• No results found

Conclusie en discussie

In document Personalisering in 140 tekens (pagina 30-34)

In dit onderzoek is geprobeerd een antwoord te geven op de vraag: is er personalisering op Twitter? Voor personalisering is allereerst gekeken of de lijsttrekker vaker zichzelf noemt of zijn partij. Als gekeken wordt naar de algemene resultaten kan geconcludeerd worden dat lijstrekkers vaker de eigen partij noemen dan zichzelf. Dit wijst niet op personalisering, omdat bij personalisering er meer nadruk zou moeten liggen op de politicus zelf. Als gekeken wordt naar het noemen van de politicus of de partij door de tijd heen is te zien dat het noemen van de partij erg afneemt na de verkiezingen. Het noemen van de partij lijkt dus duidelijk een onderdeel te zijn van de campagne. In totaal gaat 30% van alle berichten over de politiek tegenover 23% van de berichten die op personalisering wijzen. De berichten over de politiek en de berichten met personalisering nemen beide toe in de aanloop naar de verkiezingen. Als alle berichten van voor de verkiezingen vergeleken worden met de berichten van na de verkiezingen is te zien dat het aantal berichten met personalisering toeneemt na de verkiezingen. Maar als naar alle berichten door de tijd heen gekeken wordt, is dit verschijnsel niet heel duidelijk terug te zien. Er is ook gekeken hoeveel procent van de berichten voor de verkiezingen over de campagne gingen. Dit is in ongeveer 50% van alle gevallen zo. Hieruit kan geconcludeerd worden dat Twitter door de politici ingezet wordt als campagnemiddel.

Er is ook gekeken naar de resultaten van het onderzoek van Kruikemeier (2014) ter vergelijking met het eigen onderzoek. Daaruit kan geconcludeerd worden dat er in het eigen onderzoek minder personalisering is gevonden. Ook gaan bij haar onderzoek alle vormen van personalisering naar beneden, terwijl in het eigen onderzoek dit alleen geldt voor emotie. Opvallend is ook dat bij haar onderzoek maar 16,7% over de verkiezingscampagne ging en dat het in dit onderzoek bijna 50% is. De uitkomst van dit onderzoek is dus erg anders dan het onderzoek van Kruikemeier (2014). Voor een groot deel zou dit kunnen liggen aan het feit dat in dit onderzoek alleen de lijsttrekkers zijn bekeken. Dat er in haar onderzoek zoveel minder over de campagne bericht wordt, zou kunnen komen doordat de lijsttrekkers zich veel meer focussen op de verkiezingscampagne ter vergelijking met de andere politici.

Er kan dus geconcludeerd worden dat er niet echt sprake is van personalisering in de tweets van de lijsttrekkers. Het percentage personalisering gaat zelfs omhoog na de verkiezingen. Daarnaast gaan berichten vaker over de politiek en de campagne. Ook ligt er

helemaal geen nadruk op de politicus zelf, maar juist op de eigen partij. Er kan toch wel geconcludeerd worden dat lijsttrekkers de rol als lijsttrekker van de partij zeer serieus nemen. Dit is zo omdat de helft van de berichten over de campagne gaan en ook wordt de partij hier vaak bij genoemd. Dat Twitter een onderdeel van de campagne vormt is ook terug te zien in het feit dat het aantal tweets voorafgaand aan de verkiezingen erg omhoog gaat. Overigens verschilt het wel per politicus hoeveel aandacht er aan het persoonlijke leven besteed wordt. Er kan dus geconcludeerd worden dat aan de verwachting is voldaan, dat lijsttrekkers inderdaad de rol als hoofd van de partij aannemen. Hierdoor is er niet veel personalisering te vinden in de berichten van de lijsttrekkers.

Om te onderzoeken of dit echt uniek is voor de lijsttrekkers zal in een volgend onderzoek de gegevens van de lijsttrekkers vergeleken moeten worden met de andere politici. Hierbij zullen dus alle politici meegenomen moeten worden om een algemeen beeld te kunnen geven. Hopelijk zal ook het probleem van de significantie opgelost worden. Een goede mogelijkheid hiervoor zijn de verkiezingen van 2017.

