dat indien IFRS wordt toegepast, er minder discretionaire accruals worden verantwoord. De indicator in dit onderzoek voor de kwaliteit van de financiële verslaggeving is het resultaatcijfer. Het resultaatcijfer wordt beïnvloed door de discretionaire accruals. In de onderzoeksresultaten is een wending zichtbaar vanaf 2005 waarin de coëfficiënten negatief worden, waar deze in 2003 en 2004 nog positief waren. Dit betekent dat er sprake is van minder discretionaire accruals vanaf 2005. Daarmee kan geconcludeerd worden dat IFRS een positieve invloed heeft op de kwaliteit van het resultaat en daarmee dus de kwaliteit van de financiële verslaggeving verbetert. IFRS draagt bij aan een hogere kwaliteit van de financiële verslaggeving en het resultaatcijfer voor publieke ondernemingen die vanaf 2005 IFRS hebben toegepast. De aanname wordt gedaan dat er sprake is van opportunistische resultaatsturing. De beperking in dit onderzoek is dat er geen onderscheid gemaakt kan worden tussen opportunistische en efficiënte resultaatsturing.

Hypothese IV

De invoering van IFRS heeft geen invloed op de omvang van resultaatsturing bij private ondernemingen.

Pagina | 40 Er wordt geen verandering verwacht in de omvang van de resultaatsturing bij private ondernemingen. Deze verwachting is onderbouwd omdat IFRS niet verplicht is gesteld voor private ondernemingen. Bij de dataverzameling is rekening gehouden met deze hypothese door private ondernemingen die vrijwillig IFRS toepassen niet op te nemen in de dataset. Op basis van de onderzoeksresultaten kan geconcludeerd worden dat IFRS geen invloed heeft gehad op de mate van resultaatsturing bij private ondernemingen.

Nu de hypotheses zijn geanalyseerd kan de conclusie worden beschreven over de hoofdvraag van dit onderzoek:

In welke mate heeft het juridisch systeem en de financieringsbron van ondernemingen in Frankrijk, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk invloed op de kwaliteit van de financiële jaarverslaggeving voor en na verplichte invoering van IFRS?

Op basis van het uitgevoerde onderzoek kan worden geconcludeerd dat het juridisch systeem invloed heeft op de kwaliteit van de financiële verslaggeving. Ondernemingen die opereren in een common law systeem hebben een hogere kwaliteit financiële verslaggeving dan het code law juridisch systeem.

Daarnaast heeft de financieringsbron ook invloed op de kwaliteit van de financiële verslaggeving. De kwaliteit van de financiële verslaggeving is beter voor publieke ondernemingen in vergelijking met private ondernemingen. Dit gevonden onderzoeksresultaat is een goed uitgangspunt voor beleggers in publieke ondernemingen. Publieke beleggers zijn afhankelijk van de publieke informatie, private vermogensverschaffers ontvangen vaak privé informatie van de ondernemingen.

De laatste factor die is onderzocht in relatie tot de kwaliteit van financiële verslaggeving, is de invloed van IFRS. De verplichte toepassing van IFRS door publieke ondernemingen heeft een positieve invloed op de kwaliteit van de financiële verslaggeving van publieke ondernemingen. IFRS draagt bij aan een hogere kwaliteit van het resultaatcijfer. Dit is voor veel beleggers een belangrijke indicator om beleggingsbeslissingen te baseren (Banker et al., 2009, en D. Donelsen en R. Resutek, 2012).

De conclusie is dat de hoofdvraag op basis van dit afstudeeronderzoek beantwoord is in lijn met het theoretisch kader en de hypotheses. Dit is onderbouwd door middel van statistisch significante onderzoeksresultaten.

Beperkingen

Het schrijven van een afstudeeronderzoek voor een master studie is beperkt door de factor tijd. De afbakening van het onderzoek is een belangrijke factor als beperking. Dit heeft ook invloed gehad op de uitkomsten van de R2 uit tabel 5. Er zijn veel meer variabelen die een verandering in de discretionaire accruals veroorzaken. Daarnaast is de beperking van dit onderzoek dat er maar drie landen onderzocht zijn. Hierdoor is de basis fragiel en kunnen er door meer landen te betrekken andere onderzoeksresultaten gevonden worden.

Een andere beperking in dit onderzoek is dat de discretionaire accruals niet normaal verdeeld zijn en dat er sprake is van heteroscedasticiteit. Dit betekent dat er voorzichtigheid

Pagina | 41 betracht dient te worden bij het generaliseren van de onderzoeksresultaten van dit afstudeeronderzoek.