Literatuurlijst

Aalberts, C. & Kreijveld, M. (2011). Veel gekwetter, weinig wol. De inzet van sociale media door overheid, politiek en burgers. Den Haag: SDU Uitgevers.

Andeweg, R.B. & Irwin, G.A. (2002). Governance and Politics of the Netherlands. Basingstoke: Palgrave Macmillan.

Blumler, J.G. & Gurevitch, M. (2001). The new media and our political communication discontents: democratizing cyberspace. Information, Communication and Society, 4(1), p.1-13.

Dalton, R.J (2002). Political cleavages, issues, and electoral change. In L. L. et al, comparing

democracies 2: new challenges in the study of elections and voting. London: Sage, p.189-209. De Boer, N. et al (2014). Twitter en de Tweede Kamer. Weber Shandwick.

Hermans, L. & Vergeer M. (2013). Personalization in e-campaigning: A cross-national comparison of personalization strategies used on candidate websites of 17 countries in EP elections 2009. New Media & Society, 15(1), p.72-92.

Jacobs, K. & Spierings, N. (2016). Saturarion or maturation? The diffusion of Twitter and its impact on preference voting in the Dutch general elections of 2010 and 2012. Journal of Information Technology & Politics, 13(1), p.1-21.

Kriesi, H. (2012). Personalization of national election campaigns. Party politics, 18(6), p.825-844. Kruikemeier, S. (2014). How political candidates use Twitter and the impact on votes. Computers in

Human Behavior, 34, p.131-139.

Kruikemeier, S. et al (2013). Getting closer: the effects of personalized and interactive online political communication. European journal of communication, 28(1), p.53-66.

McAllister, I. (2009). The personalization of politics, in: R.J. Dalton, H.-D. Klingemann (eds.), The Oxford Handbook of Political Behavior. Oxford: Oxford University Press, p.571-588. Parmelee, H.J. & Bichard, S.L. (2011). Politics and the Twitter revolution: how tweets influence the

relationship between political leaders and the public. Plymouth: Lexington Books.

Van Aelst, P. (2006). Toeschouwer, speler of scheidsrechter? Een empirische studie over de rol van de media in de verkiezingscampagne van 2003. Antwerpen: Universiteit Antwerpen.

Van den Bighelaar, S. & Akkermans, M. (2013). Gebruik en gebruikers van sociale media. Den Haag: Centraal Bureau voor de Statistiek, p.1-12

Van Holsteyn, J.J.M. & Andeweg, R.B. (2008). Niemand is groter dan de partij: Over de personalisering van de Nederlandse electorale politiek, in: G. Voerman (red.), Jaarboek

Documentatiecentrum Nederlandse Politieke Partijen 2006. Groningen: Rijksuniversiteit Groningen/DNPP, p.105-134.

Van Holsteyn, J.J.M. & Andeweg, R.B. (2012). Tweede Orde Personalisering: Voorkeurstemmen in Nederland, Res Publica, 54(2), p.163-191.

Van Praag, P & Brants, K (2008). Professioneler, harder en populistischer, veranderingen in de campagnecultuur na 2002, Bestuurskunde, 17(3), p.22-29.

Van Santen, R. & van Zoonen, L.(2009). Popularisering en personalisering in politieke communicatie. Tijdschrift voor Communicatiewetenschap, 37 (2), p.155-176.

Vergeer, M. & Hermans, L. (2013). Campaigning on Twitter: microblogging and online social networking as campaign tools in het 2010 general elections in the Netherlands. Journal of Computer‐Mediated Communication, 18(4), p.399-419.

Vergeer, M. (2015). Twitter and political campaigning. Sociology Compass, 9(9), p.745-760. Wielenga, F. (2009). Nederland in de twintigste eeuw. Amsterdam: Boom.

Bijlage

In document Personalisering in 140 tekens (pagina 30-34)

GERELATEERDE DOCUMENTEN