Tot slot moet benadrukt worden dat het gehanteerde model om discretionaire accruals te meten, het aangepaste Jones-model, een schatting maakt van de discretionaire accruals. De schattingen geven een signaal af met betrekking tot resultaatsturing. Maar naast de omzet, debiteuren en materiële vaste activa zijn er zonder twijfel andere variabelen die een verklaring geven voor de totale accruals. Deze beperking wordt het ‘omitted variable problem’ genoemd. Deze beperking geldt echter voor alle modellen om resultaatsturing te meten. Het model dat door Dechow et al. (2012) wordt beschreven kan een verbetering zijn om resultaatsturing te meten. In relatie tot resultaatsturing is in dit afstudeeronderzoek aangenomen dat er sprake is van opportunistische resultaatsturing. Deze is aanname is een beperking in het afstudeeronderzoek, omdat er ook sprake kan zijn van efficiënte resultaatsturing. Het onderscheid tussen deze twee verschijningsvormen van resultaatsturing is niet meetbaar te maken met behulp van de huidige meetmodellen voor discretionaire accruals.

Vervolgonderzoek

Er zijn veel mogelijkheden voor vervolgonderzoek met betrekking tot het onderwerp resultaatsturing. Er worden enkele aanbevelingen voor vervolgonderzoek gedaan.

Er kan worden gekozen om dit onderzoek uit te breiden naar meerdere landen buiten Europa, onderscheiden naar de twee juridische systemen. Het is interessant om te onderzoeken of dezelfde onderzoeksresultaten worden gevonden als landen buiten Europa ook worden betrokken.

Daarnaast kan er worden onderzocht welke factoren nog meer van toepassing zijn op veranderingen van de discretionaire accruals. Op deze wijze kan er een betere multivariate analyse worden uitgevoerd en kunnen er betere onderzoeksresultaten gevonden worden. Voorbeelden van andere factoren zijn cultuur, belastingstructuur, inflatie en politiek-economische invloeden.

Pagina | 42

Referenties

Allen, E.J., Larson, C.R., Sloan, R.G. (2010). Accrual Reversals, Earnings and Stock Returns. Unpublished paper, University of California, Berkeley and Washington University. Ashbaugh, H. (2001). Non-US Firms’ Accounting Standard Choices. Journal of Accounting and

Public Policy, no.20:129-153.

Ball, R., Brown, P. (1968). An Empirical Evaluation of Accounting Income Numbers. Journal of Accounting Research, no.6:159-178.

Ball, R., Kothari, S.P., Ashok, R. (2000). The Effect of International Institutional Factors on Properties of Accounting Earnings. Journal of Accounting and Economics, vol. 29:1-51. Ball, R., Shivakumar, L. (2004). Earnings Quality in UK Private Firms: Comparative Loss

Recognition Timeliness. Journal of Accounting and Economics, vol.39 no.1:83-128. Banker, R., Huang, R., Natarajan, R. (2009). Incentive Contracting and Value Relevance of

Earnings and Cash Flows. Journal of Accounting Research, vol.47 no.3:647-678. Barth, M.E., Landsman, W.R., Lang, M.H. (2008). International Accounting Standards and

Accounting Quality. Journal of Accounting Research, vol.46 no.3:467-498.

Bartov, E., Gul, F.A., Tsui, J.S.L. (2001). Discretionary-accruals models and audit qualifications. Journal of Accounting and Economics, no.30:421-452.

Beatty, A., Ke, B., Petroni, K. (2002). Earnings Management to Avoid Earnings Declines Across Publicly and Privately Held Banks. The Accounting Review, vol.77 no.3:547-570.

Berry, W.D. (1993). Understanding regression assumptions. Sage University Paper series on Quantitive Applications in the Social Sciences, 07-092. Newbury Park, Ca: Sage. Bowerman, B.L., O’Connel, R.T. (1990). Linear Statistical Models: An Applied Approach.

Belmont, CA: Duxbury.

Burgstahler, D.C., Hail, L., Leuz, C. (2006). The Importance of Reporting Incentives: Earnings Management in European Private and Public Firms. The Accounting Review, vol.81 no.5:983-1016.

De Jong, A., Huijgen, C.A., Marra, T.A., Roosenboom, P. (2012). Why do Firms go Public? The Role of the Product Market. Journal of Business, Finance & Accounting, no.39:165-192. DeAngelo, L.E. (1988). Management Competition, Information Costs and Corporate

Governance: The Use of Accounting Performance Measures in Proxy Contests. Journal of Accounting and Economics, no.10:3-36.

DeAngelo, L.E. (1986). Accounting Numbers as Market Valuation Substitutes: a Study of Management Buyouts of Public Stockholders. The Accounting Review, no.61:400-420. Dechow, P.M., Hutton, A.P., Kim, J.H., Sloan, R.G. (2012). Detecting Earnings Management: A

New Approach. Journal of Accounting Research, vol.50 no.2:275-334.

Dechow, P.M., Dichev, I.D. (2002). The Quality of Accruals and Earnings: the Role of Accrual Estimating Errors. The Accounting Review, no.77:35-59.

Dechow, P.M., Sloan, R.G. (1991). Executive Incentives and the Horizon Problem: An Empirical Investigation. Journal of Accounting and Economics, no.14:51-89.

Dechow, P.M., Sloan, R.G., Sweeney, A.P. (1995). Detecting Earnings Management. The Accounting Review, vol.70 no.2:193-225.

DeFond, M., Park, C. (2001). The Reversal of Abnormal Accruals and the Market Valuation of Earnings Surprises. The Accounting Review, vol.76 no.3:375-404.

Demski, J.S., Sappington, D.E.M. (1987). Delegated expertise. Journal of Accounting Research, vol.25:68-89.

Pagina | 43 Journal of Accounting Research, vol.40 no.4:1091-1123.

Ding, Y., Hope, O.K., Jeanjean, T., Stolowy, H. (2007). Differences Between Domestic

Accounting Standards and IAS: Measurement Determinants and Implications. Journal of Accounting and Public Policy, vol.26:1-38.

Ding, Y., Jeanjean, T.,Stolowy, H. (2005). Why do National GAAP differ from IAS? The role of Culture. The International Journal of Accounting, vol. 40:325-350.

Donelsen, D., Resutek, R. (2012). The Effect of R&D on Future Returns and Earnings Forecasts. Review of Accounting Studies, no.17:848-876.

Durbin, J., Watson, G.S. (1951). Testing for Serial Correlationin Least Squares Regression. Biometrika, no.30:159-178.

Dye, R. (1988). Earnings Management in an Overlapping Generations Model. Journal of Accounting Research, no.26:195-235.

Florou, A., Pope, P.F. (2012). Mandatory IFRS Adaption and Institutional Investment Decisions. The Accounting Review, vol.87 no.6:1993-2025.

Gray, S.J. (1988). Towards a Theory of Cultural Influence on the Development of Accounting Systems Internationally. Abacus, p. 1-15.

Healy, P.M. (1985). The Effect of Bonus Schemes on Accounting Decisions. Journal of Accounting and Economics, no.7:85-107.

Healy, P.M., Wahlen, J.M. (1999). A Review of the Earnings Management Literature and its Implications for Standard Setting. Accounting Horizons, vol.19:355-383.

Hofstede, G. (1980). Culture’s consequences: International Differences in Work-Related Values. London: Sage.

Hung, M. (2001). Accounting Standards and Value Relevance of Financial Statements: An International Analysis. Journal of Accounting and Economics, vol. 30:401-420. IASC. (1989). Framework for the Preparation and Presentation of Financial Statements.

International Accounting Standards Committee, London.

Jensen, M.C., Meckling, W.H. (1976). Theory of the Firm: Managerial Behavior; Agency Costs and Ownership Structure. Journal of Financial Economics, vol.3:305-360.

Jones, J.J., (1991). Earnings Management During Import Relief Investigations. Journal of Accounting Research, vol. 29 no.2:193-228.

Kim, M., Kross, W. (2005). The Ability of Earnings to Predict Future Operating Cash Flows has been Increasing – not Decreasing. Journal of Accounting Research, vol.43 no.5:753-780. La Porta, R., Lopez-de-Silanes, F., Shleifer, A., Vishny, R.W. (1997). Legal Determinants of

External Finance. The Journal of Finance, vol. LII no.3:1131-1150.

La Porta, R., Lopez-de-Silanes, F., Shleifer, A., Vishny, R.W. (1998). Law and Finance. Journal of Political Economy, vol. 106 no.6:1113-1155.

La Porta, R., Lopez-de-Silanes, F., Shleifer, A., Vishny, R.W. (2000). Journal of Financial Economics. Investor Protection and Corporate Governance, no.58:3-37.

Leuz, C., Verrecchia, R.E. (2000). The Economic Consequences of Increased Disclosure. Journal of Accounting Research, no38:91.

Leuz, C., Dhananjay, N., Wysocki, P.D. (2003). Earnings Management and Investor Protection: an International Comparison. Journal of Financial Economics, no.69:505-527.

Maijoor, S.J.,Vanstraelen, A. (2006). Earnings Management within Europe: The Effects of Member State Audit Environment, Audit Firm Quality and International Capital Markets. Accounting and Business Research, vol. 36 no.1:33-52.

Pagina | 44 and Post-IFRS. The International Journal of Accounting, no.46:205-230.

McNichols, M.F. (2000). Research Design Issues in Earnings Management Studies. Journal of Accounting and Public Policy, no.19:313-345.

Meek, G.K., Sharokh, M.S. (1990). A Survey of Research on Financial Reporting in a Transnational Context. Journal of Accounting Literature, p.82-145.

Menard, S. (1995). Applied Logistic Regression Analysis. Sage University paper series on quantitative applications in the social sciences 07-106. Thousand Oaks, CA: Sage. Myers, R. (1990). Classical and Modern Regression with Applications. Boston, MA: Duxbury. Pearson, K. (1900). On the criterion that a given system of deviations from the probable in the

case of a correlated system of variables is such that it can be reasonably supposed to have arisen from random sampling. Philosophical Magazine, vol.50 no.50:157-175.

Pierce, J.R., Schott, K. (2012). A Concordance Between Ten-Digit U.S. Harmonized System Codes and SIC/NAICS Product Classes and Industries. Working paper. Board of Governors of the Federal Reserve System (U.S.), Finance and Economics Discussion Series, 2012-15:5-33.

Reynolds, T.H., Flores, A.A. (1989). Foreign Law: Current Sources of Codes and Basis Legislation in Jurisdictions of the World. Littleton, Colo: Rothman.

Richardson, V.J. (2000). Information Asymmetry and Earnings Management: Some Evidence. Review of Quantitative Finance and Accounting, no.15:325-347.

SEC. (2010). Commission Statement in Support of Convergence and Global Accounting. Securities and Exchange Commission, release nos.33-9109; 34-61578

Shleifer, A., Vishny, R.W., (1986). Large Shareholders and Corporate Control. Journal of Political Economy, vol.94 no.3:461-488.

Shleifer, A., Vishny, R.W., (1997). A Survey of Corporate Governance. Journal of Finance, no.52:737-783.

Spearman, C. (1910). Correlation Calculated with Faulty Data. British Journal of Psychology, vol.3 no.3:271-295.

Teoh, S., Welch, I., Wong, T. (1998a). Earnings Management and the Underperformance of Seasoned Equity Offerings. Journal of Financial Economics, no.50:63-99.

Teoh, S., Welch, I., Wong, T. (1998b). Earnings Management and the Long-Run Market Performance of Initial Public Offerings. Journal of Finance, no.53:1935-1974. The Boards (IASB and FASB). Memorandum of Understanding, “The Norwalk Agreement,

Connecticut”, September 2002.

The Boards (IASB and FASB). Joint Update Note From the IASB and FASB on Accounting Convergence, April 2012.

Trueman, B., Titman, S. (1988). An Explanation for Accounting Income Smoothing. Journal of Accounting Research, no.26:127-139.

Van Tendeloo, B., Vanstraelen, A. (2005). Earnings Management under German GAAP versus IFRS. European Accounting Review, vol.14 no.1:155-180.

Watts, R.L., Zimmerman, J.L. (1986). Positive Accounting Theory, Englewood Clifs, New Jersey. Prentice Hall.

Wysocki, P.D. (2009). Assessing Earnings and Accrual Quality: U.S. and International Evidence. Unpublished paper. University of Miami.

Zéghal, D., Chtourou, S., Mnif Sellami, Y. (2011). An Analysis of the Effect of Mandatory Adoption of IAS/IFRS on earnings management. Journal of International Accounting, Auditing and Taxation, no.20:61-72.

Pagina | 45

Pagina | 46 Tabel 1: SIC codes op basis van 1-cijferige indeling. Ontleend aan een working paper van Pierce en Schott (2012).

One-digit SIC-code Industry

0 Agricultural, forestry and fishery products

1 Mineral and construction products

2 Light manufactured products

3 Heavy manufactured products

4 Transportation, communication and utility services

5 Wholesale and retail trade

6 Finance, insurance and real estate services

7 Other services

8 Social, security, education and health services

Pagina | 47 Tabel 2: Beschrijvende statistiek van de afhankelijke variabele discretionaire accruals in absolute vorm. Statistics DACC_ABS N Valid 42080 Missing 2 Mean ,052 Std. Error of Mean ,0005 Median ,027 Mode 3,4 Std. Deviation ,1117 Variance ,012 Skewness 10,550 Std. Error of Skewness ,012 Kurtosis 195,519 Std. Error of Kurtosis ,024 Range 3,4 Minimum ,0 Maximum 3,4

Pagina | 48 Frequentie histogram van de berekende discretionaire accruals na verwijdering van outliers en voor het verabsoluteren van de data.

GERELATEERDE DOCUMENTEN